Motorschip Sana W. J. BOONEVANK f 1,20. 2f V» tó» 3L,ang®yeM EoolJ- JT 1 1 W9M mmt vaart Maandag a.s. nam. 1 nar naar Formerend Fonderdag 's morgens 8 nar naar Leiden. FEUILLETON OSES GEWETES. Dit geëmailleerde naambordje, in nette uitvoering, met elke gewensehte naam erop, kost U bij ons slechts Zwarte of blauwe letter op wit bordje, of witte letter op blauw bordje. Wij leveren U alle soorten geëmailleerde naamplaten en reldameborden in elke gewensehte grootte tegen billijke prijzen. ■f .ft tPN Ware grootte 1 HOOGWATER ter reede van Texel, vóórmiddags; (nam. ongeveer 7» uur later.) Datum 3 4 5 6 7 8 9 Juni Hoogwater 2,34 3,42 4,58 6,09 7,08 8 03 8,49 Treinenloop Helder van Helder naar Amsterdam. Vertrek Helder. Aankomst Amsterdam 6,27 8,53 - 7,29 sneltrein 9,01 10,07 Zon- en feestd. niet 12.18 12,47 Zaterdags niet 2,52 1.13 alleen Zaterdags 2.52 3,55 Zaterd. Zond. en feestd. niet 5,51 4.19 Zon-en feestd. niet 6,32 7.20 9,28 Donderdag naar Schapen een markttrein, ver trek 7.42. Zateid. n. Alkmaar vertrek 12,30. —Amsterdam v.v. Van Amsterdam naar Helder. Vertrek Amsterdam. Aankomst Helder 5,21 Zon- en feestd. niet 8,24 8,03 sneltr.Zon-en feestd niet 9,33 9 17 11 21 12,05 Zon-en feestd. niet 2,39 3,11 alleen Zon-en feestd. 6,09 3,40 6.09 5,52 Zon- en feestd. niet. 8,02 9.07 10 59 Zon-en feestd. aankomst 11,24 11.31 alleen Zon-en feestd. 1,04 1 Juli treden enkele wijzigingen in. Stoombootdlenst Texel - Helder v.v. ingaande 15 Maart 1926. Op Werkdagen van Texel 6,— 8,— 11.15 2,40 5,30 uur van Helder 7,9,50 12,15 4,15 6,40 uur Op Zon- en Feestdagen van Texel 6,11,5,30 uur van Helder 9,— 12,— 6,4C uur Auto-diensten. Burg—Haven Oudeschild v.v. Van Burg 20 minuten vóór het vertrek v. d. boot Van Havenna aankomst van de boot. Cocksdorp—Burg v.v. Van Cocksdorp v.m. half 10, en n.m. 3,50 Van Burn v.m. 10,50 en n.m. 5,30 uur Zondags van den Burg 10.30 v.m. van de Cocksdorp 11.30 v.m. Het Post- en telegraafkantoor den Burg is geopend: Zon- en feestdagen vm. 8—9; nam. 12. Werkdagen Telegraaf en telefoon: vm. 8 tot nam. 8 Postdienstvm. 8 tot nam. 7,30 Postwissels, kwitanties t Rijksverzekeringsbank j vm. 8,30 tot nm. 3 Postcheque en giro I Rijkspostspaarbank: vm. 9 tot nam. 7,30 Zaterdagavond na 6 uur v. postdienst gesloten Licht op Rijwielen 9,40 uur, rijtuigen 10,10 uur. H. KEESOM. DE EENIGE MANIER. Kantoorbediende: „Wel, Klaas, hoe kom je vanmorgen een uur te laat Klaas"Oh, meneer, dat zal ik u zeggen. De weg was zoo modderig, dat ik, wan neer ik een stap vooruit ging, er weer twee achteruit gleed." Kantoorbediende„Maar hoe ben je dan hier gekomen?" Klaas: „De eenige manier was om me om te draaien en de richting naar huisin te gaan." roman van 73 REINHOLD ORTMANN. „U bent dus van meening, dat Düring- hoffen het halen zal? Ah, dat dat is inderdaad zeer zeer verblijdend nieuws.' „Anders niets? Hoor eens, beste vriend, de overgroote bescheidenheid geeft uw deelneming een eenigszins zwakke uitdruk king. Als htf er bovenop komt, verdient ge reeds terwille van dit eene geval een monument van marmer." Artois hoorde nauwelijks nog wat de kleine doctor sprak. Voor zijn oogen ver toonde zich een waas, zoodat menscben en huizen als in eeD chaos schenen ineen te vloeien en in zijn ooren bruiste het, alsof de golven van den oceaan kwamen aan- ruischen, om in het volgende oogenblik met donderend geweld over hem been te slaan. Zij stonden juist bij een straatkruising en door een waanzinnige vrees bevangen voor de scherpe oogen van den kleinen doctor zijn geheim niet langer te kunnen verbergen, stamelde de privaat-docent een paar onverstaanbare woorden, die als een verontschuldiging klonken en rende daarop weg, alsof een troep achtervolgers hem op de hielen zaten. „Zjjn succes begint hem al naar het hoofd te stijgen," zeide doctor Gierberg tamelijk luid bij zichzelf, terwijl