3401
Zaterdag 29 Mei 1920.
S38t# Jaargang.
leuws- ©n
Advertentieblad.
Spoor- en Bootdienst.
au
Dit blad rerschtJnt Woensdag- en Zaterdagmorgen
Advertentlëu daags voor de uitgave vóór 4 aar nam
ABONNEMENTEN en ABVERTENTIEN worden aangenomen ds üitg. F«ka LANQEVELB& DE ROOIJT, Parkstraat, Bono or Tix it
LICHT OP!
HOOGWATER Reede van Texel.
Beperkte dienstregeling
van S3 Hei 1920
Vertrekuren van de Boot.
Op Werkdagen
van Texel: 7,45 v.m. 2,45 n.m. 5,15 nm.
van Nieuwedlep9,15 4.— 6,35
TEXEL 28 Mei 1S20.
Bekroond damprobleem.
6.0
Het Texelscbe schaap.
GeiteDfokvereenigfing.
Bonwvereeniging.
Schietvereeuiglng
PD
Abonnementepryi per S maanden'.
Voor den Burg 50 Cts. Franco per post door geheel
Nederland 65 Cts. Naar Amerika en andere landen
met verhooging der porto's. Losse nummers 3 cent.
Pryt der Advsrtentiin;
Van 1 tot 5 regels 50 Cts. Iedere regel meer 10 Ct. Groote
letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Van Woensdag. 19 Mei tot en met Dinsdag
25 Mei
voor rijwielen 9.30 uur, voor rijtuigen 10.—uur
(Zomertijd.)
Donderdag 27 Mei v.m. 5,14
Vrijdag 28 6.22
Zaterdag 29 7,19
Zondag 30 8,10
Maandag 31 8,53
Dinsdag 1 Juni 9,31
Woensdag 2 10,06
Des namiddags i* het ongeveer een halfuur
ater hoogwater.
Op Zon- en Feestdagen
Van Texel: 7,45 v.m. 5,15 n.m.
Van Nieuwediep 8,45 v.m. 6,35 n.m.
Vertrek en aankomst der treinen
van den Helder naar Amsterdam.
Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam
6,24 9,14
7.29 sneltrein 9,14
10.24S 1,07
12,20f 3,28
1.56+f 4.46
4,11** 6,25
6,54 9,39
Bovendien loopt op alle werkdagen een trein
van Helder naar Alkmaar
van Helder 4,26 te Alkmaar 6,15
Van Amsterdam naar Helder.
Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder
5,25§ 8,35
9,17 11,39
12,28§ 3,07
3,05 6,02
6,09 9,18
8.30 10,36
10,45t 12,36
?Nlet op Zon- en feestdagen.
Alleen op Zondag,
tt Alleen op Zaterdag
Niet op Zaterdag, Zon- en Feestdagen.
In „De Amsterdammer" van 15 Mei j.l. tref
fen wij de mededeeling van de redactie aan,
dat in den Nationalen Damproblemenwedstrijd
de eerste prijs ten deel viel aan den heer S.
van Heerwaarden te Cocksdorp op Texel,
inzender onder het motto „Koekoek", aan wien
de wisselprijs, na voorzien te zijn van zijn
naam, zou worden toegezonden.
De typiaohe lotgevallen van een gevangene
iu Engeland
door STEVENSON.
O, mijn waarde juffrouw, hervatte ik
vele uwer landslieden bevinden zich, smach
tend naar bevrijding, in mijn land, even
als ik hier. Ik hoop vurig, dat een Fransche
dame uwe landgenooten de onschatbare
waarde van haar medelijden zal doen ken
nen. U hebt mij aalmoezen gereikt en
meer dan aalmoezenhoop. En gedurende
uwe afwezigheid heb ik niet vergeten.
Schenk mij het genot zelf te kunnen zeg
gen, dat ik ten minste getracht heb u een
bewijs van dankbaarheid te geven, en ik
smeek u zich wel te willen verwaardigen
deze kleinigheid, uit medelijden met den
gevangene, van mij aan te nemen.
Dit zeggende overhandigde ik haar mijn
leeuw, dien zij aannam en met eenige
verlegenheid bekeek. Opeens ontdekte zij
de opdracht en riep uit.
Maar hoe bent u mijn naam te weten
gekomen
Namen, die zoo geheel overeenstem
men, met het uiterlijk van de persoon,
Bij herhaling mochten wij uit den mond van
den heer Rijksveeteeltcorfsulent hooren, hoe
door gelukkige kruising, maar vooral ook door
de goede zorgen aan de dieren besteed en
door oordeelkundig fokken, op ons eiland een
schapenras is ontstaan, dat om zijn vele deug
den geroemd mag worden.
