Den Hoorn. Zondag 5 Juni nam Ds. J J-
Heep, afscheid van zijne gemeente naar aan
leiding van Filippensen 1 vers 27. De
schoone uitlegging van dit bijbelwoord had
velen naar het kerkgebouw geroepen. Onder
de aanwezigen waren ook van andere dorpen,
die door hunne aanwezigheid belangstelling
toonden in den scheidenden leeraar. De
heer Heep, deed in zijne afscheidsrede duidelijk
uitkomen, wat hij gedurende zijn negenjarig
verblijf der gemeente had voorgehouden en
geleerd op godsdienstig gebied. Hij dankte
voor den steun van de gemeente en van den
kerkeraad en wenschte, dat onder zijn opvol
ger de gemeente in bloei zou blijven toenemen.
De gemeente, die zeer onder den indruk
was, zong den scheidenden leeraar aan het
einde der godsdienstoefening de bekende bede
toe.
De gemeente verliest in Ds. Heep een
eerlijk en werkzaam leeraarhij en zijne
echtgenoote waren degelijke en hulpvaardige
menschen.
Dat het hun in Stadskanaal wel moge
gaan is zeer zeker de wensch van hunne
vele vrietiden.
Vlieland. In de postspaarbank alhier
werd in de maand Mei ingelegdf 238.49,
terugbetaald f 828.92. Het laatst uitgegeven
boekje was no. 208.
Waarvoor de oorlog goed kan zijn.
In Friesland besteden de opkoopers voor
de wol veel hooger prijzen dan verleden jaar.
Toen 25 ct. per kilo, nu 40 ct. Men
zegt dat dit een gevolg is van den oorlog
in het Oosten. Het Russische Gouvernement
laat wol opkoopen voor de vervaardiging van
dekens enz., die naar het oorlogsterrein ge
zonden worden.
Dezer dagen keerden te Woerden eenige
vrouwen huiswaarts van haar arbeid op een
steenfabriek. Een er van maakte de anderen
opmerkzaam op een drijvend jurkje in de
vletsloot.
Onverwijld sprong een vrouw in 't water
en hief haar reeds verdronken kind omhoog,
dat door hulpvaardigen overgenomen en in
allerijl huiswaarts gebracht werd, om zoo
mogelijk het leven op te wekken.
Op de moeder, die in radelooze smart geen
poging deed zichzelf te redden, werd op dat
oogenblik niet meer gelet, zoodat haar toe
stand, toen zij even later uit haar netelige
positie gered werd, van dien aard was, dat
zij helaas aan de gevolgen overleden is.
In een openbare vergadering van den
Bond van miliciens en oud-miliciens te 's
Gravenhage sprak het Kamerlid Melchers
naar aanleiding van de derde herhalingsoefe
ning der lichting 1898.
Na gewezen te hebben op het verderfelijke
van het kazerneleven, zette spr. uiteen het
belang, dat alle miliciens hebben, om teageeren
tegen het voor de 3e maal onder de wapenen
roepen van de lichtingen. Te meer moet dit
gebeuren, zei spr., waar van dezen Minister,
die volbloed militarist is, moet worden afge
dwongen de maatregel tegen wat voor de
miliciens zoo ontzettend hinderlijk is.
Spreker bracht om dit toe te lichten in
herinnering wat gebeurd is met de lichting
1903, die tengevolge van de spoorwegstaking
2 maanden later onder de wapenen kwam
en die door den Minister ook 2 maanden later
naar huis zou gezonden worden.
Dit Ministerie is door en door militaristisch,
vervolgde spr., en dr. Kuyper heeft zijn
liefde voor het volksleger al lang verloochend.
Daarom moeten, voor de agitatie tegen het
voor de 3e maal onder de wapenen roepen
van de miliciens, alle krachten worden inge
spannen.
De voorzitter wekte de aanwezigen op flink
te werken met de adressem H. M de Koningin
verzoekende de lichting 189S niet voor de
3e maal onder de'wapenen te roepen.
Politie, die zich belachelijk maakte.
Toen een koopman in lammeren en konij
nen in Weststellingwerf met zijn kar langs
den openbaren weg reed, werd hij aanghou-
den door een marechaussee. Deze vroeg hem
of alles wat in de k^r was, aan hem toebe
hoorde waarop de koopman toestemmend
antwoordde. „Dan neem ik die haas in
beslag en maak u proces-verbaal, want ge
moet weten, dat het thans in den verboden
tijd is en er dus geen hazen mogen vervoerd
worden," zeide daarop de marechaussee.
De koopman antwoordde, dat het geen
haas maar een konijn was, wat de marechaus
see pertinent ontkende, die nu om zoo zeker
te zijn, zich met het dier naar een rijksveld
wachter in de buurt begaf en deze gaf den
koopman gelijk 't was geen haas maar wel
degelijk een konijn, waarop de marechaussee
het konijn aan den koopman teruggaf tot
groot vermaak van het publiek, dat zich
intusschen om de kar had geschaard.
