PON A Cacao VAN HOUTEN 'S N'. 2724. Donderdag 18 November 1913. 27"# Jaargang. Nieuws- en Advertentieblad. De BE5TE DRANK VOOR KINDEREN. Binnenland. Van week fof week TEXELSCHE COURANT. Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per S maanden Voor ben Burg 30 Cta. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cta. Naar Amerika en andore l'.nden met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 0 unr op den dag der uitgave Prijs der Advertenliim. Van 1 tot 5 rogols 30 Cta. lodore regel meer 8 Ct. Grooto letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummors 3 Cta. por nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitg. Firma LANGEVELD& DE ROOIJ, Parkstraat, Burg op Tkx k l. 1—8 November. De Tweede Kamer is in openbare zitting bijeen geweest, En in die weinige uren, waarin ze eenige spoedeischende ontwerpjes afhandelde, heeft ze tevens gelegenheid gehad een belangrijke kwestie onder de oogen te zien. We bedoelen die omtrent de op 9 Dec. a. s. in werking tredende ouder domsrente voor 70-jarigen. De heer Patijn greep de gelegenheid aan om den minister van landbouw nadere inlichtingen te vragen omtrent het bericht in de bladen dat niet 25000, zooals prof. Kluy ver uitgerekend had, doch minstens 70,000 personen voor deze rente in aanmerking komen. En minister Treub kon niet anders doen dan het cou rantenbericht bevestigen, ja deelde mede dat er volgens de schatting van de Rijks verzekeringsbank ruim 100000 aanvragen zullen inkomen. Rekent men dat 1 °/0 dier aanvragen tor zijde moeten worden gelegd, dan blijven er straks zoo tusschen de 80000 h 90000 rentetrekkers over. Zoo is dan officieel bevestigd dat de uit voering van de wet, voor zoover het den overgangsmaatregel betreft, niet21/» miljoen doch 8 a 9 miljoen van 's Rijks schatkist zal vragen. In dat opzicht is de erfenis die minister Talma aan zijn opvolger achter gelaten heeft, stellig geen meevallertje. Blijkens de mededeelingen van minister Treub moet de berekening van Prof. Kluy ver eigenlijk geen misrekening zijn, doch dient de overschrijding van het geraamde getal rentetrekkers voor een deel te worden toe geschreven aan de wet zelf en voor een ander deel de handleiding die minister Talma gaf voor de uitvoering van het veel besproken art. 369 zijner wet. Hoe het ook zij, voor het Kabinet is het stellig een tegenvaller, temeer waar's Rijks schatkist er toch niet al te schitterend voorstaat. Voor zeer veel ouden van dagen is het echter een meevallertje, die wel niemand hun zal misgunnen. Belangrijk was deze eerste korte zitting mede door de mededeeling die minieter Treub deed, dat een ontwerp tot aanvulling van art. 369 reeds in druk gereed is en binnenkort den Raad van Staten bereiken zal. Hoe dit aanvullingsontwerp er uit zal zien zei de minister niet, doch er is vol doende reden om aan te nemen dat alle behoeftige 70-jarigen dus ook niet-loon- arbeiders in aanmerking zullen komen voor een ouderdomsrente. Met groote be langstelling zal het ontwerp worden tege moet gezien. De Kamer vergadert de eerste dagen nog in de afdeelingen, maar spoedig zal nu met behandeling der begrootingen een aanvaDg worden gemaakt. Het zal daarbij stellig niet aan belangwekkende momenten ont breken, ofschoon over 't algemeen genomen niet veel nieuws behoeft te worden ver wacht. Afgaande op het voorloopig verslag omtrent de Staatsbegrooting, dat dezer dagen verscheen behoeft niet op zeer belang wekkende beschouwingen gerekend te worden. Het napraten over de verkiezingen en de wijze waarop deze gevoerd zijn toch kan moeilijk als zoodanig in aanmerking komen. In de afdeelingen hebben de heeren daaraan heel wat aandacht gewijd en daar bij moest men het nu maar laten. Voor den eigenlijken begrootingsarbeid is de tijd alweer kort genoeg. ooo Er zijn op het oogenblik een groot aantal verontwaardigde architecten in het Duilsche rijk. En hun verontwaardiging geldt niemand minder dan den keizer. Z.M. heeft door zijn gezaghebbend woord de Duitsche bouw meesters tegen zich in het harnas gejaagd. Eenige maanden geleden werd er door het ministerie van buitenlandsche zaken een prijsvraag uitgeschreven voor een ontwerp voor de Duitsche ambassade te Washington. Een prijs van 30000 Mark werd uitgeloofd en den gelukkigen winner tevens in uit zicht gesteld het groote werk ook te mogen uitvoeren. Een bekwame commissie van deskundigen werd benoemd en van de 272 ontwerpen die inkwamen wees deze den prijs toe aan dat van den Berlijnschen architect