Berichten in Landbouwbladen, hebben ons
gemeld, van fokvereenigingen in Limburg, met
het Texelsche schapenras. De goede naam
van het ras is binnen onze landgrenzen tot in
alle hoeken doorgedrongen.
M3ar ook buiten onze landgrenzen maakt
het Texelsche schaap naam. Dat buitenlanders
hierheen komen om de fokkerij te bestudeeren,
is daarvan zeker een bewijs.
Grifweg zal iedere Texelsche fokker, ook al
is hij nog niet tot die vereeniging toegetreden,
zeker toegeven, dat de vereeniging tot bevor
dering van de schapenfokkerij in N. H., tot ver
breiding van den goeden naam van het Texel
sche schaap, veel heeft bijgedragen.
Het blijkt, dat zij daarmede wenscht voort
te gaan. Zij laat geen gelegenheid onbenut.
Op de agenda van de buitengewone algemeene
vergadering toch, tegen Vrijdag a.g. uitgeschre
ven, prijkt als eenig puntVoorstel om een
collectie Texelsche schapen naar de tentoon
stelling te Rijssel, Noord-Frankrijk, te zenden.
Naar men ons inlicht, zou Noord-Frankrijk
voor schapenhouderij geëigend zijn. Voorwaar
een goede gedachte, om de bewoners van die
streken met ons schapenras te doen kennis
maken.
Over de opkomst viel niet te roemen, dat
moest de voorzitter, de heer van der Craats
toegeven, toen hij Woensdag de vergadering
in café den Burg opende, met een welkom aan
de opgekomenen, in het bizonder aan den heer
Dr. Bakker van Alkmaar, den Rijksveeteelt-
consulent voor Noord-Hollend, die een inleiding
zou geven, voor tot de bespreking van het
oprichten van een geitenfokvereeniging zou
worden overgegaan.
De geitenfokkerij, aldus ving de heer Dr.
Bakker aan heeft geen succes, wanneer men
niet daaraan verbindt een fokvereeniging.
Door steeds te kijken naar de melkproductie
toch is de lichaamsbouw verwaarloosd en
doordat geen krachtige dieren meer werden ge
fokt, ging ongemerkt de hoeveelheid melk, die
gegeven werd, verminderen. De enkele goede
geit, die wij nog hebben, is het overblijfsel
van een betere. Familieteelt heeft de verzwak
king in de hand gewerkt. De toestand van de
geitenstapel is meer dan treurig geworden.
Spr. vindt dat jammer. De geit is een econo
misch diej, een sober dier, dat heel geringe
eischen stelt aan voeding en oppassing en
uiterst dankbaar voor meerdere zorgen aan haar
besteed. Geiten zijn van huis uit sterke dieren,
bij goede oppassing zijn ze zelden ziek. Geiten
melk is beter dan koemelk, heeft een derde
hooger vetgehalte en is van gunsiigen invloed
op de voeding van zieke kinderen en oude
menschen.
Over de oprichting van een geitenfokver
eeniging wijdt de spr. daarna eenigszins uit.
Men moet zichzelf in den aanvang geen gouden
die hem draagt zijn gemakkelijk teraden,
antwoordde ik, met een buiging. Maar de
zaak was heel eenvoudigeene dame heeft
u bjj den naam genoemd op den dag, toen
ik uw zakdoek opnam, en ik heb er mij
over verheugd en hem onthouden.
Het is een heel, heel mooi ding, zeide
ze, en ik zal er altijd trotsch op zijn. Kom
Ronald, we moeten naar huis.
Zij boog voor ciij, gelijk een dame voor
haars gelijke en ging. Ik zou er bijna een
eed op durven doen, dat haar wangen een
verhoogde kleur hadden.
Ik was in de zevende hemelmijn on
schuldige list was gelukt; ze had mfjn
leeuw aangenomen zonder een woord van
betaling te reppen, en ik vertrouwde er
op, dat ze niet rustig zon kunnen slapen
voordat ze op de een of aitdere manier
batr schuld zou hebben afgedaan. Ik was
bovendien geen onervaren jongen in lief
deszaken en kende de waarde van de omstan
digheid, dat zij een voorwerp, afkomstig
van mij, in haar bezit had. De leeuw
mocht slecht gemodelleerd zijn hij kwam
van mjj. Mijne handen hadden hem ge
maakt, mijn mes, ef om de waarheid ge
trouw te blijven, mijn roestige spijker bad
die letters gesneden, en hoe eenvoudig de
woorden ook waren, zouden zij haar telkens
en telkens weer herbalen, dat ik dankbaar
was ea haar bekoorlijk vond. De kcaap
scheen nog zeer okbooz»! ea bloosde over
een vleiet-d woord. Ik had weliswaar be-
bergen beloven, want dan komt het wis op
een teleurstelling uit. Iedere ervaren boer zal
het U vertellen hoe men zich bij den aankoop
van fokdieren kan vergissen. Spr. drukt het
den aanwezigen op het hart, dat ze wel
besloten moeten zijn voor tot de oprichting
van de fokvereeniging over te gaan. Wanneer
ze volhouden, dit toonen de ervaringen met
rundvee en schapen opgedaan, komt men tot
goede resultaten.
