O 2648.
Donderdag 20 Februari 1913,
26ste Jaargang
Nieuws- en
Advertentieblad.
Van week tof week.
jijt i»ia<l verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per 3 maanden.
Voor ben Borg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
1 .nden met verhooging der porto's.
URANT.
Advertentiën vóór nur op den dag der uitgave
Prijs der Advcrtentièn.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere rogel meor 8 Ct.
Groote letters en Vignotten worden naar plaatsruimte
berekeud. Bowysnunimers 2 Cts. per uummor.
^ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangeuomen bij de Uiig. Firma LANÖEYELD DE R O O IJ, Parkstraat, Burg» op Tkx el.
Plaatselijke Belastingen.
Burgemeester en Wethouders der Ge-
jente Texel maken bekend, dat een
icbrift van
a. het primitief kohier van school-
Iden, betrekkelijk de school met uit
breid leerplan over de maanden Januari
6n met April 1913
b. het primitief kohier van school-
lden, betrekkelijk de overige scholen
er het le kwartaal 1913 en
c. het primitief kohier van de beias-
ig op' de houden voor het dienstjaar
13, gedurende 5 maanden, van den 17
bruari tot en met den 16 Juli, ter
meentesecretane voor een ieder tel
ing liggen.
Texel, den 17 Februari 1913.
Burgemeester en Wethouders vnd.,
De Burgemeester,
GAARLANDT.
De Secretaris, JONKER.
8-15 Febr.
Het indienen van de regeeringsvoorstellen
grondwetsherziening is, zooals te ver-
ichten was, gevolgd door meer of minder
.voerige besohou winsen van de politieke
*anen. Uit die beschouwingen san
jken, hoezeer het oordeel uiteen loopt
er de ingediende voorstellen. Heeft de
rhtsche pers lof over voor dit stuk arbeid
r regeering, de pers der linkerzijde is
n een geheel tegenovergesteld gevoelen.
Men weet dat hoofdzakelijk met het oog
de kiesrechtkwestie de grond wetsher-
ming in behandeling is genomen. Do
jsrechtvoorstellen vormen dan ook een
langrijk deel van het geheel, dat thans
ugeboden is en trokken daardoor iuzon-
rbeid de aandacht tot zich. De pers
schouwingen waren dan ook meereudeels
n de kiesrechtparagraaf gewijd. En
ist daarover is de pers der linkerzijde
;1 het ullermiust te spreken. Zoo wijst
t lioerule Handelsblad er op, dat het
ruwe artikel de beslissing wie het
isrecht zal hebben 'eenvoudig in de handen
n den wetgever legt. Als deze zegt, dat
e Nederlanders boven de 25 jaren, be-
udens de uitzonderingeu, het kiesrecht
bben, dan is er geen woord in de nieuwe
paling die hem dit verbiedt. Ook trekt
t blad te velde tegen de bepaling dat geen
rsreebt zullen hebben de personen, die
dersteuning hebben ontvangen van de
meeute of eeuige andere uict-kerkelijke
ïtelling. Daarin ziet het blad achter-
tstellmg van ben, die bij geeu kerkgenout-
hap aangesloten zijn en bet bewijs dat
i rechten en vrijheden van alle Neder-
nders bij een kuo eljjku regeering als de
;egenwuordige niet in veilige handen zijn.
De Wereld, het orgaan der vrijz -demo
craten wijst er op dat de „gelijkstelling"
'met de gezinshoofden evenzeer eeu beperkt
als een uitgebreid kiesrecht tengevolge
kan hebben. Eeu ding acht het blad alleen
zeker„dat deze regeling slechts dienen
moet om een algemeen kiesrecht en vooral
vrouwenkiesrecht te weren."
In nog scherper bewoordingen spreekt
Het Volk" het sociaal-democratisch orgaan
zich tegen het regeeringsvoorstel uit. Ket
blad beweert, dat de regeering aan de
conservatieven nog een kansje geeft. Ze
bedreigt opnieuw een niet te schatten
aantal arbeiders met uitsluiting. Schreeu
wend onrechtvaardig is het aldus het
blad aan de mannen die zelfstandig
optreden in de maatscüappij het kiesrecht
te geven en aan de vrouwen niet. De
mannelijke gezinshoofden kiezer temaken,
de vrouwen niet. Hier uit zich de sexe-
overbeersohiug op waarlijk brute manier.
Ook bat de kiezer 25 jaar moet zijn, is
niet naar bet hart van het soc. dein. hoofd
orgaan. De meerderjarigneid is bij de wet
gesteld op 21 jaar, Is ergens ter wereld
het kiesrecht der 21- tot 24-jarigen voor
de veiligheid van den staat, of voor deze
menschen zelf zoo noodlottig gebleken.
