c7€et Rost u niets
Tandarts Ansingh,
M. WIERINGA,
De Lange de Moraaz
KAART TAN TEXEL,
Boekh. Parkstraat. LANGEVELD 4 DE ROOIJ.
is tot 23 Augustus
AFWEZIG.
Hollandsche Algemeene
Verzekerings-Bank.
DE FIRMA
KANTOOR;
Breedstraat A 48 te Alkmaar
FEUILLETON.
Boer en Barbier,
Wij herinneren er aan
Boekwerken voor jongens en meisjes,
Ansichtkaarten 3 et. Gids voor Texel 15 ct.
Hoofdgracht 38, den Helder,
Alle reparatiën aan Horloges, Pen
dules, Regulateurs en Wekkers met
een jaar garantie.
Jac. KIKKERT Nz.
tegen bloedarmoede en zenuwzwakte.
Te Oosterend P. Dros GzOudeschild Joh. P. Dros,
den Burg T. Buijs, drogist en I. Moerbeek.
meer dan u gewoonlijk betaalt, wanneer u de levering
van BoekwerkenTijdschriften en Couranten en het
plaatsen van advertenti'èn in andere Couranten opdraagt
aan den Boekh. Parkstraat, inplaats van aan den uitgever
zelve. Bij volstrekt niet hoogere uitgaven begunstigt u
dan de zaak van eigen ingezetenen, weest dit indachtig.
dat de Boekhandel Parkstraat steeds ruim voorzien is
van benoodigde Kantoor- en Schrijfbehoeften; - zoowel
Kantoorboeken voor den groothandel als voor kleine
administratiën. In schrijfbehoeften, als: schrijfpapier,
postpapier, enveloppen, inkt, pennen, potlooden, lak, enz.
enz. enz. zijn wij steeds ruim gesorteerd.
ingenaaid of in prachtband, zijn steeds in ruime
keuze voorhanden in onzen boekwinkel.
Voor het vervaardigen van benoodigd DRUKIVERK
houden wij ons steeds aanbevolen.
gereed om op te hangen 6o Cts., gevouwen 50 Cts.
Horlogemaker. Goudsmid.
Werkplaats Warmoesstraat, den Burg.
MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL
EEN MILLIOEN GULDEN.
De Bank -verzekert het personeel vod
Landbouwers en Veehouders tegen onge
lukken, ziekte en wettelijke aansprake
lijkheid.
De premiën zijn laag, de voorwaarden
bijzonder voordeelig.
Inlichtingen worden gaarne verstrekt
door den vertegenwoordiger voor Texel,
Verleent: Handels- en Landbouwcredieten.
Verstrekt: Gelden op Hypotheek tegen lage
rente.
Verzilvert: Coupons en ander geldswaardig
papier.
Sluit: Assurantiën op elk gebied.
Neemt: Gelden in deposito.
Opent: Rekening-courant.
DeSANGUINOSE
Neem des morgens, na uw ontbijten 's middags een uur vóór den hoofd
maaltijd één eetlepel Sangtiinose; en gij zult heel spoedig de goede gevolgen
daarvan ondervinden. De Sanguinose wordt door de zwakste gestellen ver
dragen. Zij vermeerdert de roode bloedlichaampjes; en voedt daardoor uw
zwakke zenuwstelsel; verschaft U eene algemeene levensopgewektheid, en
neemt met vaste hand de oorzaak weg van vele kwalen, die allen samenhangen
met zwakke zenuwen en arm bloed. 3
Prijs per fl. f 1,50: 6 fl. f 8,-; 12 fl. f 15,-.
Wacht n voor namaak. VAX 1)AM Co., den Haag.
Op zekeren dag, in de eerste jaren van
zijn regeering, was keizer Frans Jozef op
jacht. Zooals toen doorgaans geschiedde,
was hij van het jachtgezelschap afgedwaald,
om zich op zijn wijze te vermaken. Daar
ontmoette hij op een pad in het bosch een
boer, die zijn paard aan de lijn hield, dat
tot aan het hoofd met dekens bedekt wap.
Wat scheelt je paard landsman, vroeg
de keizer, is het kreupel
De aangesprokene bekeek deD onbeken
den jager van het hoofd tot de voeten en
antwoordde eindelijk
Als je evenveel veratand van hazen
als van paarden hebt, dan zal je niet veel
geschoten hebben. Je kunt toch wel zien,
of een paard al dan niet kreupel is
Dan is het zeker ziek of je brengt
het naar den hoefsmid?
Dat kan wel, antwoordde het boertje
spottend.
Of je vreest dat het paard je niet kan
dragen ging do keizer schertsend voort.
De boer stond een oogenblik in beraad
of hij den jager wel langer meteenig ant
woord vereeren zou. Een eigenaardig ge
barenspel gaf te kennen hoe beleedigd hij
was over den geringen dunk, dien men van
zijn paard had.