Spr. zou met de aanschaffing van een goed
mannelijk fokdier willen beginnen. Dat is van
het meeste gewicht. Is dat dier van een goede
afstamming, dan is dat van invloed op dege-
heele nakomelingschap. Samenwerking en
goede controle is verder noodzakelijk om te
komen tot geitenfamiliën, die regelmatig goede
dieren voortbrengen.
De ondervinding met de Saanengeit in Noord
holland opgedaan, wekt niet tot navolging.
Het klimaat en de vochtigheid van onzen
bodem werken bepaald nadeelig. Aan de hand
van mededeelingen den heer van der Craats
vanuit Terschelling verstrekt, zou spr, willen
voorstellen het hier met de Toggenburgergeit
te probeeren. De resultaten daarmede te Ter
schelling en Drenthe verkregen zijn goed.
Geiten, die 4 en 5 liter daags geven komen
daar voor. Vroeger waren ook hier geiten, die
800 a 900 liter per jaar gaven geen zeldzaamheid.
Bij de bespreking, die daarna volgde, deelt
de heer Dr. Bakker nog mede, dat ook te
Eierland zal worden getracht een geitenfok
vereeniging op te richten. Men kan dan on
derling fokmhterieel ruilen. Verder, dat de
Toggenburger is een reekleurige, Zwitsersche
geit zonder horens. Liever fokte de heer B.
een witte geit, omdat men dan beter kan zien,
of de oppassing te wenschen overlaat. Want
slechte oppassing, slechte ligging kost geld.
Op informatie daaromtrent, deelde de spr.
nog mede, dat z.g. muizenooren bij geiten,
wijzen op achteruitgang van het ras.
De heer Rijksveeteeltconsulent van Zuid
holland, mede ter vergadering aanwezig, deelde
nog een en ander over de geitenfokkerij in die
provincie mede. Ten slotte werd in beginsel
tot oprichting van een fokvereeniging besloten
terwijl ieder der aanwezigen in zijn omgeving de
geitenhouders tot aansluiting (zal trachten op
te wekken.
Van de geitenfokkerij gingen wij naar de
bouwvereeniging, de vergadering in hotel „de
Lindeboom" gehouden.
De vergadering was daar reeds aangevangen
en de toelichting reeds gegeven.
Uit de besprekingen die gehouden werden
bleek ons, dat de oprichting van bouwmaat
schappijen omvattende minstens 5 woningen
noodzakelijk was, om in aanmerking te komen
voor subsidie.
Uitvoerig werden de voor- en nadeelen van
het vormen van maatschappijen besproken. Ten
slotte werd tot oprichting van een bouwmaat
schappij besloten.
Voor de eerste bouwmaatschappij, Villabouw
aan het ontworpen tuindorp, bleek voldoende
animo te bestaan. Die bouwmaatschappij zal
worden gevormd. T<?t de uitvoering van de
plannen zal spoedig worden overgegaan, om
merkt, dat hij mij met wantrouwen gade
sloeg, maar hij trachtte zioh zoo manlijk
voor te doen, dat ik hem, of ik wilde of
niet, mijn sympathie moest schenken. Ik
bewonderde haren takt, die haar op het
denkbeeld had gebracht zich door hem te
laten vergezellen. Zij zeide daarmede: „Ik
ken u niet en mag u niet kennen. Hier
is mijn broeder maak hem tot uw vriend
dat is de weg tot mij, volg hem.*
Hoofdstuk II.
De geschiedenis van een schaar.
Nog was ik in deze gedachten verdiept,
toen de klok werd geluidhet teeken dat
onze bozoekers ons moesten verlaten. Nau
welijks was de kleine markt leeg of we
werden geroepen om ons middagmaal in
ontvangst te nemeD, dat we moesten op
eten waar we wilden.
