ALLE DAGEN BRUINE BOTER- Q P Duraker, Boterhandel Helder. 7 FILTREERPAPIER, Wyberf Tan der Graaf Co.'s bureanx voor den handel J DE ONDERGANE DER BOKRUITERS. ononttoerlijk voor vaklieden, leerlingen middelbaar onderwijs, enz. voorhanden bij Firma Lange veld de Hooij. Gangleitjes, f 0,35. fa. Langereld deRoeij Notarissen Mulder te Texel en Stumpel te Lelden, bij inzet bij toeslag, De kapitale Hofstede Katwijk Maandag 12 November a. s. stemming van 3 Hoofdingelanden Johan D. Roeper Jacz. en Cornells Keijser Hz. Dirk Bruin Jacz. Abonneert U op de Tcxelsche Courant. FEUILLETON. jas krijgt V indien ge aw vleesch met DUINKERS FIJNE MELANGE 2. bakt oi braadt. Vraagt uwen winkelier. voor het drogen van bloemen, 3 vel a 10 cents. AMSTERDAM (hoofdkantoor) ROTTERDAM BRUSSEL. Incasso's van achterstallige en betwiste vorderingen. Handelsinformatiëh. 1) Voorradig zullen op Donderdag 8 November 1923, en op Donderdag 22 November d.a.v. telkens des voormiddags 11 uur, in het Café „Den Burg" te den Burg op Texel, publiek verkoopen met 30,32,70 hectaren bouw- en weiland, zeer gunstig staande en gelegen in den Prins-Hendrikpolder te Texel, te veilen in 9 perceelen, eerst afzonderlijk en .daarna in diverse combinatiën en in massa. Inmiddels uit de hand te koop. Inlichtingen en kaartjes te bekomen bij voornoemde Notarissen. Het Dagelijksch Bestuur van het Water schap „de 30 Gemeenschappelijke Polders op Texel" brengt ter kennis van de stem gerechtigde ingelanden, dat op van voormiddags 10 uur tot namiddags 3 uur in café „Den Burg" aan den Burg zal worden overgegaan tot de voor het bestuur van het Waterschap, waartoe alsdan aan de kiezers hunne stem briefjes zullen worden uitgereikt. Deze stemming behoort te geschieden ter voorziening in de vacature ontstaan door de periodieke aftreding volgens den rooster van hoofdingelanden, de heeren terwijl tevens moet voorzien worden in de vacature ontstaan door het overlijden van den heer Texel, 15 October 1923. Het College van Dagel. best. vnd., J. S. DIJT, Voorzitter. Jac. KIKKERT Nz., Secretaris. EEN ZONDERLINGE HISTORIE, door A. MüTZELBURG. 30) Nadruk verboden. „Verder niets?" vroeg de kapitein. „Neen, verder nietsof ja, toch, morgenavond is er weer een bijeenkomst, maar of het een kleine of groote zal zijn en waar, dat is nog niet vastgesteld." „Vroeg Carsten je niet, wanneer ik uit ging, of ik 's avonds laat thuis kwam, en of ik wapens bij me droeg vroeg de ka pitein. „Lieve hemel, ja, dat vroeg hijriep Vliet doodelijk verbaasd. „Hoe weetu dat?" „Nu, zoo verstandig als die menschen ben ik vermoedelijk ook wel en misschien nog een beetje slimmer," zeide Festenrath rustig. „Sluit je dus maar bij mij aan, daar zul je goed aan doen. Wel, wat heb je hem geantwoord „Ik heb hem verteld, wat ik wistof u wapens droeg kon ik niet zeggen." Festenrath moest in zichzelf glimlachen en nuttigde zwijgend zijn laatste ei, „Luister nu eenszei hij toen. „Met dien kapitein vergissen de heeren zich, Wapenen heb ik weliswaar gedragen, dat zal een ieder merken, die het me lastig maakt. En bij de eenzame kapel was ik ook niet zelf; dat zal wel iemand anders geweest zijn, dien'ik ken of misschien niet ken. Van den diefstal wist ik wel af maar uit de tweede hand, en van mij heeft Bo- kelmann niets vernomen. Heeft Carsten je