2543,
Donderdag 15 Februari 1912.
258te Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Van week tot week.
Bit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Advertentiën vóór 9 nnr op den dag der uitgave
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitg. Firma LANGEVELD& DE ROOU, ParkstraatBurg op Texel.
3—10 Febr.
De Eerste Kamer zette in de afgeloopen
week de behandeling van de Staatsbegrootipg
1 voort. Ze is al eeD mooi eind opgeschoten,
ofschoon er soms nogal breedvoerige debat
ten gevoerd werden. Inzonderheid bij die
hi yoor binnenlandsc'ae zaken, waarby nogal
uitgeweid werd over de onderwijs kwestie.
De leden der Tweede Kamer kunnen zich
1 zoo langzamerhand ook weer gereed maken
- om den arbeid te hervatten. De Kamer is
bijeengeroepen tegen den' 20 dezer. Eerst
zal eenigen tijd in de afdeelingen vergaderd
worden. Nu, de heeren hebben een behoor-
!1 lijke vacantie gehad. Zoo om en bij de twee
maanden. En dat, waar er hoopen werk op
-afdoening liggen te wachten.
Overigens was er in de afgeloopen week
- weinig biniienlandsch nieuws op parlemen-
!jv tair en politiek gebied.
De nieuwe Duitsche Rijksdag heeft zijn
yj arbeid aangevangen. Woensdag heeft de
plechtige opening plaats gehad. De openings-
v plechtigheid was gelijk aan die van andere
ij jaren. Vooraf gingen godsdienstoefeningen
in de slotkapel en in 66n der katholieke
kerken, waarna in de witte zaal van het
H Koninklyk slot de heeren afgevaardigden
samen kwamen, behalve de sociaal-demo-
gjcraten, om de-openingsplechtigheid bij te
wonen. Keizer Wilhelm verscheen al spoe-
dig, voorafgegaan door de militaire groot-
waardigheidsbekleders die de symbolen
1 van het rijk de schepter, kroon, appel en
zwaard droegen en omringd door de prinsen
en den hofstoet, die zich schaarde rond den
"fH troon waarop de Keizer plaats nam. Uit de
ife' handen van den rijkskanselier nam hij de
Troonrede over om deze voor te lezen. De
plechtigheid had het gewone verloop. De
voorlezing van de troonrede werd staande
4aangehoord en de Keizer kreeg ter begroe-
B ting en tot afscheid de gebruikelijke Hoch's.
- Het kan niet ontkend worden, dat wel
■met eenige belangstelling uitgezien werd
naar den inhoud der Troonrede. Na de
- 1 veelzeggende verkiezingen, waardoor de
HRijksdag zoo'n erg roode tint gekregen
heeft, was dat alleszins verklaarbaar. Toch
«bracht de Troonrede geen verrassingen.
Integendeel, hetgeen daarin gezegd werd
I« zou onder bijna alle omstandigheden gezegd
kunnen worden. Regelrechte zinspelingen
IX op den afloop der verkiezingen of op de
sociaal-democratische overwinningen, kwa-
men er niet in voor. Zelfs was er een beetje
voorstellingsvermogen voor noodig om
Izijdelingsche zinspelingen erin te ontdekken.
Ook wat de regeeringabeloflen betreft was
de troonrede heel gematigd. Wel werd met
;r enkele woorden het voornemen tot ver-
p' sterking van leger en 'vloot aangekondigd
in alsmede tot het indienen van enkele ont-
5 werpen op wetgevend gebied, doch alles
o? werd al heel kort behandeld. De Keizer riep
ja x de medewerking der afgevaardigden in om
x j de hechte gebindten van het Rijk in stand
1; 'f te houden, gewaagde van Duitschland's
B streven om den vrede te bestendigen en
ili - eindigde met over „den strijd van den dag"
heen te zier. naar de toekomst van het
ik Duitsche Rijk.
Over 't algemeen is de inhoud der troon-
I rede met instemming begroet. Geen der
I partijen had zich te beklagen, niemand
el werd aangevallen en zelfs de sociaal-demo-
B cratie kwam er zonder een veegje uit de
pan af. Naar luid der berichten heeft de
D Keizer zelf de troonrede opgesteld, zoodat
het dan ook meer een heenwijzing was
naar de groote lijnen waarlangs de Duitsche
Staatkunde moest worden geleid, dan een
regeenngsverklaring met de opsomming
jr, van Ó6 plannen en plannetjes die in het
H regeeringshart gekoesterd 'worden.
