Tweede Blad.
Texelsche Courant 1 Januari.
Van week tot week
Binnenland,
33 30 Dec.
We hebben de Kerstdagen weder achter
den rug en thans maken we ons weer
gereed het Oude jaar een afscheidsgroet te
brengen en het nieuwe welkom te heeten
in het leven. En dat niet alleen, maar
tevens te overdenken wat het jaar dat
scheiden gaat ons heeft gebracht, hetzij
blijdschap of droefheid, voorspoed of ramp,
Naar mate de ervaringen van ons leven in
1908 vreugdevol of wel smartelijk waren
is in de laatste dagen van het jaar onze
wil ook meer of minder tot vreugde en
droefheid gestemd. De herinnering aan de
vele of weinige gebeurtenissen, die voor
ons belangrijk waren in den voorbijsnellen
den jaarkring, verlevendigt zich weder in
ons en met zeer gemengde gevoelens nemen
we straks afscheid van het jaar, dat nieuwe
bladzijden van ons levensboek vulde. Met
gemengde gevoelens omdat als de voor
spoed en het geluk rozen op onzen weg
strooide er toch te veel leed van nabij ge
zien en medegeleefd werd en als rouw en
tranen ons deel waren er toch ook altijd
nog wel de een of andere lieflijke herinne
ring uit het voorbije jaar in onze ziel is
blijven leven. De stemming in de laatste
dagen van het jaar is steeds ietwat wee
moedig—de vroolijkheid die in het achter
liggende jaar ons deel werd, wordt getem
perd door den ernst des levens—de smart
die over ons kwam heeft haar felste prikkel
verloren en is geworden tot een stille be
rusting. Tenzij de bloemen nog versch zijn
die het vroolijke leven strooide voor onzen
voet, of de wonde die het leven in ons hart
sloeg, nog niet geheeld is en nog bloedt.
Straks zullen van vele kerktorens de
klokken het oudejaar uitluiden. De Tijd
zal komen om den afgeleefden grijsaard neer
te leggen in het graf, waarin al zoovele
jaren voor altijd neergelegd zijn en dezelfde
Tijd zal het pasgeboren kindje, het nieuwe
jaar, binnendragen in het leven. Maar voor
de oude grijsaard uitgedragen wordt, scha
ren wjj ons om zjjn sponde, om hem met
een vriendelijk oog dank te zeggen voor
al de zegeningen die hij ons gaf of wel
om hem voor het laatst met weenend hart
een laatsten verwijtenden blik tot afscheid
mede te geven.
Wij dagen hem voor de vierschaar onzer
herinneringen om over zijn daden het vonnis
te vellen, onzen dank te leggen op zijn
stervend hoofd of wel om hem te zeggen
dat zijn naam voor altijd in zwarte om
lijsting zal worden neergeschreven in het
boek van ons leven.
Maar geldt ook voor ons niet
Als voor het nieuwe, het oude jaar
gaat zwichten,
Dan klimt in 'tWest een rechter
op zijn stoel;
En om ons komt met ijz'ge doods
gezichten
Een jury zitten, streng en kalm en
koel
Ook over ons wordt de vierschaar ge
spannen over onze dagen. En tot ons
wordt de vraag gericht: Wat hebt ge met
de dagen van 1908 gedaan
En is het dan niet of daar vele van die
dagen met opgeheven vinger tegen ons
komen getuigen Zoodat het ons benauwd
wordt om het hart Hebben wjj steeds de
roeping die het leven op onze schouders
legde getrouw vervuld Hebben we steeds
geleefd naar den leefregel die Jezus zpn
hoorders voorschreefGod lief te hebben
boven alles en onze naasten als ons zelf?
Ach er is zooveel dat tegen ons getuigt.
Hoe dikwjjls was er een klacht op onze
lippen terwjjl we dankbaar zingen moesten.