Bruno Möhring. Verwacht werd dat deze nu ook de uitvoerder van het werk zou zijn. Dochplotseling wis ten de bladen te vermelden dat de „Hof- baurat" Ihne door den Keizer met den bouw was belast en dat niet het ontwerp van Möhring zou worden uitgevoerd, doch een hetwelk door Ihne op bevel van den Keizer gereed gemaakt was. De Keizer had de jury eenvoudig op zy gezet omdat het bekroonde ontwerp niet naar zijn smaak was. Over den smaak valt niet te twisten, maar in de Duitsche bouwwereld geldt die van den Keizer alsmede die van den hof architect voor zeer conservatief. Groote verontwaardiging wekte het ingrjjpen van den Keizer dan ook in de betrokken krin gen. Temeer nog, toon bekend werd, dat de Keizer eigenlijk al lang vóór do jury zijn beslissing genomen had en de heele wedstrijd eigenlijk een wassen neus was geweest. Tal van bladen lieten zich minder vleiend over deze kwestie uit en onder deze waren er, die het aandurfden te schrijven, dat de Keizer wel over de bouworde te beslissen had, doch dat do Rijksdag het recht bezit de voor de uitvoering benoodigde gelden te weigeren. Het is zeer waarschijnlijk datde kwestie in den Rijksdag ter sprake zal worden ge bracht en het schijnt volstrekt niet on mogelijk, dat den Keizer een minder aan gename vingerwijzing zal worden gegeven, —o—o—o De FrnDSche Kamer heeft in de afgeloo- pen week haar werkzaamheden hervat en daarmee is weder een moeilijke tijd, een tijdperk van strijd voor het kabinet aange broken. Het is toch in den laatsten tijd meer en meer duidelijk geworden, dat de meerderheid waarop dit Kabinet in het parlement steunt ernstig verdeeld is. Er is wrijving ontstaan tusschen de groep der meer gematigden, waartoe ook minister Barthou zich rekent en die der meer voor uitstrevende radicalen. Bij de presidents verkiezing bleek dat maar al te zeer en op het congres te Pau niet minder. Het Kabinet-Barthou heeft in den laatsten tijd heel wat tegenstanders gekregen en Callaux en Clemenceau schynen niet met al te beste bedoelingen vervuld te wezen. Nau welijks was dan ook de kamer nog maar bijeen of de regeeriDg had al een kleine nederlaag te boeken. Bij de regeliDg der werkzaamheden werd tegen het advies van de regeering in, besloten allereerst het wetsontwerp tot evenredige vertegenwoor diging in behandeling te nemen. De regeering wilde andere ontwerpen voor doen gaan, wellicht ook uit overweging dat d6 Evenredige Vertegenwoordiging niet door den Senaat gewild is. De Kamer zal het "ontwerp stellig wel aannemen de eerste artikelen betreffende het principe werden reeds met vrij groote meerderheid aange nomen maar dan is de Senaat er ook nog. Ook de nieuwe legerwet heeft het Kabinet geen goed gedaaD, temeer daar een lastige financieele kwestie het gevolg is geworden. Mede als uitvloeisel van die wet alsmede door het in werking treden van verschillende sociale wetten is er voor de begrooting voor het volgende jaar een geraamd tekort van niet minder dan' 800 miljoen francs. De groote kwestie is nu maar waar dat geld van daan moet komen. De radicalen onder Callaux willen een inkomstenbe lasting, doch Barthou schijnt daarvoor niet te vinden. Hij wil ook met het oog op de uitgaven voor volgende jaren een leening sluiten van 400 miljoen en voorts jaarlijks een bedrag van 475 miljoen halen uit een verhooging van directe en indirecte be lastingen, bebouwde eigendommen, patent recht, etc, Het laat zich aanzien dat inzonderheid de belastingkwestie aanleiding zal geven tot grooten strijd tusschen de regeering en de partijen en het is Diet onwaarschijnlijk dat het kabinet-Barthou daarbij omvergeworpen wordt. Tenzij zich reeds niet eerder een geschikte aanleiding daarvoor voordoet. Voor zooiets is in de republiek doorgaans maar weinig noodig. o—o—o— Het Hongaarscbe parlement kwam ook weer bijeen en al dadelijk is de felle strijd tusschen de regeering en de oppositie op nieuw ontbrand. Zoo kwam het in de afgeloopen week in eenige zittingen alweer tot zulke erstige wanordelijkheden, dat de zitting moest worden geschorst. Graaf Tisza houdt echter met stevige vui3t bet bewind in handen en toen het rutnoor dan ook wat al te erg werd liet hij eenvoudig de militaire wacht aanrukken om de grootste druktemakers uit de vergaderzaal te verwjjderen. Voor het echter zoover kwam verlieten deze met de andere oppositieleden vrijwillig de zaal. Dat ge beurde zoo een paar dagen achtereen. Eenige leiders werden toen voor eenige dagen van de zittingen uitgesloten w.o. ook