2932
Donderdag 18 November 1915.
298t' Jaargang.
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Van week fof week-
Rit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Advertentiën vóór 9 nar op den dag der uitgave
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIEN worden aangenomen bij de üitg. Firma LANGtEVELD DE R O O IJ, Parkstraat, Burg op Te x b l
6-13 November.
De Tweede Kamer heeft thans haar be
langrijk werk, de openbare behandeling van
wetsontwerpen en begrootingen hervat. Zij
lal het nu in de komende weken tot het
Kerstrecès druk hebben. Niet enkel moeten
de begrootingen zoo mogelijk worden afge
daan, doch ook wachten nog een aantal
ontwerpen ot ontwerpjes op afdoening. In
de afgeloopen dagen hield de Kamer zich
hoofdzakelijk bezig met de z. g. Djambi-
:oncessies. De Bataafsche petroleum-maat-
schappij heeft concessie aangevraagd voor
het boren en exploiteeren van petroleum-
bronnen op een terrein in Djambi (Djambi I)
?oor een tijdvak van 25 jaar. De regeering
leeft er wel ooren naar, doch heeft natuur-
eenige voorwaarden gesteld n. 1.dat
Bataafsche" zal betalen een som van
250,000 in eens, een jaarlijksch vast recht
ier H. A. van 27a ct. in de eerste 5 jaren,
10 cent voor de volgende 5 jaren en 50 cent
ler H. A. voor de resteerende jaren. Voorts
lat jaarlijks 50 °/0 van de bedrijlssaldo zal
moeten worden uitgekeerd.
Er is over dit voorstel der regeering al
leel wat gezegd en de Kamer bleek daarbij
illesbehalve eensgezind te zijn. Een groep
eden wil van'die concessieverleening niets
weten en stelt voor dat de Staat zelf de
erreinen zal exploiteeren, weer anderen
rillen de Staat medeaandeelhouder, en dan
ioor h6t grootste deel der aandeelen, doen
worden in de Petroleum Maatschappij en
>en ander deel gaat mee met het voorstel
ler regeering.
Er zijn al een paar dagen over volgepraat
n op het oogenblik dat wij dit schrijven
s het debat nog niet geëindigd. De kwestie
juist hierom van groot belang omdat er
leslist zal worden over een principe dat
;en opzichté van andere aangelegenheden
a Iadië reeds aanvaard werd het beginsel
tan Staatsexploitatie. Als deze regels onder
le oogen der lezers komen zal wel reeds
nslist zijn of Staatsexploitatie dan wel
jon cessie het pleit heeft gewonnen.
Indien dat niet een zoo belangwekkende
iraag ware, zou er alleszins reden zijn om
veronderstellen, dat de Kamer zioh van
len abnormalen toestand maar heel weinig
neer aantrekt. Er is in de afdeelingen en
iok in de openbaie vergaderingen van de
ifgeloopen week weer heel wat „water"
loor de sluizen der welsprekendheid ge-
ïloeid. En dat waar zulke hoogst gewichtige
mtwerpen op afdoening van de Kamer
wachten als Grondwetsherziening en Belas
tinghervorming. In verschillende politieke
irganen is in den laatsten tijd een beroep
gedaan op de Volksvertegenwoordiging om
ïu vooral eens flink aan te pakkeD, wat
foor de Kamer synoniem is met „niet te
leel te praten". 'tZal ons eens benieuwen
n hoeverre deze raadgevingen opgevolgd
rallen worden, al willen we al vast wel
Gegeven dat we ten opzichte hiervan niet
11 te optimistisch gestemd zijn. De Kamer
ïeeft al lang weer de blijken gegeveD,dat
:e tot haar oude doen is teruggekeerd -
le lieve „Godsvrede" of het „Bestand"
ichpnen wel tot het verleden te behooren
- en de voorloopige verslagen omtrent het
ifdeelingsonderzoek van de begiootingen
ioen veronderstellen, dat het met den
lationalen tijd wel niet zoo heel nauw zal
worden genomen, 'tls mogelijk dat we ons
tergissen en we willen het gaarne hopen.
