i
II-
KAART
ALBUMS.
N°. 1788.
Zondag 30 October 1904.
18de Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
BOEKHANDEL
Parkstraat.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Advertentiën vóór 10 nnr op den dag der uitgave
BOEKHANDEL
Parkstraat.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIÈN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGE VELD DE ROOIJ, Parkstraat Burg op Texel.
GEVONDEN VOORWERPEN.
Gedepoüeerd ten Raadhuize 1 griffeldoos en
1 sponsdoos, gevonden in de Nieuwstraat
1 dop van een wagen, gevonden in de Wever
straat en 1 naamstempel gevonden in de
Weverstraat.
Voorbereidend Militair-onderricht.
De Burgemeester van Texel maakt be
kend, dat het voorbereidend Militair-onderricht
zal aanvangen te Den Burg, op Donderdag 8
November a. s. 's avonds 7 uur in-de Vergulde
Kikkert" en te Oosterend op Vrjidag 4 Novem
ber d. a. v. 's avonds 7 uur bij de Wed. Koppen.
Texel, den 27 October 1904.
De Burgemeester voornoemd,
H. W. DE JONCHEERE.
KENNISGEVING.
IV. Van het onbelemmerd honden der wegen.
Het is verboden:
lo. een weg af te sluiten of op andere wijze het vrije
V. Bepalingen regelende eenige onderwerpen
ran bijzonderen aard.
TEXEL, 29 October 1904.
Wijziging Stoombootclienst, enz.
Wij willen onzen lezers berinneren dat
met I Nov. eene gewijzigde dienstregeling
van de Stoomboot „Ada" in werking treedt,
n.l de winterdienst van 1 Nov. 1904 tot 15
Februari 1905.
Indachtig maken wij dat met dien datum
vervallen de diensten 4.15 en 6.45 'smorg.
van Texel, waarvoor in plaats komt een
dienst te 6.15 en een te 8.15 van Texel.
Evenzoo verandert de dienst 5.15 'smorg.
van Helder in 7,15.
De boot zal alzoo vertrekken
Van Texel: 6.15; 8.15; 11.15; 2.30.
Van Helder: 7.15; 9.30; 12.05; 4 -
Men zie de door ons verstrekte dienstregeling.
Van eene verandering dientengevolge in
den postdienst, is door den Heer Directeur
der Posterijen alhier, bereids kennis gegeyen.
Door den Min. van Oorlog is een bedrag
van f 100 toegestaan aan de hier bestaande
SchietvereeDiging tot inrichten der te maken
schietbaan.
Eergisteren is te Oosterend overleden de
heer S. P. Koning, sedert 1889 lid van den
Gemeenteraad.
De heer Koning, die verder zitting had in
de besturen van verschillende colleges en
vereenigingen, was een algemeen geacht man
en bemind om zijne humaniteit en vriende
lijke hulpvaardigheid.
Door dit overlijden verliest Texel een van
zijn waardigste burgers, en vooral te Oos
terend zal dit verlies diep gevoeld worden.
Oosterend. De heer J. Wuis, van hier, is
benoemd tot onderwijzer aan eene bijzondere
school te Doornspijk.
Waal, 23 Oct. De huishoudelijke Ver
gadering van Nut en Genoegen, gisteravond
gehouden, was goed bezocht20 leden waren
opgekomen. Besloten werd, de wintercain-
pagne met opgewektheid te gemoet te gaan.
Door den Penningmeester werd rekeniDg
en verantwoording gedaan, een klein batig
saldo was aanwezig. Tot leden van het Be
stuur werden gekozen (inplaats van de H.H
C. Roeper en H. D. Mantje, niet herkiesbaar)
de H H. P J. Boeper en ii. Lodder die hunne
benoeming aannamen.
De eerste leesavond zal plaats hebben op
Dinsd. 22 Nov. a.s., als spreker zal alsdan
optreden de Voorzitter J. de Jongh
Oüdeschild, 29 Oct. Naar wij vernemen
zal Ds. A. J. Adriani, predt. te Warmen-
huizen, Zondag a. s. des avonds te 7 uur in
't kerkgebouw der H. G. alhier een spreek
beurt komen houden.
Den Hoorn, 26 October. Bij den strand
vonder zijn alhier aangebracht eenige nieuwe
battings merk B. O. benevens eenig wrakhout
en een stuk van een groot zwaard, dit laatste
vermoedelijk van een bomschui).
