Buitenland.
Ingezonden Stukken.
Marktberichten
Een vreemd geval.
Een onderwijzer in Friesland solliciteerde
naar naar eene betrekking aan eene openbare
lagere school in de Geldersche gemeente L.
Het schoolhoofd aldaar richtte aan het hoofd
der school, waaraan de onderwijzer nu werk
zaam is, een schrijven, verschillende vragen
bevattende. Een dier vragen was„of de
onderwijzer bereid zou zijn voor de klas te
bidden." Het schoolhoofd informeerde op
die vraag bij den betrokken onderwijzer
sollicitant, die tegen het doen van een gebed
voor eene klasse, die wellicht uit kinderen
van ouders van verschillende godsdienstige
gezindte bestaat, bezwaar had. Het school
hoofd antwoordde in dien geest en spoedig
daarna kreeg de sollicitant zonder eenig bij
schrijven zijn stukken terug.
De „W. Ct." schrijft
ln een der Westerwoldsche gehuchten
besloten onlangs twee landbouwers, van wie
de een eene vrij groote, de andere een veel
minder aanzienlijke boerderij bezit, om voor
den tijd van zes jaren met plaatsen te ruilen.
Het gebeurde, omdat de eerste in eigen
gezin werkkrachten te min, en de tweede
er te veel heeft, 't Besluit had dus goeden
doen. Het spreekt vanzelf dat de tweede
jaarlijks een zeker bedrag moest toegeven.
Het aangegaan accoord werd notarieel be
schreven. Nu wil het geval, dat de eigenaar
der groote plaats thans berouw heeft over
het getroffen accoord. Hij moet er in 't
geheel geen zin in hebben, om zijn plaats
te verlaten 1 Ra, Ra, wat nu gebeuren kan.
Zal hij, op eigen kosten, uit eigen woning
worden gezet?
Het zou kunnen. Naar de groote „men"
zegt, moet hij reeds een aanzienlijke som
geboden hebben, om van zijn medecontrac
tant vernietiging van het accoord te verkrijgen.
Yelen zien met spanning den afloop tege
moet. Bittere levenservaring leert menigeen
den zin van het oude rijmpje
Eerst gedaan en dan bedacht.
Heeft menigeen in leed gebracht.
Een huwelijksreisje tegen wil en dank.
Te Amersfoort arriveerde een bruidspaar
voor de ouderlijke woning, doch terwijl de
koetsier van den bok springt, om het portier
te openen, slaan de paarden op hol. In wilde
vaart gaat het naar buiten, de poort uit, een
landweg op. Even voorbij een pleisterplaats
wist een boer de paarden tot staan te bren
gen, In een ander rijtuig keerde men terug.
De reis was wel kort van duur, maar had
toch een overgetelijken indruk gemaakt.
In den herfst, bij het dalen der tempe
ratuur, kruipen de alen in den grond, op
plaatsen, waar de bodem week en kleiachtig
is. Op het Pampus en het Buiten IJ ziet
men daarom tegenwoordig vele Zuiderzee-vis-
schers bezig met aalzeilen, om deze visch uit
den grond te halen. Wijl dit niet met een
net kan geschieden, gebruiken zij een bijzon
der soort van vischtuig, ergel genoemd.
Dit bestaat uit een dikken stok van 6
meter lengteaan het ondereinde is een
ijzeren kam bevestigd, waaraan ongeveer
dertig punten 2 decimeter lang en bijna 1
centimeter dik dicht naast elkaar geplaatst
zijn. Onder het zeilen plaatst de visscher
zich op zijde in den botter en houdt
den ergel, waarvan het ondereinde met een
touw is vastgemaakt, loodrecht in het water.
De ijzeren pennen ploegen door den bodem,
en de aal raakt er tusschen bekneld. Van
tijd tot tijd moet de stok dus worden opge
haald om den buit binnenboord te brengen.