Het eerste werk na do officieele opening
was het kiezen van een president. Dat ging
I evenwel niet zoo vlot als wel eens vroeger,
rei ^e machtsverhouding der partijen is door
do jongste verkiezingen nogal gewijzigd
I geworden, zoodat feitelijk- de linkerzijde
de vourzitterszètels toekomt. Doch de
sociaal-democrateD maakten nogal bezwaar.
Een kamervoorzitter heeft verplichtingen
jj jegens den Keizer. En daar willen de sociaal-
democraten nietain. De nationaal-liboralen
i waren er bovendien tegen gekant om voor
de ambten van voorzitter, 2e en 3e voor
zitter Centium en Conservatieven g6heei
uit te sluiten. Lang en breed hebben de
partijleiders over het moeilijke geval be
raadslaagt zonder het aanvankelijk eens te
kunnen worden. Donderdag moest de ver
kiezing reeds plaats hebben, doch op voorstel
van Bassermann werd ze tot Vrijdag ver
daagd. De onderhandelingen waren nog
niet geslaagd en werden opnieuw voort
gezet.
Vrijdagmiddag had de verkiezing plaats
onder zeer groote belangstelling van. het
publiek. Het resultaat was dat tot voorzitter
werd gekozen Dr. Spahn van het Centrum,
na herstemming met den sociaal-democraat
Bebel. Tot eerste vice voorzitter werd ge
kozen de sociaal-democraat Scheidemann
en tot tweede ondervoorzitter de nationaal-
liberale Paasche.
Naar luid der berichten heeft Dr. Spahn
de benoeming aangenomen, ofschoon het
Centrum eerst verklaard had niet met de
sociaal-democraten zitting te willen hebben
in het presidium.
o—o—q
De Engelsche minister Lloyd George
heeft dezer dagen weder eens een rede
voering gehouden over het belang van
vlootbeperking. Natuurlijk bezong hij daarbij
hoe schoon het wel zou zijn indien Duitsch-
land en Engeland eens wat minder wan
trouwend tegenover elkaar stonden en ook
hoe goed het zou zijn indien de uitgaven
voor leger en vloot verminderd zouden
kunneD. Hoeveel geld zou dan niet aan de
volkswelvaart meer dan thans besteed
kunnen worden. Dat de redevoering van
den Engelschen minister de aandacht ge
trokken heeft ligt voor de hand. Zoo is er
dan ook in de laatste dagen weer vrij wat
geschreven over een mogelijke toenadering
tusschen Engeland en Duitschlaud. Vooral
de Engelsche pers doet vriendelijk en zocht
in den uitslag der Rijksdagverkiezingen het
bewijs dat Duitschland vredelievend is.
In Duitschland zelf houden de bladen zich
nogal gereserveerd. Sommige beweren dat
het de Engelsche pers te doen is om in
Duitschland stemming te maken tegen de
komende regeeringsvoorstellen tot uit
breiding van leger en vloot. Ook zijn er
die niet ten onrechte de vorige redevoering
van Lloyd George in herinnering brengen.
De oorlogsdreigende redevoering in de
Marokkodagen. Ze wantrouwen dan ook de
„Engelsche lokstemmen".
De „Voss Zeit." evenwel oordeelt anders.
Het blad meent dat de Duitsche pers niet
al te pessimistisch moet wezen. Want er
worden thans tusschen Berlijn en Londen
belangrijke onderhandelingen gevoerd. Het
blad zegt dit uit vertrouwbare bron te
kunnen mededeelen. Er worden onderhande
lingen gevoerd, die wellicht tot een politieke
gebeurtenis van den eersten raug aanleiding
zullen geven en die in de officieele betrek
kingen tusschen beide landen een groote'
verbetering zal brengen.