Vlieland. Aan den Heer Veurman, onder
wijzer alhier, werd eervol ontslag uit zijne
betrekking verleend met 1 Januari a.s.
Voor het herhalingsonderwijs werd benoemd
tot onderwijzer de heer G. Donia en tot
onderwijzeres in het herhalingsonderwijs der
N. Handw. mej. J. Visser.
Twee jongens en zes meisjes melden zich
aan voor dezen cursus.
De minister van oorlog brengt ter
kennis van de lotelingen van de lichting 1905,
die wenschen te worden ingedeeld bij een
van de bereden korpsen, dat zij, voor zooveel
de beschikbare plaatsen dit toelaten, bij een
korps naar hunne keuze kunnen worden
ingedeeld, indien zij zich met een daartoe
strekkend verzoekschrift tot hem, minister
wenden
In het verzoekschrift behooren zij te ver
melden hunnen naam en hunne voornamen,
hun beroep en duidelijk adres, alsmede de
gemeente waar zij voor de militie zijn inge
schreven.
Voorts wordt medegedeeld, dat de lote
lingen van genoemde lichting, die toegewezen
worden aan een der korpsen der bereden
artillerie, allen dadelijk na hunne inlijving
met verlof zullen worden gezonden tot 2 Oct.
1905, terwijl de lotelingen, die eene plaatsing
verzoeken bij een der korpsen van do cavalerie,
in hunne aanvrage kunnen opgeven, of zij
dadelijk na hunne inlijving in werkelijken
dienst wenschen te worden gehouden, dan
wel met verlofte worden gezonden tot 2
October 1905.
Het verzoekschrift behoeft niet op gezegeld
papier te worden gesteld en kan ODgefrankeerd
worden verzonden.
Het moet eigenhandig zijn onderteekend.
(„St.-Ct.")
Eenige kelders onder stadsgebouwen te
's Hertogenbosch gelegen en dus tot de
gemeente-eigendommen behoorende, worden
sedert onheugelijke jaren verhuurd en de
groote ruimte in die kelders gevonden, bij
het meerendeel over verschillende apartemen-
ten verdeeld, gaf den huurders gereede aan
leiding zoo'n kelder geheel als woonhuis in te
richten. Zoo ontstonden vooral in den omtrek
van de Groote markt, verschillende kelder
neringen koffiezetterijen, bierbottelarijen,
aardappelen- en groentewinkels enz. In meer
dan één opzicht en zeker niet het minste
wat aangaat de ruimte, onderscheiden die
kelderwoningen zich gunstig van andere
woningen daar ter plaatse door den kleinen
neringdoenden stand betrokken en de onder
vinding leert dan ook dat de bewoners ervan
zich voortdurend in eene uitstekende gezond
heid mogen verheugen. "Waarschijnlijk echter
zijn bedoelde kelderwoningen in enkele op
zichten in strijd met de bepalingen der
Woningwetalthans den bewoners is dezer
dagen aangezegd, dat het houden van nacht
verblijf in hunne kelderwoning hun is verboden.
Nu de gemeente-autoriteiten zóó beslist
tegenover de bewoners van bedoelde kelder
woningen optreden, wordt verwacht, dat nu
eerstdaags de echte varkenshokken, die in de
vele sloppen en stegen daar bij tientallen
nog maar altoos als woningen dienst doen,
zullen -worden onbewoonbaar verklaard en
ontruimd, immers toestanden als daar heer-
schen kunnen in de verste verte niet worden
vergeleken bij die waarin de zelfs heel wat
comfort biedende kelderwoningen verkeeren.
TEXELSCHE COURMT,
Abonnementsprijs per 3 maanden
Voor dek Bubo 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nbdiblakd 15 Cts. Naar Amerika en andere
landen met rerhooging der porto's.
Prijs der Advertentièn
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
Burgemeester en Wethouders van Texel vestigen in
het bijzonder de aandacht der ingezetenen op de navol
gende bepalingen, voorkomende in het
REGLEMENT
op de WEGEN in NOORDHOLLAND,
(vastgesteld bij besluit der Staten van 11 Juli 1893,
goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 3 Nov. 1893, No.
16 gowijzigd bij besluit der Staten van 9 November 1894,
goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 10 December
1894, No. 9, en gewijzigd bij besluit der Staten van
14' Juli 1904, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van
24 Augustus 1904, No. 35).
Art. 24.
verkeer er over te belemmeren
2o. in een weg te graven of te spitten
3o. de kunstbaan op te breken
4o. cene aan den weg belendende sloot te dempen of er
ecne dam in te leggen
5o. op een weg boomon of ander houtgewas te planten j
6o. de wijze van aanleg van een weg of van de zich
daarop bevindende kunstbaan te verandoren ot een
weg te verleggen.
