Onze collectie
Conferenties uitsluitend voor niet-katholieken,
een prackt-collectie
Foto-albums,
Wyfoerf
Tan der Graaf Co.'s
bureaux voor den handel
Nieuwe voorraden
DE ONDERGANE DER BOKRUITERS.
onontbeerlijk voor vaklieden, leerlingen
middelbaar onderwijs, enz.
voorhanden bij Pinna Lange veld de Rooij.
Notaris Mulder
een perceel land,
Notaris Mulder
1. publiek verkoopen
publiek verhuren:
winkelboeken, zakboeken,
Kantoorboeken, Kasboeken
en notitieboeken is opnienw
aangevuld.
Tabellarische kasboeken
FEUILLETON.
R. K. Kerk DEN BURG.
Woensdagavond te half acht precies, 21 Nov.
WIJ ONTVINGEN
in de nieuwste uitvoeringen.
5
AMSTERDAM (hoofdkantoor)
ROTTERDAM BRUSSEL.
Incasso's van achterstallige
en betwiste vorderingen.
Handelsinformatiën.
Boekhandel Langeveld de Rooij
Zakpotlooden
Portretlijstjes
Portefeuilles,
te Texel,
zal op Donderdag 22 November 1923, na
afloop der veiling (toeslag) van de hofstede
„Katwijk" in het café „den Burg" te den
Burg op Texel
publiek verkoopen
I. voor Mej. de Wed. P. Kaan te Helder
genaamd „Schetterkoog" gelegen in Hoorn
der Nieuwland te Texel, kad. sectie F. nos.
582 en 1540 groot te zamen 2,51,40 heet.
te Texel,
zal op Zaterdag 24 November 1923, des
avonds half 8, in het „Wapen van Amster
dam" te Oosterend op Texel,
a. ten verzoeke van de H.H. D. Bakker Dz.
H. Bakker Dz. en J. Bakker Jbz.
Een Huis verdeeld in 2 woningen, be
woond door Mej. de Wed. W. Bakker Dz.
te Oosterend en Erf, kad. sectie B, no.
1584, groot 4,35 are.
Te bezichtigen daags voor den verkoop
van 1—4 uur namiddags, en
b. ten verzoeke van den heerH. Bakker Dz.
genoemd,
Een Schuur voor den landbouw en erf,
achter voormeld huis, kad. sectie B, no.
1585 groot 3 aren 15 centiaren,
en 2 na afloop daarvan voor 2 jaren
voor den heer H. Bakker Dz. genoemd
Een perceel land genaamd „de Boorden"
gelegen bij Oosterend te Texel.
Inlichtingen ook bij den heer Jb. Bakker Jbz.
Warmoesstraat den Burg.
Grootste sorteering. Laagste prijzen
in diverse uitvoering.
EEN ZONDERLINGE HISTORIE,
door
A. MüTZELBURG.
36) Nadruk verboden.
„Eigenlijk heb je geen ongeljjk," zeide
Vliet, wien er vandaag alles aan gelegen
scheen te zijn, om zijn gast een blindelings
vertrouwen in te boezemen. „Ik zal de
heele boel hierheen halen en wij verkleeden
ons vanavond hier in déze kamer?"
„Waar is nu de vergadering vroeg Fes-
tenrath. „'Ver van hier?"
„Neen I We vergaderen ditmaal in het
Elzenboschje," zeide Vliet. „Inhetmidden
van dit Elzenboschje ligt een beschutte,
prachtige open plek met een vasten bodem.
Het is niet gemakkelijk voor vreemdelingen
om daar te komen. Maar ik zal u er veilig
heenbrengen. We kunnen daar nauwelijks
verrast worden en gebeurt dat toch, dan
kennen wij alle paadjes om te ontvluchten."
„Aan welken kant van de stad ligt dat
boschje?" vroeg Festenrath.
„Daar ginds!" antwoordde Vliet en wees
met zijn hand naar het Zuid Oosten,
„Goed, maar ga nu en haal de kleeren,"
riep de kapitein uit.
„Dus daar is het nietmompelde hij in
zichzelf, toen de waard zijn kamer had ver
laten. „Kon ik nu nog maar te weten
komen, waar die schurken nu wel bij el
kander komen, dan was ik van het welge
slagen van mijn plan viijwel overtuigd. Ik
mag vandaag mijn oogen en ooren wel dub
bel de kost geven en mij niets laten ont
gaan."
