N°. 2097.
Donderdag 24 October 1907. 21"° J aargang.
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Van week tof week.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Advertentiën vóór 10 nar op den dag der uitgave.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, ParkstraatBukg op Texel.
12 Oct. 19 Oct.
Spoediger dan door menigeen was ver
wacht heeft de Regeering gevolg aanhaar
voornemen gegeven om een herziening
van onze grondwet aan de orde te stellen.
Zooals men zich herinnert heette het in
de jongste Troonrede dat „eerlang" voor
stellen tot wijziging van bovengenoemde
wet bij de Kamer zouden inkomen en al
gemeen haast was men van gevoelen dat
dit „eerlang" diende uitgelegd te worden
als „later eens" of „nu voorloopig nog niet".
Wat intusschen een onjuiste uitlegging
is gebleken, want nu reeds zijn bij de
Tweede Kamer de Regeeringsvoorstellen
ingediend tot wijziging van het Ille en IVe
hoofdstuk en enkele additioneele artikelen
der Grondwet. Deze wijzigingen hebben
ten doel de regeling der kiesbevoegdheid
meer te brengen in de hand van den ge
wonen wetgever. Wat de Regeering zich
voorstelt is volstrekt geen kleinigheid en
als men let op de huidige samenstelling
der Kamer moet wel de vraag opkomen
of de Regeering niet wat al te veel „durf"
heeft.
We kunnen hier de Regeeringsvoorstellen
niet uitvoerig bespreken maar zullen ons
bepalen door de hoofdzaken aan te geven.
De Regeering wenscht bepaald te zien:
dat de leden der Tweede Kamer recht
streeks worden gekozen door de kiezers,
die daarvoor door de wet worden aange
wezen
dat de leden der Tweede Kamer inplaats
voor vier jaren voor den tijd van vijf jaren
worden gekozen
dat voor de verkiesbaarheid tot lid der
Eerste Kamer geen andere eischen zullen
worden gesteld dan voor de leden der
Tweede Kamer, dus dat het niet alleen
de hoogstaangeslagenen behoeven te zjjn;
dat het recht van amendement aan de
Eerste Kamer blij ve onthouden
dat de wet ook aan vrouwen het kies
recht zal kunnen toekennen
dat ook vrouwen verkiesbaar zjjn.
Zooals we boven reeds opmerkten komen
ons deze voorstellen in de gegeven omstan
digheden wel wat gewaagd voor. 't Is
o.i. zeer te betwijfelen of voor deze ingrij
pende wijzigingen wel in de tegenwoordige
Tweede Kamer een meerderheid is te vin
den. En zelfs al mocht dit het geval zjjn
dan nog bljjft zeer de vraag of de Eerste
Kamer wel met de Regeering zal meegaan.
De verschillende partijbladen hebben hun
meeningen reeds ten beste gegeven en al
vindt men hier en daar ook waardeering
voor de plannen der Regeering, van ver
schillende kanten worden reeds bergen
bezwaren aangevoerd. Ongetwijfeld zullen
velen met ons met belangstelling den loop
der dingen afwachten.
o—o—o—
De zetel van wijlen den heer Tak zal
bezet worden door partijgenoot Helsdingen.
Dit was de uitspraak van de stembus in
het district Franeker, een uitslag die pre
cies zoo was verwacht. Behalve dan wat
de cijfers betreft; want vrij algemeen had
mon verwacht dat de sociaal-democraat
den anti-revolutionair wat verder achter
zich zou hebben gelaten. Opmerkelijk dat
de heer Tak gekozen werd met 3943 stem
men, terwijl zijn opvolger het niet verder
dan tot 3340 bracht. De heer Van dei-
Molen bekwam er 3016, terwjjl in 1905
de candidaat der korkeljjken er 3179,
dus 163 meer kreeg. Hier dus ook een
teruggaan in stemmen-aantal. Waarschijn
lijk is de oorzaak van een en ander te
zoeken in de houding van een deel der
liberale heeren in 't district, die in de
verkiezingsdagen in 1905, aangegrepen door
de strijdleuze van die dagen op den soci
aal-democraat overgingen en thans bij
zoo'n tusschentijdsche verkiezing is de
animo in den regel niet zoo groot als
anders stilletjes thuis bleven, terwijl ook
rechts niet alle mannetjes opkwamen, niet
tegenstaande er hard was gewerkt. Mis
schien ook deed de persoonlijkheid der
candidaten zich in den uitslag gelden,
—o—o—o—
De Tweede Kamer heeft, na eenigentijd
in de afdeelingen doorgebracht te hebben,
hare openbare werkzaamheden weer opgevat
enhet een tweetal ministers reeds bij
voorbaat moeielijk gemaakt. Allereerst
moest Minister Veegens er aan gelooven.
