ft.
N° 3500
Zaterdag 14 Mei 1921.
348t# Jaargang.
Nieuws- en
Advertentieblad.
Spoor- en Bootdienst.
Binnenland.
jFEUILLSTÜiS
A Wjj
COURANT.
O it bltd verschijnt Woensdag;- en Zaterdagmorgen
Abonnementspriji per 8 maanden'.
Voor den Burg 50 Cts. Franco per post door geheel
Nederland 75 Cts. Naar Amerika en andere landen
met verhooging der porto's. Losse nummers 3 cent.
idvertentlëu daags voor de uitgave vóór nar nam.
Priii der Adwrtent\én{
Van 1 tot 5 regels 50 Cts. iedere regel meer 10 Ct. Qroote
letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
ABONNEMENTEN en ABVERTENTIEN worden aangenomen bg de üitg. Fimua LANöEVKLI DE ROOIJ, Parkstraat, Bon# oïTixil
LICHT OP!
Van Zaterdag 14 Mei tot en met Vrijdag
20 Mei
voor rijwielen 9,25 uur, voor rijtuigen 9,55 uur
nOOGWATER Reede van Texel.
Zomertijd.
Donderdag 12 Mei v.m. 12,44
Vrijdag 13 1,10
Zaterdag 14 2.06
Zondag 15 3,10
Maandag 16 4,23
Dinsdag 17 5,40
Woensdag 18 6,46
Des namiddags is het ongeveer een half uur
later hoogwater.
Post- en telegraafkantoor Den Burg
geopend.
Op Zon- en feestdagen
Vm. 8 tot 9 uur n.m. 1 tot 2 uur
Op werkdagen
fvoor Telegrammen
Vm. 8 uur tot n.m. 8 uur.
voor Postzaken
Vm. 8 uur tot n.m. 7uur.
Voor postwissels, kwitantiën, Rijks
verzekeringsbank, postcheque en girodienst.
Vm. 8.30 uur tot n.m. 3 uur
Voor Rijkspostspaarbank
Vm. 9 uur tot n.m. 7,30 uur
Zaterdagavond na 6 uur voor postdienst gesloten
Dienstregeling
van 15 Maart 1931,
Vertrekuren van de Boot.
Op Werkdagen;
Vertrek Texel 6,- vm 11- vm 2.45nm 5.15 nm
Nieuwediep 9,15» 12,10 nm 4,- 6,35
Op Zon-en Feestdagen
van Texel: 6,-v.m. 5,15 nm.
van Nieuwediep8,45 5>
Vertrek en aankomst der treinen
van den Helder naar Amsterdam.
Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam
6,30 9,06
7^28 sneltrein 9,06
10,25§ 1-30
12,37 3,25
4 08**" 6,30
7 25 y,4y
'Van Amsterdam naar Helder.
Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder
5,28§ ».36
8,01
915 H.40
li:24§ 3,11
QflO O, UI
6'07§ 1048
8,57 °.^8
11,1 If - J 12-54
?Niet op Zon- en feestdagen.
Alleen op Zondag,
ff Alleen op Zaterdag
Niet op Zaterdag, Zon- en Feestdagen.
De typisohe lotgevallen van een gevangene
ia Engeland
door STEVENSON.
106.)
Ik trok hem van zjjn zitplaats af, zette
hem de hoed op het hoofd, stopte zijn in
strument in zijn zak en voort ging het,
naar Edinburg.
Rowley's beenen waren als van papiei,
zijn verstand geheel en al beneveld. Ik
moest hem stevig onder de arm houden,
om hem mee te krijgen en herhaa'delijk
rolde hij op den grond. Eerst zong hij uit
volle borst nu en dan in een dronkenmans-
lacüen uitbarstend. Langzamerhand kwam
hij in een toestand van diepe melancholie
huilde en snikte en bleef herhaaldelijk mid
den op den weg staan, uitroepend Neen,
neen neen." En dan viel hij op zijn ïug,
ot hij hield een toespraak en noemde mij
mylord en viel voor de variatie voorover.
Ik vrees, dat ik hem nu en dan niet al te
zachtzinnig aanpakte, maar de toestand
was dan ook meer dan onaangenaam, wij
kwamen niet vooruit. Wij waren nog geen
mijl verwijderd van Cramond, toen alle
leden van'de universiteit achter oas aan
TEXEL, 13 Mei 1921.