Men meldt aan „de Telegraaf"
Een veehouder in Friesland, die bezig was
zijn hooiland met de maaimachine te maaien,
had er telkens last van, dat het mes tegen
een hard voorwerp stiet, zoodat het beschadigd
werd en telkens geslepen moest worden.
Bij onderzoek bleek, dat onder het lange
gras omgebogen stukjes staaldraad met twee
punten in den grond vastgehecht waren, pl. m.
2 centimeter boven den beganen grond.
Het mes moest er dus tegen aan slaan.
Men ging nu het land afzoeken en vond
Diet minder dan 100 zulke hinderpalen ge
plaatst. Men bleek hier te doen hebben met
eene wraakneming van een anti-maaimacbine-
gezinden ai beider.
Tevens bleek, dat het staaldraad ontvreemd
was ten nadeele der Staatsspoorweg-Maat
schappij.
Tarief wet
Wat gij niet wilt dat u geschied' 1
In de Staats Ct. lezen we
„Het invoerrecht op Hollandsche haring in
het groothertogdom Finland is ten gevolge der
bemoeiingen van Harer Majesteits gezantschap
te St. Petersburg door den Fransbhen senaat
van f 6 op f 3 per 100 kilogram teruggebracht."
En dezelfde regeering die door Harer Ma
jesteits gezantschap Rusland beweegt tot
„terugbrenging" (verlaging) van invoerrechten,
stelt in eigen land verhoogiug van die rech
ten voor H Ct.
Dat het streven der vrouwen, om met
de mannen langzamerhand op één lijn te
worden geplaatst, ook in het gewone maat
schappelijke leven steeds toeneemt, is bekend
en eveneens, dat het niet zonder vrucht is
gebleven. Zoo komeD te Fivelingo, schrijft
men aan de „P. Gr Crt.", in den laatsten
tijd vrouwen uit België, die zich bezighouden
met het opkoopen en in ontvangst nemen,
van vlas. We vernemen, dat zij daarbij veel
accuratesse aan den dag leggen, zoodat nie
mand er aan denkt een loopje met haar te
nemen, wat zij zich trouwens niet zouden
laten aanleunen. Zij zijn bij den handel
niet gemakkelijk en bij het onderzoek naar
de qualiteit van het vlas zien zijmetgroote
nauwkeurigheid en blijkbaar met kennis van
zaken toe. Bij het in ontvangst nemen
staan zij den geheelen dag in stoffige schuren
aan te teekenen het gewicht der en de hoe
veelheid schooven, die zijn afgewogen. Zoo
ziet men, dat het feminisme in ons land ook
in het meer ordinaire doordringt.
Afschaffing Staatsloterij 1
Het is een eigenaardigheid van deze Regee
ring, zegt de „Provinciale Groninger Ct." dat
zij telkens maatregelen voorstelt „die eerst
in een verre toekomst zullen werken"dat
geschiedde bij de Hooger-Onderwijswet, bij
de Drankwet en bij de Staatsloterijeerst
na 18 jaar zal die afschaffing een feit zijn.
Dat is „een toekomstwetgeving, zooals wij
die tot nu toe hier te lande niet konden"
zulke bepalingen „zijn parade-artikelen, uit
hangborden en anders niet."
Acht men alle spelen uit den booze, dan
schaffe men dadelijk de Staatsloterij af, maar
wachtte daarmee geen 18 jaar.
Al die argumenten van geleidelijke ophef
fing „houden geen steek"neen, zij recht
vaardigen veeleer deze gevolgtrekking „dat
de Staatsloterij niet zoo'n groot kwaad is."
Zij is „in de zeden van ons volk ingedron
gen" zij is „niet licht in staat ruirneerend
te werken" en zij doet „eenige malen den
dienst van veiligheidsklep tegen het anders
wellicht op nog grooter schaal gedreven
wordend, veel en veel onzedelijker en gevaar
lijker beursspel" en vooral tegen het deelnemen
in buitenlandsche loterijen.
Beter begrepen. Een rechter vraagt
aan een getuige: "Door welke omstadighe-
den of liever langs welken gedachtengang
zijt u tot de overtuiging gekomen, dat wij
beklaagde schuldig hebben te achten aan het
bedreven feit?"
Getuige, een Groningenlander, zet een
gezicht alsof hij het te Keulen hoort donderen.
Een bijzittend rechter, 's mans verlegen
heid ziende, komt hem te hulp. „Ik geloof
zegt hij, „dat getuige de vraag niet goed
begrijpt.' Zeg 's, aldus wend hij zich tot den
man, „hou kanst zegn, dat dèr 't dean het
Antwoord „Wa donder nou, bie zelf bi
west." („Tijd"')
Een genadige gemeenteraad. In den
Sittardschen gemeenteraad is in allen ernst
besloten, dat men den afgetreden burgemee
ster wel hulde brengen doch niet in de
raadzaal ophangen zou. „Vorbeeld je, dan
konden we hier alle afgetreden burgemeesters
wel ophangen, te beginnen met uw papa
zaliger," zei de waarnemende Voorzitter tot
het jonge raadslid, dat het voorstel had ge
daan, en hierop een afwijzend gebaar maakte,
als ware het te veel eer.