Deze toch wilde een geldelijk voorschot
geven aan de kwijnende Zuid-Amerika-lijn,
om de stoomvaartverbinding tusschen ons
land en Zuid-Amerika en Argentinië gaande
te houden. Van verschillende zydenwerd
dit voorstel bestredende een meende dat
de minister een ernstig precedent schiep
en de weg opende voor tal van andere
aanvragen om steun, 'n ander zag in het
voorschot een subsidie verleening wat in
zijn oogen protectie beteekende, 'n derde
achtte het geld zoo goed als weggeworpen,
enz. enz. Toch won de Minister ten slotte
het pleit en zag zijn voorstel aangenomen.
Minder gelukkig ging het met den mi
nister voor oorlog, generaal van Rappard,
die het bagatelletje van 8 miljoen van de
Kamer kwam vragen als eerste bijdrage
voor het fonds tot spoedige afwerking van
de stelling Amsterdam. Dit voorstel lokte
nog ernstiger bestrijding uit dan dat van
minister Veegens. Tal van kamerleden
bleken niet doordrongen te zijn van de
noodzakelijkheid van de stelling Amsterdam,
in elk geval niet van het wenschelijke van
's ministers plannen. En hoe de Minister
ook zijn voorstel verdedigde, het mocht
hem niet baten, want het werd verworpen.
Wat de minister nu zal doen is de vraag.
Op het oogenblik dat wij dit schrijven is
daaromtrent nog niets bekend. Zal hij
zich over de nederlaag heenzetten en aan
blijven, of zal hij het voorbeeld van zijn
voorganger, den heer Staal, volgen
Minister van oorlog te wezen begint ook
al een ondankbaar baantje te worden.
o—o—o
Uit het buitenland komen tal van sta-
kingsberichten. Zoo schijnen in Italië
inzonderheid te Milaan en Turijn, de spoor
wegbeambten met hun directies overhoop
te liggen, wat reeds enkele malen tot
ernstige opstootjes aanleiding gaf. Dan is
in Oostenrijk-Hongarije dezer dagen even
eens op het gebied der spoorwegen beroering
geweest. De beambten hebben eenigen tijd
een lydelijk verzet toegepast om aan hun
eischen kracht bij te zetten. Thans is de
zaak evenwel weer in orde, na onderling
overleg van beide partijen. Verder is het
Engeland waarboven zich de wolken van
een komende werkstaking onheilspellend
samenpakken. De beambten hebben zich
sterk georganiseerd en daar de directies
niet aan toegeven schijnen te denken, is
de vrees niet ongegrond dat er spoedig
een groote spoorwegstaking uitbreekt, 't
Is nu maar te hopen, dat er nog bijtijds
een middel gevonden wordt om beide
partijen tot overeenstemming te brengen,
want een staking is en blijft steeds een
geesel voor de streken, die er door bezocht
worden.
o—o—o—
Gelijktijdig is Woensdag in den' Oosten-
rijkschen Rijksdag en in het Hongaarsche
Huis van Afgevaardigden ingediend het
verdrag tusschen de beide deelen der mo
narchie zooals dit door de commissie is
samengesteld. In beide parlementen zal
de overeenkomst nu aan een bespreking
worden onderworpen en waarschijnlijk
zullen met de behandeling wel eenige
maanden gemoeid zijn, want van beide
zijden zullen nog al wat bezwaren worden
ter tafel gebracht te oordeelen althans naar
de ontvangst die de „Ausgleich" ten deel
viel. Inzonderheid is het Hongaarsche par
lement niet bevredigd, vooral omdat in de
overeenkomst de bepaling is opgenomen
dat Hongarije 2°/0 meer zal bijdragen in
de gezamenlijke uitgaven. Een aantal leden
verklaarde reeds bij voorbaat daarvoor
nooit te vinden te zijn.
Ook bevat de overeenkomst een bepaling
dat eventueele geschillen op economisch
en financieel gebied tusschen heidelanden
voortaan aan een scheidsgerecht zullen
worden onderworpen. Tot nog toe werden
deze door de regeeringen zelf opgelost.
De pers te Weenen is over 't algemeen
nog al ingenomen met het verdrag en mag
men de bladen gelooven dan zal het tus
schen beide landen tot een volkomen over
eenstemming komen.
—o—o—o—o—
De Sultan van Marokko, Abdel Azis heeft
aan den Franschen gezant zijn nood ge
klaagd en mag men de berichten gelooven
dan is daarvoor ook alle reden. De Sultan
zit tot over de ooren in de schuld, men
zegt voor zoo'n 48 miljoentjes. En nu is
er geen lastiger gebrek dan geldgebrek
omdat tengevolge daarvan tal van andere
bezwaren zich laten gelden. Abdel Azis
heeft een legertje van 2000 man gereed
staan om naar het Zuiden te vertrekken
maar hij kan zijn mannetjes niet betalen.
De schatkist is leeg, de Staatsinkomsten
zijn reeds voor meer dan zij opbrengen
verpand, een aantal eischen tot schadever
goeding wachten op afdoening, twee steden
zijn reeds in handen der vreemdelingen en
zoo zou men door kunnen gaan. De Sultan
wandelt dus niet op rozen. Hij is omringd
door een handvol roovers, die den weidschen
titel van Vizier dragen terwijl de bevolking
onderling verdeeld is en zijn aanhang niet
grooter wordt.