De Kamer is iDtusschen alvast met
liaandagzittingen begonnen. Avondvergade-
iugea zullen ook wel volgen.
En het moge zoo zijn in de Kamer
mogen de sluizen der welsprekendheid wijd
worden open gezet de heeren mogen
geheel tot hun oude doen terugkeeren als
de aard der tijden ten opzichte van ons
land dat veroorlooft. Het zou veel erger
zijn als oorlogsgevaar of oorlogsellende dat
onmogelijk maakten en de „bange nood der
tijden" zich zwaarder deden gevoelen.
De ontzaggelijke worsteling der volkeren
houdt nog steeds onverminderd in woede
en kracht aan. Overal rondom ons loeit de
storm van den geweldigsten oorlog, die het
oude aardrijk ooit aanschouwde. En dat er
zoo rustig, als van ouds, in onze Kamers
gearbeid kan worden en zij zich zelfs weer
de weelde van haar politieke tournooien
mag veroorloven, zal zelfs den grootsten
mopperaar over den tragen gang van zaken
tot troost kunnen strekken.
Het Eogelsche parlement is in d6 laatste
dagen ook bijeengeweest en daarin waren
heel wat onaangenamer dingen te bespreken
dan in het onze. De trage en niet volkomen
met de EDgelsc&e wenschen strookende
gang van den oorlog, geeft de EDgelsche
parlementsleden nogal heel wat te vragen
al is het alleen maar, om het land een
geruststelling te bezorgen en de regeeriDg
de gelegenheid te verschaffen haar hart
eens te luchten. Geen wonder dat in een
der laatste zittingen ook de vraag ter tafel
kwam, waarom de geallieerden in Servië
weer precies te laat zullen komen. Natuur
lijk werd de vraag in een ietwat anderen
vorm gesteld, maar in hoofdzaak kwam het
toch daar op neer. Keel openhartig gaf Sir
Edward Grey de reden te verstaan Er
was vrij stellig gerekend op de hulp van
Griekenland aan Servië en de algemeene
toestand was Benige maanden geleden van
dien aard, dat de geallieerden geen man
netje aan Servië konden afstaan. Men moet
niet meenen, zei Grey, dat Engelands
macht onbeperkt is. Thans kunnen echter
troepen los gemaakt worden voor Servië
en de troepenlandingen te Saloniki duren
steeds voort.
Bij een volgende gelegenheid kon minis
ter Asquith eens uiteenzetten het standpunt
van de regeeiing ten opzichte van de leger-
versterking. De stroom van vrijwilligers
voor het leger vloeit niet zoo overvloedig
meer als eerst. De geestdrift om zich onder
de banier van het vaderland te scharen
schijnt niet zoo bijzonder groot meer te
zijn onder de Engelsche jongelui. En de
munitievoorraden mogen thans voldoende
aangevuld zijn, aan het westelijk front,
aan de Dardanellen, in Mesepotamië,
Egypte en Servië is voortdurende aanvul
ling van het levend vechtmateriaal even
groote eisch als voldoende voorraad bom
men en granaten.
Nu de jongelui dus niet zoo hard meer
loopen Daar de wervingsbureaux en zoowat
alle middelen van reclame voor de vrijwil
lige dienstneming uitgeput zijn, moeten de
zaken wat forscher aangepakt worden. En
't is voor 't vrije Eogeland laDg geen kleinig
heid, hetgeen de regeering zich voorstelt te
doen. Als niet genoeg vrijwilligers komen
zullen dwangmaatregelen worden genomen.
