de Voorz. brengt zijn voorstel in stemming,
met het resultaat, dat het met algemeene stemmen
wordt aangenomen;
De Voorz. vraagt daarna machtiging tot aankoop
van nog 140 M3 basaltslag, welke machtiging met
algemeene stemmen wordt verleend.
De h< er H. J. Keijser vraagt hoe het gaat met
de beharding van den weg van Erassekeet tot de
sluis, waarop de voorzitter antwoordt, dat er eerst
geen animo scheen te bestaan voor het rijden van
de materialen, doch dat hij van den opzichter
heeft vernomen, dat zich thans eenigen daartoe
hebben bereid verklaard.
Dit de discussie tlie naar aanleiding hiervan
ontstaat, blijkt dat de vergadering van meening is,
dat niet moet worden afgeweken van het principe
dat belanghebbenden kosteloos de materialen
moeten rijden, of wel dat subsidie in de kosten
moet worden verleend.
Dienaangaande merkt de heer Eelman op, dat
de omstandigheden niet overal dezelfde zijn. Bij
den weg in kwestie zijn geen helende eigenaren.
Bovendien is het geen z.g. buurtweg, doch een
algemeene verkeersweg. Z.i. moet de gemeente
den weg bebarden.
De heer Jb. Kikkert Nz. vraagt of dat principe
ook is gehandhaafd bij de beharding van den
Kruisweg, waarop de Voorz. antwoordt, dat de
brik door de gemeente kosteloos is afgestaan en ter
plaatse gebracht. In bet geheel, zegt de Voorz.,
is dit jaar 6600 M. weg behard.
Geen enkele weg is behard zonder subsidie.
Spr. wijst op den Pijpersdijk en weg Waal-
Oudeschild, waarvoor veel grootere bijdragen zijn
ingekomen, dan hier gevraagd wordt. Waar het
belendende land van de beharding zeer zal pro-
fiteeren is een bydrage van misschien een 60 gld.
toch niet te veel.
De heer Eelman geeft nog in overweging den
weg naar de sluis zoo spoedig mogelijk te maken.
De heer G. P. Witte vraagt hoe het nu staat
met het rijden op den dijk bij de Magere brug.
Moet maar steeds worden toegelaten, dat de dijk
wordt stuk gereden
De Voorz. zegt, dat de toestand niet rooskleurig
is, hoewel beter dan verleden jaar.
De heer Eelman zou nog graag vernemen hoe
het staat met den steiger van Timmermans?
Het plan, zegt de Voorz., is reeds bij het Dag.
Best. geweest, doch met enkele bemerkingen
teruggezonden,
De heer J. D. Witte vestigt de aandacht op
het gevaarlijke van het weiden van losloopend
vee op de wegen. Toezicht daarop, acht hij zeer
gewenscht.
De Voorz. zegt toe dienaangaande maatregelen
te zullen nemen.
De heer J. D. Roeper wijst op den te hoogen
waterstand in //de Zes/', tengevolge van het ver
stopt zijn van den koker onder den Waalderweg,
Het volgend jaar hoopt de Voorz. daarin af
doende verbetering te kunnen aanbrengen, door
een anderen koker onder den weg te leggen.
De lieer Jb. Kikkert PPz. zegt, dat het zijn
aandacht heeft getrokken dat in geen enkele
dam gelegen in den polder Oudeschild achter de
Noordkaap een koker is aangebracht;
de voorz. zegt een bespreking bij het Dag.
bestuur toe;
de heer KI. T. Bakker zegt, dat indertijd is
besloten de tijdeuren uit de Waaldersluis te nemen;
dit is niet gebeurd, doch thans achtte spr. het
noodig;
de voorz. zegt, dat een proef is genomen, die
niet is bevallen; zoodra de sluiswachterswoning
gereed is, zal de gewenschte verbetering ook
komen; echter, vraagt spr. zullen de deuren er uit
genomen worden? Met het oog op het vergevoi-
aerde seizoen is het de moeite z.i. niet meer waard;
de heer H. J. Keijser zou er wel voor zijn, als
hij verzekerd kon zijn, van een goede bediening
van de sluis; aan het Dag. Best wordt overgelaten
te handelen naar omstandigheden;
de heer Jb. Keijser Sz. wenscht, dat eenige
verbetering zal worden aangebracht aan enkele
zandwegen; hem zijn enkele bekend, die verbreed
moeten worden;
de voorz. acht het gewenscht, dat het Dag.
Best. ze in oogenschouw gaat nemen;
de heer Eelman vraagt, dan de buurt van
Oosterend niet te willen vergeten.
Sluiting.