M IE Handels-, Boek- en Courantdrukkerij. DRUKWERKEN Levering spoedig, - bewerking goed,-prijzen billijk. MONDWATER Keurige prenteboeken en leesboeken. LANGEVELD DE ROOIJ Feuilleton. BEDROGEN. ,s; ,dI°rte,"iö°iQ Firma LANGEVELD DE ROOIJ. Papier-, Boek- en Kantoorhandel, Parkstraat. KSÖÖUaBklARTHr gr„o,c Kantoorboeken, Winkelboeken, Schrijfboekjes het BESTE en VOORDEELIGSTE der Wereld. Voor Mondspoeling slechts 5 droppels op een derde glas water. Eenig agent voor clen Burg Wed. P. KUIPER. GEPLAKTE ZAKKEN g^oote enkleinehoeveelheid verkrijgbaar, zoo ook vetdicht PERGAMIJN en PAKPAPIEREN. Levering van India Rubber Stempels, Lakcachets en verdere in dat genre gewenschte artikelen, enz. enz. Voor iedere tien cents k contant in den winkel besteed blqyen wij nog steeds een BON uit de Tombola aanbieden. Vrij naar 't Frapsch door A. B. 1- I. Wanneer ik sterf, wil ik begraven zijn onder dien grooten each, welke zijn takken naar de aarde buigt, dezelfde, waarin Dolly en ik onze namen gesneden hebben met mijn oud penne- mesje, ongeveer tien jaar geleden. Metpleizier sta ik er mijn plaats voor af in ons familiegraf, omdat ik niet inzie wat voor aantrekkelijks er in kan gelegen zijn, begraven te worden bij onze adelijke voorvaderen. Ieder houdt er nu eenmaal van gedurende zijn leven een eigen kamer te hebben, waarom zou zulks ook na den dood niet kunnen zijn Zoo wil ik ook wanneer mijn einde daar is, een graf voor mij alleen hebben. En Dolly, als zij mij overleeft waarvan ik bijna wel zeker ben, zal dan aan het hoofdeinde een rozenboom plaatsen en ver der met narcissen en viooltjes mijn graf ver sieren. Zoo ongeveer waren mijne gedachten, toen ik op zekeren avond, even na zonsondergang, over het lage muurtje keek, dat onze weide scheidde van het kerkhof. Na een heete dag deed thans een verkwikkend koel windje de takken van de hoornen heen en weer wiegen. Ons kerkhof was mooi en vooral op dien avond scheen het mij toe, of er geen mooier kerkhof op de geheele aarde bestond en het een genot moest zijn daar begraven te liggen. Gedurende eenigen tijd had ik daar met mijne ellebogen op het muurtje geleund in gedachten verzonken geweest, toen ik daaruit werd ge wekt door het min aangename gevoel, dat ik in mijn ellebogen kreeg door die houding. Ik stond op en besloot op het kerkhof te gaan, Ik zal, zei ik tot mijzelf, gaan zitten op de graftombe van mijnheer Barlow en als ik dan geïnspireerd word, zal ik misschien nog een elégie maken waarbij die van Gray (Thomas Gray, een Engelsch dichter uit de 18e eeuw, die slechts weinige gedichten naliet, waarvan de „Elégie op een dorpskerkhoi" het schoonste is) geheel zijn glans verliest. Als Dolly er was, zou zij wel zeggen, dat het ongepast is voor een jong meisje de muren over te klimmen. Maar aangezien zij er niet is, kan ik deze inbreuk op de etiquette wel doen. Komaan, niemand zal mij zien. Zoo gezegd zoo gedaan. Ik klom ovor het muurtje, duwde de takken van do boomon een weinig op zij en zat weldra op de graftombe van mijnheer Barlow, waar ik weer in mijne droomerijen verviel. Voor de honderdste maal las ik de opschrif ten op de graven rondom mij, toen ik plotso- ling het poortje van het kerkhof op zijn heng sels hoorde piepen. Ik vergat eensklaps al de opschriften rondom mij en wendde verschrikt het hoofd naar den kant vanwaar hot geluid kwam. Ik bemerkte in het halfduister oen man- nongestalte. Als het eens een geest was. Maar neen, een geest zou de „profetonmarsch van Meyerbeer" niet fluiten. Zou het de doodgra ver zijn? Nog minder, do doodgraver was eon zestigjarige, die er zeker niet aan denkon zou nu nog hot kerkhof to bozoekon met het oog op Bij voortduring bevelen wij ons beleefd aan tot het vervaardigen en leveren van benoodigde ■SP voor den handel, voor particulier gebruik, voor administratiën en voor- komende gelegenheden. Met vMtrouwen bevelen wij onze winkelgoederen aangoede waar, prijzen eoiicurreerend PPVmJ en ENVELOPPEN in vele soorten; INKTEN in diverse kleuren; LAKKEN, PENHOUDERS, LEIEN, GRIFFELS, GRIFFELDOOZEN? LINIALEN PASSERDOOZEN, different in prijs en kwaliteit. naar gewenschte grootte en dikte, beste kwaliteit. zijn rheumatisme. "Wat de Eduards of Arthui aangaat