Steunt alten dexels Cigen StoomBootonóer neming.
GELUK
Heeren- en Jongeheer en
DEMI-SAISOÏTS,
Winterjassen,
Jekkers, ens.
NEDERLANDSCHE HYPOTHEEKBANK
WIJ VESTIGEN DE AANDACHT
Confectie-Winkel
Parkstraat.
Stokpaardj es-Lelienmelk-Zeep
BOEKHANDEL PARKSTRAAT.
BURG--TEXEL.
op onze ruime sorteering
BOEKWERKEN
in fraaien prachtband.
LANGEVELD DE ROOIJ.
KANTOORBOEKEN en SCHRIJEBEÏÏOEFTEN steeds voorradig.
FEUILLETON.
Haar wensch.
Voorradig een bizonder groote keuze in:
Gr. J. "VTN"KI£N\
TE YEENDAM.
P. J. KONING.
Als cadeaux voor verjaring, feestelijke gelegenheden, Sint-Nicolaas en
kinderfeesten, vindt men een rijke keuze, in de prijzen van f 0,50 tot f 1,90.
Voor liet leveren van Couranten, Tijdschriften of Boekwerken
zoomede voor het plaatsen van advertenties in alle bladen,
bevelen de ondergeteekenden zich beleefd en minzaam aan.
Aanbevelend,
kig maakt een zacht, rein gezicht, een blo
zend, jeugdig-frisch uiterlijk, een blanke,
zachte huid, en verblindend schoon teint.
Dit alles bewerkt de echte
van Bergmau Co., Radebeul met fabrieks
merk Stokpaardjes
a 50 Cts. per stuk bij: Firma T.BUIJS.
OPGERICHT 1890.
Geplaatst kapitaal f 2.000.000.
Gestort f 400.800.
Reserve f 270.095.56
Geelt uit 4 Pandbrieven tegen den
prijs van 9673 °/0.
Verstrekt geld op eerste hypotheek tegen
matige rente.
Inlichtingen verstrekt
Den Burg, Texel.
3
42 Vrij naar het fransch door A.B.
SLOT.
Op een morgen kwam de geestelijke
Marie en Meg vervangen, die den nacht bij
Jeannette hadden gewaakt. Hij liep de
kamer op en neer, toen hij plotseling zijn
naam hoorde noemen.
Opgewonden snelde de grijsaard naar het
ledikant.
Met groote oogen en glimlachend keek
Jeannette hem aan.
Mijnheer, zei zij, wat is er gebeurd?
waar ben ik dan toch? waarom is u hier?
Mijn kind, mijn lieve kleine, je bent
ernstig ziek geweest en ik ben je komen
oppassen.
Ja, ik ben zeer ziek geweest, ik her
inner mij nog, dat ik hevige hoofdpijn had,
maar ik meende dat ik op Mareuil was.
De geestelijke schrok van deze vraag,
zou zij haar verstand weer verliezen
Het is vreemd, vervolgde zij, maar
ik heb Guy toch gezien, daar ben ik zeker
van. Maar ik heb misschien gedroomd.
Jeannette loosde een diepe zucht.
Je moet kalm zijn, mijn kind, zei de
geestelijke, terwijl hij bij haar ledikant
ging zitten, je moet weer beter worden.
Heb je geen pijn meer, doet nu je hoofd
geen pijn meer
Neen, maar het is alsof ik ver, zeer
ver weg geweest ben het is alsoi ik ge
durende eeuwen geslapen heb.
Je moet nog meer slapen, mijn kind
om nog wat krachten te verzamelen en
beter te wordeD.
Maar u zult mij immers niet verla
ten, u zult toch nog hier zijn als ik weer
ontwaak
Ga maar gerust slapen, mijn kind, ik
zal onderwijl voor u bidden.
Het jonge meisje sloot kalm de oogen
en sliep zachtjes in, terwijl de geestelijke
bad voor het jonge meisje, dat hem haar
vertrouwen had geschonken en dat hij be
loofd had gelukkig te maken.
XLI
Het herstel van Jeannette ging naar
wensch. Sedert 2 dagen mocht ze nu het
bed al eens verlaten en op een zieken
stoel liggen. Men droeg haar van het bed
naar de stoel, want ze was nog te zwak
om er heen te loopen.
De geestelijke van Mareuil, die thans
geheel gerust was over de zieke, vertelde
haar dat hij den volgenden dag vertrekken
zou.
Een vraag brandde op de lippen van
Jeannette, maar tot heden had ze dieniet
durven doen. Zeer zorgvuldig was steeds
vermeden te spreken over den graaf. Een
enkele maal had zij naar hem willen vra
gen, maar de geestelijke had haar dit belet
door te zeggen
Lief kind. we zullen later wel eens
over Guy spreken, wanneer je geheel beter
bent. En hij had dit op een min of meer
vroolijken toon gezegd en glimlachte even,
zoodat Jeannette niet verder had durven
doorgaan.