Deze bepaling is, naar de meening van het
blad, enkel reactie, hoop op het overwicht
in het kiezerskorps van de meer „bezadigde
elementen i"....
Heel anders oordeelt de antir. Stichtsche
Crt over de kiesrecht paragraaf van het
regeeringsvoorstel. „Van de regeering werd
verwacht, dat zij eene lormule vnor het
kiesrecht zou vinden. En zij heeft de ge-
koe terde verwachting niet beschaamd,"
aldus genoemd blad. Het vervolgt dan
„Het voorgestelde artikel 80 legt de grond
slagen voor het kiesrecht in de grondwet
vast en laat de bepaling daarvan niet
aan den gewonen wetgever over. Zoo
behoor! het. Ons inziens is zij er in ge
slaagd eene zoodanige formule te viuden,
die velen kan bevredigen."
Ten slotte nog enkele regels uit wat het
katholieke blad, de Maasbode over het
kiesrechtvoorstel opmerkt. Het blad is
met bet voorstel ingenomen voorzoover
het aan de vrouwen het kiesrecht
outhoudt. Verder, merkt bet blad echter
op „Zou bet beginsel, dat het volk in ai
zijn geledingen gelijkelijk behoort deel te
nemen aan de keuze der volksvertegen
woordiging, in absoluten zin bedoeld zijn,
dan zouden wij ons daartegen verzetten.
Slechts in relatieve boteekenis is die uit
spraak te aanvaarden Of ook niet te
aanvaarden. Er is meerdere malen opge-
gemerkt, dat eerder voor inkrimping dan
voor uitbreiding van het kiezerscorps reden
bestaat. Wat in dit opzicht de nieuwe
grondwetsbepaling brengen kan, zal voor
een groot deel afhangen van de wot, die
het beginsel van hot zelfstandigenkiesrecht
uitwerken zal. Is men van de moeilijk
heden van het kiesrecht wel doordrongen,
dan zal men de regeering om den greep,
die bier is geschiedt, niet spoedig hard
vallen."
Bij de eventueele behandeling van do
voorstellen zelf zal er nog wel meer over
de kwestie gezegd worden. Doch daar is
het voorloopig nog niet aan toe.
—o—o—o—
De Duitsche bladen hebben in de afge-
loopen week gelegenheid gehad zich bezig
te houden mot een blijde gebeurtenis in het
Keizerlijke familieleven. De dochter des
Keizers.' prinses Victorica Louise verloofde
zich met prins Ernst August van Cumber
land. Het tot stand komen van deze ver
loving heeft in bijzondere mate de aandacht
getrokken, omdat ze de oplossing' bracht
van een lastige erfkwestie Zooals men
weet was het huis van Cumberland eens
het koningshuis van Hannover en
wilde het tot nog toe nimmer alstand doen
van de rechten, die het nog altijd op de kroon
van Hannover meende te hebben. Tal van
malen, na fle inlijving van Hannover bij
Pruissnn is getracht den hertog van Cum
berland met het denkbeeld van dert afstaüd
le verzoenen, doch het liep steeds op niets
uit. Men bood ben; den hertogzetel van
Brunsvvijk aan mits hij afstand deed van
zijn rechten op den Hannoversoheu troon,
doch hij weigerde. Zoo was er een breuk
ontstaan lusscheu het Ptuisische Konings
huis en het huis van Cumberland en allo
pogingen tot verzoening, waartoe Keizer
Wilhelm meer dan eens het initinatief
nam, mislukten Toen de hertog van
Bruuswijk kinderloos stierf en de hertog
van Cumberland op diens zetel aanspraak
kon maken werden hem die aanspraken
ontzegd omdat bij steeds weigeren bleef
de rechten op Hannover prijs to geven.
Tbans is de verzoening gekomen. De
jongste zoon van den hertog heeft zich
verloofd met de dochter des Keizers en
dat kau alleen plaats hebben gebad, nadat
deze de rechten op den troon van Hannover
afgestaan heeft. Het heeft geruirnen tijd
geduurd eer de voorbereidingen getroffen
waren voor deze verzoening, doch de
lastige erfkwestie is thans van de baan.
—o—o—o
Het Poolonderzoek heeft weder eenige
slachtoffers gevraagd. In de afgeloopen
week bracht de telegraaf het bericht, dat
de Zuidpool expeditie van den jeugdigen
poolreiziger, kapitein Scott, verongelukt is.
