N°* 2107. Donderdag 28 November 1907. 21ste Jaargang Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Van week tof week. Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond Advertentiën vóór 10 nnr op den dag der nitgave. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANG-EVELD& DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel. 16 Nov. 2.3 Nov. De voorbije week heeft een tweetal poli tieke verrassingen gebaard de weigering van Dr. Kuyper omjeen Kamercandidatuur voor Sneek te aanvaarden en de nieuwe Overijselsche kwestie. Er waren er die zich al als vaststaande voorgesteld hadden Dr. Kuyper binnen eenige dagen met vlag en wimpel 's Lands vergaderzaal te zien binnenzeilen, maar 't is misgoloopen. De leider der Anti-revolutio nairen heeft aan de Centrale Anti-rev. kiesvereeniging in 't district Sneek verzocht hem astublieft geen candidaat te stellen. En de reden Eenvoudig omdat de Christ, historischen niet bereid waren hem openlijk als hun candidaat te kiezen, iets wat de Katholieke coalitievrienden wel hadden gedaan. De Frieschen heeten echte stijfkoppen |te zijn en de Friesche Christelijk Historischen zjjn het zeker niet het minst. Wel behooren ze tot de rechtsche coalitie maar heel dik schijnt de vriendschap er bjj hen niet op te zitten. Dat bewezen ze reeds in 1905 toen ze met een eigen candidaat uitkwamen tegenover die der Anti-revolutionairen en waar ze nu weigerden aan de candidaat- stelling van den eersten aanvoerder dezer laatste partij mede te werken en hun k iezers vrije keuze lieten, gaven ze op nieuw het bewijs nog weinig van hun koppigheid te hebben afgelegd. Maar Dr. Abraham Kuyper schijnt ook een ietwat koppig man te zijn. Want niettegenstaande 'hij zich zeker wist van de stemmen der anti-rev. en katholieken toch bleef hij ook die der Christ, historischen opeischen ofschoon hij vermoeden kon dat dit niet zonder strijd zou geschieden. En 'tis wel de vraag of het uit een oogpunt van politieke partjjtactiek nu zoo verstandig was te weigeren, daar een andere rechtsche candidaat waarschijnlijk minder kans van slagen zal hebben dan hij, die hals en schouders boven anderen uitsteekt. Niet ten onrechte zegt dan ook Het Huisgezin dat Dr. Kuyper de definitieve aanvaarding eener candidatuur niet afhankelijk had mogen stellen van een voorwaarde, welke van de Friesche stijfhoofdigheid der Christ, historischen een te groot offer vroeg. Begrijpelijkerwijze hielden de politieke partijbladen zich met het geval bezig. De Standaard, het orgaan van Dr. Kuyper's partij trachtte het voor te stellen dat de leider niet gaarne weer in de Kamer wil, maar dat moet een doekje voor 't bloeden zjjn, want dan had hij zich van 't begin af niet beschikbaar moeten stellen. Het Cen trum, orgaan der Katholieke partij, las de Friesche Christ, historischen de les. Het blad zegt o. a.Lohman in do Kamer, de Visser in de Kamer, Schokking in de Kamer. Achten de Christ, historischen van Friesland het te veel dat Dr. Kuyper naast hen plaats neemt? We moeten ronduit verklaren, er niets meer van te begrijpen. Maar dit weten we welde beau róle in deze ver kiezingsaangelegenhoid wordt niet gespeeld door de Christelijk historischen van Sneek." De partijbladen van links concludeeren met zekere „Schadenfreude" dat het bond genootschap van rechts bedenkelijke scheu ren vertoont en Het Vaderland o. a beweert zelfs dat de coalitie aan flarden hangt. Intusschen, hoe hot zij, de in den laatsten tijd meèr en meer gevoede hoopvan vele anti revolutionairen hun grooten leider spoedig weder in ons parloment te zien, is niet verwezenlijkt. In het district Sneek heeft Vrijdag de candidaatstelling plaats gehad. De Christ, historischen hebben ook thans hun kiezers vrijgelaten en als ze binnen enkele dagen te kiezen hebben staat het aan hen of ze den candidaat der anti revolutionairen en katholieken den heer Mr. S. de Vries, lid van den raad van Am sterdam, en anti-rev., dan wel den candidaat der liberalen en vrijz. democraten den heer Mr. A. Ferf van den Haag of den sociaal democraat W. H. Vliegen hun stem zullen geven. —o—o—o—o— Boven spraken we van de nieuwe Over ijselsche kwestie, een kwestie die reeds heel wat pennen in beweging heeft gebracht. Naar luid der berichten moet ze ongeveer hierop neerkomen: Overijssel is bij de laatste Statenverkie zingen omgegaan en heeft een rechtsche meerderheid gekregen. Nu moest in de vergadering van deze week een griffier benoemd worden, waarom door Ged. Staten een voordracht was