Leziug Daijs.
De vergadering, Dinsdagavond in hotel
Texel gehouden, waar de heer Du(js als
spreker optrad, mocht niet druk bezocht
heetenslechts een 90 tal personen waren
opgekomen.
In zjjn openingswoord drukte de voorz,
de heer Henkes zijn spijt daarover uit, er
op wijzende dat verschillende omstandig
heden, eerst ijsgang en later de interpel
laties door den heer Duijs in de Kamer
aangevraagd, die juist op den dag van de
vorige aankondiging behandeld werden,
schuld waren, dat de vergadering eerst nu
kon doorgaan.
Hierna verkreeg de heer Duijs hot woord,
die begon met te zeggen, dat de S D.A.P.
en vooral ook hij, als oproerkraaiers wer
den uitgescholden, doch dat daarvan geen
sprake is. De S.U.A.P. strijdt met eerlijke
wapenen en komt open en eerlijk voor
hare meening uit.
Uit de wereld zelf wordt het socialisme
geboren, spr. constateert dat. Na slavernij
kwam gildewezen, daarna kapitalisme en
nu zien we het socialisme groeien en
bloeien, zoowel op parlementair als op
economisch gebied. Spr. toonde dit aan
door „verschillende voorbeelden.
In 1918 werd het kapitalisme bang voor
de „vergissing" van Troelstra. Zij beloofde
acht-urendag, vrouwenkiesrecht en wat niet
al, voor verbetering van de positie van de
arbeiders. Acht-urendag en vrouwenkies
recht zijn ingevoerd. Toen echter het ka
pitalisme het zelfvertrouwen weer eenigs-
zins terug kreeg, was de reactie weer moes
ter. Hiertegen zal de strijd van bet sosia-
lisme moeten gaan.
In de pauze, die daarna volgde werd
gelegenheid gegeven zich aan te melden
voor debat. De heeren Braam, de Haas en
Rentenaar gaven zich hiervoor op.
De tijd, die nog restte voor elf uur werd
zoo verdeeld, dat elke debater en de spr.
nog tien minuten konden spreken.
Na het betoog van den heer Braam,
waarvan wij den zin niet goed begrepen
en dat g6heel buiten het onderwerp van
den avond viel, kwam de heer do Haas
aan het woord.
Deze viel den heer Duijs op verschillende
punten aan, verweet de S.D.A.P. haar par-
lementisme, tevens een pleidooi houdende
voor 't aDti-militarisme. iDtusschen had
de heer Rentenaar zjjn spreektijd aan de
Haas afgestaan, een uur verlenging was
aangevraagd en verkregen, zoodat de heer
de Haas een half uur kon sprekeD.
kwqmen en hunne schreden verhaastten om
ons in te halen.
Sommiger hunner waren nog zeer pre
sentabel en zij waren alle nuchter bij Row
ley. Zij bevonden zich echter in zulk een
toestand van uitgelatenheid dat het gevaar
lijk was met hen de stad in te gaan, daar
men niet kon weten wat voor dwaasheden
zij nog zouden begaan Zp joelden en brul
den studentenliederen uit, ze liepen om
het hardst, zij duelleerden met hun wan
delstokken en parapluies en ondanks de
heftige bewegingen, die hun tot kalmte
zouden hebben moeten brengen, werden
zij hoe langer hoe opgewondener. Hun
dronkenschap zat diep was'als het vuur
in een put, of eigenlijk moet ik zeggen,
om de waarheid getrouw te blijven dat
hun dronkenschap minder het gevolg was
van drank, dan van jeugdigen overmoed
het was een prachtige nacht een breede,
fraaie straatweg en de heele wereld stond
voor hen open
Ik had hen reeds eenmaal zonder veel
plichtplegingen verlaten en kon dat niet
goed een tweede maal wagen. Bovendien
kon Rowley ternauwernood op zijn beeuen
staan, en was het mjj niet onaangenaam
hulp te krijgen. Uoe meer wij Edinburg
naderden, des te minder voelde ik mij ech
ter in hun gezelschap op mijn gemak, en
toen wij in de weder verlichte straten kwa
men, brak mij het angstzweet uit. Ieder,
die voorbijkwam, werd door hen staande
Hierna kreeg de heer Duijs weder het
woord, die beide debaters duchtig van
repliek diende.