Minister Asquith heeft het zeer uitdrukke
lijk verklaard. Alvorens de gehuwde vrij
willigers onder de wapens te roepen zullen
de ongehuwde jonge mannen, voor zoover
ze niet voor den openbaren dienst onmisbaar
zijn, onder het vaandel worden geroepen,
indien zich niet een voldoend aantal vrij
willigers aamelden. Dat wil dus zeggen
dat de regeering het invoeren van dienst
plicht overweegt, i6ta wat in Engeland
tot nog toe niet bestaan heeft.
Een andere aangelegenheid die in het
Engelsche parlemeni ter sprake kwam was
de reis van lord Kitchener, die de portefeuille
vaD minister van oorlog tijdelijk aan Asquith
heeft overgedragen" en „een reis naar het
oosten" ondernomen heeft. Waarheen en
om wat te doen Maar daarover was
Asquith niet zoo openhartig. Wel vertelde
hij dat de reis van Kitchener plotseling
opgekomen was doordat zich onverwacht
ernstige omstandigheden hadden voorge
daan, maar wat Kitchener denkt te doen,
daarover liet hij zich niet uit.
Dan weten de Dujtsche bladen daarvan
wel heel wat meer te vertellen. Die beweren
dat in Engelsch Indie en Egypte een uit
gebreide opstand dreigt uit te breken tegen
het Engelschö gezag en dat Kitchener voor
den vorm wel even naar den Balkan gaat,
maar dat toch het eigenlijke doel van zjjn
reis elders gelegen is. Of de Duitsche pers
gelijk heeft zal nader moeten blijken,
Een nieuw onderwerp voor de komende
dagen kan voor het Engelsche parlement
allicht zijn het aftreden van Churchill als
minister. Deze is uit het Kabinet getreden
omdat hp niet in den oorlogsraad werd
benoemd en hij niet verder mede verant
woordelijk wil zijn voor de leiding. Hij heeft
zich ter beschikkinggesteld van den minis
ter van oorlog onder mededeeling, datzjjn
regiment in Frankrijk vecht. Mogelijk dus
dat hij naar het westelijk front gaat.
—o—o o—
Van bet westelijk oorlogsterrein kwam
in de laatste dagen zoo goed als geen
belangrijk nieuws. Wel is er op sommige
gedeelten van het front in do afgeloopen
week hevig gevochten, maar verandering
in den algemeenen toestand werd er Diet
gebracht. De Duitschers deden o.m. her
haaldelijk pogingen om in Champagne het
verloren gebied te heroveren, doch ze
slaagden daarin niet.
Op het oostelijk front was de strijd voor
al hevig bij Dunaburg. De Russen vallen
bier voortdurend aan en al konden ze de
Duitschers ook niet terugwerpen, toch is
het offensief van Hindenburg er tot staan
gebracht, niettegenstaande de telkens weer
met grooter hevigheid herbaalde pogingen
oin tot Dunaburg en Riga door te breken.
In Wolbynie treden de Russen ook met
kracht op en leden de Oostenrijksche
troepen vrij belangrijke verliezen. Ver
moedelijk is het Oostenrijksche froDt hier
zeer verzwakt ten behoeve van den veld
tocht tegen Servie.
Vandaar kunnen de Bondgenooten nog
voortdurend nieuwe successen melden.
Het Servische leger moet al verder terug
naar de Albaneesche en Montenegrijnsche
grens.
Gemeld wordt dat de zetel van de Ser
vische regeeriDg is overgebracht naar het
zuiden van het land, naar Kroesjewo ten
noordoosten van Prilep, achter het front der
geallieerden. Laatstgenoemden hebben in
de laatste dagen versterkingen gekregen
en ze schijnen de Bulgaarsche linkervleugel
die in Macedonië voortrukte thans in be
dwang te kannen houden. Of de Servische
regeering lang veilig zal zijn iü Kroesjewo
hangt geheel af van de vraag of er vol
doende troepen te Saloniki landen. Tot heden
worden dag aan dag nieuwe afdeelingen
ontscheept met de noodige artillerie en
verdere krijgsbenoodigdheden. En ze gaan
dadelijk op marsch naar Zuid-Servie.