Het in sneeuw en ijs omkomen van de
Engelsche Zuidpool expeditie heeft diepen
indruk gemaakt. Vooral in de Engelsche
pers wordt veel over hot tragischo einde
dezer expeditie geschreven en met weemoed
wordt do leideV kapitein Scott herdachten
wat hij deed in het belang van de weten
schap door zijn poolonderzoek. Zooals
uit de mededeeliug der Engelsche bladen
blijkt dat Scott in November 1910 naar
het zuiden vertrok. Na een overwintorings-
kwartier ingericht ,to bobben, waar een deel
der expeditie achterbleef trok Scott met
eenige mannen poohvaarts, doch keerde
niet terug, In October 1912 werd van uit
het overwinteringskwartier een hulpexpe
ditie afgezonden om den Zuidpoolreizigers
op te sporen en ter hulp te komen. Den
12 November ontdekte de hulpexpeditie
tusschen de sneeuw en het ijs de tent
van Scott. De helpers kwamen te laat, de
tent bleek slechts een drietal lijken te
bevatten, n.l. die van Scott en zijn twee
metgezellen dr. Wilson en luitenant Bowers.
Uit het dagboek, dat in de tont gevondeu
werd en dat tot den laatsten dag bijge
houden was, werd een droevig verhaal
gevonden van het lijden der Zuidpoolexpe
ditie. Deze had bestaan uit vijf loden doch
twee ervan waren reeds spoedig aan de
gevolgen van de ontberingen overleden,
nadat Scott de pool bereikt en weer op
de terugreis was. Eenige dagen later
werden Scott en de beide andere mannen
door een sneeuwstorm overvallen. Door
de vele ontberingen hadden zo alle weer
standsvermogen verloren en ze stierven
alle aan uitputting. De laatste aautee-
kening van Scott in het achtergelaten dag
boek was van 25 Maart 1912, waarin hij
schreef: Wij zijn zeer zwakhet schrijven
valt ons moeilijk. Ouzo lijken en aantee-
keningen moeten ons uiteinde verhalen.
Verder schreef Scott in zijn laatste oogen-
blikken nog neder, dat hij zijn Pooltocht
niet betreurde en dat de mislukking van
de thuisreis aan onvoorziene omstandig
heden moest worden geweten.
De leden dor hulpexpeditie, die de lijken
vonden hielden een lijkdienst voor Scott
en zijn makkers. Ook werd eeii kruis
opgericht op de plek waar de dooden
werden gevonden.
—o—o—o—
In Mexico gaat het weer hard tegen hard.
President Madero, die twee jaren geleden
den ouden dictator Perfirio Diaz van den
presidentszetel verdrong heeft tot nog toe
niet veel genoegen van zijn nieuwen waar
digheid beleefd. Bijna voortdurend had
hij tot nog toe op zijn hoede te zijn voor
zijn tegenstanders, die er steeds op uit
waren de va^n des opstands te ontplooien.
Doch steeds, gelukte het hem nog zijn
gezag te handhaven, zij het dan ook met
strenge maatregelen en met gewelddadige
middelen. Thans wordt echter zijn gezag
zeer bedreigd Er is een voor Madero
zeer gevaarlijke opstand uitgebroken, die
door de vrienden van den ouden Diaz, maar
al te goed voorbereid is, niettegenstaande
de strenge maatregelen der regeering. Op
een gegeven oogenblik ging een deel der
troepen tot opstand over, bevrijden de twee
rebellenaanvoerders generaal Peyes en Felix
Diaz een neef van den afgetreden
president en deden een aanval op het
paleis der regeering Felix Diaz riep zich zelf
lot president en tracht thans met geweld
een einde aan het bewind van Madero te
maken. De strijd tusschen zjjn rebellen
eu de trouw gebleven duurt op het oogen
blik dat wij dit schrijven, nog voort.
o oo
Op den Balkan gingen in de afgeloopen
week de kanonnen voort hun vreeselijk
werk te doen. Er werd hier en daar met
groote hevigheid gevochten, doch dat de
oorlog de een of andere wending genomen
heeft kan niet worden gezegd. De Bul-
gaarsche minister voorspelde bij de hervat
ting der vijandelijkheden dat de strijd hevig
doch kort zou zijn. Dit laatste is nog niet
hot geval geworden. Er gingen du al weer
14 dagen voorbij sedert, het sein tot her
vatting van den strijd gegeven werd en er
hebben op het oorlogsterrein in dien tijd
bloedige botsingen plaats gegrepen, doch
de Bulgaren en hun bondgonooten hebben
nog niet bereikt wat zjj zich voorstellen.
Ze zijn zelfs nog niets gevorderd. Hunne
berekeningen hebben gefaald en hetïurk-
sehe leger schijnt zich inderdaad van zjjn
nederlagen hersteld te hebben. Do oorlog
zal er te bittorder om zijn.