Met dank aan spreker en hoorders en
met een opwekking toe te treden als lid
der S.D.A P. werd de vergadering te onge
veer 12 uur door den voorzilter gesloten.
Algcnieene Vergadering der Coöp.
Boerenleenbank te Texel
gehouden op Woensdag 11 Mei 1921.
Waar de heer J. W. Roeloffs, voorz. van den
Raad van Toezicht wegens ambtsbezigheden
verhinderd was geworden op tijd te konien,
werd de vergadering te ongeveer half negen
met een welkom,"aan de weinige aanwezigen
geopend door den heer Jb. Kikkert Nz., als
lid van het bestuur.
De kassier werd met goedkeuring der ver
gadering aangesteld als secretaris dezer ver
gadering.
De notulen der voorgaande vergadering
worden voorgelezen en onveranderd vastgesteld
Hierop werd voorgelezen het verslag over
1920, waaruit bleek, dat de Bank bij het finan-
tieel goede jaar ook een droevig verlies had
te boeken door het overlijden van den heer
A. Langeveld Pz. directeur. De heer Lange-
veld was mede-oprichter der Bank. Bij zijn
vele werkzaamheden op verschillend gebied,
was hij in betrekking tot de Bank, waar hij
vanaf den beginne bestuurslid en vanaf 1908
directeur was, een flinke en krachtige persoon
lijkheid, onder wiens goede leiding de Bank
zich in opgaande richting heeft ontwikkeld.
De heer Langeveld was een man van open
karakter, aangenaam in den omgang met een
ieder.
Veel heeft hij voor de Bank overgehad, veel
dank is aan hem verschuldigd. Zijn gedachte
nis zal zeker lang met eeie in de herinnering
voortleven.
Uit het inspectierapport der Centrale was
gebleken, dat de Bankzaken in goede orde
waren.
Dank werd gebracht aan Mej. Haakman voor
de geboden hulp en met den wensch, dat de
goede finantieele verwachtingen voor dit jaar
in vervulling mogen gaan, werd het verslag
besloten.
Uit het voorgelezen jaarverslag zijn de vol
gende cijfers ontleend
Het tegoed der inleggers bedroeg
op 1 Jan. 1920 de som van f 1,178,570,10
Inlagen aan spaargelden 476,198,53
op deposito bewijzen 531,100,
2,187,868,63
terugb. spaarbet. 636,904,50
Dep. bew. 271,100,
908.004,50
1,279,864,13
43,050,23
683,839,-
310,990,—
994,829,—
terugbetalingen door het jaar 219,264,—
Saldo tegoed op het einde desjaars 775,565,—
Saldo 1 Jan. 1912
Aan rente was hiervoor schuldig
Voorschotten saldo op 1 Jan. 1920
Nieuwe voorschotten
gehouden, sommige zelfs met naam en toe
naam aangesproken. Het was dus wel
natuurlijk dat ik vreesde, dat zij in hun
uitgelatenheid mijn naam op do lippen
zouden nemen, en dat in een stad waar
de politie en mijn neef ijverig naar mij
zochten. Ondanks het helsche leven dat
het gezelschap maakte, waren wij onge
stoord op het Abercromby plein gekomen
een wijk van fraaie villa's Byfield en ik
waren een weinig achter gebleven met
Rowley. Opeens bemerkteD we, dat de
heeren de kloppers en de naamborden be
gonnen af te trekken
Neen zeide Byfield, dat is nu toch
al te erg. Ik ben een man met een positie
en kan mij niet laten inrekenen.
Ik ook niet. zeide ik.
Kom laten we ze 1 iten schieten,
hernam Byfield. Zulke jongensstreken be
vallen me niet.
We keerden om en sloegen een anderen
weg in.
Het was dag geworden. Het rumoer nam
steeds toe, maar nu verschenen ook van
alle kanten politieagenten om een eind te
maken aan het spel der rustverstoorders,
ik vermoedde dat de Universiteit van Cra
mond weldra slaags zou zijn met de politie
van Edinburg. Byfield en ik trokken den half
bewusteloozen Rowley mede en liepen zoo
snel wij konden eenige straten door. We
stonden niet eer stil, voordat wij het rumoer
nog slechts heel uic de verte hoorden.