Meermalen wordt een emmer, een fornuis
of iets dergelijks mee opgepikt, welke voor
werpen door schippers overboord geworpen
zijn. Soms ook ondervindt men een schok,
wanneer de kam een steen ontmoetdan
breekt het touw, zoodat de visscher den
ergel moet laten glippen. (N. v. d. D.)
Bedrog in den handel.
Een boer te Zaamslag kocht een koe.
Nadat het dier eenige dagen bij zijn nieu
wen eigenaar was gestald, viel tot zijn groote
verbazing de helft van den staart der koe af.
Bij onderzoek bleek, dat dit lichaamsdeel
er was aangenaaid.
Wat een kanarie eetl
Van personen, die zeer weinig eten, zegt
men wel eens„hjj eet zooveel als een
kanarie." Nu heeft onlangs een geleerde
^onderzocht, hoeveel voedsel dit gele vogeltje
tot zich neemt. Het diertje weegt gemiddeld
15 gram, en nu woog onze geleerde al het
voeder en kwam tot de ontdekking dat dit
in een maand 32-maal zooveel bedroeg
eiken dag verbruikte de teere zanger dus iets
meer dan zijn eigen gewicht.
In verhoudiug tot zijn eigen lichaamsge
wicht consumeert de vogel minstens 20-maal
meer dan de mensch, terwijl in het drinken
ongetwijfeld de mensch als onovertroffen
bovenaan staat.
Wat een koe geeft.
Wat een goede koe, als ze ferm gevoederd
wordt, opbrengen kan, blijkt uit het volgende:
H. Achten, te Groningen, leverde aan de
Centrifuge aldaar in één jaar tijd van één
koe 7189 liter melk, welke te zamen 24780
graden behaalden, dat is dus per L. ruim 3.4.
Al die melk bracht hem in dat jaar op
f308.05 aan geld. Rekent men nu de zg.
fietsmelk op 1 cent per L. en de dikke melk,
die hij terug ontving, op 2 centen per L.,
dan komen we tot een gezamelijke opbrengst
van f 394.32.
Voorwaar, een zeldzaamheid Dat er hier
geen fopperij kan plaats hebben is zeker, daar
de man slechts één koe bezit en de boeken van
den secretaris der Centrifuge steeds in de
beste orde zijn. Uit de boeken hebben we
de gegevens gehaald, die wij hier vermeld
hebben. („Nbr.")
De pontenier De K., te Dordrecht in
garnizoen, kwam onlangs in het bezit van
een erfenis van circa f1200. Om dat geld
vrnchtdragend te maken, wist hij geen beter
middel dan zijn liefje, de Duitsche A. W., in de
gelegenheid te stellen een bierhuis te beginnen
aan den Riedijk No 19. Dat hij daar de beste
klant was, spreekt vanzelf, maar even begrij
pelijk is het, dat hij zich meermalen ergerde
over de houding van zijn liefje tegenover andere
bezoekers.
En dat werd er niet beter op, sedert hij
wegens straf 's avonds niet later dan 10
uren in de kazerne mocht terugkeeren, ter
wijl anderen vaak tot middernacht mochten
uitblijven.
Het gevolg daarvan waren herhaalde kib
belarijen die meermalen tot handtastelijkheden
overgingen. Zoo was het ook Donderdagavond.
De beide geliefden kregen twist en dienden
elkaar over en weer eenige klappen toe,
waarop de fr&ulein een zakje peper greep en
den inhoud daarvan haar pontenier in het
gelaat wierp. Razend van pijn liep deze de
straat op, gevolgd door zijn liefje naar het
politiebureel, waar beiden een aanklacht in
dienden ter zake van mishandeling. De poli
tie maakte natuurlijk proces-verbaal en liet
de partijen daarna weer vertrekken. Hun
woede schijnt daarmede echter bekoeld te
zijn, want kort daarna waren zij weer har
telijk verzoend. (D. C.)