De Grieksche regeering laat de doortocht
der troepen nog steeds ongehinderd ge
schieden en 't is ook niet te verwachten,
dat den geallieerden van die zijde moeilijk
heden in den weg zullen worden gelegd.
De Fransche leening aan Griekenland schijnt
daarvoor eenige waarborg. Maar overigens
valt er ook niets van de Grieken te ver
wachten. De hoop daarop zullen de ge
allieerden ook zeker al wel hebben laten
varen.
Toch kan Griekenland nog wel verras
singen brengen, prettige of onaangename
voor de Entente. Koning KoDstantijn beeft
n.l. de Kamer ontbonden. Hij is over bet
bezwaar, dat zoo'n groot aantal kiezers
gemobiliseerd is, heengestapt en heeft de
algemeene verkiezingen bepaald op 19
December, Grieksch6 tijdrekening, wat met
6 Dec. ten onzent overeenkomt. De koning
verwacht blijkbaar dat do meerderheid der
kiezers tegen den oorlog zal kiezen,d.w.z.
Venizelos ontrouw zal worden. Er moet
vooral op het platteland niet veel geest
drift zijn voor den oorlog. De Koning of
Venizelos! dat zal de leuze zijn waaronder
de verkiezingen zullen worden gevoerd.
Met spanning mag het antwoord worden
afgewacht. En niet minder het verloop
van de strijd in Servie, die thans in volle
ontwikkeling is. Juist omdat het zoo van
invloed kan zijn op den uitslag der Griek
sche verkiezingen, hoe de toestand straks
op den Balkan geschapen is.
TEXEL, 17 November 1915.
Wijkverpleging.
De algemeene vergadering van onze
Texelsche Wijkverpleging, Vrijdagavond
in hotel „Texel" gehouden, was maar
matig bezocht te noemen.
De vergadering blijkt uitgeschreven te
zijn, omdat sedert kort een drietal be
stuursleden d9 gemeente metterwoon
hebben verlaten, n.l. de heer en mevrouw
Gaarlandt, resp. voorzitter en secretaris
en de heer Pastoor Rooze van de Cocks-
dorp, bestuurslid der vereeniging.
Aangezien de waarnemend voorzitter,
de heer Dr. Wagemaker aanvankelijk
afwezig is, wordt de vergadering geopend
door het bestuurslid den heer Dr. v. d.
Vegt.
Door den penningmeester, den heer
Pastoor v. Kelckhoven, kan daar het
boekjaar nog niet is geëindigd, geen
rekening worden overgelegd, doch wor
den reeds de volgende mededeelingen
dienaangaande gedaan.
Ontvangen van de leden is een bedrag
van f1160,— en aan verplegingsgelden
f 153,-.
Door de wijkzusters zijn tot nu te
zamen 1698 visites afgelegd.
Het aantal leden is thans 923.
De heer Dr. v. d. Vegt leidL hierop
het bestuursvoorstel in, om voor ieder
die van de diensten van de Wijkver
pleging wenscbt gebruik te maken het
lidmaatschap verplichtend te stellen,
zooals dit reeds bij de afdeeliDg „Texel"
van het Witte Kruis met goed gevolg
is ingevoerd.
Gebleken toch is, dat sommige per
sonen die beslist geen lid van de ver
eeniging willen zijn, niet schromen van
hare verpleging gebruik te maken.
Yan de gelegenheid om zich over dit
voorstel uit te spreken wordt gebruik
gemaakt door den heer L. J. Kikkert,
die het bestuursvoorstel op grond van
de ervaring met een zelfden maatregel
bij het Witte Kruis opgedaaD, ten zeerste
toejuichte.
Bij acclamatie wordt het bestuurs-
TEXELSCHE COURANT.
Abonnementsprijs per 8 maatiden.
Voor den Boeg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Niuir Amerika en andere
l'inden met verhooging der porto's.
Prijs der Adverlentién.
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere rogel meer 8 Ct.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
—o—o—o—