Intusschen heeft zijn jeremiade de uit
werking gehad dat hem wat geld in 't
vooruitzicht is gesteld en zijn voornemen
moet nu zijn het legertje heen te zenden
naar het Zuiden om een paar stammen die
voor Moeley Hafid gekozen hebben tot rede
te brengen.
Over Moeley Hafid zelf valt weinig nieuws
te vermelden. Zijn afgezanten zijn in Europa
aangekomen maar zooals begrijpelijk is
zullen ze niet door de Hoven ontvangen
worden. Niet van belang ontbloot is even
wel een bericht van den correspondent van
het Fransche blad de „Matin," die een reis
door Marokko doet en de geschiedenis van
den nieuwen Sultan is te weten gekomen.
Deze correspondent weet te vertellen dat
dadelijk na de bijeenkomst in Algericas
alle godsdienstige hoofden in het Zuiden
van Marokko een geheim verbond sloten
om den regeerenden Sultan ten val te
brengen. Op zekeren dag kwamen afge
zanten tot Moeley Hafid die hem voorstelden
de regeering te aanvaarden. Weigerde hij
dan zou een omwenteling op touw gezet
en een anderen Sultan gekozen worden.
Den volgenden dag werd Moeley Hafid
door 200 soldaten omsingeld, die van hem
eischten dat hij de Sultanswaardigheid zou
aannemen en daar ze dreigden hem te zullen
neerschieten als hij weigerde, gaf hij aan
den wensch gehoor. Hij werd door de
groote Kaids en de stammen toegejuicht
en uit alle deelen van het landstroomden
spoedig giften naar Mazakey, terwijl in het
regeeringspaleis aldaar een schat van pl.m.
40 miljoen werd opgegraven, om daarmee
zich toe te rusten voor den strijd, die
allereerst tegen de Christenen gericht moest
zijn. Zelfs uit Fez kreeg Moeley Hafid
giften en beloften van erkenning. Het heet
nu dat Zuid-Marokko op 't oogenblik tegen
over Noord-Marokko staat, dat aan de Fran
schen heet verkocht te zijn.
In hoeverre deze mededeelingen juist zijn
valt op 't oogenblik moeielijk te beslissen,
maar dat het in Marokko nog alles behalve
rooskleurig is, blijkt wel uit alles. Het
land van den Sultan zal nog wel eenigen
tijd onze aandacht blijven vragen.
TEXEL, 23 OCTOBER 1907.
Vergadering van de boot.
In de vergadering, Zaterdagavond in
hotel „Texel" gehouden, tot vaststelling
der statuteD, werd de grondslag gelegd
voor de vereeniging die genoemd zal
worden „Texels eigen Stoombootonder
neming."
De vergadering was druk bezocht;
geen wonder dat de Voorzitter in zijn
openingswoord daarin aanleiding vond
om er op te wijzen, dat dit drukke
bezoek een bewijs mocht genoemd wor
den dat bet enthousiasme voor de nieuwe
boot nog verre van verflauwd is. De
reden waarom deze samenkomst plaats
heeft is dan zeker ook wel van gewicht,
n. 1. eene vaste basis zal thans worden
gelegd, waarop verder zal kunnen wor
den voortgebouwd.
Ruim 2 maanden geleden, zegt spr.,
is reeds de strijd aangevangen en voor
hen, die den strjjd volgen, zal het zeker
duidelijk zijn, wie ten slotte op deze
wijze zal moeten overwinnen.
Onzerzijds, vervolgt spr., is het geen
persoonlijke kwestie, maar alleen een
strijd om algemeene verbetering. Het
spreekt van zelf dat de overwinning
niet gemakkelijk zal worden behaald,
maar ieder moet het zijne er toe bij
dragen, daartoe te geraken. Niet alleen
op Texel, maar geheel de buitenwereld
slaat onzen strijd met belangstelling gade.
Spr. dankt voor de solidairiteit der
Texelaars, waaraan hij echter ook geen
oogenblik heeft getwijfeld en spreekt er
verder zijn voldoening over uit, dat vanaf
den aanvang van den strijd ook alle
vreemdelingen zich aan onze zijde heb
ben geschaard.
Een feit van belang mag zeker wel
worden genoemd, dat op 14 Aug., toen
de „-Nieuwe boot" een proeftocht deed
naar Helder, alleen met de leden der
commissie, de „Kampioen" in de heenreis
veel passagiers had, doch de „Rengers"
des avonds terug ging vol passagiers en
de „Kampioen" ledig. Op Zondag 18
Aug. d. a. v. vervoerde de „Rengers"
TEXELSCHE COURANT,
Abonnementsprijs per 3 maanden-
Noor den Burg 30 Cta. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Prijs der Advertentién.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.