Hoe vaak stelden wij tegenover liefde, on
dankbaarheid en liefdeloosheid. Hoe menig
maal sloegen w(J wonden zonder noodzaak
en hoe dikwijls vergaten we de roeping die
ons boven alles heilig moest zijn.
O, het stervende jaar heeft ons vaak
zooveel te verwijten
Maar gelukkig dat het nog niet te laat is.
Dat er nieuwe dagen komen, dagen waarin
we boete kunnen doen voor 't bedreven
kwaad, dagen waarin we balsem kunnen
gieten in de wonden die onze toorn eens
sloeg, dagen waarin we veel kunnen goed
maken van hetgeen in het achterliggende
tijdperk bedorven werd.
Ziet het oude is voorbij gegaan, het is
alles nieuw geworden. Dat mag ook gelden
voor ons leven. Met nieuwe voornemens
bezield betreden we den onbekenden weg
die voor ons ligt en bewust van de roeping
die ons gegeven is, gaan we voorwaarts
het nieuwe leven in. Dan mogen ier al
stormen komen, die ons het voortgaan
moeilijk maken, doch als we getrouw zijn
om te volbrengen wat het volle mensch-zljn
van ons vraagt, zullen we temidden van
's levens rumoer vrede en kalmte in ons
gemoed hebben.
Laat ons met die begeerte vervuld treden
aan de sponde van het stervende jaar, dan
zal het ons zijn of de stervende voor het
laatst zegenend zijn handen zal uitstrekken
boven ons hoofd en hij zal al onze beleden
onvolkomenheid medenemen in zijn graf.
—o—o—o—
De donkere mistige triesterige dagen
voor 't Kerstmis zijn weer doorleefd en de
Kerstdagen hebben hun intrede gedaan met
helder vriezend weder. Licht na de don
kerheid. Zoo werd het Kerstfeest in dubbele
mate het feest van het licht, en was er
een reden te meer om het opgewekt te
vieren.
Voor menigeen onzer lezers zal dan ook
Kerstmis een vroolyk Kerstmis geweest
zijn gelooven we. Wel hebben we mis
schien niet gesmuld in plumpudding en
vette ganzen zooals men dat aan de over
zijde van het Kanaal in de Kerstdagen
pleegt te doen ook zijn we waarschijnlijk
niet aangenaam verrast geworden met tal
van geschenken, waardoor onze Oostelijke
buren hun „Weihnachtsfeier" maken tot
hun feest bij uitnemendheid; en sedert het
licht uit Bethlehem's kribbe neergevallen
is in den nacht van het heidendom onzer
voorouders brengen we ook geen dankoffers
meer aan den Zonnegod omdat hij zijn
baan weer verlengen gaat en bij iederen
dag weerhooger zal stijgen op zijn blinkende
wagen boven ons hoofd maar niettegen
staande dat alles hebben we een vroolijk
Kerstmis mogen vieren.
Als er reden was een blij feest te vieren,
dan was het wel inzonderheid dit jaar.
Een blij Kerstfeest voor allen die zich vader-
ander voelen en den band liefhebben die
het verleden tusschen Neerland en onR
Oranjehuis vlocht.
In de donkerheid van de sombere dagen
van Kerstmis is een vriendelijk licht ge
vallen en de triesterige Kerstweek is eene
geworden van bijzondere beteekenis voor
ons land en volk. Er is een gejuich op
gegaan in 's Lands vergaderzaal, dat zich
voortgeplant heeft naar alle oorden van ons
vaderland en dat overal weerklank vond.
De heugelijke tijding is gekomen waarnaar
reeds lang verlangend werd uitgezien door
ieder die zijn land en volk en vorstenhuis
bemint, de tijding dat het wé&r is wat in
stille vreugde reeds lang werd vermoed
dat n. 1. onze geëerbiedigde Vorstin in blijde
verwachting verkeert. Menige stille wensch
zal in deze dagen van Kerstfeestvreugde
bp de herinnering aan het kindeke van
Bethlehem uitgegaan zijn naar de Hooge
Vrouwe, die het Moederschap blijde ver
wacht en uit menige vrome ziel zal een
stil gebed ten hemel zijn gestegen voor
Haar.
