N°< 2492. Donderdag 17 Augustus 1911. 24ste Jaargang Nieuws- en Advertentieblad. Bi?* tt en land» Van week tof week. E)it blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per 3 maanden. Voor de Burg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere anden met verliooging der porto's. Advertentiën vóór 9 nur op den dag der uitgave Prijs der Advertentién. Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer S Ct. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitg. Firma LANGEVELD DE ROOIJ, Parkstraat, Burg op Texel. 5—12 Aug. De sociaal-democratische Kamerleden Dnijs en Helsdingen schijnen iets heel ernstigs op hun geweten te hebben. Niet in de oogen der groote menigte maar naar het gevoelen van een deel hunner partijgenooten. In korte woorden laten we hier de feiten volgen De heer Duijs is tegenwoordig geweest bij de opening van de zeehaven te Zaandam op dezelfde boot waarop zich Prins Hendrik bevond,. Dat vernam partijgenoot Zadelhof van Dordrecht en het bezorgde hem een bui van verontwaardiging. „Stel je voor" aldus schreef hij in „Het Volk" stel je voorDuijs op de boot bij den Prins, buigend en kennismakend met hem, als beleefd man met den hoed in de hand bij het spelen van het „Wilhelmus" misschien wel meejuichend toen het hooge gezelschap aan boord kwamZadelhof vroeg op heldering omtrent het geval en de heer Duijs heeft deze gegeven. Hij is niet aan den Prins voorgesteld op de vraag of hij het wenschte had hij zelfs geantwoord dat indien de Prins kennis met hem maken wilde, deze maar bij hem moest komen en heeft niet meegejuicht dus. Voorts verdedigde hij zijn tegenwoordigheid bij het officieele feest met een bewijs op het groote belang van de haven. Het geval Helsdingen betreft het aan wezig zijn van dezen op de otficieele tribune ter gelegenheid van het bezoek van presi dent Fallières aan Den Haag. Als lid van den raad had hij een uitnoodiging ontvan gen. Partijgenoot Snel van Den Haag was daarmee lang niet ingenomen en las den heer Helsdingen in „Het Volk" de les, waarop een verweer van den aangevallene volgde. Ook de leider der partij, de heer Mr. P. J. Troelstra, heeft zijn stem over deze kwesties laten hooren, speciaal over het geval Duijs. Hij keurt diens houding niet onvoorwaardelijk goed en betoogt de nood zakelijkheid om de kwestie op het eerst komend congres uit te maken. Dien kant zal het ook wel uitgaan en de orthodoxen in de partij kunnen zich alvast voorbereiden voor een krachtig protest tegen het steeds verder afdwalen van den weg der onver- valschte partpeginselen. o—o—o— Terwijl oveial elders de parlementen de zegeningen der vacantie genieten, die door de leden dezen zomer met zijn langdurige en dikwijls felle hitte, zeker welbijzonder gewaardeerd zullen worden, terwijl dus schier overal het parlementaire leven zijn zomerslaap slaapt, had het Engelsche parlement het druk met, zeer gewichtigen arbeid. Men kent de groote en ernstige kwestie, die er al sedert lang de gemoedeien bezig houdt en dio in de afgeloopen we6k opnieuw de volle aandacht vroeg en ten einde werd gebracht. Dinsdag j. 1. is do strijd tusschen de regeering en do lords opnieuw begonnen. In het Lagerhuis bracht de leider dei- Unionisten, Balfour, zyn aangekondigde motie van afkeuring ter tafel. Balfour hield daarbij een redevoering waarin hij de minister beschuldigde groveljjk hunne rechten als raadslieden van de Kroon te hebben misbruikt en zich bovon de Grond wet te hebben geplaatst. Hij noemde hun handelwijze zonder voorbeeld en beweerde dat zjj niet ouder buitc agewone pressie der openbare meening hun toevlucht genomen hadden tot doze daad, maar om de to standkoming van een parlementaire schik king tusschen eenige groepen hunner aan hangers te bevorderen en ten einde te voorkomen, dat het volk zijn meening over home rule zou uitspreken. Door het „mis bruik" van het prerogatief der Kroon" was het geheele gebouw der Engelsche instel lingen omvergeworpen. Minister Asquith diende Balfour van ant woord. Nadat de Staatkunde der regeering door de kiezers met een flinke meerderheid was goedgekeurd, had de Koning de zaak rijpelijk overwogen en ingezien, dat hem niets anders overbleef dan zijn goedkeuring te hechten aan het advies van de ministers. Alleen toen de hoop, dat het Hoogerhuis de Vetowet zou aannemen