Aihmaarsche StoomsteeRhoswerij.
Boekhandel Parkstraat
Piano's en Orgels
Reparatieinrichting.
verhuren, stemma
in Prachtband, voorhanden in den Boekhandel Parkstraat.
"Ï)E sterkste.
Ruim voorzien van
KANTOOR, en WINKELBOEKEN,
SCHRIJFBEHOEFTEN, enz. enz.
V. H. TIELROOï.
F E UI li L13 T O N.
Keur van boekjes in prijzen va
f 0,75 tot f 0,40
en een prachtige sorteering
PRENTEBOEKEN,
In den prijs van f2,90.
In den prijs van f2,J0.
In den prijs van f 1.90.
In den prijs van fl,50.
In den prijs van fl,40.
In den prijs van fl.25.
In den prijs van fl,
In den prijs van f0.80.
In den prijs van f2,10.
In den prijs van f 1,90.
In den prijs van fl,25.
ln den prijs van fl,
In den prijs van f0,90.
Croote
voor-
ai. F. STOEL 4 ZOON
&USMAAB
prijzeD
uit de eerste hand en van de beste
fabrieken, met langdurige garantie.
Bij aankoop worden reiskosten veigoe
Helder. Weststraat 58,
Door W. Heimbürq.
19).
Toen, Leni, heeft hij mij alles gezegd
jo koelheid je zwijgende, sombere plichts-
vervullirg en dat geen zon bij u wilde
so'nijBen. En toen wordt niet boos, heb
ik hem verteld, hoe het met u gestdd was,
dat jullie elkaar zeker nog zoudt Vinden
dat je met een gewonde ziel in het huwe
lijk waart gekomen en dat hij geduld mot
je moest hebben.
Hij heeft daar stil bij gezeten en slechts
nu en dan met het hoofd geschud en ge
zegd „Ik heb het vermoedarme
Leni, arme kleine vrouw Toan hy ein
delijk vermoeid opstond, heeft hy mij met
vochtige oogen do hand gedrukt en gezegd
„Ik dank u, lieve vriendin dat heb ik
niet geweten, toen Leni mijn vrouw
werd. Dat is niet meer te veranderen, al
kan zij mij niet liefhebben, hoop ik dat
zij mij als een vader of broer zal ieoren
vertrouwen. Hijn God, had zij Uien dag
maar vertrouwen in mij gesteld."
O Leni wat heeft hy van dat alles ge
weten! Je moot het hebben gemerkt Uk
dacht, dat by ziek zou worduo, ik heb
mij de groofsle verwyten gemaakt, en
toen op eens weer, het hoofd omhoog en
weer vriendelijk en goed, zoo goedIk
ben hom alios verschuldigd, Loei; ver
pleging, medicijnen en beter eten
Joh. H. Been, De kinderen v.d. Veteraan.
Kakkerlak b.d. Padvinders
De jongens de baas.
De 3 matrozen van
Michiel de Ruijter.
Chr. u. flbkoude, De otters.
Marïe Bodaert, Roswitha,
Chr. u. flbkoude, Jolig Strandleven.
Frits van Duren. -
De fietsclub „alle vijf-"
Hollandsche jongens.
Hoe Jan Bekkers
een fiets kreeg.
Hein Stavast.
De waterratten.
Jaap Snoek v.Volendam
Pietje Bell.
Tim en Tom.
fidona, Weggeloopen.
Marie Bodaert, Prins Almanzor's makker
C Joh. Kieuiet, Gouden daden.
Twee neven.
Frits Wardland.
J. G. Krahier, Met Roggeveen de wereld om
De adjudant van
Generaal Daendels.
J. Leeuois, Herman's luchtreis.
Koen uan Dam, Mijn jongensjaren.
E. Molt, Floris de vijfde.
H. J. o. d. Kraan, Kees Koepel.
Chr. Krienen, Karei Vermeer.
Th Sfeoens, Op een rijwiel de wereld rond.
Joh. h. Been, 1 De gedenkschriften van
een schooljongen.
