N ota-doorsckrijf bloc s
Brief-doorschrijfboek
Vallende ziekte
EIAMEfS
Fraaie kunstplaten
voor schilderijen.
In Boekhandel
Parkstraat.
Winstuitkeeringen
I ?enuw-tdbletten.
In Boekhandel
Parkstraat
Datamstempels in 2 grootten,
Wandhaken voor portretten, enz.
De beste witte celloloïd-pnnaises
Schetsboeken in 3 formaten,
Grootste sorteering
Y ulpenkouders,
FEUILLETON
Heeren Petten, Vilthoeden, Stroolioe-
den, Dassen, Boorden, Manchetten
en Overhemden.
Firma GEZ. GRAAF.
100 nota's met afschrift f 1.50.
50 brieven met copie, in netten -
stevigen band f 2,60.
Losse bloes daarvoor f 1,30.
Boekhandel Parkstraat.
ASTHMA.
Arbeidscontractverzekering.
Ziekte- en Ongevallenver
zekering. Individueel en
Collectief.
Levensverzekering.
een gouden regen
G. COEVERT, te den Burg,
SVREESTGEEM
MIJMHARDT5
Tapijtnageis,
want er bestaat een g?5
middel dat U rustig en
kalm houdt .terwijl Uw f
geest helder blijft
I Koker 75é bij apoth en drogisterij
50 en 100 cents,
bruikbaar tot 31 December 1931.
zeer eterk, 10 a 15 cents.
l1/, cent per stuk.
25 k 20 cents.
Vloeidrukkers in soorten,
Luxe-inktpotten,
Postzegeldoozen,
Postzegelbevochtigers,
Briefwegers, Luxe- en gewone zak
boekjes, Alfabetische klappers in soorten,
Bonboekjes. Kwitantieboekjes,
Wisselboekjes, Muziekboekjes,
Effectenboeken, Waschltjstboeken,
Waterman, Swan, Conklin, enz.
De typische lotgevallen van een gevangene
in Engeland
door STEVENSON.
118.)
Hij bad bet eerst bet touw waarbij hij
stond, doorgesneden, en daar de anderen
nog niet gereed waren, het nog vastge
houden en het zelfo voor de zekerheid
tweemaal om zijn pols geslagen. Natuurlijk
was hij door d6n sebok in de hoogte ge
sprongen en in plaats van zich los te maken,
mee de lucht ingegaan. Thans klemde hij
zich met beide handen vast aan het touw
en werd ten hemel gedragen als een lam
nit de kudde.
Het anker: riep Byfield.
Dalmahoy's touw was onder aan den
mand bevestigd, zoodat wij er niet bij kon
den komen om hem op te hijsehen. Wij
maakten daarom bet anker los om dat hem
toe te werpen ea riepen
Houdt je vattHond je in God's naam
vast. Grijp, als je kunt het anker...Je
breekt je nek, wanneer je loslaat.
Hij zwaaide heen en weer en wij zogen
een van aiigst verwrongen bleek gelaat.
We wierpen nu het anker ia de richting
waar hy zioh bevond in de hoop dat hij
het zou kunnen grijpen De eerste keer
zweelde hy er voorbij als de slirger van
de klok, greep cr met de eene hand naar,
zonder het te pakken, kwam terug, greep
er weer naar, maar weer tevergeefs. By
de derde keer boust hij er tegen aan, sloeg
een arm er om heen, liet het touw los en
een, twee, drie hadden we hem boven.
Wij trokken hem binnen boord. Hij
was bleek, maar zijn spraakvermogen was
nog volmaakt in orde.
Ik moet u wel zeer om excuus vragen
dat was een heele domme streek van me,
ja, meer dan dom en het zou nog een ospie-
zierig e nde hebben kunnen neaien... ja,
een klein slokje zal me guedhoeD, 't is
alleen maar voor den sohrik.
Hij nam de aangeboden cognac fl sch,
Aanbevelend,
maar braoht haar niet aan den mond, rijn
arm wae ale verstijfd.