opgemaakt, bestaande uit drie personen waarvan evenwel niemand gerekend kon worden te behooren tot de rechterzijde. Nu was er onder de sollici tanten ook de bekende anti -rev. propagan dist Mr. Sybrandi van Almelo, die door een der anti-rev. leden van Ged. Staten was aanbevolen maar tegen wiens persoon inzonderheid de Commissaris der Koningin overwegende bezwaren had, zoo zelfs dat deze moet gedreigd hebben, dat als Mr. Sybrandi werd benoemd hij ontslag zou vragen. Gedeputeerden plaatsten toen, trots hun kerkelijke meerderheid, den heer S. niet op de voordracht, terwijl het anti-rev. lid van wien de aanbeveling was uitgegaan weigerde verder aan de voordracht mede te werken. De voordracht werd ingediend maar van de zijde der rechtsche Statenleden kwam daartegen ernstig verzet, zoo zelfs dat Ged. Staten zich bereid verklaarden de voordracht terug te nemen. Door de min derheid der Prov. Staten werd daartegen geprotesteerd maar de rechterzijde wilde de voordracht niet en met meerderheid van stemmen werd dan ook besloten haar aan Gedeputeerden terug te zenden. Tot dit besluit werkten ook de rechtsche leden der Ged Staten mede. De bladen der linkerzijde zijn over het geval zeer verstoord en noemen het een partijbesluit van 't ergste soort. Onbegrij pelijk noemen ze de houding der rechtsche Gedeputeerden die aan de voordracht hebben meegewerkt. En voorts wordt de rechtsche heeren verweten, dat zjj de landsbelangen opofferden voor die van hun partij en het geloof van overwegend, kunde en karakter van ondergeschikt belang achten. Aan 't geval zelf valt intusschen niets meer te veranderen. Er zal een nieuwe oproeping moeten gedaan worden en de benoeming dient een jaar uitgesteld. o—oo o We hebben nog een andere kwestie gehad de vorige week, die ditmaal in de Kamer uitgevochten werd. De minister van oorlog had in afwachting van een beslissing over het blij vond gedeelte door de Staten-Gene- raal, bij missive van 12 Juli de sterkte van het blijvend gedeelte verminderd, maar toen het wetsontwerp omtrent dat gedeelte niet meer voor 1 December afgedaan kon worden, in 't laatst van October beslist het blijvend gedeelte op de oude sterkte te laten. Dat gaf heel wat consternatie en onteveedenheid in de kazernes en in de gozinnen waarvan de jongens onder de wapenen waren of pas met verlof gegaan waron. Immers de miliciens haddon daarop niet gerekend, velen van hen voor zoover ze het konden doen, voor de nog restende maanden een plaatsvervanger gekocht en betaald en dat alles werd nu door den minisier in een slag te niet gedaan. Werd de order van den minister opgevolgd, dan zouden van deze, die reeds met groot verlof naar huis waren, menigeen terug moeten komen en velen die een plaatsver vanger hadden gesteld zelf moeten blijven omdat hun plaatsvervanger voor eigen nummer onder de wapenen moest blijven. De ontevredenheid kende geen grenzen en drong zelfs in de Kamer door, waar de heer Marchant Woensdag een interpellatie hield, die de Kamer den heelen namiddag en ook 's avonds bezig hield, 't Slot van de zaak was echter dat een motie van den den Tielschen afgevaardigde, den heer Tydeman werd aangenomen, waardoor de minister in staat gesteld werd zijn circulaire van 12 Juli gestand te doen. Wel moet de Eerste Kamer daaraan nog haar goed keuring hechten maar dat zal wel los loopen. Me dunkt in de kazernes is een hoera opgegaan over deze beslissing, want hoe goed de minister het ook met onze jongens meent ze zijn nu eenmaal niet voor hun plezier in dienst en hebben mee- rendeels aan het kazerneleven, militaire tucht en discipline een broertje dood. —o—o—o— Zoo heeft ons land dan zijn kwesties, maar ook we zijn het niet alleen die af en toe aan dergelijke bijzondere „zaakjes" de aandacht mogen wijden. Ieder ander land heeft dat ook op z'n tijd. Zoo heeft Engeland z'n Hoogerhuis-kwestie, die nog maar niet opgelost is, Belgie z'n Congo- kwestie waaromtrent naar luid der laatste berichten overeenstemming is verkregen tusschen den Koning en het Kabinet om nog niet eens te spreken van de Konings kwestie die in Belgie al de vraag naar voren drong of het geen tijd werd een regent te benoemen zoolang de grijze Koning zoowat maling aan z'n taak schijnt te heb ben. Duitschland is nog maar nauwelijks bekomen van de kwestie tusschen Harden en Von Moltke en naar Rusland behoeven we niet eens onze blik te richten, daar zijn de kwesties niet van de lucht. En zoo zouden we door kunnen gaan en her inneren aan Italië waar de kwestie inzake