Tl N°, 2023. Donderdag 7 Februari 1907, 20st9 Jaargang Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland, Van weck tof week. Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per 3 maanden- Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 10 nur op den dag der uitgave. Prijs der Advertentiën. Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LA N GEVELD DE R O O IJ, ParkstraatBurg op Texel. Vuilnis op de wcgern De Burgemeester van Texel verzoekt aan de ingezetenen geen vuilnis, scherven, enz. neer te gooien op openbare wegeD, daar deze op verzoek, bij gereedleggiDg immer door den gemeentereiniger worden weggehaald. Texel 1 Februari 1907. De Burgemeester voornoemd, HIDDINGH. GRONDBELASTING. De Burgemeester van TEXEL brengt ter kennis van belanghebbenden, dat ter Secretarie dezer Gemeente, vanat heden gedurende 30 dagen voor een ieder ter inzage ligt, een opgave der schattingen en metingen in deze gemeente over het dienst jaar 1906. De verzoekschriften om hermeting of herschatting ten koste van ongelijk, die om vernietiging van schattingen, welke geacht worden in strijd met de wet te zijn verricht de bczwaarsi.hr iten tegen ambtshalve ver beteringen van misstellingen in de belast bare opbrengst en van de onjuiste metingen en berekeningen, zoomede de bezwaar schriften omtrent de onderwerpen, bedoeld in art. 43 der wet van 21 Mei 1870 (Staats blad jNo. 82) behooren luidens de artt. 16 No. 1, 19 No. 1, 23 derde lid en 44. bij Gedeputeerde Staten dezer provincie te worden ingediend, binnen 30 dagen na heden. Texel 5 Februari 1907. De Burgemeester voornoemd, HIDDINGH. 27 Jan. 3 Febr. In een deftig huis, op voornamen stand in een groote stad, woonde een algemeen hoog aangeschreven meneer. Een meneer waar menigeen nederig zijn hoed of pet voor lichtte, omdat die meneer aan het hoofd stond van een florisante bankinstelling een post van haast onbeperkt vertrouwen en van groote verantwoordelijkheid, niet minder dan het notarisambt dat hij vóór zijn directeurschap waarnam. Zoo was het nog niet lang geleden, toen evenwel geheel onverwacht het bericht kwam, dat de politie den meneer achter de Ijzeren tralies had gebracht, omdat hij in zyn betrekking als directeur malversa ties had gepleegd, zooals men tegenwoordig met een vreemd woord het verdonkremanen van groote geldsommen aan anderen toe- behoorende kortweg gezegd stelen - kwa lificeert. Dat gaf niet weinig opschudding in wijden kring, temeer daar men nog zeer onder den indruk verkeerde van het voorgeval lene met de Hollandsche hypotheekbank te Amsterdam. De lezer begrypt reeds dat we niemand anders op het oog hebben dan meneer Bland van den Berg, gewezen directeur der Zuid-Hollandsche hypotheekbank te Rotterdam, wiens zonden-register in do afgeloopen week voor de rechtbank zijner woonplaats blootgelegd werd. Donderdag ving de behandeling van deze opzienbarende strafzaak aan. En al is de dagvaarding niet zoo groot, lang zoo groot niet zelfs, als in de geruchtmakende affaire de Montigny en de Geer, al is de verduis- terdo som lang zoo belnngryk niet als die bij de andere het geval was, al telt het getuigenlijstjo lang geen 70 namen, het feit of liever de feiten door Bland van den Rerg bedreven zjjn minstens oven ernstig zoo niet ernstiger als die waarvoor zyn confraters terechtstonden. Juist de slimme wijze waarop de oneerlijke handelingen werden gepleegd maken de zaak zoo ernstig. Werkten de Montigny cn de Geer met waardelooze papieren en valsche boekingen Bland van den Berg handelde volgens een listig opgemaakt plan met weergalooze brutaliteit, verduisteringen, oplichtingen en valschheid in geschrifte plegende. En 't is geen peulschilletje wat hij op die manier wist te „vermalverseeren." Allereerst wordt beklaagde voorgehouden dat hij f 584.352.