Saldo tegoed der bank in Ioopende
rekening met de leden op 1 Jan. 1920 73,085,49
Tegoed der leden 43,529,11
Uitgeg. loop. rek. 504,958,07
Ontvangen 481,331,66
Saldo tegoed der Bank 1 Jan. 1921 119,383,85
Saldo schuld der Bank 1 Jan. 1921 66,201,06
De omzet bij de Centrale was als volgt
Saldo tegoed der Bank I Jan. 1920 143,211,25
Uitgegeven 576,582,32
719,793,57
Ontvangen _541,104,53
Saldo 1 Jan. 1921 tegoed 178,689,04
De totaal omzet der Bank was:
Kassaldo 1 Jan. 1920 8,656,69
Ontvangsten 1920 2,340,668,74
2,349,325,43
Uitgaven 2,347,728,78
Kassaldo 1 Jan. 1921 1,596,65
De Balans sluit af met een bedrag van
f 1,384,310,31, waaronder de netto winst van dit
jaar f5182,70. Dit laatste bedrag bij de reserve
gevoegd zal dit fonds doen stijgen tot
tot f22,445,20.
De Winst- en Verliesrekening is als volgt
Verliezen.
Intresten spaargelden 3 pCt.
O 4 n
leden Ioopende rekening
Onkosten centrale
Salaris
Kantoorben. (boeken enz.)
Brandstoffen, licht, adv. enz.
Porto's en zegels
Onkosten vergaderingen
Reiskosten
Vacatie gelden
Voor hulp administratie
Diverse uitgaven
Onderhoudskosten
Afschrijving
Winst 1920
Totaal
Baten.
Intresten van voorschotten
Centr. loop. rek. en leden
Provisie
Coupons
Spaarboekjes
Andere ontvangsten
Entree Lidmaatschap
f 18,475,09
24,575,14
1,964,51
762,51
2,000,—
723,28
148,90
410,70
371,38
69,30
300,—
500,-
192,20
302,01
370,—
5,182,70
56,347,21
35,611,70
7,228,34
156,90
13.144,35
17,55
162,37
26,-
56,347,21
De rekening en balans werd door de verga
dering op voorstel van het Bestuur met den
Raad van Toezicht die deze tevoren hadden
onderzocht en accoord bevonden, goedgekeurd.
Aan den Kassier werd door den Voorz. met
instemming der Verg. dank gebracht voor diens
goede zorgen aan de Bank besteed.
Verder kwam het voorstel van Bestuur en
Raad van Toezicht om het salaris van den
kassier voor dit jaar te bepalen op f2200. Na
eenige discussie werd dit voorstel als minimum
door de vergadering aangenomen, een hooger
bedrag wordt gewenscht geacht.
Het voorstel om tot f 15,000,— voorschot te
verleenen onderzakelijke zekerheid (niet bedoeld
hypotheek) werd na toelichting van den kassier
aangenomen.
De regeling der rentevoet voor het volgend
Ziezoo, dat hebben we netjes gedaan,
zeide Byfield Wat een troep woestelingen.
Wjj hebben ons verdiende loon, myn
heer Byfield, we hadden niets met hen te
maken
Neen, daarin hebt u geljjk. Hoe kon
ik zoo zjjn. En aanstaande Vrjjdag heb ik
mjjn luchtreis aangekondigd, riep h\j uit.
Dat zou een mooi schandaal geven Byfield
de luchtreiziger in de gevangenis. Jongens,
jongens wat een ding Kunt u met dien
bengel alleen naar huis, mjjnheer? Vergun
mij, dat ik u mijn kaartje geef Ik logeer
in Walker en Poole's hotel, mjjnheer, en
het zou mjj aangenaam wezen indien u
mjj kwam opzoeken.
Het genoegen en de eer zijn geheei
aan mijne zjjde, zeide ik maar ik sprak
niet de waarheid, want ik wenschte alles
behalve de kennismaking te hernieuwen.
Mij bleef nog een zware taak over. Ik
droeg mijn bewusteloozen last de trap op
naar onze kamer en werd binnen gelaten
door onze hospita met een witte nachtmuts
op het hoofd. Zij lichtte ons voor naar de
zitkamer. Ik liet Rowley op een stoel glij
den eu térwij 1 ik nog daarmee bezig was,
maakte zij een buiging en bleef voor mjj
staan.
Ik zeg u hierbjj de huur op, mijnh or,
zeide ze met bevende stem Onder dit dak
is sléchts plaats voor fatsoenlijke lieden
Wordt vervolgd