Je hebt zeker niet veel verstand van
rijdeD, hé meende hij.
Misschien wel een beetje, antwoordde
Frans Jozef, wil ik je dat eens bewijzen
Als het maar niet op mijn paard is,
viel de boer hem haastig in de rede. Neen
dit paard is voor den keizer bestemd, geen
ander zal bet rijden dan hij en geen ander
zal het bederven. Mijn zoon de huzaar
heeft het afgereden en daarom ga ik er te
voet naast; zoo zit de vork in den steel,
als je het dan absoluut weten wilt!
Aha! voor den keizer! riep Frans
Jozef uit, dat is wat anders! Maar neem
het paard even die kleeden af, dan kan ik
het eens zien
Zien wou je liet? Je hebt er toch
geen verstand van
Toch wel. Een weinig verstand heb
ik er wel van, landsman
Ik geloof het niet.
En buitendien wil ik je een goeden
raad geven, boe je doen moet om bij den
keizer toegelaten te Worden, want ik ben
aan het Hof cn zonder voorspraak is het
zoo gemakkelijk Diet, om den keizer te
spreken te krijgen.
De boer lachte om die opmerking.
Jij bent ook een rare snaak, riep hij,
om mijn keizer te spreken is zooveel drukte
niet noodig, als je mij wilt wijsmaken, en
voor den stalknecht en den voorrijder en
den portier heb ik guldens genoeg in den
zak
Dat geloof ik wel, maar je kunt die
uitwinDeD, als je mij in den arm neemt.
Dus jij wilt die guldens verdienen
Neen, jou help ik voor niets, ik zal
den keizer over je paardje spreken, maar
als ik dat doen zal, moet je me eerst het
paard eens laten zien.
Als bet andere niet is, daar heb ik
niet op tegen. Maar wat ben je eigenlijk
voor iemand
Ik ben 's keizers barbier.
Is dit de waarheid
Zeker, zoo waar ik hier voor je sta.
Barbier, nu dat is nog zoo kwaad niet
als je wat te doen hebt, zei de boer, het
dekkleed wegnemend, kijk nu eens, is dat
geen mooi paard
Inderdaad, een allerliefst dier, riep de
keizer verheugd, terwijl hij dichtbij kwam
en het over den rug streek.
Hoor eens, ging hij voort, als je wilt
dat ik den keizer er over spreek, moet je
mij toch vergunnen om er even op testij-
geD. Wees maar niet benauwd. Zie, als
de keizer zelf eiken dag zijn leven aan
mijne handen toevertrouwt,en als ik wat
zeg, luistert hij naar mij geloof ik, dat
je mij ook je paard wel een paar minuten
kunt toevertrouwen.
Het boertje hoorde dit alles kalm aan,
doch scheen volstrekt geen lust te hebben
om het verzoek in te willigen. Frans
Josef echter liet niet af en vleide en
bepraatte hem, totdat hij eindelijk toegaf
en de keizer besteeg het paard. Hy reed
een paar malen op en neer en verzuimde
daarbij niet om bet een en ander over den
gracieuzen loop, de edele houding en den
fameuzen bouw van hel paard en dergelijke
zich te laten ontvallen, wat het boertje
gaarne scheen te hooron. Maar eensklaps
drukte de keizer hef dier de sporen in de
zijde en voordat de boer nog goed wist
wat er gebourdo, waren ros cn ruiter uit
het gezicht verdwenen.
De verbluftheid van den bedrogen boer
duurde intuescben niet lang.
Wacht maar, jou zal ik wel krijgen,
leelijke spitsboef, riep hij, spoedde zich naar
de naaste boerderij, huurde een wagon en
reed regelrecht naar Weenen.
Daar woonde een winkelier, die altijd
aardappelon van hem had, dien zocht hij
op on vertelde wat hem wedervaren was.
De winkelier was dadelijk bereid om zijn
leverancier naar zijn boste vermogen op
den rechten weg te helpen. Eerst was het
nu zaak uit te vorschen wie barbier aan
het hot was. De winkelier, goed bekend
in de stad, wist zich met behulp van de
overheid een lijst van de hofbarbiers te
verschafi'en, Vol schrik ontwaarde men,
dat er een massa waren.
Zuchtend hoorde de boer zijn vriend de
lange rij namen voorlezen. De winkelier
raadde hem aan geen verdere nasporing
te doen, regelrecht op het doel af te gaan,
den keizer een audiëntie te verzoeken en
hem het gebeurde mee te deelen.
Doch do boer aarzelde dien stap te doen,
want reeds voor jaren had hij een kostbaar
proces verloren, doordat het hem aan be
wijzen ontbroken had. Er daaraan ontbrak
het hem ook thans. Hij nam dus met zijn
vriend in het rijtuig plaats en reed van
den eenen hof barbier naar den anderen.