In het oosten was het inzonderheid op
Gallipoli eu bij Adrianopel dat gestreden
werd Op het schiereiland blykt de toesland
thans zoo te zijn, dat de boido logers, die
nog voortdurend versterkt worden, grimmig
tegenover elkander gelegerd zijn.
Er hebben reeds eenige botsingen plaats
gehad, doch zonder resultaat. Een groote
beslissende slag zal daar te plaatse niet
kunnen uitblijven.
Met bewonderenswaardigen moed houdt
de dappere verdediging van Adrianopel stand
tegen de overmachtige vijand. Met honder
den kanonnen is de vesting iu do laatste
dagen bewerkt, doch de Bulgaren zijn nog
zoo goed als niets opgeschoten. Ze sobijnon
in te zien, dat ze het alloen niet zullen
klaarspelen en nu zal een Servisch leger
van 800U0 man met een paar honderd
kanonnen ter versterking oprukken. Zal
de stad tegen zoo'n geweldige overmacht1
bestand zijn? I-Iet zal spoedig genoeg blijken.
Op bet oostelijk oorlogstooneel zijn do
Turken echter minder fortuinlijk geweest
met hun plan om de Bulgaren in den rug
aan te vallen. De landiDgen die Enverboy
zoowel aan de kust der Zwarte Zee als aau
die van de Zee van Marmora beproefd heeft
mislukten.
In het westen belegeren de Griekou nog
steeds Janina, dat dapper verdedigd wordt.
Er werd ook daar iu de afgeloopen week
govochteu, docb van ernstiger aard waren
de gevechten bjj Skoetari De Montene-
g-'rytien schijnen daar eenige voorde6len
behaald te hebben, doch dat is gegaan ten
koste van zeer groot6 offers. Lange treinen
gewonden werden teCettinje binnengebracht.
Al de voorspellingen van de Balkan-
gedelegeerden dat Adrianopel en Skoetari
het slechts nog een paar dagen konden
uithouden zijn niet uitgekomen. Het zal
do belegeraars nog wel groote offers kosten
eer de steden in hun bezit zijn.
Niettegenstaande het energieke optreden
der Turken in de laatste dagen staat Turkije
er toch niet best voor. Het geld de
zenuw van den oorlog ontbreekt hen.
Vandaar dan ook dat ze I-Iakkipasja naar
Londen gezonden hebben om de tussoben-
komst der mogendheden in te roepen. Tot
nog toe heeft dat beroep echter nog niets
uitgewerkt. De mogendheden schjjnen na
eenmaal don ondergang van Turkije op het
oog te hebben. Verklaarden ze aanvankelijk
voor hèt hervatten van den strijd, dat de,
voorstellen door de Porte aangeboden, een
grondslag voor onderhandelingen konden
zijn, thans beslisten ze dat ze niet tusschen-
beide zullen komen voor Turkije met andere
verder gaande voorstellen wil komeü.
oo o
Zal de Balkanoorlog toch nog een gunstige
invloed op den toestand in Europa uit
oefenen Men zou geneigd zijn het haast
te gelooven, als men kennis neemt van
hetgeen er in de laatste dagen geschreven
werd over de verhouding tusschen Duitsch-
land en Engeland. Er is zelfs van niéts
minder sprake dan van een overeenkomst
tusschen de beide regeeringen inzake de
vlootuitbreidingen. Admiraal Tirpitz, de
Duitsche minister van marine heeft de
verklaring afgelegd, dat hij genoegen zou
kunnen nemen met het voorstel, het vorig
•jaar door den Engelschen marineminister
gedaan, om voor een zekei aantal jaren
de verhouding van 1G tot 10 aan te nemen
als een basis voor het aantal slagschepen
der Engelsche en Duitsche vloot. Dat wil
dus zeggen, dat Engeland tegenover elke
10 groote slagschepen er 16 zal mogen
stellen. Sommige bladen beschouwen dit
voorstel als een eerste schrede tot een toe
nadering tusschen de beide groote machten,
die nu al zoo lang dreigend tegenover elkaar
staan, een toenadering die de vriend
schap tengevolge zal hebben. Waarschijn
lijk zal er in het Engelsche parlement eerst
daags wel het een en ander over deze ge
wichtige kwestie gezegd worden.
Indien het gelukte tot een dergelijke
overeenkomst te komen tusschen beide
regeeringen, dan zou dat een belangrijke
stap in de goede richting zijn, omdat er
dan een einde zou kunnen komen aan den
dollen wedren tusschen beide landen op
het gebied van vlootbouw en vlootuit-