Officieel is dit belangrijk, bericht noch
door de Duitsche noch door de Engelsche
regeering tegengesproken. Een feit is daar
bij dat de Engelsche minister van oorlog f
to Berlijn vertoeft en besprekingen houdt
met de regeeringspersonen. Toch weet de
„Nat. Zeït" mede te deelen dat het bericht
van de „Voss Zeit" onjuist is. Nadere be
richten zullen moeten worden afgewacht.
Dat een betere verhouding tusschen Duitsch
land en Engeland niet lang op zich moge
laten wachten is ongetwijfeld een alge-
rneeue wensch.
VEItG AOEIilA'G
van Hoofdingelanden van de 30 Gemeen
schappelijke Folders op Texel.
Woensdag, 7 Febr. 1913.
TEXELSCHE COURANT.
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
anden met verliooging der porto's.
Prijs der Advertentién.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer S Ct.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
—0—0—0—
11
Tegenwoordig, behalve de heer Job. D. Roeper,
alle leden.
Voorzitter do heer J. S. Dijt, Dijkgrnaf.
Jltuibing, Secretaris.
I. De voorz. opent de vergadering, do ik luien
der vorigo vergadering worden gelezen en onver
anderd vastgesteld.
De voorz. deelt dnnrna mede, dal P. Vlaming
zijne toezegging om land af le staan voor de
doortrekking van den 2en dwirsweg heeft inge-
trokren voorgevende, dat spreker bem i, iet goed
heeft begrepen.
Bji die besproking echter was r!c opzichter
tegenwoordig en die heeft onmiddellijk een en
ander opgeleekcnd. De opzichter had het precies
begrepen als spreker. Vlaming zegt nu, dat hij
geen weg wil hebben, die niet neven zijn land
ligt. Bovendien vraagt bij den oude weg
cadeau terwijl hij voor zijn eigen land f3000 per
H.A. vraagt, zonder weg cadeau kost zijn land
f 4000.
Het beste zal zijn nu maar een afwachtende
houding aan te nemen.
Daarmede is de vergadering het eens.
Daarna deelt de voorz. mede, dat Boersen
van Zevenhuizen genoegen neemt met den
koopprijs van het land ad f2500 per H.A. Dan
vraagt hij nog de heining en eene vergoeding ad
f100,voor het geven van het recht van weg.
Waar de vergadering daartegen geene bezwaren
oppert -zal het Dagelijksch Bestuur spoedig met
voorstellen komen.
II. Medeeling' wordt daarna gedaan van de
volgende ingekomen stukken van
a. P. J. Dijt, houdende het verzoek den
Groeneweg in de Westen te willen verbreeden
en beliarden lengte plm. 000 M.;
Wordt aangehouden tot bij de behandeling van
de begrooting.
b. Ei. Dekker, houdende bet verzoek om ver
gunning tot bet maken van een steiger aan den
Noordeidijk.
De voorz. deelt mede, dat het Dag. Bestuur
den verzoeker beeft bericht, dat nevens de
teekening moet worden overgelegd een uitvoerige
toelichting
De heer Eelman merkt in dit verband op, dat
hij onlangs een motorboot, geladen met hooi,
aantrof Het bleek hem, dat de ladiüg was
ingenomen aan den steiger, dus vermoedelijk die
van F. Dekker. Ingevolge een aanschrijving van
het Dag. Best. had die steiger reeds opgeruimd
moeten zijn voor geruimen tijd. Aangezien dat
niet is geschied trekt spr. daaruit de gevolgtrekking
dat het Dag. Besl. in de aanwezigheid van den
steiger aldaar geen bezwaar ziet. Die meening
is spreker ook toegedaan;
De voorz. antwoordt den beer Eelman, dat tot
de opruiming indertijd werd gelast omdat de
plaatsing zoüder vergunning was geschied. Het
werkvolk stond dan ook reeds klaar om tot de
opruiming over te gaan. Echter na in loco een
onderzoek te hebben ingesteld, heeft het Dag.
Best. aan E. Dekker op zijn verzoek tijdelijk
vergunning verleend.
Aan den Noorderdijk is volgens spreker
tegenwoordig een wantoestand, gevolg van bet
besluit van boofdingelauden om den dijk voor
het verkeer open te laten.
De heer Koning merkt op dat daaruit blijkt
de groote behoi fte aan een gelegenheid tot laden
en lossen. Spreker betreurt dat besluit niet, doch
dringt aan op het maken van een los- en
badgelegenheid aldaar.