„Nee, en 't is op andere plaatsen ook geen
gebruik om een afgetreden burgemeester in
de raadzaal op te hangen", sprak een li i dat
er ook tegrn wis. „In Maastricht hebben
ze 't met Pijls ook niet gedaan."
Besloten werd, zooals gezegd, de zaak met
een adres van hulde af te doen.
Men begrijpt dat er sprake was van een
portret, doch dat woord word in het debat
niet gebruikt, zooals het trouwens in 't
spraakgebruik, wel meer verzwegen wordt
in dergelijke gevallen. Maar op den keper
beschouwd en vooral op schrift, maakt dat
verzwijgen een potsierlijken indruk.
Gevaarlijke machines.
Men schrijft uit Barnoveld
In den molen van J. vau den broek te
Voorthuizen, heeft eeu geweldige ontploffing
plaats gehad, waarbij de molenaar en zijn
zoontje zóó ernstig aan het hoofd verwond
werden, dat, volgens een ingeroepen genees
kundige, het zoontje voor altijd blind zal
blijven, terwijl de vader één oog verloren heeft.
Het ongeluk geschiedde bij het beproeven
van oen nieuwen petroleummotor. De zich
eveneens in de nabijheid bevindende monteur
kwarn met den schrik vrij.
De „Middelb. Ct." schrijft
Wij moeten nog eens terugkomen op het
Maandagmiddag op het Molenwater te Mid
delburg met een milicien gebeurde.
Wij doen dit slechts noode, maar meenen,
waar ons eene eenigzins andere lezing daar
van is gegeven, vooral ook omtrent de aan
leiding tot het voorgevallene, het nuttig,
noodig en vooral billijk tegenover de daarbij
betrokken personen, die nadere voorstelling
onzen lezers mede te deelen.
Een door ons, naar aanleiding daarvan,
ingesteld nader onderzoek heeft het volgende
aan het licht gebracht:
Het is een feit dat de jonge man in een
oogenblik van drift deed wat wij vermelden
maar het is beslist niet waar dat er van de
zijde van den sergeant kwestie van eenige
plagerij is geweest.
Belangrijk cijfer.
In een .exportslachterij van de heeren Sterk
Van Rijn, te Bodegraven zijn in hetafge.
loopen seizoen 8000 nuchtere kalveren geslacht,
Door onvoorzichtigheid met vuur is een
hevige brand ontstaan in het Winderveen,
gemeente Vries (Drente). Ongeveer 200 hec
taren heide zjjn afgebrand, een aantal hoopen
turf werd een prooi der vlammen.
Naar „de arbeider" meldt zal te Groningen
op 31 Juli op een stuk land aan den Heere-
weg een provinciale meeting plaats hebben
ten gunste der algemeene werkstaking en het
anti - militarisme, de nachtmerrie van de
kapitalistische dievenbende en de politieke
beunhazen", zooals het blad opmerkt. O. m.
zal Ie heer Domela Nieuwenhuis als spreker
optreden.
Twee vreemd klinkende berichten uit
de dierenwereld.
Een eksterpaar had enkele weken geleden
in den top van een populier te Oldeboorn
een nest gebouwd. ,t Zat er veilig, wel 40
voet boven den grond.
't Bevreemdde belangstellenden wel dat zij
de eksters reeds sedert geruimen tijd niet
meer bij het nest vernamen.
Bij onderzoek bleek dat deze vogels daaruit
waren verdreven door een eend, die hare
eieren in het nest heeft gelegd en uitgebroed,
waaruit de jonge eenden, elf in getal, zich
achtereenvolgens naar beneden lieten tuimeleD.
Twee er van vielen zich te pletter, de
anderen zwommen even later met de moeder
eend lustig weg.
Bij H. Bouwmeester op de Hoogstraat te
Zwolle doet zich het zeldzame geval voor,
dat negen jonge kuikens, door de moeder
verlaten zijn, thans door de haan gevoed en
beschermd worden. Het is aardig om te zien,
hoe de haan, zorgzaam als een moeder, zijn
vleugels ter bescherming over de diertjes uit
spreidt.
Vrij algemeen is de meening verbreid,
dat men naar de jongen van een konijn in
de eerste negen dagen niet kijken mag, omdat
de moeder ze dan zou dooden, zelfs wel
opeten.
Dat is een groote dwaling.
Integendeel het is zeer noodig, dat men
den eersten of den tweeden dag het nest
onderzoekt, om te zien, of er zich onder de
jongen ook doode bevinden, die, wanneer ze
niet verwijderd werden, tot ziekten en sterfte
onder de rest konden leiden.
„Nelis uit den Purmer", de landbouff'
kronikeur van het „Hbld.," haalt voorbeelden
aan van even oude koeien, die bij een zelfdes
boer en bij gelijke voedering, toch zeer ongel#
„geven." Zoo bij den heer de Jong te Idaard;
deze molk in 287 dagen, van een vaars 19®
K. G. melk met 3 42 pet. vet of 74 K.ö-
boter. Van een andere vaars 3330 K.ö-
melk, met 3.23 pet. vet, of 116 K:G. boter.