hier uit de buurt, zij zouden or oo zelfs niet aan denken een pelgrimstocht te mi ken naar de graven van hun Bertha's of hn Martha's. Bovendien voor zoover men nagaan nu hij eenigszins was genaderd, wa het een heer. Hij liep langzaam langs het pai dat naar de kerk voerde, met den hand inde zak en een sigaar in den mond, terwijl li rondom zich keok, zonder echter naar 't schee mij op te merken. Ik kan het niet hebben ook maar den schij op mij te laden iemand te bespieden; om mijf tegenwoordigheid aan den vreemdeling kenbaaf te maken, begon ik daarom even te hoestet Nu ik dat gedaan had, werd ik aangegrepei door een gevoel van schrik over die daad, zoo dat ik niet durfde om te zien, om het result^ van deze manoeuvre te leeren kennen. Ik vet onde rstel echter, dat die gelukte, want de wai delaar toonde niot de minste verwondering toe hij mij passeerde. Hoe ziet hij er uit? vroeg ik mijzeh nieuwsgierig af. Een negentienjarig meisj mocht, meende ik, wel eenigszins nieuwsgieri| zijn daarnaar, ofschoon do wclvoegelijkheid zegi Wat belang hebt ge er bij Mijne nieuwgie righeid vond dat ik er veel belang bij had e| ik wilde het dus weten. En ik wist het. Op het oogenblik, waaro hij passeerde, keek ik hem aan en hij mij, on blikken ontmoetten elkaar. Hij had niets har in zijn blik, niets van die vurigo bewondorino waarmee een romanhold een jonge vrouw aan ziet. Die blik drukte eenvoudig nieuwsgierig heid uit, zeer natuurlijk bij een ontmoeting vai jongelieden van verschillende sexe. „Zijt gf mooi „Ik kan er op dit uur niet over oor- deelen". Dit ongeveer was de taal der oogen die ik maar een weinig kon zien flikkeren. Mijne bedeesdheid deed mij blozen. Hj scheen het op te merken, want hij glimlachtt even onder zijn blonde knevel. Hoe het ook zij, de vreemdeling bleef nie: staan, doch vervolgde langzaam zijn weg, on weldra op eenige passen van mij te gaan zitten op een graftombe gelijk aan de mijne. Hij blies zware rookwolken uit en schoei zich weinig te bekommeren om zijn buurmeisje Ik was boos op mijzelf over mijn blozen „Kleine dwaas", zei ik, „men zou denken, dal het de eerste man is, dien gij ziet". Een ander gevoel kwam echter weldra bij mij op. Ik vond het zoo recht belachelijk twee personen zoo dicht bij elkander gezeten en beiden zoo ernstig, zoo stil, zoo ongezellig. Ik liep gevaar luidop te beginnen met lachen, boven dien werd het iaat, daarom stond ik op van mijn vochtige zitplaats en liep naar de poort Toen ik daar aankwam, zei een ernstige stem op uiterst goedige toon achter mij Mag ik zoo vrij zijn Op hetzelfde oogenblik opende de vreemde ling het poortje om mij door te laten. Daarop nam hij zijn hoed af, waardoor zijn schoont blonde haren zichtbaar werden en groette m( hoffelijk. Dank U, mompelde ik. Maar welk een linksheid. Terwijl ik mjj omwendde, ten einde hem voor zijn beleefdheid te bedanken, trapte ik op mijn rok en hel scheelde maar zeer weinig, of ik was rechtuit op den grond gevallen, hetgeen wel een wat al te diepe buiging zou zijn geweest. II. Ofschoon ik ylug had doorgeloopon, sloogde dorpsklok 10 uur, toen ik bij onze woning aan kwam. Ons huis was groot en had het uitor*, lijk van een adelijke bezitting, wij echter waren thans niet meer rijk. Zoo is nu oenmaal 's we relds loop. Met Willem do Normandiër in Engeland aangeland, hadden onze voorvaderen hun bloed gestort met Richard Leeuwenhart. Na dien tijd hadden zij rijke huwelijken geslo ten en grootte bezittingen ten geschenke ge kregen, onder meer van Hendrik VIII, totdat zij eindelijk hun toppunt haddon bereikt. In don laatsten tijd helaas waren we sterk achter- uitgogaan. Onze inkomsten waren zoozeer ver minderd, dat onze adelijke sloten, die dringond herstolling eischten, niet door ons konden wor-ï den gerepareerd uit gebrek aan gold en zoo moesten vervallen tot ruïnes. Maar zoo babbelend over mijn familie, laat ik de lozer aan de deur staan, hetgeen yorre yan beleefd is. Ik stak mijn hoofd even in een ruiker witte rozen, wier welriekende geuren mij aangeraam aandeden cn trad daarna de vostibulo binnon. (wordt vervolgd) Gedrukt by LANGEVELD DE ROOIJ, Texel, VADEMECUM. =«388

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1903 | | pagina 4