Heintjes groote vacantie
S. J. findriessen. De page van Napoleon.
P. Visser, Taco de Minstreel.
De laatste der Arkels.
De slag aan de Marne.
J. Karei Brederode, De schipbreuk van
de „Holland.""
C. u. d. Vliet, Blauw en Goud.
N. W. C. Kuijk, Een wandeltocht met
avonturen.
Rudyard Kipling, Flinke zeelui,
fl. H. Schlüter, De jongste thuis,
fl. C. Kuiper, Een Hollandsch meisje
op een Eng. kostschool.
Anneke.
Ver van huis.
Een Heldin
Alleen in een kleine stad.
Een lastige dochter.
Elsje.
M. Baldwiri, Oude Schoolvriendinnen
Felicie Jehu, Haar Zusters,
Wies Ongeluk.
N. u. hichfum, Afken's tiental.
W. Mets Tz., De Vrijbuiter.
Mark Twain, Prins en bedelknaap.
C. Joh. Kiouief, Het badreisje van Cor Slung
Jaepie, Jaepie.
Uit het leven van Dik Trom
Het slot op den hoef.
Bertha Clement, Koningin Roza.
H. W. C. Kuijk, Toch naar Zee.
Emmy u. Rhoden, Mignon.
P. Visser, Het beleg v. Alkmaar.
Het beleg v. Haarlem.
E. Molt, Roderik.
Hoste Bruneels.
Een valkenjacht op het
kasteel van Brederode.
Dieryc, de schrijnwerker
De page van gravin
Hils winde.
De laatste strijd.
M. Pontoppidan, Kinderbybel.
Tine o. Barken, Ons zonnetje.
Kruidje roer me niet.
Betsy Nort, In het Zvvaluwhuis.
Hermanna, De zusjes v.d. Berkhoeve
Johanna u. WouJe, Van knop tot bloem.
Berta Clement, De zilveren kruisjes.
Juffertje Wildzang.
Alletta Hoog, Alleen in het. nestje
Henriëtte Blauw, Loe en Jettie
Henriètte Rappard, Hetty
Een gezellig thuis
fi. de Graatf-Wuppermann, Bakvi&chjes.
P. J. findriessen, Esther en Agatha.
M. R. Fischer, De jongste v.h. klaverblad
Harriet Beecher Stoiue, De Negerhut
van Oom Tom.
Andrew Home, De spion op school.
Jacob van Rensum.
Jacob de Vondeling.
1Jaap en Ben.
Door dik en dun.
Bravo Bob,de padvinder
uit Canada.
S. flbramsz, Wilskracht.
Miguel Seroantes de Saaoedra, Don Quichot.
Chr. o flbkoude, De voetbalclub.
Het jongenskamp.
Instituut Sparreheide.
Chr. Krienen, Avonturen van vier
pretmakers.
N. W. C Kuijk, De club der jonge
Kauinefaten.
Uit de vlegeljaren van
Henkie Snip.
J. G. Kramer, Adriaan Brouwer.
Op de vloot van
Admiraal Verheul,
fl. M. o. d. Linde, Jan Bloemer.
C. Joh. Kieuiet, Frans v. Dorentil.
Henriëtte Blaauw, Oude getrouwen
't Is lang geleden.
N. o, Hichtum, Jan Trip, Jan Tree.
Flardoor.
Om honderd daalders.
Klein Hartje
E. de Pressensé. Een levenslustig troepje
fl. Hans, Een Vlaamsch gezin in oorlogstijd
P. Visser, Heemskerck op Növa Zembla
De Zwervers van het
groote leger.
De Vliegende Hollander
Jan Ligthart, Een zomervacantie aan
de grenzen.
