v— N°. 2844. Donderdag 14 Januari 1915. 288tè Jaargang Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Gemengd Nieuws. Van week tot week nl in TEXELSCHE COURANT. Dit blad verschflnt Woensdag;- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per 3 maanden. Voor den Borg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Niuir Amerika en Andere l'inden met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 9 nnr op den dag der uitgave Prys der Advertentitm. Vnn 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 8 Ct. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers S Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIEN worden aangenomen bij de TJitg. Firma LANGEVELD& DE ROOI.T, Parkstraat, Burg op Tax an. 3—9 Jan. Het schjjnt wel of de Datuur ook lijdt londer het algemeen neerdrukkend karakter van onzen donkeren tijd, Hoe triesterig en somber waren de laatste dagen 1 Regen en nog eens regen, stormvlagen koud en guur en geen enkele dag waarin de zon onze droefgeestige stemming eens wat op vroolijken kwam met haar vriendelijk koes terend en vertroostend licht. Alles even grjjs en grauw, somber en donker, winterdagen zonder winter, vol verlangen naar het frissche oostewindje dat de nevelen en regenluchten verdrijven kan en de be slijkte wegen en doorweekte velden een wat vroolijker aanblik kan schenken. Alles geheel in de lijn van den tijd, waarin zoo weinig gelegenheid is aan blijde dingen te denken nu het leed en de jammer in zoo breede stroomen uitgegoten wordt over de groote volken van Europa. Het is telkens weer de oorlog en de daarmee samenhan gende gebeurtenissen die onze aandacht vragen en daarin is zoo bitter weinig dat verheugt. Alleen voor ons, voor ons land en volk is temidden van dat alles wat neerdrukt, een diepe gedachte van dank baarheid, dat wij tot nog toe gespaard zjjn gebleven voor de onheilen die onze buren treffen en dat doet ons ook zonder morren en klagen in de opofferingen berusten die deze ernstige tijd van ons vraagt. Niemand ontveinst zich dat de omstandigheden voor duizenden in de lande moeilijk zjjn. Het aantal van hen, die met inspanning van alle krachten wellicht, zich een eigen huisje hadden gebouwd en een bescheiden zaak had gesticht tot onderhoud voor zich en zjjn gezin, is ongetwijfeld zeer groot en het moet voor hen toch een bange gedachte zijn, de gedachte aan de toekomst. Geluk kig weet ook de regeering wat er straks noodig zal zijn en waar zij alles doet om de gevolgen van de tijdsomstandigheden te verzachten daar zal zij ook verder steunen. De gelegenheid die ze aan de eigenaars van kleine bedrijven, die onder de wapens zijn, biedt om op eervolle wijze door de moeilijk heden heen geholpen te worden, mogen zeer op prijs worden gesteld. Er zijn ook Dog ander6 lichtplekjes in de donkerte die ons omhult. Een der voor naamste is wel de verwachting, dat er voor onze handel over zee een betere tijd zal aanbreken. Dank zij het protest van de regeering der Vereenigde Staten een protest in den geest van dat ingezonden door de Nederlandsche regeering hebben er besprekingen plaats gehad tusschen Londen en Washington, met het gevolg, ijat een regeling werd getroffen waardoor de groote moeilijkheden die de scheepvaart der .neutrale landen in den weg werden gelegd voor eeD groot deel zullen verdwijnen. Zoo zal s.'raks de aanvoer van alle goederen, waarvan od regeering de uitvoer verboden heeft, wellief ongestoord kunnen plaats hebben. In handelskringen zal stellig met belangstelling hiervan kennis genomen zijn 't Is zeer te hoP"n dat dit een gwnstigen invloed moge hebb en °P den handel in ons land. Wel blijft het mijnengevaar nog be staan, maar in desku.idige kringen wordt beweerd, dat dit voor e1e neutrale scheep vaart niet zoo groot is als wel gevreesd wordt. Speciaal voor onze bloelende handels centra, als Rotterdam en .Amsterdam is het te hopen dat de scheepvaart zich lang zamerhand herstelle. Vooral Rotterdam, dat voor een groot deel van d& zee mpet leven heeft het zwaar te verantwoorden in dezen tijd. De inkomsten blijven uit en het leger werkloozen is er reusachtig. O O O—. Madame Thébe, het moderne orakel van Delphi, voorspelt dat de oorlog eeD einde zal nemen tusschen Maart en Juni van dit jaar en het aantal van heD, die waarde hechten aan die voorspelliog zal wellicht grooter zijn dan velen wel denken. Madame Thebe, heeft de gebourtenissen van 