WAT BLIEFT?
cPelicifafiefiaartjes
Ylaardingsclie Visscherij- en Landbouwverloting
Prijs per Lot één Gulden.
WW De Verloting zal plaats hebben op Dinsdag 15 December 1903.
Feuilleton.
BEDROGEN.
Voor ÉEH GULDEK kans om een nieuwen
STALEN LOGGER te winnen?Ja,
Loten te bekomen bij Langeveld de Rooij.
voor het Nieuwe jaar en andere gelegenheden,
in groote verscheidenheid vanaf 2 ct. en hooger.
Kwaliteit en prijs concurreerend.
en als die kans je deel wordt bij de
op DINSDAG 15 DECEMBER 1903, en je wilt niet ter haringvangst, dan kan je f 14000 in
contanten in den zak steken.
Behalve deze kostbare Hoofdprijzen worden nog een aantal andere prijzen verloot, te weten
Een Tilbury met Paard en Tuig Een Dogcar met Paard en Tuig.
4de en 5de PrijsEen Pianino. 6de PrijsEen Huisorgel.
VoortsEen Motor-Rijwiel, Dames- en Heeren-Rijwielen, Pendules, Klokken, Gouden en Zil
veren Dames- en Heeren-Remontoir Horloges.
Visscherijbenoodigdheden als: Octanten, Verrekijkers, enz.
Koeien, Schapen en Varkens.
Huishoudelijke Artikelen, als: Eikenhouten Schrijf bureaux, Mahoniehouten Kasten, Salon-Tafels,
Stoelen, enz.
LANGEVELD DE ROOIJ.
Vrij naar 't Fransch door A. B.
35. XVIH.
Zou er in geheel het land een lord zijn
zoo oud, zoo leelijk, in wiens armen ik niet
zou willen vallen ter wille van zijn geld want
geld is een macht, geld is een godheid.
Zeer ontsteld hoorde ik vooral deze laatste
bewering.
Een godheid, riep ik uit, misschien in uw
oog, maar niet in het mijne. Wat de macht
betreft, de vrouwen kunnen die er van maken.
De liefde gaat echter boven alle machten der
wereld, omdat zij ze alle aan zich onderwerpt.
Liefde, malligheid, wie gelooft er nu nog
aan dat sprookje uit lang vervlogen tijden. Wat
gij liefde Doemt is niets dan eigenbelang.
Noemt gij eigenbelang het gevoel dat ons
onszelf geheel doet geven aan een ander zei
ik en meende haar met die woorden het zwijgen
te hebben opgelegd.
Zeker, hernam Dolly, die begon met de
kamer op en neer te loopen, dat is niets anders.
Maar zeg eens mijn waarde, gij hebt de keuze
tusschen twee partijen. Neem die, welke het
gezond verstand U aanwijst, hier sir Hugues, en
gij heft Uw familie op uit haar vervallen staat,
waardoor Uw vader zoo diep wordt getroffen
en waarvan de goede man zooveel verdriet heeft.
Is het geen schande, dat gij, die altijd beweert,
dat ge zooveel van hem houdt, daaraan niet
denkt Luistert ge daarentegen naar de stem
van de liefde, van de edele, poëtische liefde,
verkiest ge de kapitein, dan zult ge fortuin,
nog hooge rang hebben in de maatschappij,
maar uw hartstocht zal voldaan zijn, doch uw
vader zal van verdriet sterven.
Dit zeggende opende zij de deur, waarvan
zij de kruk nog oenige oogenblikken in haar
hand hield, daarop ging zij heen.
Ik riep haar terug.
Dolly, Dolly, kom toch bier. Zij hoorde
mij echter niet, of misschien ook wilde zij mij
niet hooren.
XIX
Ik beproefde te vergeefs weer te gaan sla
pen. Het was mij echter geheel onmogelijk.
De laatste woorden van Dolly kwamen mij
maar voortdurend in gedachten en verdubbel
den langzamerhand mijn angst.
Het was alsof ik door boozo geesten word
achtervolgd. Do furiën, tegen mij losgelaten
waren drie in getal, namelijk: de armoede van
Richard, de jaloerschheid van deze tegenover
sir Hugues en zijn samenspannen met Dolly.
Na een half uur kon ik hot niot langer in
mijn bed uithouden en sprong ik er uit. Een
horloge had ik niet meer en ik wist dus niet
hoe laat het was. In don gang hoorde ik het
tikken van een klok. Ik deed de deur open
en keek er naar. Het was 5 uur.