Hij valt flauw I riep ik.
Flauw vallen ben je gok, Ducio
Maar wat is dat?
Hij keek over m<jn schouder en ik hoorde
thans achter my oen stem, niet de stem
van Byfield, die uit de wolken scheen te
komen.
U bent getuige, mijnheer Byfield...
Men moet nu bedenken, dat ikemds
zes dagen in een toestand van voortdurend
gevaar had geleefd, onafgebroken waren
mijne zenuwen strak gespannen geweest
en bet was dus geen wonder, en ik hoop
dat niemand er mij een verwyt van zal
maken, dat ik tbans sidderde als een kom
pasnaald.
Op den bodem van den mand lag een
stapel dekens en jassen en daarnit kwam
eerst een band, die een bonten muts vast
hield, te voorschijn en toon een verontwaar
digd gelaat en een bril en eindelijk het
lichaam van een klein man in een versie
tan zwart pak, Hy lag thans op zijn
knieën, zijn viDgers rustten op den grond
en hij keek den luchtreiziger verwytend
aan.
U bent getuige, meneer Byfield
Byfield soheen diep terneer geslagen, het
angstzweet lag op zijn gelaat.
Het spijt me vreeseJjjk, mijnheer,
stamelde hij,een fatale vergissing
hst is mijn schuld niet... ik hoop het u
straks op te helderen Laat mü u voor
stellen mijnheer Dalmahoy mijnheer P...
Myn naam is Schapenbout, maar...
Schapenbout! riep Dalmahoy. Scha
penbout Wat een man Zijn vader heeft
de schapen gehoed op de Grampain heuvels
zeker, eu ook de schapenbouten waren er
bij. Schapenbout is eea keurig gereoht
ik maak u mjju compliment.
Dalmahoy moest zich aan een der touwen
vasthouden om buiging te maken.
En ik, mijuheer, zeide ik, zietsde dat
Schapenbout een hiUpeloozen blik op mij
wierp, ik ben Vioomte Anne de Kèroual.
Ik weet niet hoV u hier komt en waarom
u zich hier bevindt, mns.r u *>jt een aan
wijst voor het gezelschap.
Byfield keek op den barometer. We
bevonden ons zes honderd voet boven de
aarde. Hjj zeide, dat dit nog niets betee-
kenen bad, hij verwonderde zioh slechts
dat de balion was opstegen ondanks den
ballast van waanzin, die onder aan den
mand had gehangen. Ik iiet deze woorden
onopgemerkt voorbij gaan ze toeechrijvende
aan zijn slecht humeur. Hij vertelde my
dat hij honderd pond ballast naar beneden
had moeten werpen. Ik hoopte in stilte
dat de zakken op het hoofd van mijn neef
waren terecht gekomen. Ik vond zeshon
derd voet al een zeer achtenswaardige
hoogte. Het uitzioht was meer dan mooi I
De Lunardi was, dank zij bijna volmaakte
windstilte, loodrecht Gmhoog gestegen, had
de morgennevels doorkliefd en zweefde
thans in een hemel van net heerlijkste
blau w De aarde onder ons scheen uitge
hold, de horizon geleek een omhoog staande
rand als van een beker, die beker was
in werkelijkheid gevuld met mist en nevel
doch in onze oogen met een heerlijken
drank met schuim erop.
Ik nam den verrekijker nit Byfislds hand
en richtte hem naar de aarde en ik ont
dekten drie gestalten. Een daarvan wuifde
met een witten doek, Ik giGg weer zitten
en dacht aan haar.
Ik moet zeggen, dat mijn vertrouwen
in luentreizigers een zeer teere, gevoelige
plant was. Indien de lezer zich myne
beschrijving herinnert van de vlucht uit
de vesting, dan weet hjj tenzij ik mijne
gewaarwordingen zeer gebrekkig en onvol
maakt heb gesohilderd dat ik aÜ6s be
halve moedig ben, indien ik my niet in
vasten grond bevind. Op den vasten grond
bon ik tot alles in staat, dan beweeg ik
mij met de zorgeloosheid van een rollende
steen. Zoodra ik eohter geen grond meer
voel, ben ik aan den duivel overgeleverd.