S. findriessen, Heide en veld.
Sneeuwklokjes
P. J. findriessen, Uit Stad en dorp
Uit ons dorp
B. Harraden, Klein, maar dapper
Tine uan Berken, Wilde wingerd
Onder ons
Regen en Zonneschijn
Kibbelaarstertje
Rietjes pop
Kleine menschen
P. Louwerse, Tusschen licht en donker
Aan den haard
Wat grootje vertelt
Agatha, Brieven van een poes
Jan en Bertha
E. Reesink, Kleine kleuters,
Kleine rakkers
Kleine bengels
S. H. H. Adelaar-de Leon, Kinderdichtjes
fllletta Hoog, Een gelukkig viertal
Koninginnetje
Marie Honig, Millies Vacantie
Betsy, Vier nichtjes
Chr. u. flbkoude, Willem's verjaargeschenk
Bob zonder zorg
Een ongeluksvogel
Bert en Bram
Hermanna, Mieke
Op den Seventop
Lot Mertens,
Kasteel v. Rompersburgen
C. Joh. Kieuiet, De twee broeders
Onder verschill. meesters
Brouwer, Volharding bekroond
Vriendschap
Joh. de Aleester, Op weg naar Transvaal
Joh. H. Been, Van Paschen tot Pinksteren
flgatha, Kruidje roer me niet
W. P de Vries, De kapitein van Murat
Marie Bodaert, Jonge kracht
Johanna, Prettige vacantie
kortom mijn gebeele leven. Daar komt hij
nu ongeveer twee jaar geleden, weer
eens bij my en zegt, op een zonderlinge
manier glimlachend *Nu geloof ik toch
dat alles in orde komt..."
Op mijn vraag: „Hoe dan? wat dan?"
kreeg ik ten antwoord: „Ach, ik bedoel
dat met mijn arme kleine vrouw." Maar
daarna spreekt hjj weer over mijn oude
verv leude hartkwaal. En bfj het heen
gaan zegt hij „U zal het eens veel ge
makkelijker hebben, dan ik Wetthin'je, ik
weet het nu... het zal mij gaan als va
der."
Weet je, Leni, dat die aanbeen ernstig
nierlijden is gestorven, dat zich na den
dood van zijn vrouw heeft geopenbaard?
Om Godswil, riep ik doodelyk versohrikt
uit, beste dokter, wat spreekt u over
akelige dingen
„Ach," zei hfj even luchtig, alsof het
de onbeduidendste zaak ter wereld betrof
„ik heb van het bacteriologisch instituut
de bevestiging gekregen, ik weet nu, dat
ik snel naar de groote zee drijf, welke
men de eenwigheid noemt, maar dat
dat blijft voorloopig onder oos.
En zie je, Leni. zoo is het ook uitgeko
men. Wat beb ik in den tijd geweend, en
dat ik hem niet meer kon zien, to9n hjj
daarna bedlegerig werd. Toen hij den
laatston keer bij my was, heeft hij daar
binnen aan u geschreven, den brief moest
ik u geven een jaar na zyn dood. En
toen heeft het hem altijd gehinderd, dat
hij er niet aohter kon komen, waar Ernst
Sanders was; dienselfden dag is hjj nog
naar de oude mevrouw Sanders gereden
en heeft met haar over den dokter ge
sproken. Die was juist op ziju thuisreis
van Zuid-Atrika naar Hamburg, vertelde
hem de oude vrouw. Den brief heb ik
voor je bewaard, Leni. En nu dank ik je
dat je gekomen bent I Vaadaag kan ik nu
niet meer praten en ik geloof, dat dokter
Sanders nog komt, dien heeft dokter Bonn-
hoff mij als 't ware vermaakt, Hy heeft
voor zijn dood aan alles gedacht, Leni.
- Een volgenden keer breng je jejongen-
tje mede, is het niet? Ik ben nu zoomoe
door het vele spreken. Je bent toch niet
hoos op mij, Leni om mijn onbescheiden
heid
„Neen, tante Thildje, het geeft alles nu
tooh niets meer. Maar vertel u eens hee,t
u verpleging?"
„Ja, de wijkzuster en de oude movrouw
Sanders, die nu op Sint Spitito woont,
helpen mij."
„H et in Frauenfolde
„Neon, je weet dat de mensohen
zooveel kwaad spreken van haar man, en
ze is bang, dat zij in het huis van haar
zoon in den weg is."