— uit de kas der Zuid- Hollandsche hypotheekbank heeft doen verdwjjnen. Dat lapte hij 'm zóóHij legde zijnen mededirecteuren achtereenvol gens 22 schriftelijke hypotheekaanvragen over, die hij zelf gefabriceerd had en onder- teekende met namen van personen die niet bestonden of van de heele zaak niets afwisten. Daar hij de aanvragers allen zeide te kennen als puik-solide nam hij de regeling van alles op zich. Voor zijn praktijk koos hij steeds onbebouwde per- ceelen grond uit, behoefde daardoor geen assurantiepolissen over te leggen en voor kwam daardoor dat zijn medebestuurdeis de panden in oogenschouw namen. Daar hy 't volle vertrouwen bezat viel 't hem niet moeieljjk zijn mededirecteuren te be wegen te adviseeren aan den raad van toezicht de gelden aan hem af te dragen. De verdere bescheiden als afschriften van de koopacten, borderellen van de hypotheek aktes, maakte hij zelf, teekende ze met de namen der bevoegde notarissen en bewaar der der hypotheken en klaar was Kees. De hypotheeken waren gesloten en de centjes verdwenen in de zakken van meneer den directeur. Thans is de vierschaar gespannen. De eisch was 4 jaar gev. Het recht zal den schuldige straffen en de straf zal verdiend zyn. Zal 't ten afschrikwekkend voorbeeld zijn voor anderen De mensch is helaas zoo'n hardleersch schepsel. De waarheid onzer oude Hollandsche spreekwoorden moet maar al te droevig dikwijls droevig ervaren worden. En toch blijft nog altijd zeker waarDe kruik gaat zoolang te water tot ze breektBoontje komt om zijn loontjeAl is de leugen nog zoo snel, de waarheid achterhaalt haar wel't Kwaad loont zijn meester en Eerst gedaan en dan gedacht, heeft menigeen ten val gebracht; of Berouw komt dikwijls te laat. In het district Ede is Donderdag weer een politieke slag geleverd. De vertegen woordiger van dat district in de Tweede Kamer burgemeester Brants van Schiedam, had het bijltje er bij neergelegd en in zijn plaats is Jhr. S van Citters, de candidaat der anti-revolutionairen en christ. histori- schen met groote meerderheid van stemmen gekozen. Ede is reeds sedert jaren een vast district voor de rechterzijde, zoodat de uitslag geen verwondering wekt. Toch hadden do vrij. zinnigen gehoopt een |grooter stemmental te zullen bereiken, omdat ze hadden ver wacht dat menige chr. hist, kiezer den liberalen candidaat zou steunen. Die hoop is niet verwezenlijkt. De strjjd is op de gebruikelijke wijze gevoerd met drukke vergaderingen en strooi biljetten en wat er al zoo bij een verkie zingsactie behoort. In Duitschland spreekt men nog druk over den uitslag der Rijksdagverkiezingen. Geen wonder, want deze was zoo verras send in 't voordeel der regeering als deze niet had durven te hopen. Er hoeft niet eens de herstemming afgewacht te worden. De regeeringsgezinde candidaten die geko zen werden vormen nu reeds een meerder heid waartegen de verbonden oppositie partijen het zullen moeten afleggen. Vooral de sociaal democraten, hebben gevoelig slaag gehad waarover de vaderlandslievende Duitschers vreugde bedrijven. Bebel en de zijnen kunnen nu wel de oorzaken van de nederlaag opsporen maar dat helpt ook al weinig meer. Von Bulow is baas gebleven, heeft de hulde van de nationalen mogen ontvangen, is in de gunst van den Keizer gestegen en er zal wel een anderen weg gezocht moeten worden om hem van zijn verheven voetstuk te werpen. De Oostenrijksche Kamer is in de afge loopen week naar huis gegaan. Door de aanneming van de nieuwe kieswet zal er een nieuwe Kamer komen en daar de wijze der verkiezing verandert is zag menig af gevaardigde zijn parlementair doodsbed gespreid. De aangename herinnering aan de dikwijls rumoerige zittingen waarin braaf met inktpotten werd gebombardeerd, plus 'nzoet lieve afscheidspreek van den voorzitter vergezelde de heeren op hun weg naar moeder de vrouw en kroost. Behalve 't heengaan der Oostenrijksche Kamer wordt gemeld het aftreden van den Hongaarechen Minister van justitie Polonyi. Niet omdat hij dit wilde, maar op bevel van den Koning. Polonyi heeft heel wat op z'n kerfstok. Op gemeene wijze trachtte hij achter de hofgeheimen te komen waarbij hij zich bediende van een zekere barones Schönbergen. Deze barones die eigenlijk slechts de dochter van een kroegbaas is en in relaties stond met hooggeplaatste per sonen ontlokte haren vereerders allerlei geheimen welke ze aan Polonyi, waarmee ze blijkbaar ook op intiemen voet stond, mededeelde. De zaak lekte uit, 't publiek maakte zich er warm over en zoo kwam de Koniüg er achter. Wel heeft de Hongaarsche rijksraad nog getracht den minister te redden, maar de Koning was onverbiddelijk en Polonyi bleef niets ander