Vergunning kan echter worden verleend
a. door Gedeputeerde Staten.
tot beharding van onbeharde wegen of wijziging van
den aard of van do breedto der beharding, tot
verbreeding of versmalling van wegen, voetpaden,
dammen of bruggen, opruimen van bestaande of
plaatsen van nieuwe kunstwerken op of in de wegen
en tot alle andere wijzigingen in den aanleg van een
weg, of tot verlegging van een weg.
Zijn echter Gedeputeerde Staten van oordeel, dat
door de wijziging of verlegging rechten of belangen
zouden kunnen worden geschaad, dan wordt de
aanvrage daartoe voor den tijd van drie weken in
do betrokken gemeente voor een ieder ter inzage
nedergelegd, en verder gehandeld overeenkomstig
de bepalingen van de artikelen 311 j
b. door Burgemeester en Wethouders: en in spocd-
cischcnde gevallen door den Burgemeester
lo. tot het tijdelijk afsluiten van een weg of het op
andere wjjze belemmeren van het vrije verkeer er
over
2o. tot het graven of spitten in een weg
3o. tot het tijdelijk opbreken van de kunstbaan
4o. tot het dempen van eene aan den weg belendende
sloot of het er in leggen van een dam
5o. tot het planten van houtgewas op de bermen of
zijkanten van een weg
onverminderd in de gevallen onder b 4 en 5 genoemd,
de bevoegdheid van andere besturen.
Aan de vergunningen, door Burgomeester en Wet
houders of den Burgemeester te veneoncn, mogen door
hen voorschriften worden verbonden, voor zoover deze
uitsluitend dienen moeten ter beperking van hetongerief,
dat uit de voorgenomen handelingen zou kunnen
ontstaan.
Art. 25.
Overtreding van een der in artikel 24 vervatto ver
bodsbepalingcn of van een der voorschriften, door
Burgemeester on Wethouders of den Burgemeester ann
cene vergunning verbonden, wordt, voor zoover daartegen
niet by cene wet of ecnen algemecnen maatregel van
bestuur is voorzien, gestraft met eene geldboete van
ten hoogste f 25,—.
Gedeputeerde Staten, en zoo het geen provincialen
weg betreft, Burgemeester en Wethouders, zijn bevoegd
voor Tokening van don overtreder te doen opruimen
of herstellen, hetgeen in atryd met artikel 24 is verricht
of nagelaten.
Art. 26.
Vergunningen, in art. 24 vermeld, mogen door
Burgemeester en Wethouders, niet worden geweigerd,
dan wanneer dit vereiseht wordt voor de instandhouding,
bruikbaarheid, vrijheid en veiligheid der wegen.
Art. 27.
De onderhoudsplichtigen der beplantingen op wegen
hebben er zorg voor te dragen
lo. dat van de opgaande boomen geene takken over de
rijweged of voetpaden uitsteken, dan op eene hoogte
van ten minste 4 meter boven den beganen grond
2o. dat hagen of struiken op de bermen of zijkanten
der wegen steeds derwijze worden gesnoeid gehouden,
dat de op den ligger aangewezen breedte van den
rijweg of van het voetpad vrij blijve.
Bij het ontdekken van nalatigheid in deze geven
Burgemeester en Wethouders daarvan schriftelijk kennis
aan den onderhoudsplichtige, met last, behalve in geval
het beplantingen geldt van de Provincie, om binnen een
daarbij gestelden termijn, die niet korter mag zijn
dan van veertien dagen, hetgeen nagelaten is, te ver
richten. Is dit binnen den aangewezen termijn niet
geschied, dan kunnen Burgemeester en Wethouders
voor rekening van den nalatige het bevolene doen
uitvoeren.
De nalatige wordt gestraft met eene geldboete van
ten hoogste f 15,
Art. 28.
Wie zich door de weigering eener van Burge
meester en Wethouders gevraagde vergunning, als
bedoeld is in het tweede lid van art. 24, door hunne
voorschriften, als bedoeld zijn in het derde lid van
datzelfde artikel, of door hun last, als bedoeld is in
het tweede lid van art. 27, bezwaard acht, kan binnen
veertien dagen na ontvangst hunner daartoe strekkende
beschikking, daarvan in beroep komen bij Gedeputeerde
Staten. Van het komen in beroep geeft hij te gelijker
tijd schriftelijk kennis aan Burgemeester en Wethouders.