ijdel was geble ken had de regeering zich tot de Kroon gewend en de Koning beloofde toen om zoo noodig gebruik te zullen maken van zijn prerogatief. Het Kabinet verheugde zich gehandeld te hebben in overeenstem ming met de uitspraak van het Lagerhuis en het Britsche volk. De beschuldiging dat Asquith de eerbied en waardigheid van de Kroon zou hebben aangetast, wees deze met fierheid terug, „Ik heb het voorrecht gehad in nauwe dienstbetrekking te staan tot drie Britsche vorsten" aldus Asquith „en mijn geweten zegt mij dat ik in die hoedanigheid steeds getracht heb de waardigheid en de privilegies van de Kroon hoog te houden, ik bekleed mijn ambt echter niet alleen bij de genade van de Kroon, maar door het vertrouwen van het volk en ik zou mij schuldig maken aan verraad, wanneer ik op het belangrijkste oogenblik van onzen grooten strijd zijn vertrouwen zou be schamen." De verklaring van Asquith vond luide instemming bij de ministerieelen en met 246 tegen 365 stemmen werd hierna de motie van lord Balfour verworpen. Dinsdag kwam in het Hoogerhuis een gelijkluidende motie van afkeuring ter tafel ingediend door lord Curzon, die heftig te velde trok tegen wat hij noemdehet on vergeeflijke machtsmisbruik van minister Asquith jegens den Koning, het parlement en het volk. Lord Crewe verdedigde de houding der regeering, doch de motie werd, zooals ver wacht was, aangenomen en wel met 282 tegen 68 stemmen. Natuurlijk zal zulk een stemming in het Hoogerhuis geen politieke gevolgen hebben. Het Lagerhuis behandelde Dinsdag het Veto-ontwerp en verwierp alle door de lords daarbij gevoegde amendementen op enkele onschuldige na, waartegen de regeering geen bezwaar bleek te hebben. Donderdag kwam de Veto-kwestie opnieuw in het Hoogerhuis aan de orde. Er was groote belangstelling voor deze zitting die een inderdaad historische beteekenis had, omdat ze de eindbeslissing bracht in een ernstig constitutioneel geschil. De groote vraag was en bleef tot aan de stemming toe of de lords het zouden durven bestaan de Vetowet te verwerpen. Zooals men weet had Landsdowne berusting iu het onver mijdelijke bepleit en in dien geest adviseerde hij ook Donderdag. Hij noodigde zijn volge lingen uit zich vau stemming te onthou den. Andere sprekers verdedigden hun voornemen om tegen of wel voor te stem men. Voor het laatst legde lord Morley nog de verklaring af dat indien het ontwerp verworpen mocht worden er zoo'n groot aantal nieuwe liberale peers zou worden benoemd, dat in het vervolg hot met de heerschappij van de oppositie voorgoed uit zou ziju, De debatten duurden den geheelen avond door en tot aan het einde was een buiten gewone spanning waar te nemen. De stemming bracht echter de verrassende uitslag dat met 132 tegen 114 stemmen de Vetowet door het Hoogerhuis werd aange nomen. Een deel der Unionisten had zich bij de liberalen gevoegd, uit vrees voor de gevolgen van een verwerpen van het ontwerp. Deze uitslag werd door de ministerieelen met luide toejuichingen begroet die zich voortplanten tot in het Lagerhuis. Zoo had ten slotte de regeering gezege vierd en was de crisis waarvoor zoo lang gevreesd was, afgewend. Engeland bracht in de afgeloopen week veel stakingsnieuws. De zeeliedenstaking die de vorige week opnieuw uitbarstte in de groote havensteden breidde zich onrust barend uit en tal van arbeiders in andere bedrijven sloten zich bij de zeelieden aan. Zoo de vrachtrijders en sjouwers der spoor wegen, alsmede de arbeiders in het klein havenbedrijf. Het aantal stakers klom zelfs tot 100,000. Voor tal van bedrijven bracht de staking groote moeilijkheden, omdat vele booten met allerlei inhoud, bestemd voor den dagelijkschen arbeid in de fabrieken niet gelost konden worden. Hetzelfde was ook het geval met aangevoerde levensmiddelen. Daarbij was er veel gisting hier en daar onder de stakers en moesten in enkele steden de militairen en politieagenten met geweld tegen hen optreden. Gelukkig schijnen de berichten van thans op eenige verbetering te wijzen. De staking der vrachtrijders is o. a. reeds geëindigd. Te wenschen is het dat spoedig de andere mogen volgen. —o—o—o— Uit Spanje werd dezer dagen een geval van vrij ernstige muiterij gemeld, die als voorspel bedoeld was geweest van een revolutie, maar bijtijds tegengegaan kon worden. Er