niet gevraagd, of jij mij niet een pil wilde geven, die de chirurg zou draaien „Duivelsneen, daarover is in het geheel niet gesproken 1" riep Vliet bijna ver schrikt uit. „Werkelijk niet? Nu, dan zal het nog wel komen,,, zeide de kapitein. Als ze je dat vragen, zeg dan maar ge rust ja en geef mij dan later de pil of het flescbje maar. Ik heb je immers vannacht al gezegd, dat de heeren mij niet erg ge O J O CO Jg n G Tevens eet TJ een heerlijke boterham, besmeerd met deze prima Melange. Aanbevelend, Q 7\ CO V..;- i|| "'V- c.' 'h - negen zijn. Zij bespeuren in mij een nieu wen leider, maar met dit onderscheid, dat ik niet met hen, maar met anderen zal deelen, bij wie j\j ook zult behooren, als je je voordeel weet te begrijpen. Bezorg mij in de eerste plaats maar een valschen baard en andere kleeding, die mij ongeveer past. Wat versta je onder een groote of een kleine bijeenkomst „De groote vergaderingen hadden tot nu toe bij de eenzame kapel plaats, maar zij zullen nu ergens anders worden gehouden," antwoordde Vliet. „Op zulke bijeenkomsten kan iedereen komen. De kleine vergade ringen worden op verschillende plaatsen gehouden, en daarop worden alleen maar bepaalde personen uitgenoodigd, met wie men iets wil bespreken. Opeen kleine bij eenkomst kunt u niet goed tegenwoordig zijn. Daar kent men elkander precies iedereen moet zijn naam noemen ik zou het niet graag durven wagen om u daar heen mee te nemen. Maar ik geloof, dat het een groote vergadering zal zijn. Maar zij zal niet bij de eenzame kapel worden belegd, dat schijnt te gevaarlijk te zijn. Het is den laatsten keer verraden en dat zou weer kunnen gebeuren." „Wie heeft dat dan verraden vroeg de kapitein. „Is dat bekend „Men weet niet precies wie, alleen maar dat de een of ander aan Bokelmann. heeft verteld, dat er enkele mannen uit Hertogen- rade in de richting van de eenzame kapel waren gereden/ antwoordde Vliet. „De kapel was uitgekozen, omdat men gelooft, dat het daar spookt. Voor de bewoners uit deze streek is men daar veilig. Nie mand durft daar 's nachts te komen. Maar sinds de dragonders hier zijn. is die veilig heid heel wat verminderd. Als het een groote vergadering was, dan zou ik u ge rust mee willen nemen. Daar vraagt men niet zoo precies naar ieder afzonderlijk. Maar duivels, ik heb immers gezworen, dat ik niemand mag binnensmokkelen, die geen lid der bende is Het is mij feitelijk zonder ling te moede, mijnheer Meisner „Zoo En hebben die anderen niet ge zworen alles eerlijk met je te deelen, en houden zij hun woord „Dat is waar!" zei Vliet, weer moed vat tend. „Het zijn schurken, zij moeten be drogen worden, Maar hoe weet u dat toch allemaal, als u nog niet bent opgenomen Festenrath wachtte zich wel om den waard te zeggen, dat men zich dat [nogal gemakkelijk kon voorstellen ,want alle soort gelijke henden rooven en plunderen onder het wachtwoordalles zullen we eerlijk deelen. „Ik heb misschien ergens anders wel 1 iemand ontmoet, die daar meer van wist," antwoordde hij. „Dus je denkt, dat je me naar een kleine bijeenkomst niet mee kunt nemen Zou dat dan in 't geheel niet mo gelijk zijn, als ik me eens heel goed ver momde en mijn rol naar behooren speelde „Neen, neen!"'riep Vliet, zijn hand af werend omhoogheffend. Daarmee laat ik me niet in het zou mijn dood