Gedeputeerde Staten deelen hunne beslissing schrif-
lijk mede aan den reclamant en zenden er afschrift van
aan Burgemeester en Wethouders, die op de handhaving
er van toezien.
Art. 29.
Het is verboden buiten de wegen boomen of ander
houtgewas te hebben, waarvan de takken over de rijwegen
of voetpaden uitsteken ter hoogte van niet meer dan
4 Meter boven den beganen grond.
Overtreding wordt gestraft met eene geldboete van
ten hoogste f 15,
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd, wanneer
de overtreder na kennisgeving het in strijd met dit
verbod bestaande niet verwijdert, dit voor zijn rekening
te doen geschieden.
Art. 30.
Het is verboden, de voetpaden, bermen of zijkanten
der wegen te berijden, tenzij dit door de noodzakelijkheid
tot uitwijken geboden wordt.
Het rijden met kinderwagens is van dit verbod uit
gezonderd.
Att. 31.
Ruiters en bestuurders van rij- of voertuigen, elkander
in tegengestelde richting voorbijrijdende, zijn verplicht
rechts (van do hand) uit te halen.
Wanneer zij in dezelfde richting achter elkander
rijden is do achterste, zoo die den voorste wenseht
voorbij te rijden, verplicht dezen daarvan te verwittigen,
waarna deze rechts (van de hand), de voorbijrijdende
links (bij de hand) moet uithalen.
Deze bepalingen zijn niet toepasselijk bij het voorbij
rijden van tramwagens, in welk geval de ruiter of
voerman verplicht is uit te halen naar die zijde van
den weg, die door de trambaan wordt viijgelaten.
Art. 32.
Het rijden met en op hondenwagens op de rijwegen
is geoorloofd onder de volgende bepalingen
o. uitgezonderd in het geval, voorzien bij art. 3 der
wet van 5 Juni 1875 (Staatsblad No. 110), moeten
de honden voorzien zijn van een passenden en doel-
treffenden muilkorf, die gemaakt is van stevig metaal
draad of van stevig leder en die het bijten verhinderd,
een en ander ter beoordceling van do in art. 37
bedoelde ambtenaren j
b. bij het ontmoeten van ruiters of rijtuigen, of door
dezen achterop gereden wordende, zijn de bestuurders
van hondenwagens verplicht met hun wagen op den
berm of den zijkant van den weg uit te wijken, zich
vóór den hond of de honden te plaatsen en daar te
blijven totdat ruiter of rijtuig hen zal zijn voorbij
gegaan.
Art. 33.
Hot berijden der rijwegen met vélocipèdes is geoor
loofd onder do volgende bepalingen
Den berijders is het verbodon
lo. bereden »f aangespannon paarden achterop voorbij
to rijden, zonder vooraf don ruitor of voerman te
hebben gewaarschuwd door eono ann de vélocipcdc
bevestigde luidklinkondo bel, fluit of trompot
2o. tussehen zonsonder- en -opgang te rijden zonder dat
do vélociphde voorzien is van een holder brandende
lantaarn, waarvan hot licht recht vooruit zichtbaar is.
Art. 34.
De molenaar, of die hem vervangt, is verplicht zijn
windmolen, gelegen aan of op een afstand van minder
dan twintig meter van een rijweg, bij de nadering van
losse of aangespannen paarden op den weg, te doen
stilstaan, wanneer hem dit door of van wege den berijder
of voerman wordt verzocht en den molen niet weder
in gang te brengen gedurende den tijd die noodig is
om de paarden en rijtuigen te doen voorbijgaan.
Art. 35.
Wie tol het voortstuwen van een vaartuig een boom
gebruikt, is verplicht dien boom in te halen, zoodra
dit noodig is om rij- of voertuigen ongehinderd te laten
voorbijgaan.
Art. 36.
Overtreding van eenige bepaling dezer paragraaf
wordt, voor zoover daartegen niet bij eene wet of
eenen algemeenen maatregel van bestuur is voorzien,
gestraft met eene geldboete van ten hoogste f 10,
Art. 37.
Met het toezicht op de naleving der bepalingen van
IV en V zijn belast al de ambtenaren der Rijks-
en Gemecntepoltie, benevens de ambtenaren van den
Provincialen Waterstaat.
Texel, den 27 October 1904.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Do Secretaris, De Burgemeeester,
J. RUIBING. H. W. DE JONCHEERE