Vliet kwam al gauw met de kleeding
stukken aandragen, die de kapitein aan een
nauwkeurig onderzoek onderwierp Aan
gezien de aanwezigheid van den waard
daarbij heel overbodig was ging Vliet naar
beneden om zijn bezoekers te bedienen. Het
was den kapitein niet ontgaan dat Vliet
wiens houding in den beginne, slechts ge
veinsd rustig was, zich tenslotte geheel
zeker van zijn zaak scheen te gevoelen
door Paters Dominicanen vari bet klooster te Zwolle.
Onderwerp Rome en den Bijbel,
door Pater M. Gijlswijk.
Duur der conferentie één uur.
TOEGANG VRIJ. Onvolwassenen alleen onder verantwoordelijk geleide.
Klaarblijkelijk had hij de verdenking, dat
Festenrath wel eens zijn gesprek met Til
den vorigen avond kon hebben afgeluisterd,
geheel laten varen.
De kleeding, die Vliet voor Festenrath
had bestemd, bestond uit een echte boeren-
uitrusting.
Festenrath onderzocht alles zeer nauw
keurig hij ontdekte tevens, dat uit de voor
hem bestemde kleedingstukken alle groote
zakken waren verwijderd, vermoedelijk een
voorzorgmaatregel, teneinde hem te belet
ten wapens bij zich te verbergen of ten
minste gemakkelyk bij de hand te hebben.
Nadat de kapitein zich omtrent al deze
bijzonderheden zekerheid had verschaft,
hing hij de kleeren in de kast en begon
thans het huis aan een ander onderzoek
te onderwerpen, waarbij weliswaar slechts
op zyn scherp gehoor was aangewezen. Hij
opende de deur van zijn kamer op een kier
om te hooren, wat of e^beneden gebeurde.
Toen kwam hij op het idee, eens naar zijn
paard te kijken. Hij borg zijn pistolen in
de la van de tafel en sloot deze, behield
een klein zakpistool, dat de oude overste
hem had geleend en begaf zich naar den
stal.
Het paard stond in een van den grooten,
algemeenen stal afgezonderde ruimte, te
zamen met het paard van Vliet. Het dier
ontving zijn meester met een vroolijk ge
hinnik en het drukte zijn blijdschap, toen
hii 'het op den hals klopte en streelde, door
stampen met de pooten en schudden met
den kop uit. Festenrath bekeek ook het
paard van den groeten waard met groote
opmerkzaamheid. Eindelijk bemerkte hij,
dat de knecht over de lage schutting heen
keek, welke de kleine ruimte van het ove
rige gedeelte van den stal scheidde.
„Nu, mijnheer!" zei de knecht. „U bent
vannacht maar in het geheel niet thuisge
komen. Wij hadden de deur nog tot over
twaalven losgelaten."
Festenrath nam den knecht wat nauw
keuriger op. Het was een flink gebouwde
kerel van ongeveer acht 'en twintig jaar
met een breed en leelyk, maar eerlijk ge
zicht eenigszins gesloten en knorrig welis-
Hocst, heeschheid en keel
pijn geneest of voorkomt 11
het best met de yerzachtend
en oplossencf werkende
Vraagt alléén „Wybert" en
let vooral op fabrieksmerk
Gaba. Bij alle Apothekers en
Drogisten a 45 en 80 Cts.
waar, maar toch niet in die mate zooals
het bij landlieden die in dienstbetrekking
zijn, gewoonlijk het geval is. Festenrath
meende ook te bemerken, dat er in de
oogen van den knecht een sluwe uitdruk
king lag en dat deze hem met een eigen-
aardigen blik aankeek, die niet zoo gemak
kelijk te ontraadselen was, maar die den
kapitein overigens al eerder bij hem was
opgevallen.
„Het is een best paard, die bruine van
u," hernam de knecht weer „Maar hij moet
nu weer eens gauw beredeD worden, anders
wordt, hij lui. Die heeft zeker wel heel wat
veldslagen meegemaakt?"
„Dat is wel mogelijk! Ik kocht het dier
van een officier," antwoordde de kapitein.