„Vaarwel lieve tante Thildje, dank, dat
u niet boos op mij is, ik heb uw vriende
lijkheid niet verdiend."
„Ach." zeide de oude vrouw met zwakke
stem, „ik ben zoo gelukkig omdat
jij ik kan niet meer...
Met vochtige oogen was Leni verirokken
Het gehoorde had baar diep g< troffen, en
tooh voelde zij zich vrijer. Hij had het
geweten, hij had begrepen en vergevet-
P. Louwerse, Vertelavonden
Jan met de pijp
Ver van huis
Hier is wat
Versch geplukt
Tante Poes
De kerstwagen
Is er nog plaats voot
AB
Bui
nakei
is. t
lijn
op
on
°iP7
Rnd. Stratz.
Jack London,
B. Harraden,
1
|tf
op
lormi
op
irwte
Get
tovei
op
).05 1
°P
105 1
op
listri
Bot
lan 1
T
E
Johanna o. Woude, Tom en ik
Hollandsch binnenhuis
Georg flsmussen, Het zwygen der doode
In den prijs van f 1,50.
J. H. de Ruyter, Gevleugelde woorden
W Heimburg, Lotte Lore
Op dwaalwegen
De sterkste
De laatste stem
Arme Thea
Pittah, de grijze wolf
Voorbijgaande schepel
in donkeren nacht
u. Wermeskerken, Leo Smeder
Anna Koubert (Tine u. Berken) Moeder
Wassin
E fl. fl. uan Heekeren, Een Indisch huwell
C. P. Brandt u Doorne, Verweghen en
zyne vrouKgi'i
Horm. Heijermans Jr., Interieurs
Sabbath
Gustaaf af Geyerstam, Een liefde
Wraak
Alleen
De verloren vader
Mijn Kleine Jongen
Sprookjes
Mea Culpa
flrne Garborg,
Carl Ewald,
Cyriel Buysse,
Andersen, Sprookjes
Ernst Zahn, Bergvolk
Leo Tolstoï, Opstanding
George Elliot, Adam Bede
„Zeker, zeker zou het alles nog go» 1(jer
tusschen haar en Herman zijn gewordaa j di
Zulk 6en goedheid moet zegevieren.
Zjj drukte het hooid van haar zoont,
vaster tegen de borst ea verborg ha»
gezicht in zijn krullend bruin haar. Na
aan den jongen kon zy nog goed makei int
wat zij door stugheid en vrees had gezon
digd. Zij wilde hem alles ieeren wa
edel was, en bij zou weten, dat zij beo
altijd zou begrijpen, zij wilde zjjn ver
trouwen winneD, zoodat dit een ste
band tnssohen hem en haar werd. Zjj wild er 8
hem niet vragen, wie hem zulke dwaz
gedachten in het hoofd gebracht had.
Zij voelde zich te aangedaan, door
weerzien met taDte Thildje, door
herinneringen, de onthullingen over
karakter van haar man vandaag nielf
Hansi zou kalmer wordeD, en morgen
zou ze met hem spreken,
„Ach, mjja jongen, mjjn lieve, kleine
dwaze jongenfluisterde zy.
Nu richtte de kleine zich plotseling
„Moe moe, niet waar, ik krijg
stiefvader?" vroeg hij, en zijne van
weenen roode oogen zochten huipzoohe
de hare.
,Neen, Hansi," antwoordde z{j.
he
Op'
pi
.ve:
an 1
geen By
hel iken
mé rÜël
et g
Ch
- en
„Moesje heel zeker niet?" hield de j0r
jongen vof, en liet zich van haar knie i g<
glijden, en stond met troostelooze, kooret-de
achtige oogen voor haar.
De
ÏD C
heil
UV dt vervolgd,}
Bij
917
a hc
Me:
an 1
a du
aar
re
eel
en,
eken
op:
N.I
f te
iet c
illetl
?ere
Sto
er p
lor ti
root
la di
in
ent
min
icht
eeiz
tan.
De
irkèisse
oor
be
he lorti
de|;n t
Vo<
me
elfde
aafti
ostk