1914, den grooten oorlog, den dood van den Paus en meer diDgen, voorzegd en sedert wordt er met belangstelling kennis genomen van wat zij weet te proflteereu. Misschien is die belangstelling nog grooter dan die voor de voorspellingen door de regeerende grootheden van Europa in deze dagen uit gesproken. Even pertine'nt toch als madama Thébe voorspelt, dat, Duitschland verslagen zal worden even pertinent verzekert de Duitsche Keizer dat Duitschland zal zege vieren. Bij verschillende gelegenheden heeft het uit den mond van den Keizer geklonken „En dit zeg ik u ten slotte, de vjjand zal verslagen worden." Jammer dat ods geloof in de voorspellingen van „broodetende profeten" niet rotsvast is en de toestand op het oorlogsterrein nu juist niet van dien aard genoemd kan worden, dat men met eeDige zekerheid de een of andere veronderstelling kan maken omtrent den afloop van de reuzecworste- ling tusschen de groote machten van Europa. Van meer dan een zijde hoorden we in de laatste dagen de vraag, of er dan nimmer verandering zal komen in den toestand. En de gedachte, datdegeheele oorlog ten slotte een afmattingsstrijd zal zijn, dat alleen aan die zijde de over winning zal wezen, die over de grootste reserves en de krachtigste soldaten beschikt, is zoo langzamerhand algemeen geworden. Alles wijst daar inderdaad ook op. Zelfs de strijd in het oosten dreigt ten slotte den zelfden loop te zullen nemen als die in het westen. In Oostpruisen en Polen is de toestand al haast daaraan gelijk en in Galicie gaat het ook al die richting uit. Alleen een totaal verslaan van de een of andere partij zou daarin verandering kunnen brengen. Maar dat is zoo goed als uitge sloten. De zware gevechten worden nog steeds geleverd in de streek die gelegen is tusschen de Duitsch-Oostenrijksche en Russische vestinglinies. By een nederlaag van beteekenis echter zal de verslagen partij op zjjn verdedigende stellingterugtrekken eu kan de overwinnaar weer van voren af aan beginnen, zoo zullen daar in het oosten ook in de toekomst voortdurend sterke troepenmachten tegen over elkander blijven en dreigt de toestand er op den duur precies zoo te worden als in het westen een toestand van mach teloosheid tegenover machteloosheid. Er kunnen zich echter bijzondere om standigheden voordoen, die een geheele wyziging in den toestand te weeg brengen. B. v. indien Italië eens zijn standpunt van onzijdigheid laat varen. De oorlogvoerende partijen doen van weerszijden daartoe wel hun best, doch de Italiaansche- regeeriDg laat zich niet zoo licht verlokken. Zij moet met allerlei dingen rekening houden en de voornaamste daarvan is wel de volkstem ming. Een oorlog tegen Frankrijk zou nimmer populair worden in Italië, wellicht zou hij tot ongewenschte tooneelen aan leiding geven. Het vechten van een afzon derlijk Italiaansch vrijwilligerscorps aau ue zijde der FraDschen, zegt genoeg. Tegen Oostenrijk zouden de Italianen wel willen uittrekken als hot moet. Maar de regee ring is voorzichtig en ze weet maar al te zeer uit de geschiedenis met Tripolis, dat oorlogen geld kosten en de nadeelen er van niet licht z\jn te achten. Liever tracht Italië zijn doel langs een anderen weg te bereiken een weg die goedkooper is en niet het bloed vraagt van de bloem der natie. Eet is alvast begonnen met de bezetting van Valona, de Albaneesche havenstad en Oostenrijk en Duitschland scbjjnen er in 't geheel niets tegen te hebben, dat de zuidelijke buurman vasten voet krjjgt in Albanië. Voor den oorlog was dat wel heel anders, toen moest er een Oostenrijksche prins heen om er een koninkrijk te stichten. Of Italië iDtusschen veel plezier aan d6 Albaneezen zal beleven, moet de tjjd nog leeren. Essed-pasja tracht er thans de baas te worden over de oproerige stammen, wat hem nog maar niet wil gelukken. Blijkens dezer dagen ontvangen berichten toch kregen zjjn troepen geducht klop van de „opstandelingen". En de Italianen zullen wel niet op een vriendelijker ontvangst mogen rekenen, -- van Essed evenmin als van de Albaneesche vechtersbazen. Misschien is een en ander ook wel een reden, dat de mogendheden, die vóór den oorlog zoo angstvallig over Albanië waakteD, thans het cadeautje gaarn6 aan Italië gunnen. Ook Griekenland vischt op zijn getjj. Dat bewees het al dadelijk door beslag te leggen op Zuidelijk Albanië „Eperus". Het heeft ook nog een appeltje met de Turken te schillen en het