werd op verschillende wijze over de zaak geschreven en van officieele zijde werd groote geheimzinnigheid aan den dag gelegd, doch waarschijnlijk zal de Madridsche correspondent van de „Matin" de waarheid omtrent het geval wel ontdekt hebben, zooals hij meldt. In den nacht van den 2en Augustus verscheen plotseling een troep gewapende matrozen van het oorlogsschip „Numancio" op het dek en dreigde de wacht te zullen dooden indien alarm gemaakt werd. Hun plan was duidelijk, ze wilden de officieren gevangen nemen en de revo- lutievlag in top bijschen. Zoover kwam het evenwel niet, want op het juiste oogeDblik ontbrak het hen aan moed en voor de overreding der dienstdoende onderofficieren van de wacht zwichtte ze. De aanstokers werden gevangen genomen en naar luid der berichten ziju ze reeds gefusileerd. De bedoeling van de samenzweerders was oproer aan boord te verwekken en naar Barcelona te stevenen om daar de republiek uit te roepen. Ofschoon deze aanslag mislukt is wijst ze er toch op dat de toestand in Spanje verre van betrouwbaar is. TEXEL, 16 Aug. 1911. Door Z. D. II. de bisschop van Haarlem is de Eerw. Heer Blankenau, kapelaan te dezer plaatse, benoemd tot kapelaan te 's Gravenhage; tot kapelaan alhier is benoemd de Eerw. Heer van Veen, kapelaan te Maassluis. De uitslag van de Maandag ge houden aanbesteding van het bouwen van een Gashouderlokaal en Magazijn te den Burg op Texel, was als volgt: Ingeleverd werden 4 biljetten; J. J. v. Wessem, Texel f 2713. M. Vlas f 2697.- A. Kooiman f 2430.— Gebr. Smit Helder f 2290.— Het werk werd opgedragen aan A. Kooiman alhier. De markt. De markt van Maandag teekende geen groote levendigheid wat betreft den handel in schapen; naar lammeren was meer vraag. De prijzen waren echter niet te hoog. De veulen markt welke ook dezen dag werd gehouden bezorgde aan de markt eenige meerdere levendigheid. Loting Militie. De loting van de voor deze gemeente ingeschrevenen voor de Nationale Militie lichting 1912, zal naar bekend is, alhier plaats hebben, Donderdag 17 Augustus des voormiddags te 11.15 uren, in een der lokalen van de o. 1. school te den Burg. De uitslag van de loting zullen wij in het volgend nummer vermelden, docli geen bulletin verspreiden. Wij zullen evenwel na de loting aan ons bureau voor belangstellenden gratis bulletins verkrijgbaar stellen en dezelve aan onze drukkerij aanplakken. Op verzoek ver zenden wij per post gratis bulletins aan wie daartoe het verzoek doen. Waal 15 Aug. Aan den wedstrijd in het „ringsteken op fietsen," Zondagmiddag alhier ge houden, werd door 30 personen deelge nomen. De le prijs, f7. werd ge wonnen door M. Koorn van De Westen, de tweede prijs, f 5. door Th. de Porto te Waal en de derde prijs, f 3, door C. Oomes te Waal. Uitgelokt door het fraaie zomerweer, waren vele toeschouwers aanwezig. Wanne zomer strenge winter? Zou op dezen warmen zomer een ouderwetsche winter volgen Men schijnt er in de schaatsenindustrie op te rekenen. De „L. Ct." toch meldt, dat, na geruimen tijd te hebben stilgestaan, de schaatsen- fabriek van de firma G. S. Ruiter te Akkrum, weder in werking is gesteld. Een schadepost. Te Gasselte geraakten Vrijdagmiddag omstreeks drie uur door onbekende oor zaak 44 korenmijten, waarvan circa het vijfde deel was gedorscben, in brand. Deze groote voorraad behoorde toe aan onderscheiden eigenaren, die het op een centraal punt hadden saamgebracht voor het dorschen met de stoomdorschmachine van Gieterveen. Alles brandde op, uitgesloten het reeds gedorschte koren. In het geheel was het gewas meest rogge vanlOOdeimt land bijelkaar gebracht. De schade worut op circa twaalf- a dertienduizend gulden geschat. Alleen het gedeelte dat toebehoorde aan den heer G. Kort was verzekerd. Van een groot aantal niet-kapitaal- krachtige menschen is het beste deel van hunnen oogst in vlammen opgegaan, zoodat Gasselte inderdaad door eer vreeselijke ramp is getroffen. De locomobile leed weinig, doch de dorschmachine en stroopers verbrandden geheel. Deze waren echter verzokei d, we meenen voor f 6700. Blbsschen was niet mogelijk. De achterste korenmijten zoverzekerde men ons geraakten ni> t in brand door overwaaien van vuur, doch ontbrandden door de groote hitte. (N. V. Ct.) TEXELSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1911 | | pagina 1