oud-minister Nasi de gemoederen in bewe ging houdt. Zooals men weet is het proces tegen dezen langvingerigen staatsman nog niet ten einde en zelfs deed zich in de voorbije week een incident voor die ver daging ten gevolge had. Nasi wilde n.l. of liever zijn verdedigers wilden het Hoog gerechtshof in dit geval de Senaat aantoonen dat Nasi niets meer verkeerds gedaan had dan zijn voorgangers, wat een gevolg heette te zijn van een verkeerd regeeringssysteem, waarom niet Nasi de schuldige maar dat systeem doemwaardig is. Het gerechtshof wilde dit niet toelaten en nu legden de advocaten het bijltje onder protest er bij neer. De zaak werd verdaagd nadat de advokaten tevergeefsch bij deurwaarders- exploit waren gesommeerd voor hot Hof te verschijnen. Deze zullen nu waarschijn lijk vervolgd worden en Nasi krijgt ambts halve verdedigers. Van Italië richten we onzen blik naai de Fransche republiek die ook weer een „zaakje" heeft, dat heel wat drukte teweeg brengt. Men bereidt zich daar weer voor op zoo'n soort Droyfus-affaire. Er is n.l. een officier gevangen genomen wegens verraad, 't Is een zekere meneer Ullmo, de zoon van een eerzamen leerlooier, die zijn pols wat te ver zette, m.a.w. wat al te voornaam leefde, een villa bewoonde met een liefje, in de wandeling la belle Lison genoemd wij zouden zeggen de schoone Lize van zijn traktement niet rond kon komen en daarom maar gewich tige stukken de verdediging betreffende stal, deze trachtte te verkoopen aan Duitsch land maar bij die bedrijven gesnapt werd. Luitenant Ullmo kan wel eens leelijke pijp te rooken krijgen en meerdere misschien met hem, want het heet al dat er een heel complot verraders gesnapt is. Gaan we ten slotte van Frankrijk naar Portugal dan vinden we daar ook al weer een kwestie die de gemoederen zeer in beweging brengt. Dat kan wel eens een kwestie met een staartje worden. Er is n.l. door den Koning en de Regeering de strijd aangebonden tegen de republikeinen die in den laatsten tijd vooral in de pers nogal driest optraden. Er is zooiets als een dictatuur ingevoerd en in Lissabon zijn o.a. reeds een aantal dagbladen geschorst. Wat intusschen groote ontstemming heeft gewekt, zoo zelfs dat naar het heet een aantal regeeringsgezinden verklaard hebben naar het republikeinsche kamp te zullen overloopen. Wat er nog uit deze kwestie geboren kan worden is nog niet te overzien, want dat het met een sisser zal afloopen is moeielijk te gelooven. We zullen echter moeten afwachten. TEXEL, 27 NOVEMBER 1907. Uitvoering Fanfarecorps. 'tWas een bij uitstek ongunstig weder, Zaterdagavond, toen de tijd was aan gebroken waarop het Fanfarecorps de bezoekers verwachtte, bij de uitvoering welke dien avond in de zaal van de „Vergulde Kikkert" zou plaats hebben. Het onaangename weder, dat er niet toe uitlokte om zich buitenshuis te be geven, was niet onmogelijk voor een groot deel de oorzaak van een minder b9zoek dan bij vorige gelegenheden, terwijl anderdeels het feit dat in de laatste dagen zooveel gelegenheid tot vermaak werd geboden, niet onmogelijk op de mindere opkomst van invloed was. Aan mindere belangstelling voor het Fanfarecorps mogen wij niet denken, vrij wel iedereen houdt van muziek, dat leert vaak de ondervinding. De uitvoerenden waren op hun post en blijkbaar door het minder bezoek niet ontmoedigd; met de grootste toe wijding gaven zij bewijzen van de vrucht hunner studie. Een twaalftal nummers werden ten gehoore gebracht, door de toehoorders met aandacht aangehoord en met applaus beloond. Het programma van dezen avond en de uitvoering er van bewees ofschoon wel eens een klacht wordt gehoord over het moeielijk in stand houden van het Fanfarecorps dat, bij goeden wil en ijverige studie van de leden, dank de loffelijke (leiding en groote toewijding van den Directeur, het corps nog wel voor den dag kan komen. Een eigen Fanfarecorps is een voor recht dat wel op prijs mag worden ge steld; bij meer dan eene gelegenheid kan het gewaardeerde diensten bewijzen; moge dit worden bedacht door hen die als werkend lid daaraan deelnemen en hun lust er door worden aangevuurd, neme het getal derzulken steeds toe;— moge het ook worden op prijs gesteld door velen wier fiuancieele steun als donateur nog maar steeds op zich laat wachten. TEÏELSCHE COURANT. Abonnementsprijs per 3 maanden. Voor den Borg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhoogiDg der porto's. Prijs der Advertentièn. Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1907 | | pagina 1