oogenblik om de eilandenkwestie op voor Griekenland ge- wenschte wijze af te doen is thans wel zeer geschikt. Bulgarije houdt zich ook Deutraal. Het is mogelijk nog vermoeid van den zwaren krijg tegen de aDdere BalkaDstaten gevoerd, maar heeft toch al van Servie de toezeg ging weten te verkrijgen dat het „onrecht van den vrede van Boekarest" goed gemaakt zal worden. De bevelhebber van het Bul- gaarsche leger heeft het intussehen noodig geacht nog eens flink met de sabel te rin kelen, nu Servie met zoo groote krachi de Oostenrijksche aanvallers uit zijn land ge worpen heeft. Servie mag niet vergeten, dat Bulgarije een goede prijs vraagt voor zijn neutraliteit. En Roemenie houdt zich ook niet voor niemendal neutraal. De berichten zeggen veelbeteekenend, dat de Roemenen gejuicht hebben bij het bericht dat de Russen Boekowina bezet hadden. Men verwacht, dat dit het loon zal zijn van Roemenies neutrale houding als Rusland overwinnen mocht. Als Rusland overwinnen mocht Doch daarvoor bestaat nog volstrekt geen zekerheid, want ook in het oosten wegen de partijen blijkbaar' goed tegen elkander op. De bezetting van Boekowina door de Russen blijft echter een feit van beteekenis en ook de operaties westelijker in Hongarije spreken van ernstige gevaren voor de Oostenrijkers. Ook in Galicie staan de Russen er niet zoo slecht voor en wel houden de Oostenrijksche troepen de streek tusschen Tarnow en de Duklapas nog bezet, doch verder op gaat het offensief der Russen merkbaar vqort in de richting van Krakau. Daarbij hebben de Russen in den Kau- kasus een beteekenisvolle overwinning behaald op de Turken, waarbij ze een legercorps in baar geheel gevangen namen en een ander volledig versloegen. Schat men de sterkte van een Turksch legercorps op 30000 man, dan beteekent dat een ernstig verlies voor het Turksche leger. 't lam den Kaukasus weer precies gegaan als in den Balkanoorlog, de Turksche overwinnings- berichten werden op den voet door groote Turksche nederlagen gevolgd. Thans is het waohten op den strijd in Egypte, waarbeen een groot Turksch leger onderweg is. Tot nog toe heeft de „heilige oorlog" den Turken nog niet veel voordeel opge leverd en zelfs schijnt de oproep van den Sultan tot de „geloovigen" slechts weinig gehoor tc vinden. Niettegenstaande de Russische overwin ning in den Kaukasus valt or overigens omtrent den toestand in het oosten niets te voorspellen. TEXEL, 13 Januari 1915. Mijnengevaar. Dat het gevaar van mijiien in het vaarwater Texel-Helder niet denkbeel dig is te noemen, is gisterenmiddag ge bleken, de bemanning van de Dageraad ontdekte bij de terugkeer naar Texel een mijn, van welke ontdekking aaD een in de nabijheid vertoevend marinevaartuig werd kennis gegeven. De vloed van mynen, die mót de heer- schende wind van de vorige dagen, óp onze stranden werd geworpen is ont zettend te noemen. Men zie de plaatselijke berichten. Den Hoorn, 12 Jan. Zondag j 1. spoelden bij paal 15 een tweetal mijnen aan. Van bevoegde zijde wordt ons thans medegedeeld, dat heden het aantal mijnen aan ons Noordzeestrand aange spoeld 10 stuks bedraagt. De bemanning van 'n gisteren in de haven van Texel aangekomen torpedoboot zal trachten ze allen onschadelijk te maken. De Cocksdorp, De heer K. Kalf, kaasmaker te Bode graven, is met ingang van 1 Febr. in gelijke betrekking benoemd aau de stoom- zuivelfabriek „Samenwerking" te Midden-Eierland. - Door den postschipper J. Bujjs zijn in het Eierlandsche gat 2 drijveode mijnen gezien. Ook de postillon Sieben die de post over de Vliehors brengt, zag een drijvende mijn dicht bij de Oostkust van Vlieland. Vlieland, 10 Jan. De postboot Min. Kraus geraakte Donderdagmiddag j.l. in de Meep aan den grond en kwam eerst den volgenden morgen vlot. Het postvervoer onder ging hierdoor storing. Heden ziin op de Hors vijf mijnen aangespoeld. Gisteren werd een drij vende mijn opgemerkt in Stortemelk. Vanaf de Stoomboot „Volharding" wer den eenige schoten gelost, echter zonder resultaat. - Kenmerkend voor den haidigen toestand. Aan de Tijd wordt meegedeeld, dat een fabrikant, die een machine van 63uO K.G, in Duitschland had besteld, bericht heeft ontvangen, dat zijn machine sta it, voor de Nederlandsche gi eris en dat zij niet verder wordt gele vei d, als niet 6300 K G. oud ijzer door hem in Duitschland wuidt ingevoer i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1915 | | pagina 1