En nog een andere reden om een blijde
Kerstmis te vieren was er. Was door veien
zoolang reeds in stilte gevreesd dat de stem
der kanonnen de stemming voor het Kerst
feest zou verstoren dat het wederstre
vende Venezuela op harde wijze tot
rede zou moeten worden gebracht—geluk
kig die vrees is thans voorbij. Ook die
tijding was als een vriendelijke zonnestraal
in de triestigheid van de donkere dagen
voor Kerstmis. Zonder dat er een druppel
bloed gevloeid heeft zal de kwestie worden
opgelost en daarvoor past dankbaarheid.
Het ryk van den dictator Castro is uiteen
gevallen, de kans om ooit weer den heer-
sch6r te spelen over zijn volk en de vreemde
mogendheden is voor altijd voorbij. Het
complot dat hij tegen den vice-president
Gomez had gesponnen om dezen uit den
weg te ruimen, heeft de kroon op zijn werk
gezet en zijn voet zal waarschynlijk nim
mer den Venezolaanschen bodem weer be
treden, want de gevangenis zou hem er
wachten Nu zijn heerschappij geëindigd
is en de hem gezinde regeering door een
nieuwe is vervangen, kon ook het beruchte
decreet, dat de aanleiding tot de vijande
lijkheden was, ingetrokken worden en is
onze oorlogsschepen in de West-Indische
wateren aangezegd de actie te staken tegen
Venezolaansche schepen. Een vertegen
woordiger van de Venezolaansche regeering
is reeds naar Europa onderweg om over
een vreedzame oplossing der kwestie te
onderhandelen.
Onze Regeering heeft door haar tactvol
optreden zich een lauwer gevlochten. Ze
wist juist op het geschikte oogenblik doel
treffend in te grijpen en dat getuigt er van
dat ze volkomen met den toestand in
Venezuela op de hoogte was.
Een zoo voorspoedige afloop hadden we
niet durven verwachten en dat het voor
velen een aanleiding was om het Kerstfeest
des te opgewekter te vieren, wie zal het
betwyfelen
TEXEL, 31 DECEMBER 1908.
Verg. nfd. Texel n. HI. v. L.
De vergadering van de afd. bovengemeld
Maandagmorgen in „de Lindeboom" ge
houden, was op het bepaalde uur nog
maar matigjes bezocht, zoodat het extra
halfuurtje er bij kwam eer de verg.
door den Voorz. werd geopend. Deze
deed zulks met een welkom tot de aan
wezigen, waarna hij den Secr. verzocht
voorlezing te doen van het behandelde
in de vorige vergadering.
De notulen werden daarop gelezen
en onveranderd goedgekeurd.
Mededeeling werd daarna gedaan van
de volgende ingekomen stukken
van de afd. Hoorn, met verzoek om
te steunen het door die afd. te doen
verzoek op de komende alg. verg., om
in 1910 de alg. verg te Hoorn te houden,
hetwelk voor kennisgeving wordt aan
genomen;
van de afd, Gouda, houdende verzoek
om fin. steun voor de tentoonstelling
aldaar te houden 31 Aug.— 3 Sept. 1909,
bij gelegenheid van de alg. vergadering
der Maatschappij; wordt aangehouden
tot een volgende vergadering.
Nog was ontvangen, van het Hoofd
bestuur, eenige circulaires, in het belang
van den landbouw; deze werden aan
belanghebbenden uitgereikt.
Ook was ontvangen een verslag over
vee-verloskundige hulp in Nederland.
Mededeeling werd gedaan van het
houden der landbouwcursus, waaraan
door 20 leerlingen wordt deelgenomen.
Verder werd nog medegedeeld dat de
Hengst van de afd. is verkocht aan den
heer D. de Vries, te Haarlemmermeer,
voor f 500.