III. Wordt gelezen het verzoek van den
penningmeester vau het Waterschap nm verhooging
zijner jaarwedde met f50,
De Voorz. zegt, dat het Dag. Best. van meeDing
is, dat er geen enkele reden bestaat de gevraagde
verhooging loe te staan, weshalve het dan ook
voorstelt afwijzend te beschikken.
Met nlgcmeen-e stemmen wordt aldus besloten.
IV. Daarna zegt de voorz, dat de weduwe van
den overleden oud-opzichter Jb. Wz. Hillenius'
hem heeft verzocht voor een pensioen in
aanmerking te mogen komen, omdat zij ln
behoeftige omstandigheden is achtergebleven.
Het Dag. bestuur adviseert op dat verzoek niet
in te gaan, als liggende nog niet op den weg van
bet waterschap weduwen van beambten te
pensioneeren. Spreker voor zich is er voor baar
voor dit janr eene gratificatie te geven van f 50.
een volgend jaar zou zij dan nog eens kunnen
aanvragen.
Op de vraag var. den beer J. D. Witte zegt
de voorz. dat verzoekster misschien in staat is
tot het verrichten van eenig licht, werk,
De heer Jb. Jb. Bakker is voor geven vaneen
gratificatie in eens om te kunnen voorzien inde
eerste uitgaven.
De heer P. J. Witte meent dal verzoekster
zich moet wenden tot een ander College of beslunr.
De heer Jb. Kkkert Nzn. is er voor te vinden
baar het pensioen over bet loopende kwartaal
uit te koeren en stelt dat voor.
De voorz. en de beer Jb. Jb. Bakker kunnen
zicb met dat voorstel wel verecnigcn, het staat
gelijk met een gratificatie van plm. f50.
In stemming gebracht wordt het aangenomen
met 11 stemmen voor cn 4 tegen n.l. die van de
heeren KI. b. Lap, G. Pz, Witte, KI. T. Bakker
cn Jb. Keijser Sz.
V. Wordt gelezen bet veizock van den secre
taris om eervol ontslag als zoodanig met ingang
van 15 Maart a s. wegens vertrek uit de gemeente.
De Voorz. zegt dat hij niet erg verrast is door
dit verzoek. Door den velen omgang met den
secretaris was bij wel eenigszins op de hoogte.
Voor het Waterschap is dit een feit van groote
beteekenis. Bij bet overlijden van den vorigen
secretaris waren wij allen van meening, dat heel
moeilijk een even bekwamen titularis zou zijn te
krijgou. En nu meent spreker geenszins de
verdiensten van den vroegereu secretaris te ver
kleinen of in waardeeting voor dions arbeid te koit
te schieten als hij zegt dat men door de benoeming
van den hoer Ruibiug boven verwachting is ge
slaagd.
Met leedwezen ziet spreker den secreteris gaan
in de eerste plaats voor het Waterschap, omdat
zijne adviezen gemist zullen worden.
Hoewel het spr. spijt dat de seer. heengaat,
feliciteerd hij hem met zijne benoeming te Weesp
en hoopt dat het hem daar naar wensch mag gaan.
Spr. stelt voor het gevraagde eervol ontslag te
verleenen.
De vergadering geeft teekenen met de woorden
van den Voorz. in te stemmen en besluit met
algemeene stemmen overeenkomstig het gedane
voorstel.
De Seer. brengt den Voorz. zijn dank voor
diens hartelijke woorden en dankt tevens zoowel
hoofdingelanden als het Dagelijksch bestuur voor
den steeds ondervonden steun.
VI. De Voorz. deelt daarna mede, dat er
groote behoefte bestaat aan kasgeld, zoodat voor
ziening gewenscht is.
De behoefte is ontstaan door de betaling van
vele buitengewone werken uit de gewone middelen
Bij de begrooting zal een voorstel worden gedaan
tot bet aangaan eener geldleeDing ter bestrijding
der buitengewone uitgaven. In afwachting
daarvan wordt thans voorgesteld ter voorziening
in de behoefte aau kasgeld eene tijdelijke leening
aan te gaan van ten hoogste f 15000.af te
lossen voor 1 Januari 1913.