over dan ontslag te vragen. Clemencau de Fransche Ministerpresident heeft den naam van ministerie-omverwerper. Dien titel veroverde hij zich toen hij nog niet achter do regeeringstafel zat. Zijn snijdende spot, zijn scherp sarcasme stelde hem in staat bespottelijk te maken wie hij wilde en daar hij er bijzonder veel behagen in vond ministeries omver te kegelen moes ten deze het altijd bij hem ontgelden. Sedert hij evenwel zelf minister is hield hij zich natuurlijk koest tot hy do vorige week plots een kuur kreeg die deed denken dat hij tot zijn oude liefde was teruggekeerd, 't Dwaze was evenwel dat hij de zweep deed neerkomen op den rug van zichzelf en zijn medeministers. 't Gebeurde by de behandeling der Schei- dingswet in de Kamer. De geestelijkheid had een aantal voorwaarden aangeboden houdende practische regelingen teneinde de kwestie nader tot een einde te brengen, hoewel de principieele klove tusschenkerk en regeering bleef. Briand scheen deze voorstellen nog niet zoo ongerymd te zijn, maar Clemenceau trad in een felle bestrij ding daarvan. En in 't vuur zijner rede voering keerde de vinnige geest van spot terug en hij begon uit te pakken tegen zijn medeministers, in de volle Kamer, dat het een aard had. Het heele doen der regeering stelde hij in een bespottelijk licht en haar schuld was het, dat men thans zoo in de knoei zat met de vrijheidswet. Bleek van woede stoof Briand de Kamer uit, waar de heeren afgevaardigden van verbazing elkander aankeken over 't dwaze gedoe van den minister president. Briand wilde 't bijltje er bij neerleggen maar Jaurès, zijn partijgenoot, sprong op de tribune om hem te redden. Toen begreep Clemencau eerst hoe dwaas hij gehandeld had en er zat niets anders op dan amende honorable te doen. Hij ging Briand ophalen maar wat er tusschen hen beiden in dat oogenblik ver handeld is, zal wel niet zoo heel lief ge weest zijn. Wat kan 'n mensch ook 'n minister toch gekke bokkesprongen maken! Clemencau zal intusschen voor 't vervolg wel 'n wacht voor zijn lippen stellen. TEXEL, 6 FEBRUARI 1907. Texelsch Fanfare-corps. Met genoegen woonden wij Zaterdag avond de muziekuitvoering bij, welke door het Texelsch Fanfare-corps werd gegeven in de zaal van de „Vergulde Kikkert." De Directeur riep allen het welkom toe, hij noemde dit een aangename taak, waar het bijna 2 jaren geleden was, dat zulks in deze zaal werd gedaan. Aan dat openingswoord voegde hij toe dat het corps voor dezen avond eene te leurstelling was bereid doordien twee leden (de een tengevolge ziekte, de andere door verplichte bezigheden) hunne medewerking niet konden verieenen spr. hoopte evenwel, dat door genomen maatregelen dat gemis niet zoo sterk zou worden gevoeld. Die toezegging werd met zoo groot vertrouwen gedaan, dat de teleurstellende mededeeling, er zeer door werd getemperd. Het programma werd daarna geregeld afgewerkt en wij herhalen wat wij hier boven zeiden, dat wij met genoegen hebben geluisterd naar hetgeen ten ge- hoore werd gebracht. Er was éénheid in den toon der ver schillende instrumenten, er werd inder daad goed werk geleverd. Zonder eeni- ge nummers meer in het bijzonder aan te duiden, mogen wij met overtuiging zeggen, dat meermalen aangename melo- diën het gehoor streelden. Of 't aan de toonzetting der stukken hield ot aan de uitvoerenden, wagen wij niet te beslissen, doch de muziek was van dien aard, dat ze voor de eerste rijen niet, zooals wel eens het geval is in eene zaal, te scherp klonk. Het programma, 12 nummers, werd geregeld afgewerkt, toen zakte het scherm en... was het uit. 't Was wel jammer dat niet een enkel woord werd gesproken om hulde te brengen aan de werkende leden van het Fanfarecorps, 't zou ver diend zijn geweest. Wij willen het hen bij deze nog brengen, terwijl verder het applaus dat hen beloonde door hen de dank moog zijn. De opkomst van belangstellenden, ofschoon niet onbeduidend, hadden wij gaarne grooter gewenscht, doch het publiek dat er was, was zeker naar terecht werd opgemerkt, een dankbaar publiek. De vergadering van de Schietver- eeniging alhier, op Maandagavond, had geen ontbinding daarvan ten gevolge COURANT

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1907 | | pagina 1