Thans echter, den dag voor zijn vertrek,
wilde en kon zij niet langer uitstellen en
moest zij met den goeden oude over Guy
spreken. Yan haar stoel, die men voor
het raam had geplaatst, kon zij in den tuin
zien, die door de winterzon helder werd
verlicht. Zij bemerkte don geestelijke met
de gravin, die samen in druk gesprek door
de lanen liepen, terwijl juffrouw Catharina
door Sam en Meg werd gebracht naar de
prachtige Azalia's, de trots van Sam. Zij
schenen allen recht gelukkig en Jeannette
beschouwde hen met ware belangstelling.
Eenslaps rilde zij.
Zwaro voetstappen, zonder twijfel van
een man, klonken in den gang en hielden
voor de depr van haar kamer stil. Wie
kon dat zijn De geestelijke en Sam zag
zij daar toch in den tuin.
Na een minuut wachtens of aarzelens
werd er zachtjes aan de deur geklopt.
Binnengaf Jeannette nieuwsgierig
ten antwoord.
Was het een droom? sliep zijnietmeer?
Daar op den drempel stond de graaf, bleek
en bevend. Hij durfde niet binnenkomen
en leunde tegen den muur om zich staande
te houden.
Jeannette beproefde op te staan, maar
zij was daartoe nog te zwak en viel weder
in haar stoel neer.
Jeannette, ik ben het, ik kom u ver
giffenis vragen.
Het jonge meisje had de oogen gesloten.
Zij durfde ze niet openen uit vrees, dat
anders dat visioen weder zou verdwijnen.
Lieve Jeannette, zoudt gij mij ooit
vergiffenis kunnen schenken
Jeannette opende de oogen. Neen, het
was geon droomGuy was daar en lag
op de knieën naast haar stoel, het gelaat
in de kussens, welke hij met zijne tranen
besproeide.
Te aangedaan om te spreken, legde zij
haar kleine, vermagerde hand op het voor
hoofd van den graaf.
En de graaf begreep uit deze lief kozing,
dat hem vergiffenis was geschonken en
reeds sedert langen tijd.
Een uur later, toen de geestelijke van
Mareuil afscheid kwam nemen van Jean
nette, waren de jongelieden te aangedaan
om hunne erkentelijkheid te betuigen, hun
vochtige oogen gaven echter voldoende te
kennen wat hun mond weigerde te uiten,
hun tranen zeiden meer dan genoeg.
De geestelijke zegende beiden en vertrok
opgeruimd weder naar zijn nederige pastorie
te Mareuil.
XLH
Het is nu al 6 jaar, dat ik mijn dagboek
niet heb ingezien, 6 jaar dat ik er niet in
heb geschreven.
Maar wat zou ik er in hebben te schrijven.
Het geluk heeft geen geschiedenis, en ik ben
gelukkig, o zoo gelukkig. En zou ik dan
ook nog tijd hebben om te schrijven Ik
ben onophoudelijk bezig met een drietal
kleine tyrannen met donkere kijkers, die
hun armpjes om mijn hals slaan en die mij
voortdurend vleien hen iets te vertellen of
met hen te spelen. En gaarne voldoe ik
daaraan. Yan mijn vierden tyran, van mijn
heer en meester spreek ik maar niet; hij
vleit mij den geheelen dag nog het moest
van allen. Ook de gravin wilde mij den
geheelen dag bij zich hebben. Zij heeft zulk
een aaidige manier om mij aan to spreken.
Haar „mijn kind" klinkt zoo echt teeder
en liefdevol en ik ben zoo innig gelukkig
haar „moeder" te kunnen noemen.
Meg heeft eindelijk haar onafscheidelijke
breikous ter zijde gelegd. Zij heeft er nu
ook geen tijd meer voor, meent zij, want
de drie kleinen van „haar kleine Jeannette"
zooals zij altijd over mij tegen anderen
spreekt, nemen al haar tijd in beslag.
Voor het eerst van hun leven zijn Meg
en Sam het niet met elkander eens en de
groote Picardische min moet meermalen
uitspraak doen bij hun geschillen.
Sam, mijn oude Sam, die voor Guy een
bijna grenzelooze vereering heeft opgevat,
beweert, dat Claude en Jean, evenals de
kleine Marianne op bun vader gelijken,
terwijl Mog, bij wie ik altijd vooropsta,
verklaart, dat do kleine lievelingen op mij
gelijken. Dio twist belooft nog lang aan
te houden en is dan ook niet gemakkelijk
uit te maken.
Een merkwaardig geval te Den Helder.
Wij publiceeren tiet volgende geval omdat
wij denken dat het voor vele personen te den
Burg, die aan dezelfde kwaal lijden van be
lang kan zijn.