Een rattenplaag. „Kleine oorzaken
hebben vaak groote gevolgen aan dit spreek
woord doet een bericht uit Charente denken,
dat is als een noodkreet over den vreeselijken
rattenplaag die daar woedt. Het vorige jaar
eerst begon de inval van deze lastige gasten,
die afkomstig zijn van de schepen in de
havens. Zij trokken in onrustbarend getal
het land in en op 't oogenblik wordt hun
aantal in binnen-Dharente geschat op 12 milli
ard 1 Door deskundigen is geconstateerd dat
300.000 hectaren land door de ratten bedor
ven zijn, het nadeel, dat daaruit voortspruit,
wordt door sommigen op een 25 millioen,
door anderen, bij wijze van minimum op
een 8 10 millioen gulden geschat. Als men
aanneemt, dat de waarheid in het midden
ligt, dan doen kleine knaagdieren toch nog
altijd en in een jaar tijds een schade van
een 12 millioen gulden.
De plaag schijnt zich nu ook uit te breiden
over de naburige departementen, want alle
maatregelen die men er tegen heeft getroffen
zijn onvoldoende gebleken.
Een zachte winter. Uit den trek der
vogels en de houding der bijen heeft men
reeds voorspeld dat ons een harde winter te
wachten staat. Anders oordeelt dr. Paulsen,
Je directeur van het meterologisch instituut
te Kopenhagen. Hij steunt zijn gevoelen op
den ijstoestand in het hooge noorden. De luit.
t/z Amdrup vond in Augustus ten Oosten
van Groenland veel minder ijs dan in andere
jaren.
Hiervan is reeds het gevolg geweest dat de
zomer in het noorden en midden van Europa
warm en droog is geweest. Ook in den
winter zal dit nawerken en heeft men hoofd
zakelijk westewinden te verwachten, die ook
wegens de noordelijker richting welke de
warme golfstroom allengs heeft gekregen,
betrekkelijk zacht weder in uitzicht stellen.
Engolsche visschers op de Noordzee
hebben een haai gevangen van een zeer bij
zondere soort, welke anders alleen in het
Noorden van den Stillen Oceaan wordt gevon
den. Het is een haai met vleugels, een
zoogenaamde „engel-haai".
Het dier is ongeveer 4'/« voet lang en het
heeft groote vleezige vleugels in plaats van
gewone vinnen.
Nooit te voren werd zulk een zeldzame en
zonderlinge visch gevangen in die streken.
In Engeland zijn veel predikanten e|
niet afkeerig van, allerlei hulpmiddelen uil
het wereldlijke leven te baat te nemen onj
het kerkgaan aantrekkelijker te maken. M
Rov. William Barnsley, voorganger van d]
Primitieve Methodisten te Southampton, heefl
zeven dagen gevangen gezeten, omdat bijl
weigerde zijn school belasting te betalen. Toen]
hij weer vrij was, heeft hij zijne gemeent] Dt
verteld, hoe hij in de gevangenis geleefd had] Ov
Daartoe had hij voor den preekstoel een] Oc
gevangeniscel laten nabootsen en daar ging q(
nu zijn weleerwaarde, ten aanschouwe van
zijn gemeenteleden, touw zitten slaan, zooals
hij in de heusche gevangenis moest doen, O'
Men begrijpt hoe dat pakte, ofschoon
men 't gevangenisleven alleen overdrachtelijk
wereldlijk leven kan noemen. B
Omgekeerd tracht de heer Richard Temple, L
die te Londen dramatische voordrachten
houdt, gehoor te trekken door den Bijbel op
het tooneel te brengen. Hij draagt met veel
dramatische uitdrukking stukken uit Jasaja
en Psalmen voor.
Het alcoholgebruik neemt in Zwitser
land op onrustbarende wijze toe. Jaarlijks
besteedt het volk 365 millioen aan geestrijke
dranken, d. i. dus bijna een millioen per dag.
Daarentegen koopt het slechts voor 312 c
mill, brood en voor 306 mill, vleesch. De
alcohol is derhalve het grootste verbruiksar-
tikel geworden, en niettegenstaande het staats- 1
monopolie en de prijsstijging van den drank,
blijft het gebruik toenemen.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
In welken vorm nemen de planten de noodige
stikstof op
In den mest komt de stikstof voor als eiwit
achtige stof, als ammoniak-verbindingen en als
salpeter.