Zelfs op een schip voel ik mij niet op mijn
gemak en schik mij in het onvermijdelijke
omdat mij niets anders overblijft.
Tot mijn groote gerusieliing steeg de
Lunardi opwaarts zonder veel schommelen.
Sleohts door het overboord werpen van
snippertjes papier of door het raadplegen
van den barometer konden wij ons overtui-
Zenuwkwalen en Toevallen
worden genezen door
ROLANDO.
wettig gedeponeerd. Drank van Dr. Roland
B9* Men wachte zich voor namaak.
Fl. 4,25.
Spoedige genezing ook bij verouderde
gevallen door de Asthmapoeder van
Dr. Pieters.
Fl. 1,50.
N.V. Mij. SAAITAS.
Kon. Goedgekeurd.
Alkmaar Payglop 10.
Leeuwaarden, Oosterstraat 13.
Amsterdam, Gravenstraat 28,
achter de kerk.
Onze geïll. prijscourant tegen
toezendig van 25 ct. postzegels aan
Hoofdkantoor Saöitas Post Box 339, Am
sterdam.
De bijzonder liooge
(Afd. Leven)
vormen als het ware
voor de verzekerden
der EL A. V. BANK.
Vraagt ons prospectus, waaruit
blijkt, dat de winstuitkeeringen aan
verzekerden, varieeren van 46°/0 tot
108% van een jaarpremie in een
driejarig tijdvak, bij den Adjunct
Inspecteur
TEXEL.
gen, dat de ballon rees. Na en dan maakten
wij een draai, zoo zeide ons het kompas
van Byfield, maar wij zelf merkten niets
daarvan. Van dnizeligheid geen zweem
meer, om de eenvoudige reden dat er geen
gelegenheid meer bestond om duizelig te
worden, daar wij het eenige vaste pont in
de rnimte waren. Wij waren één met de
zwijgende sfeeren om ons heen en wat de
Vioomte Anne de St. Yres betreft kan ik
verzekeren, dat hij gedurende vjji minuten
zioh zoo zondenloos, zoo onschuldig ga-
voelde als een pasgeboren kind.
Maar voor mij is hot een drommels
onaangename zaak, zeide Byfield opeens.
Ja, dat is waar, antwoordde ik, gij
hebt tot bet publiek gezegd dat ge een
eenzaam reiziger waart en we zitten
hier met ons vieren.
Maar wat kan ik daaraan doen P In
dien op het laatste oogenblik een paar
gekken in myn ballon komen vallen...
Maar dan is Schapenbout er nog,
zeide ik. Misschien kan hjj opheldering
geven. Mijnheer Sohapenbout, waarom
bent u bier P
Ik heb voornit betaald, begon Scha
penbout. Ik ben een getrouwd man.
Dat zijn twee dingen, die u op ons
voor hebt, zeide ik. Verder.
U waart zoo goad my uw naam te
noemen, mijnheer
Vicomte Anne de Keroual de St.
Yves.
Die naam is wel wat moeilijk te ont
houden.
Binnen twee minuten kan ik u een
memoria technica vervaardigen, waarvan
ge gedurende de reis gebruik kunt maken.
Mynbeer Schapenbout, wiet niet wat hij
daarop zon antwoorden.
Ik ben gehuwd, ik heb een vrouw,
begrijpt u, Mevrouw Sohapenbout boudt
niet van luchtreizen. Zy is een Guthric,
uit Dumfries, van zichzelve.
Dat verklaart alles, zeide ik.
Ik, daarentegen, had reeds lang mijne
zinnen er op gezet een reis meteenluohi-
ballon te maten.
fTordt vervolgd
B I