„Misschien van ritmeester van Aldens-
hoven? De bruine komt mij zoo bekend
voor," zei de knecht.
„Nou ja, dat kan wel zoo zijn," antwoordde
Festenrath, zijn verrassing goed verbergend.
„Mogelijk, dat hij van den ritmeester .af
komstig is. Ik kocht hem pas uit de tweede
hand. Overigens ben ik je dankbaar, dat
je zoo goed voor mijn paard gezorgd heb.
Hij ziet er zoo glad uit als een aal."
„Dat is niet meer dan ménschenplicht,"
zei de knecht, „en een oude cavaleristjaoudt
veel van paarden."
„Dus was je vroeger bij de cavalerie
vroeg Festenrath. „Bij het escadron van
Aldenshoven Dat waren nog eens huzaren,
als ik mij niet vergis."
„Dat zou ik meenen antwoordde de
knecht en vertrok zijn breeden mond tot
een lach, die nu niet bepaald onaangenaam
was. „En u lijkt zoo sprekend op den
kapitein, die ons bij Gieszen de Fransche
kanonneD voor de neus wegnam, als twee
droppels water."
„Dat kan wel zijn," viel Festenrath hem
in de rede, terwijl hij zijn schouders op
haalde. „Ben jy hier met je dienst tevre
den?" Menigeen bevalt de vrede niet na
die lange campagne."
„Nou, wat dat aangaat," zeide de knecht,
„ik had van dat eeuwi ;e heen en weer
trekken, vooral in den iaatsten tijd, ook
hartelijk genoeg. Hier zou ik het niet lang
in groote verscheidenheid,
in verschillende soorten en prijzen.
zakcouverts, inktstellen, inktpotten,
postzegeldoosjes, vloeidrukkers,
sous-mains, briefopeners, briefwe
gers, vulpenhouders, datumstem
pels, presse-papiers, enz., enz.
uithouden, want het is hier een echte jan
boel, zooals het waarschijnlijk nergens an
ders bestaat. Maar ik ga zoo gauw mogelijk
naar huis terug. Mijn vader heeft een
kleine boerderij, daar ginds in de buurt van
Wezel en mijn oudste broeder gaat binnen
kort trouwen en gaat dan naar een andere
boerderij. Dan keer ik weer terug en neem
de leiding thuis op me, want mijn vader
wordt oud. Maar ergens is het hiei toch
goed voor. Je kunt hier leeren, hoe het
niet moet wezen. Dat de ,boel hier" nog
niet heelemaal spaak loopt, verwondert mij
buitengewoon. Enfin, er gebeurt hier tegen
woordig heel veel, wat niet door den beu
gel kan en binnenkort zullen er wel rare
dingen te wachten staan. De dragonders
zijn niet voor niemendal hier."
Hoewel de laatste opmerkingen er schijn
baar losweg tusschengeworpen waren,
scheen er toch wel een bedoeling achter
te schuilen. Festenrath zou er heel wat
voor gegeven hebben, als hij geweten had,
of hij dezen man kon vertrouwen, tot wien
hij zich reeds daarom ten deele voelde aan
getrokken, omdat het een oud soldaat was.
Zelden zal een krijgsman den aandrang,
vertrouwen te schenken, kunnen weerstaan,
wanneer hij iemand ontmoet, die met hem
op denzelfden dag, aan denzelfden kantin
het vuur heeft gestaan.
„Je meent zeker die dwaze grappen met
de bokruiters," zeide hij, terwijl hij den
knecht strak aankeek.
„Mooie grappen!" antwoordde deze. „Me
nigeen is met die grappenmakerij have en
goed kwijtgeraakt of zelfs om het leven
gekomen. Er moeten verduiveld sluwe en
vermetele kerels onder zitten, Ik vermoed
ook, dat er oude kameraden van mij bij
^ijn, die na den oorlog niet meer wilden
werken, maar hun brood gemakkelijker
wilden verdienen. Menigeen van hen heeft
zich tegenover mij al eens een woordje
laten ontvallen maar ik weet, dat zij
binnenkort toch wel voor het .laatst hun
^„beroep" zullen uitgeoefend hebben en bo
vendien ie het niet mijn zaïk..."
(Wordt vervolgd)
Richter's Praecision
Passerdoozen
TjhlmHwi