De heer D. Klut, wonende Vlamingstraat
54 te den Helder meldt ons
Het is reeds veertien jaren dat ik aan
de nieren geleden heb. Doorloopend had
ik als gevolg hiervan onuitstaanbare pijn
in het smalle gedeelte van den rug en
deze pijn kromp soms op tot in de schou
derbladen. Slechts met de grootste moeite
kon ik mijn werk verrichten, want ik was
aanhoudend vermoeid en lusteloos, vooral
's morgens bij het opstaan en wanneer ik
me bukken moest kon ik me door de
hevige pijn haast niet meer oprichten. Ib
had veel hinder van duizelingen en sche
meringen voor de oogen en gevoelde me
zeer droefgeestig en terneergeslagen, toen
mijne aandacht getrokken werd door de
fenezingen door Fosters Rugpijn Nieren
'illen verkregen. Ik liet dadelijk een
doosje halen en ben blij u te kunnen be
richten dat ik na het gebruik van twee
doosjes een enorme verlichting bekomen
heb. De pijn in den rug was bijna geheel
verdwenen en mijn gestel was geheel ver
kwikt. Om zeker te zijn geheel genezen
te worden, zal ik thans nog een doosje
uwer Pillen innemen en bij voorkomende
gelegenheid zal ik ze met vertrouwen
kunnen aanbevelen. 13
Ik ondergeteekende verklaar dat het boven
staande waar is en machtig U het publiek te
maken op elke wijze die U goeddunkt.
Rugpijn duidt aan dat er een overmatige
hoeveelheid urine-zuur in het lichaam is.
Dit vergif veroorzaakt de urine-ongesteld-
heden want het verstopt niet alleen de
nieren doch belemmert tevens de kanalen
welke van de nieren naar de blaas gaan
en tegelijkertijd brengt het de prikkeling
en ontsteking der blaas met zich mede.
Het urinezuur is de hoofdoorzaak der
blaasontsteking, van stoornis der urine,
van het verlies vau eiwitstoffen, enz. Fos
ters Rugpijn Nieren Pillen lossen het
urinezuur op en helpen de nieren om het
op natuurlijke wijze af te voeren.
Verzeker u dat men u de echte Foster's
Rugpijn Nieren Pillen geeft, dezelfde die
de heer Klut gehad heeft. Zij z\jn te Den
Burg verkrijgbaar by'de firma Wed. P.
Kuiper, drogist. Toezending geschiedt franco
na ontvangst van postwissel a f 1,75 voor
een, of f 10,voor zes doozen.
Marie heeft ons verleden jaar verlaten.
Zij is gehuwd met den directeur van het
dagblad, waaraan mijn man zoo lang een
der redacteuren is geweest.
Wij spreken elkaar dikwijls, ik zal nooit
haar liefde en toewijding vergeten, welke
zij mij betoond heeft tijdens mijn beproe
ving en ziekte.
Juffrouw Catharina is bijna voortdurend
op het kasteel, de kinderen zijn verzot op
haar en haar tulbanden. Zij kan nog niet
nalaten Guy te laten gevoelen dat hij ver
keerd heeft gehandeld en dat overdreven
trots zoo gevaarlijk is.
Wat de goede geestelijke aangaat, deze
is bijna altijd op het kasteel.
Wij hebben dat uitstekend laten herstel
len en opknappen, zoodat het nu de be
wondering van alle toeristen opwekt: onze
oude vriend is nu eensklaps een bemionaar
geworden van oude bouwkunst. Hij en
Guy brengen nu soms uren doOr met het
bestudeeren van bouwplannen.
Er zijn in den omtrek geon armen meer
en wanneer Guy nu soms een opmerking
maakt over mijne edelmoedigheid, stop ik
hem dadelijk den mond door te zeggen
het eenige middel om zich te doen vergeven
bestaat alleen hierin, dat men de armoede
gaat verzachten.
Hij geoft mij altijd als antwoord een kus
en dit is dan de sluiting van het dobat.
Tante en oom komen ons een of tweo
keeren in het jaar eens opzoeken; tanto
is verrukt over mijn titel van gravin en
vindt mij om die reden een kind, haar
broeder waardig. Zij is ook verrukt over
do voorname manieren van mijn man en
ik ben zeker, dat in het stadje, waar oom
en tante wonen, alle bewoners bekend zijn
met de handelingen en manieren van don
graaf en de gravin van Mareuil.
Mijn droom ie verwezenlijkt.
Mijn innige wensch is vervuld. Ik beb
een liefhebbenden echtgenoot, die mij om
mij zelf nam en niet om mijn inkomen van
300,000 francs 'sjaars.
EINDE.
Gedrukt bjj LANGHVELü DJi ROiUJ, Towl.