Van den heer Nobel was een bericht
ingekomen dat bet volgend jaar de proef
met het proefveld en de ierproef zullen
worden herhaald; - de Secr. die hierover
een beredeneerd verslag had willen
uitbrengen, was door ongesteldheid daarin
verhinderd geworden.
Ten slotte deelde de Voorz. nog mede
dat 6 Febr. a. s als spreker van het
Hoofdbestuur voor de afd. zal optreden
de heer G. v. d. Molen, van Vlaardingen,
die eene lezing zal houden over „bemes
ting met kunstmeststoffen van wei- en
hooilanden, in verband met ontwatering."
Eenige discussie ontstond naar aan
leiding hiervan doordien van eenige zijde
den wensch werd geuit dat over vee-
voedering zou worden gesproken. Meer
andere leden hadden ook gewenscht dat
de leden zich omtrent het te behandelen
onderwerp hadden kunnen uitspreken.
Er scheen echter moeielijk verandering
in aantebrengen, zoodat men zich neer
lag met hetgeen werd toegezegd.
Daarna volgde verkiezing bestuursle
den. Aftreden moesten de heeren Keesom
Voorz, (herkiesbaar) en de heeren Roeloffs
en Jb. Jb. Roeper (niet herkiesbaar.)
Gekozen werd tot voorz. de heer
Keesom, tot leden van bestuur de heeren
D. Keijser Hz. en K. T. Bakker. De
heeren Keesom en Bakker ter vergade
ring aanwezig namen de benoeming aan
den heer Keijser zal van zijne benoeming
kennis worden gegeven.
De agenda was biermede afgewerkt.
Door een der leden werd opgemerkt
dat hij wel eenige mededeeliDgen had
verwacht omtrent den fin. afloop der
tentoonstelling.
Zulks gaf aanleiding dat door den
Penningmeester eenige cijfers werden
medegedeeld, waaruit kon blijken dat
het waarborgkapitaal benoodigd is.
Aangezien nog geen zuivere rekening
kon worden opgemaakt en die alsdan op
de gecombineerde verg. der afdeelingen
moet worden gedaan, moeten wij de
thans gedane mededeeling beschouwen
als voorloopig, onder ons.
Gevolgen van deze mededeeling waren
echter dat een nog al scherpe discussie
ontstond naar aanleiding en als gevolg
van het groote feit in de September
maand.
Daarna had nog eene langdurige dis
cussie plaats hoe er in te voorzien nu
de Hengst is verkocht.
Het bestuur meende een afwachtende
houding te moeten aannemen wat van
particuliere zijde zou worden gedaan.
Van de zijde van eenige leden werd
den wensch gehoord een Hengst te
huren, terwyl weder van andere zijde
de oprichting van eene Hengstenveree-
niging werd aanbevolen. In ieder geval
men wenschte den steun der afdeeling
bij de poging tot verbetering van het
paardenras.
In het breede werd er over gediscus-
seerd en ten slotte iu den geest van
het bestuur besloten.
Door een der leden werd er op aan
gedrongen om de z.g. wintermarkten in
stand te houden en verzocht dat van
wege het bestuur daarop de aandacht
zal worden gevestigd.
Verder had niemand meer iets voor
te stellen waarna de voorz. de aftredende
bestuursleden een woord van dank
brengt, een koit overzicht over 1908
geeft en met de beste wenschen voor
het jaar dat komen zal, de vergadering
sluit.
Den Hoorn28 Dec.
De eerste Kerstdag vierden de leer
lingen der Zondagschool hun jaarlijksch
feest in de kerk der Ned. Herv. Gemeente
Een keurig versierde prachtig verlichte
kerstboom was opgericht. De kinderen
werden onthaald op chocolade en andere
snuisterijen en ontviügen bij het naar
huisgaan ieder een paar aardige cadeau
tjes, bestaande uit een scheurkalender
en een aardig boekje.