Nog anderhalt uur restte mij dus nog voordat
er toilet gemaakt moest worden voor de avond
partij. Kom, dacht ik bij mijzelf, laat ik naar
beneden gaan. Het geluk is met de stoutuioe-
digon, misschien ontmoet ik Richard wel op do
trap, in den gang of in de billardzaal. "Weldra
liep ik het huis door als een dwaalgeest, overal
rondziende en achtgevende op het minste geluid.
Geen RichardBij de zomersalon gekomen,
vorneem ik niets dan een verward geluid van
stemmen. Bijna alle vrouwelijke gaston zijn
in groepjes vereenigd. Te oordeelen naar de
parasols en zonnehoeden, die in de vostibule
verspreid zijn, meende ik te mogen opmaken,
dat zij van de wandeling kwamen. Toen ik
binnenkwam, wendde onze gastvrouw zich met
een uitroep van verrassing om en zei
Zoo, toch gekomen, lief kind. Wat ben
ik blij U te zien. Uwe zuster had ons zoo ver
ontrust gemaakt over U, dat ik vreesde, den
gehcelen avond van uw gezelschap verstoken
te zullen blijven.
Dit zeggende, kwam zij naar mij toe en zij
klopte mij vriendschappelijk op den schouder,
zooals ze ook zou gedaan hebben met de eerste
de beste Hottentotsche schoone, als haar geliefde
zoon deze maar tot zijn verloofde had gekozen.
Weet ge wel, mijn waarde, zei Lady Capel,
dat ge de heldin van dondagzijt. Wij sterven,
bijna van ongeduld, om het verhaal te hooreru
van uw avontuur. Sir Hugues heeft er ons
maar zoo'n bitter beetje van verteld.
O, die mannen zijn allen gelijk, riep een.
ander uit, wanneer zij iets vertellen, verzwijgen
ze gewoonlijk de bijzonderheden, die echter ge
woonlijk het meest iuteressant zijn.
Gij zult wel veel pijn gehad hebben en
dan welk een ontsteltenisvoegde weer een
j ander er aan toe.
Ik had mijn zevenmijls laarzen maar
aangetrokken en was te voet hier gekomen.
Het was miss Clifford, die dit zei. Zij zou dit.
echter beslist niet gedaan hebben, want zij zou:
zeker wel haar pink hebben willen geven voor
een gesprek onder vier oogen van vijf a zes
uur met den rijken sir Hugues.
Lady Lancaster verloor echter haar doel niet
uit hot oog. Het is zeer gelukkig, lieve miss
Lestranges, dat ge niet met een ander df^r jon
gelieden zoo'n avontuur hadt. Het is zeker wel
een toestand voor een jong meisje om. van te
ontstellen maar ge zoudt in geen betere han_
den kunnen vallen dan in die van mijn zoon
De beleefdheid eischte, dat ik een bevesti
gend gebaar maakte.
Nu ik zag dat men mij een weinig tot heldin
ging verheffen, besloot ik een weinig daartegen
op te komen.
Mijn hemel, zei ik, het alles is al van zeer
weinig belang. Do paarden schrikten voor den
trein en zijn gaan hollen en wij hebben daardoor
een luchtsprong gemaakt. Hoe dat alles gegaan
is, weet ik niet zoo precies, ik geloof, dat ik
in zwijm ben gevallen, In de kamer van een
herberg kwam ik weer bij.
En daar hebt ge den geheelen nacht door
gebracht, is het niet vroeg miss Clifford.
Helaas ja, gaf ik ten antwoord, nog rillend
bij do gedachte aan dien verschrikkelijken nacht
Wat hebt ge gedurende dien nacht t'jt
aan den morgen gedaan?
De helft van den tijd heb ik gekeken op
het horloge van sir Hugues en de andere hedft
las ik in een verschrikkelijk boek over het
einde der wereld.
Allo dames lachten behalve Lady Lancaster.
Welk een schouwspel!
Daar zouden iemands haren van ten berge
rijzen. En wat las sir Hugues gedurondo die
tijd vroeg miss Clifford of een ander.
Hij las niets.
Hij zal zich dan nog meer ver vee'ld heb
ben dan gij. Heeft hij gerookt heef' c hij ook
geslapen
Ik geloof het niet, dat is to zoggen, ik
weet hot niet. Maar waarom he eft DiCmand
aan ons gedacht en is niemand ne ar on8 komen
zoeken
Men hoeft dat gedaan, ant woorddo Lady
Lanoastcr, maar niet langs deDz elfden weg, ik
begrijp niet, dat mijn zoon deze heeft gekozen,
die toch 3 mijlen langer is.
Ik, die het maar al te goef 1 begreep, bukte
mij om onder do tafel con d onkboeldigo zak
doek op to rapon.
wot dt vervolgd.)
Gedrukt by LAK GEVELD I IE ROOIJ, Tcicl,"^