Prijsverlaging
Kunstmeststoffen.
thomasslakkenmeel.
Landbouwongevallenwet.
Croote
sorteering. - Lage prijzen.
Fa,
S. A. KANNEWASSER
Zonen
Kanaalweg 149, Helder
SUPERFOSFAAT,
KAÏNIET, KALI <20 pCt. en 40 pCt.
JONGE BLOESEM
FEUILLETON
H. H. Landbouwers, Veehouders en Warmoeziers
Vraagt brochure aan de
H.A.V. BANK-SCHIEDAM
DROS Co*
JAC. DE BOER
FOTOGRAAF
N.V. Salm's Tabak- en Sigarenfabriek Haarlem.
Licbte Sumatra sigaren 5, 6, 7, 8, 9, 10, 13, 14, 16 ets.
0,32 0,23 -
Dagelijks verkrijgbaar:
Concurreerende prijzen.,
Keizerstraat 75
HELDER.
Aansluiting bij de N"ederlandsche
Onderlinge Bedrijfsvereeniging voor
Land- en Tuinbouwers
TJW BELANG P
Waar Diet vertegenwoordigd worden correspondenten
gevraagd, uitsluitend uit Landbouwerskringen.
DE PRIJZEN ZIJN VERLAAGD VAN:
f 2,50 TOT f 1,75 PER BUS VAN EEN KILO
1,35 ,,4„ 0,95 EEN POND
0,75 0,52/a EEN HALF POND
EEN ONS
DE VAN OUDS BEKENDE, ONOVERTROFFEN
KWALITEIT.
DOOR HAAR KRACHTIGE SAMENSTELLING
VOORDEELIGER IN HET GEBRUIK DAN
EENIG ANDER MERK.
Oorspronkelijke Novelle
door
AMANDA WOLF.
19)
Ik vond haar op jou lijken, zoowel in
gelaat ais in houding; haar fijn vernuft en
edelmoedig, liohtgevoelig hart maakten cp
mij denzeliden indruk ala weleer die eigen
schappen van mijn eenvoudiger vriendin
netje.
Want ja dit was het onderscheid. Zij
behoorde tot mijn stand, haar bozit lag bin
nen mijn bereik.
't Was, of dit bewustzijn er het zijne loe
bijdroeg, om mij nader te breDgen tot de
jonge dame, waarin ik de Lize uit mQn
herinnering in aris'ocratisch waas meende
terng te vinden.
En boe meer ik met haar vertrouwd
rsakte, hoe meer ook dit bewustzijn zich in
liefde omzette, dat constateerde ik ala een
feit.
Tooh aarzelde ik, haar het .jawoord' te
vragen. Eerst wilde ik jou terugzien met
zekerheid vaststellen, dat de tijd door zijn
balsem de kleine wond van mijn heengaan
geheeld had, en daarom begai ik mij op
weg
,Is 't tooh En daar wist ik niets van.
.Neen omdat ik het doel van mijn tooh'
niet geheel bereikte. Op enkele passen
afstand van het mij zoo goed bekende nuisje
werd ik getroffen door een aardig tafereeltje,
dat mij antwoord genoeg scheen,
Over ret hek van deztn tnin zag ik twee
jonge mensehen geleund, een eonvondigen
jongen met goedig uiterl k en een nu sje
met blonde, luchtig kringelende lokke*.
Zij schenen een druk gesprek te vo< en.
Toen rem de jongen 'n mand bloame~ en
overhandigde ze het meisj", dat blcosd) en
lachte en hem dankbaar toeknikte.
Daarop bloosde ook hij en greep haar
bandjes vast.
Verder heb ik het niet gezien. Ik wendde
mij af en begon mijn gevolgtrekking te
maken. Wat ik bijwoonde, stemde mij
gelukkig.
Ik meende nu zeker, dat de tyd bloemen
bad doen groeien over die oude gebeurtenis
en een andere liefde had doen ontluiken,
waar de eerste een Fata Morgana bleek. En
thans waren er geen bezwaren meer, die
mijn vroeger vertrcuwelingelje van baar
geluk seheidden, omdat het voorwerp hater
genegenheid één met baar in afkomst was.'
.Dat was Piet," fluisterde zt) voor zich
heen. „Ja, dien morgen heng ik mij nog,
'n Goeie jongen is hij, maar hij vermocht
niet, mij mijn ideaal te doen vergeten.
En daarom... kwaamt gij niet
.Neen, ik oordeelde het beter, heen te
gaan, nu ik je weer vrooljjk en met andere
hoop vervuld waande. Waartoe zou mijn
verschijning nu anders dienen, dan gedach
ten wakker te maken, die beter deden te
blijven rusten, die slechts schaden konden
je tegenwoordig geluk
Ik k erde op mijn schreden terug en
dezelfde week werd Corona Schilthof mijn
verloofde
Het was heel stil, een zachte, weldadige
stilte, slech's onderbroken door h t liohte
geluid der jonge bladereD, die ritee'suiBden
boven bun hooiden. Toen legde z:oh een
waswilte baad. zi.ïg als een bloesemblad,
op de zijne.