De heer de Jongh van de Waal,
die door het bestuur van de afdeeling
„Den Hoorn" van Texelsch Belang was
uitgenoodigd in het begin der volgende
maand ten voordeele der bovengenoemde
vereeniging een voordracht avond te
houdeD, heeft bericht gezonden, aan die
uitnoodiging geen gevolg te kunnen geven.
De vorige week zijn aan het horntje
de eerste zinkstukken neergelaten.
Oosterend28 Dec.-
„Nut en Genoegen" heeft Zaterdaga
vond hare tweede vergadering in dit
saizoen gehouden. Er was veel volk.
De Voorzitter gaf eene lezing van Koop-
mans van Boekeren, getiteld „De vlucht
des Apothekers", waarnaar met aan
dacht geluisterd werd.
Eenige dames en heeren gaven op ver
dienstelijke wijze de volgende kamer
stukjes ten beste
„Een fijne familie."
„Sijn en Trijn,"
„Wie zal mijn vrouw worden?,"
en „Wullem en Siene van Krabbendieke."
De heer IJ. Koppen droeg voor „Stu
dent Boemel" en „Moeders Pappot"
terwijl de voorzitter nog voorlas „Een
Konkelpot-geschiedenis". Met het een
en ander vermaakte de verhadering zich
zeer. Toen de voorzitter dan ook dank
aan allen bracht, geschiedde dit onder
luid applaus.
De volgende vergadering zal gehouden,
worden op Donderdag 14 Januari a. s.
wanneer eenige heeren van Oudeschild
eene lezing en bijdragen zullen geven.
Voor de kinderen van de Zondag
school der Hervormden had men hier
een fraaien kerstboom opgericht, waarbij
kleinen en grooten op den 2en kerstdag
hebben genoten.
Ook in de bijzondere school had men
voor jong en oud feestelijkheden bereidt
en daar ook heeft het Harmonie-gezel
schap, dat onlangs werd opgericht, zich
laten hooren.
Oudeschild, 22 Dec.
Den 2den Kerstavond werd door de
Rederijkerskamer T. A. V. E. N. U.
met groot succes opgevoerd „Arme
meisjes" oorspronkelijk tooneelspel in
4 bedrijven door Nelly Hoekstra, Kapteijn.
De viij ruime zaal van den heer Vos
was flink bezet. Wat de opyoering be
treft, deze zou men bijna onverbeterlijk
kunnen noemen. De rollen waren uit
stekend verdeeld, en werden door allen
zonder onderscheid, flink vertolkt. De
dames hadden de zwaarste rollen te
spelen. Haar komt in de eerste plaats
een woord van dank toe voor de aan
gename uurtjes, die zij allen hebben
bezorgd. Doch niet minder geldt dat
woord van den directeur den heer C.
Schaap, onder wiens leiding, de wer
kende leden het zoo ver hebben kunnen
brengen. Te ruim 11 uur was het stuk
afgepeeld. Een gezellig en prettig bal
hield velen nog laat bijeen.
Gisterenavond, 27 Dec. waren velen
opgetrokken naar de N. H. kerk, om
zich te scharen rondom den fraaien
Kerstboom en te luisteren naar de Kerst
liederen, door een aantal jonge dames
gezongen en naar de woorden van Ds.
Eügelkes van Kolhorn, die zich eerst
met eenige gepaste woorden tot de ou
deren richtte en daarna door het voor
lezen eener kerstvertelling den jongeren
een denkbeeld trachtte te geven van de
werkelijke beteekenis van het Kerfstfeest,
Aardig werd er gezongen en een wel
verdiend woord van lof komt toe aan
hen of haar die, die zich zooveel moeite
hebben getroost dit feest zoo wel te
doen slagen.
Den 2en Kerstdag kwam „De Da
geraad" desmiddags om 1 uur niet aan
Al spoedig hoorde men, dat er iets niet
in orde was, en weldra bleek dat de
roosterkleppen van de circulatiepomp
waren gebroken. Des avonds kwam de
„IJmuiden" van Gebrs. Zürmuhlen met