Conform dit voorstel wordt met algemeene
stemmen besloten.
VII. Bergplaats materialen.
Het Dag. bestuur stelt daarna voor in de nabij
heid van de haven te Oudeschild een bergplaats
voor materialen te bouwen en legt daartoe over
de door den opzichter gemaakte teekening en
begrooting.
Zoowel begrooting als teekening worden goed
gekeurd en bet Dag. bestuur gemachtigd tot de
aanbesteding over te gaan.
IX. Bij het aan de orde stellen van bet
volgende punt van de agenda, zegt de Voorz.
dat bet Dag. bestuur van oordeel is, dat nu de
Raad heeft besloten geen steiger te maken er
voor deze vergadering wellicht geen reden meer
bestaat nog langer een afwachtende houding aan
te nemen. Daarom is dan ook dit punt op de
agenda geplaatst.
Het is mede naar aanleiding van een raads
besluit dat de Voorz. deze vergadering van het
gemeentebestuur een uitnoodiging ontving, om
eene bespreking te houden over de vraag, hoe
te gerakeD tot eene beharding van die gedeelten
van den len en 2ec dwarsweg in het Noorden
gelegen tusschen den hoofdweg en den Eier-
'andschen dijk. Eene gelijke uitnoodiging is
gericht tot den Voorz. van het bestuur van den
polder Eierland,
Die bespreking heeft plaats gehad en voor de
30 polders is daarbij opgetreden de heer Jb. Sz.
Keijser.
Bovengenoemde zaken houden nauw verband
met elkaar, waarom het den Voorz. dan ook
gewenseht voorkomt, ze gezamelijk te bespreken.
"Spr. zou den heer Jb. Keijser wel willen ver
zoeken een kort verslag dier conferentie te doen.
De heer Jb. Keijser dan zegt, dat toen de
Burgemeester het doel der conferentie had
uiteengezet, deze tot den dijkgraaf van Eierland
de pertinente vraag richtte /«of Eierland z.i.
belang heeft bij de beharding van de twee ge
deelten dwarsweg// hiervoor genoemd de
heer Elens antwoordde daarop, dat hij sinds jaren
voorstandei is van de beharding van wegen en
dan ook eiken meter harden weg toejuicht en
dat speciaal Eierlanti geen voet zandweg meer
in zijn polder duldt Doch een rechtstreeks
antwoord op de vraag van den Burgemeester gaf
hij niet.
Laatstgenoemde vroeg daarop aan spr. welke
belangen de 30 Polders bij een eventueele be
harding zonden hebben. Spr, antwoordde daarop
slechts geringe belangen, slechts 3 boerderijtjes
liggen aan die gedeelten dwarsweg.
"Uit de verdere besprekingen bleek, dat het
gemeentebestuur zich de beharding als volgt bad
gedacht: In'de aaolegkosten betalen Eierland,
30 Polders en de Gemeente elk een derde deel,
terwijl bet onderhoud moest worden gedragen door
de 30 Polders.
Daarop beeft spr. als zijn meening te kennen
gegeven, dat de 30 Polders daarvoor wel niet te
vinden zouden zijn en dat meer kans van slagen
zou beslaan als'zij geheel van het onderhoud
zouden worden ontslagen. In dat geval zouden
de 30 Polders misschien wel bereid zijn de aan-
legkosten alleen te dragen Spr. heeft de toe
zegging gedaan, dit laatste aan de vergadering
van hoofdingelanden te zullen vragen. De heer
Elens wenschte zich niet uit te laten, doch deed
de toezegging een en ajider bij het bestuur van
Eierland" Ier tafel te zullen brengen.
l)e belangen van Eierland bij de beharding
van de dwarswegen in het Noorden werden wel
besproken en opgemerkt werd, dat het bestuur
van Eierland zelfs bij den tegenwoordigen toestand
der wegen van de los- en laadgelegenheid aan
den Noorderdijk gebruik maakt.
I)e heer Elens merkte naar aanleiding van
deze bewering op, dat hij gaarne de schrifteiijke
verklaring wilde alleggen, dat het bestuur van
Eierland van die gelegenheid geen gebruik meer
zal maken zoolang de tegenwoordige toestand