Indien de planten stikstof gebruiken als eiwit,
zullen we kunnen volstaan door te bemesten met
een meststof, waarin dit voorkomt. Gebruiken
de planten echter stikstof als ammoniak-ver-
binding, dan zullen we daarmede moeten be
mesten.
En indien ze alleen stikstof gebruiken als
salpeter, dan ligt het voor de hand, dat deze de
aangewezen stof is.
Door talrijke proeven is aangetoond, dat de
planten alleen stikstof gebruiken als salpeter.
„Derhalve is stalmest, compost of zwavel zure
ammoniak van geen waarde, althans voor stik
stof voeding der planten," hooren wij ons reeds
toevoegen. Wie dat beweert, heeft het mis.
Wat gebeurt echter? Uit eiwit kan en zal in
de meeste gevallen ammoniak ontstaan, en in
't ammoniakonder bepaalde voorwaarden salpeter,
zoodat uit organischen mest en uit zwavelzure
ammoniak salpeter kan ontstaan. Maar dit duurt
eenigen tijd en er gaat een deel van de stikstof
verloren bij de veranderingen.
Willen wij de planten onmiddellijk helpen aan
stikstof voedsel, dan moeten wij salpeter gebruiken.
De aangewezen stof is dan chilisalpeter, omdat
kalisalpeter veel te duur is.
Behalve dat de omzetting van eiwit in ammo
niak en deze weder in salpeter tijd vordert, is
er nog meer toe noodig. In de eerste plaats
lucht om zuurstof te leverenin de tweede
plaats bacteriën, die moeten helpen, om ammo
niak te veranderen in salpeterzuur, waarbij
warmte onontbeerlijk is. In den bodem moet
verder kalk of een andore daartoe geschikte
stof zijn om van salpeterzuur salpeter te vormen.
Verschillende oorzaken kunnen die verande
ringen vertragen, als de aard van den grond,
de weersgesteldheid, overmaat van water enz.
Voor bacteriën kunnen wij zorg dragen door
den grond er mee te „enten," voor kalk ook,
doch voor warmte niet. In de meeste gevallen
zal het dus, vooral in het voorjaar, het beste
zijn, dadelijk met salpoter te bemesten.
P. G.
Leiden, 16 Dec. Ter markt worden heden
aangevoerd: Ossen 198 stuks i 126 a f 295;
27 Stieren f 56 a 1 302.' Veulens 0 stuks
f 0— a f 0 102 kalfkoeien i 124 a f 278,
Melkkoeien f 121 a f278; 80 Varekoeien
f 110 a 1237, 198 Vette koeien f 128 a f 295
21 Vette kalveren f 37 a f 95 28 Magero
kalveren f 8,— af 19; 36 Graskalveren 1300
a f69; 205 Vette schapen f 17 a 134;f 4
schapen (weide) f 14 a f 28.— 0 Paarden 20o
af 0 86 Magere Varkens f'14 a f f 30
Vette "Varkens a ct. 210 Biggon 4,00
a f 10.Lammeren f 0,a f 0
Scliagen, 17 Doe. Aangevoerd: 12 paarden
f 50 a 1230; 3 Stieren 189 a f185; 4 Geldo-
koeièn f 110 al 130; 15 Kalfkoeien f 140,
f 210 12 Nuchtere Kalveren f 9,a 20,50
0 Schapen f 0 a f0,1400 Lammeren f 16,
aI 34, 7 Varkons f 10, a f 13; 23 Vette
Varkens 23 a 40 cent per kg.44 Vetto Koeion
f 170 a 1 825; Grasknlveron f a f-■
65 Biggon f 7,50 a f 11 Boter f 1,05 a f 1,15
per K.G.Kipeieren f 5,50 a f 6,50
- U i;