Ik zeido. reeda dat het gedrag van enkele
onzer bezoekers uiterst beleedigeed voor
ons was. WaarsohjjGÜjk hadden zij er zelf
geen flauw idee van, evenmin als demen-
sehen, die een dierentuin gaan kijken, op
honderd manieren die edele, ongelukkige
tcaepsels achter de trafiee beleedigen. zon
der dat zij het bedoelen. Nu kan ik niet
ontkennen, dat eenige mijner landslieden
z:er lichtgeraakt waren. Verechoiden dezer
jjieryreters, oorspronkelijk boeren, sinds
vele jares dienend iu roemrijk© togera en
voor leden, die tegen December dakloos zijn,
dan een woning beschikbaar te hebben.
Nader wordt ons nog medegedeeld, dat het
ook mogelijk is op andere dorpen of op een
ander punt te of nabij den Burg te bouwen als
lid van de bouwmaatschappij.
Woensdag had ook een vergadering plaats
in de o. 1. school betreffende de oprichting van
een schietvereeniging tot verhooging van 's lands
weerkracht.
De vergadering was, goed bezocht, doch de
spreker was niet overgekomen. Aan de hand
van de gegevens hem verstrekt, lichtte de heer
Burgemeester de aanwezigen in.
43 personen lieten zich als lid van de op te
richten vereeniging inschrijven.
Aardbeien van den kouuen grond
Den 26en Mei werden door onzen plaatsge
noot R. C. Buijsman in zijn tuin aan „de Vol
lemolen" aardbeien geplukt van den kouden
grond.
Dat is toch zeker wel zeldzaam op Texel.
Werkeloosheid ten plntteluDde.
Uit het eerste voorloopig verslag van
den werkeloozenkas van den modernen
landarbeidersbond gevestigd te Leeuwarden
blijkt, dat van de ongeveer 10.000 losse
arbeiders die bjj de bond waren aangeslo
ten geheel of gedeeltelijk werkloos waren
in de maand December, gemiddeld 3090,
Januari 4000, Februari 2000, Maart 1000
en April nog 500 leden.
Het grootste getal werkloozen kwam
voor in de week van 15 tot en met 20
December en wel 4534 leden, die in 3
dagen en meer, 432 leden, die minder dan
3 dagen werkloos waren. Het getal dagen
waarover uitkeering is verstrekt, bedroeg
in December 15860, Januari 77585, Febru
ari 36555, Maart 19269 en April 10617, of
in het geheel 159886 dugen. Het getal
werklooze dagen was natuurlijk veel groo-
ter, daar van de eerste 6 werklooze dagen
geene uitkeering wordt verstrekt, alsmede
niet aan leden, die korter dan 3 dagen per
week werkloos zjjn.
Ofschoon de kas eerst 1 Novemkerl919
in werkiug trad, kon zij, dank zij den ge
nomen nood maatregel van het Rijk, reeds
uitkeeren f253 628,70 en wel aan al die
werklooze arheiders die uiterlijk 1 Dec. 1.1.
waren toegetreden
Den komenden winter zal de uitkeeriug
moGten geschieden door de kas zelve en
wel slechts aan die werklooze leden die
minstens 6 maand hebben gecontribueerd.
Oijj dus in de a.s. winterperiode van
uitkeering verzekerd te zijn, is derhalve
toetreding 1 Juni, uiterlijk 1 Juli gewei.«ent.
Ingez.
gewend zich te bewegen te midden eener
voor hen sidderende bevolking, sohikten
zioh zeer slecht in hunne veranderde om
standigheden. Onder hen bevond zioh een
zekere Goguelat, een ruwe kerel die be
halve zijn militaire opvoeding, geen zier
beschaving bezat. Dank z(j zijn buitenge
wone dapperheid was hjj bevorderd tot een
rang, waarvoor hjj overigens totaal onge
schikt was, n.l. maréchal des logis in het
22e regiment. Voor zoover een ruwaard
eon goed soldaat kan wezen, was hjj een
goed soldaat. Het kruis prjjkte op zijn borst
en hij had het eerljjk verdiend, maar in
alles wat buiten de grenzen van zijn plicht
lag was hjj een onbeschaafde, opvliegende
domme kerel uit een achterbaurt. Ik, een
geboren edelman, een man van smaak en
goede manieren was het type van alles
wat hjj het minst begreep en het meest
verachtte en sleohts de aanblik onzer be
zoekers kon hem dagelijks jpnieuw in
woede doen ontbranden. Om aan zijn
ergernis lucht te geven, haastte hij zioh,
zich op het eerst het beste slachtoffer te
wreken en, helaas, maar al ta dikwijls
was ik dat.
Zoo ook nu. Nauwelijks waren onze
porties uitgedeeld en had ik mjj ia een
hoek van de binnenplaats begeven, el ik
zuig hem nade.en.
Wcrdt vervolgd
1