Justh, de aanvoerder van do meest felle oppositiegroep. Namens de gezamenlijke oppositiepartijen heeft graaf Apponyi in het Huis van Afgevaardigden een verklaring voorgelezen, waarin verklaard wordt dat de oppositie niet aan de besprekingen kan deelnemen omdat haar daar de viijbeld van spreken door de parlementswacht belet wordt. Alleen tegen het schenden der grondwette lijke waarborgen zal de oppositie met kracht haar stem verheffen. Zoo schijnt er aan den wantoestand nooit een einde te zullen komen. O O—O Joeansjikai, de president dei Chineesche republiek heeft ook heel wat moeite van de oppositie gehad in de laatste maanden maar in het hardhandig optreden daartegen is hij graaf Tisza nog de baas gebleken. Het was de „Koemintang" de radicale party, die hem het leven terdege zuur heeft gemaakt en die in den jongsten opstand een alles behalve onschuldige rol heeft gespeeld. Nu Joeansjikai zich echter vast op zjjn zetel heeft gezet acht hij het oogenblik gekomen om met de oppositie at te rekenen. Hij vaardigde kort en bondig een besluit uit, waarbij de KoeraiDtang ont bonden werd verklaard en aan de tot die partij behoorende leden van de volksver tegenwoordiging eenvoudig het mandaat werd ontnomen. Van de 274 Senaatsleden zette Joeansjikai zoo maar even 130 af en van de 596 leden van het Lagerhuis zond hij er 220 naar huis. Zeker een radicale wyze om zich van lastige tegenstanders te ontdoen. In het edict waarin Joeansjikai zyn ingrijpend besluit ter kennis van het volk bracht somde hij uitvoerig de zonden van de afgezette afgevaardigden op. Ook werd daarin afgedrukt de inhoud van in beslag genomen brieven waaruit bleek dat de Koemintang een groote rol heeft gespeeld in den opstand in hét zuiden en zij al het mogelijke ondernomen heeft om de regee ring lam te slaan en een tusschenkomst der mogendheden uit te lokken. Of de Chineesche president wel veel genoegen van zijn krasse maatregelen zal beleven moet betwijfeld worden. Volgens de berichten is de staatsgreep niet met algemeene instemming begroet, afgezien nog van de oppositie, die natuurlijk woedend is. Ook moeten een paarChineesche ministers over het optreden van den president niet best te spreken'zijn, ze zullen nu waar schynlyk om die reden aftredeD. —o—o—o— Do Amerikaamsche bladen schreven in de laatste dagen inzonderheid over twee onder werpen de verkiezingen in New-York en over Mexico. De lezer herinnert zich hoe onlangs Sulzer, de gouverneur van New York afge zet werd omdat hjj verduisteringen ge pleegd had. HU weigerde af te treden, doch de rechtbank bevond hem schuldig en het hem verleende ontslag werd bevestigd. HoofdzakelUk werd de nederlaag van Sulzer toegeschreven aan Tammany, de beruchte politieko partij, die in den staat New York de lakens uitdeelt en voor geen middel terugdeinst om de politieke macht in handen te houden. Sulzer wilde niet buigen voor het gezag van Tammany en in zijn minder correcte handelingen was al dadelijk het middel gevonden om hom onschadelijk te maken I Het proces tegen Sulzer heeft Tammany echter geen goed gedaan. Wat in de afgeloopen week gebleken is bij de Senaats verkiezingen in den staat New York, waarby Tammany verslagen werd, zoodat dezo brutale organisatie voortaan er niet meer de lakens zal uitdeelen. Wat do kwestie omtrent Mexico betreft verkeert men eenigszins in spanning. De regeering te Washington schijnt met kracht tegen Iluerta te willen optreden. Ze eischte dat deze onmiddellUk zal aftreden al kan dan ook nog niet van een ultimatum ge sproken worden. President Huerta is echter niet voor een klein geruchtje vervaard en volgens de berichten uit Mexico staat bet wel vast, dat hy zich aan de eischen uit Washington niet storen zal. Hij moet van plan zUn te berichten, dat de Amerikaan- sche regeering niet het minste recht heeft dergelijke eischen te st6llen. Met spanning wacht men nu af, welke stappen de regee ring te Washington nu verder zal onder nemen. TEXEL, 12 November 1913. Ofschoon we reeds November schrijven, geeft de natuur ons nog steeds zulke mooie dagen, dat men zou kunnen meenen nog niet eens aan den herfst te zijn gekomen. Zulk een mooie dag was het ook Zondag, allerheerlijkst weder, dat de voetballers uitnemend ten stade kwam. Vooral voor hen die voor dat doel van Amsterdam naar hier waren ge komen, was het daardoor een heerlijk uitstapje. Gelukkig maar, want het succes voor K. N. S. M. van Amsterdam was

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1913 | | pagina 1