.Hoe beel ar.ders lijkt me nu Alles," lispte
het als 'n zwakke echo van wat er in bet
teere omhulsel der zieke omging. „Ik heb
u verkeerd beoordeeld. Dat spijt mij. Gij
hebt m(j eer te vergeven dan ik u."
Zijn gelaat heiderde op; de blijde over
tuiging, waarmee zij haar vergissing be
kende, stemde 'n?m tot voldoening.
„Dark, dank voor deze woorden, lieve.
Juist om die te hoeren, voerde mijn weg m(J
Dames- en 1
Einderconfectie.
naar hier. Hoe zon het mij nog ooit mogelijk
zijn, gelukkig te worden, indien ik mij door
jou veracht, misschien govloskt wist I'
„Foei! Dat moogt ge niet zeggen 1 Zulke
gedachten hebben mij bij het ielste wee
nooit bezield. Nn kunt ge echter gerost
zijn. Mijn laatste bede om geluk zijn voor
u en voor haar
„Gij meent CoroDa, L:z». O, diewensch
zal ik haar overbrengen. Zij iszooteeder
en goed, als gij dat eens wist!"
.Ja, August, daar heb ik mij meer dan
eens ^an kunnen overtuigeD. Zij doet mij
denken aan een dier engelen1 door God naar
de aarde gezonden, om lijdende zielen met
haar teedere woorden te verkwikken. Zij
zal u ongetwijfeld gelukkig maken."
,0, L'ze, rog eens dank. Als gij badt
bunnen zien, hoe z(J deze dagen leed
om uwen'wil. Na dien middag in bet atelier
heb ik h?ar een en ander verklaard en 'a
oogenblik was ik bevreesd, ook haar voor
goed te verliezen. Maar hear bart was
groot genoeg om te vergeven. 'tlsoDh -ar
aandiingen eohter, dat ik hier weerksram,
dag a n dag, om bij je toegelaten te worden.
.God zegene baar, zij verdient het," fluis
terde de lijderes zachtjes en zoo zaebt, dat
het ear een zuoht dan een mecechelijke
stem leek.
Haar hoofd was op het wi'te kussen ge
gleden moe hijgde de borst, ademloos vao
het lange gesprek de heels gestalte beefde
koortsig en de los kringelende haardonsjes
trillerden licht bewogen.
Ooeind'g smartelijk beschouwde de jonge
mau langen tijd bet bleeke geziobtje, dat
reeds scheen afgerekend te hebben met
alle proza van bet vsak zoo hardvochtige
leven.
.Lize", smeekte hij zacht aan hair oor,
.kan ik je niet meer belpen, niets meer
voor je doen Liet meisje, geen geld zal
mij te veel z(Jd, om je te rdden en je als
'a tetderliefüebb nde vriendin voor ons te
behouden".
Even bewoog zioh het hooid en leunde
tegen zijn schouder.
„Nietsnietsklonk het afgebroken
moeitevol. .Alleen zoo,., mij even laten
net als toen zoonog eens deuken
dat het was... a.s die heerlijke middagen
hie onder 't groen.'
Hij schooi behoedzaam nader, steunde bet
kopje met eerbied en haast moederlijke fee-
derheid. ,Is 't zoo goed
.Ja jamaar ga nu ga nu weg
het was al lang... te lang... Stunr me
haar nog eens nog eens
Hij riep haar moeder, die hoofdschuddend
de doodelijk vermoeide naar binnen leidde.
Toen ging bij weer zitten op de bank in
lange, diepe gepeinzen. H(j zat daar larg
haast tot het donkerde, toen eerst heriu-
nerde hij zich, weg te moeten.
DaarbiDcen zag hij nog even flauw bet
overgordijn neerlaten, een flauw lampliohtje
ontgloeide, een zwa'*e schaduw vlektetegeu
het wit.
Dan sloeg hij als in een droom den weg
naar hnis in.
Een kleine terp wijst op 't kerkhof da
plek aan waar men Lize een laatste rust
plaats bereidde.
Daags na de droeve plechtigheid kw ra
een jonge tuinman, die op bet graf een
jong boompje plantte, 't Was een druiliga
Meimorgen en verre van warm, en toca
wiechte bi] zich herhaaldelijk met 'n bonten
zakdoek over voorhoofd en oogen.
En menig moeien middag in Mei komt
een jeugdig paar op hun wandeling naar
die siille piek gedwaald en staart met wee
moedige oogen naar den konden grood, die
het kleine drama van een liefhebbend bart
bedekt.
Als zij weg zijn... wordt het weer sil
ler dan ooit. Dan ritsdsuist alleen Ce
wied door de ranke twijgjes van den kleiQen
boom en bestrooit bet smalle heuvdtji.-)
met teer-rose en blank-witte blaadjes
.jongen bloesem*.
EINDE.