Een dag ging voorbij, maar de gezochte
werd niet gevonden. Zou de dief soms
een gemeene bedrieger geweest zijn? Die
vraag begon het boertje zich nu te stellen.
Toch kwam dit hem onwaarschijnlijk voor,
want hoe had deze aan de jachtpartij van
het hof kunnen deelnemen Eq de dief
had hem plechtig verzekerd dat hij barbier
van den keizer was. Het was iemand van
het hof, dit stond vast.
Het belachelijkste van die hof barbiers
bezichtiging was echter, dat geen enkele
dier artisten zich er op beroemen kon ook
maar een enkele maal het hooggeschatte
gezicht van Zijne Majesteit met zijn scheer
kwast aangeraakt te hebben. Wie die taak
te vervullen bad, dit was, althans voorde
hofbarbiers, een ondoorgrondelijk geheim.
Dit maakte de taak van den boer niet
gemakkelijker. Intusechen wiet hij ook hier
raad. Hij besloot bij het kasteel op de loer
te gaan liggen en niet terug te keeren
voordat hij don bedrieger gezien had en
ontmaskerd. Zoo gezegd zoo gedaan.
Na zijn terugkomst van de jacht had
Frans Josef onmiddelijk bevel gegeven,
dat men een boer, wieDB signalement hij
nauwkeurig opgaf, ongehinderd binnenlaten
moest, voor het goval eon dusdanig persoon
zich mocht aanmelden. Van's morgens tot
des avonds liep de bestolene nu over do
pleinen van den Hol burg, hield oen ieder
die voorbij ging, scherp in 't oog en rueendo
meer dan eens dat hij de schuldige gevonden
had, Maar als hij dan regelrecht op eon
hoveling afging en den weg versperde, of
hom toeriep, stil to staan, moest hij steeds
mot beschaming zien, dat hij 'n onschuldige
had verdacht. Mismoedig ovor het slechte
resultaat van zijn spionneorstolsol, besloot
hij in eon opwelling van rechtmatige gram
schap om zich regelrecht naar den keizer to
bogevon on dien cons te onthullen, wolken
schavuit hij in zijn dienst had.
Terwijl dat besluit tot rijpheid kwam, had
de keizer reeds dag en uur van zijn aankomst
vernomen, want zijne wandelingen in den
Hot burg, zoomede het telkens aanhouden
van verschillende hovelingen, in wier per
soon de boer den dief meende te herkennen,
was Zijne Majesteit al tor oore gekomen.
En zoo gaf deze laatste bevel, den boer
dadelijk tot een audiëntie toe te laten.
Dit geschiedde.
In de keizerlijke audiëntiezaal waren vele
menschen verzameld, ten deele hofbeamb
ten, ten deele menschen, die iets hadden
te verzoeken. Opnieuw liet de boer zijn oog
over de aanwezigen gaaD, ten einde den
booswicht uit te vorschen, maar tevergeefs.
Het dievengezicht was er niet bjj.
Daar gingen de deuren open van het
aangrenzend kabinet en met een zachten
glimlach trad de keizer de zaal binncD.
Algemeene diepe buiging. De boer had
echter hem, die binnenkwam, ternauwer
nood gezien of hij vloog als een leeuw op
zijn buit aan, pakte den keizer bij den kraag
en riep uit
Wacht, nou heb ik je!
De verschrikte omstanders vermoedden
een aanslag en wierpen zich op den boer,
Frans Jozef had echter geen oogenblik
zijn tevreden lachje 'verloren. En terwijl
hij den boer vriendschappelijk op den schou
der klopte, zeide hij
Mijne hecron, zijt niet bezorgd, dit is
een braaf man. Ik had mij oulangs 'n scherts
met hem veroorloofd en daarvoor ontvang
ik nu mijn verdiende loon
En zich tot den boer wendonde, reikte
hij dion welgemoed de hand en zei:
Waarde vriend. Jo paard is een voor.
treffelijk dier en ik heb het dankbaar van jo
aangenomen, want do man, dien jo het
wilde brengen, ben ik, keizer Frans Jozef I
Hij beloofde hem zijn bescherming en
een goede belooning.
Do boer zelf was do ecnigo, die onverschil
lig hij dit toonoel bleof. Het hoofd gebogOD,
zag hij voor zich op don grond en schoon mot
die onverwachte oplossing van do zaak niot
tevreden. Eindelijk hief hij hot hoofd op,
zag den keizer aan en sprak op smarto-
lijken toon:
Ik had liever, dat het paard op don wog
ware doodgevallen, dan dat go tegonovormij
oen lougon moest zeggon. Gij bobt mij toch
verzekerd, dat go 'a keizers barbier waart!
En ik heb geen onwaarhoid gosprokou
vriendlief, antwoordde Frans Jozef ernstig,
dio begreep, wat er omging in don boor,
tot dusverro zijn oprcchto voroerder,
want woet jo, ik schoor mijzelf!
EINDE.