beteeke- nenBij een groote vergadering is het heel wat anders. Daar kan wel al menigeen geweest zijn, die er heelemaal niet thuis hoorde. Maar op zoo'n kleine bijeenkomst zou je direct herkend worden en als later het een of ander niet in den haak was je kunt toch nooit weten, omdat men je zoo weinig kent! dan zou alle schtild op mij neerkomen." „Je bent me een held 1" zeide Festenrath. „Ik zou denken, dat ik er heel wat meer bij te riskeeren heb. Maar laten we dat verder in het midden laten. En naar ik hoop zal er moigen misschien wel een groote bijeenkomst zijn. Vergeet echter den baard en mijn vermomming niet. Je rijdt zeker gewoonlijk naar die bijeenkom sten „Natuurlijk, wie een paard heeft gebruikt het," antwoordde Vliet. „Maar het is de vraag, of wij morgen mogen rijden, want dat zou weer de aandacht kunnen trekken, net ais den vorigén keer. Ik zal u dat alles bijtijds meedeelen." „Goed," antwooidde de kapitein, hem strak aanziende, „het zal niet tot je schade zijn, hoe het ook loopei mag! En ga nu naar beneden Ik ben mc e en wil nog t enige uurtjes .slapen Als je ne wat gewichtigs Hoest, heeschheid en keel pijn geneest of voorkomt U het best met de verzachtend' en oplossend werkende Vraagt alléén „Wybert en let vooral op fabrieksmerk Gaba. Bij alle Apothekers en Drogisten a 45 en 80 Cts. WEDER ONTVANGEN de bekende keurige hebt te vertellen, wek me dan Vliet reikte hem de hand en de kapitein kon haar moeilijk weigeren. Hij mocht thans een zekere vertrouwelijkheid met den waard niet afwijzen. Het scheen hem toe, dat Vliet het werkelyk eerlijk met hem meende. Maar als hij zich eens vergiste I Als Vliet hem eens aan zijn tegenstanders in handen speelde Het kon ongeveer zeven uur zijn, toen Festenrath vanuit het venster een goed ge- kleeden knaap bemerkte, die vanuit de stad recht op Vliet's huis afkwam en hem met een oplettendheid aankeek, die iets zeer on gewoons had. De jopgen bleef voor de huis - deur staan en begon daar, nadat hij nog maals naar het venster van Festenrath's kamer had omhoog gekeken, met den een of ander te praten, dien de kapitein niet kon zien, maar dien hij aan de stem als den waard herkende. Hij hoorde, hoe de knaap vroeg, of hier niet een zekere mijn heer Meisner woonde en toen Vliet ontwij kend antwoordde, zeker om te weten komen, wat de jongen hier voor boodschap had of van wien hij kwam, scheen de bood schapper verlegen te worden en vroeg, of de heer Meisner niet de persoon was, die uit het raam keek. „Ja, ja, dat ben ik, kom maar boven 1" riep Festenrath vanuit het venster. „Och, bent u toch boven riep Vliet thans schijnbaar verwonderd uit. „Ik dacht, dat u was uitgegaan." „Die schavuitIk mag hem werkelijk niet vertrouwen!" mompelde Festenrath in zichzelf. Intusschen stelde hij zich gerust met de gedachte, dat tenslotte nieuwsgie righeid bij zulk een man te verontschuldi gen was en dat Vliet immers zelf een zeker persoonlijk belang er bij had, om te weten te komen, met wien zijn zonderlinge gast in verbinding stopd. De knaap stond inmiddels al op de gang en Festenrath ging hem tegemoet. „Zoek je mij en door wien word je ge zonden, mijn zoon vroeg hij. (Wordt vervolgd; Lm CS L- Richter's Praecision Passerdoosen, Tahlntiwi

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1923 | | pagina 4