hij hem verwonderd nakeek. „Waarachtig, ik geloof nog altijd, dat zjjn ontdekking beter is dan hijzelf." Siegmund Artois ging niet naar de fa briek; want hij zou niet in staat zijn geweest, thans iemand onbevreesd in de oogen te zien. Urenlang dwaalde hij in de eenzaamste lanen van het uitgestrekte stadspark rond, totdat hij volkomen lichame lijk uitgeput was; toen sleepte hij zich met zware, vermoeide schreden naar huis terug Zijn eerste waanzinnige opwinding was thans in zooverre geweken dat hij in siaai A - --«K - was zijn toestand eenigszins duidelijker te overzien. Tegelijk met zijn gezond verstand, kreeg hij ook zijn vastberadenheid terug, om den strijd voor zijn bestaan en voor zijn geluk tot het bittere einde met onge broken moed te voeren. „Het toeval is mij tot nu toe steeds trouw gebleven," herhaalde hij telkens op nieuw by zichzelf, „en het zal mij ook thans niet in den steek laten. Düringhoffen zal niet leven, want hij mag niet meer leven. Er is thans nog slechts voor een van ons beiden plaats op deze wereld en ik heb geen lust voor dien ander vrijwillig het veld te ruimen. Ik wil mij niet tot een willoozen speelbal van het grillige noodlot laten maken, maar omgekeerd wil ik het beneerschen en het in mijn voordeel dwin gen." Het eerste dat Artois na zijn thuiskomst deed, was een daad die de voorzichtigheid hem reeJs lang had moeten gebieden en voor het volvoeren waarvan slechts een zekere onverklaarbare lafheid hem tot op dit oogenblik had terug doen deinzen. Hij haalde Valentin Düringboffens manuscript uit de diepte van ziju scbrijftafella te voor schijn, waarin hij het had opgeborgen en nadat hij het nogmaals regel voor regel met het door hem vervaardigde afschrift had vergeleken, maakte hy zich gereed het in de kachel een prooi der vlammen te doen worden. Maar men had niet meer gestookt en onderin bevonden zich jslechts de koude overblijfselen van hot vuur in den vorm van oen hoopje slakken en wat doode asch. Artois moest van een lucifer gebruik maken om het manuscript aan te stekeD. Het papier scheen van een bijzondere hoe danigheid te zijn, want het brandde heel moeilijk. Eindelijk echter kronkelde toch een gretig lekkend vlammetje langs den rand van het eerste blad omhoog en Artois kon het cahier in de kachel werpen om het daar tot volledige verbranding te laten overgaaD. Hij boog zich voorover, teneinde op cjit verbiandingsproces een waakzaam oogje te houden, doch daar drong plotseling de klank van een stem tot zijn ooren door die hem veel te goed bekend was, om niet door een plotseliDgen schrik te worden aangegrepen en voor een oogenblik al het andere te vergeten. Buiten bezinning snelde hy naar de deur, schoof den grendel terug waarmee hij haar gesloten had .en stond op den drempel. Wat hij gehoord meende te hebben, was geen dwaling van zijn opgewonden geest geweest. Op nauwelijks twee pas afstand stond Edith Wallroth voor hem, doodsbleek en met diep in hun kassen liggende, vlam mende oogen. „Ik moet hem spreken!" had zij juist het ontstelde en radelooze dienstmeisje toegesnauwd om daarna, nu zy hem in het oog kreeg, zonder verder op de aan wezigheid van het meisje acht te slaan, onstuimig op hem toe te snellen. „Daar ik je noch op de fabriek, noch op een andere plaats kon vinden, moest ik wel hierheen komen," hijgde zij met op gewonden en heesch klinkende stem. „Laten we in je kamer gaan, want ik moet met je praten." A.rtois had er een oogenblik aan gedacht haar den toegang te weigeren; maar hij voelde zich tegenover haar gebiedend op treden en haar somber dreigende blikken zoo onmachtig, dat hij haar willoos langs zich de kamer liet binnengaan. Met gebogen hoofd volgde hij haar. Sprakeloos stonden zij binnen tegenover elkander. Edith, verwachtte dat Artois het eerst het stilzwijgen zou verbreken en hij verzamelde al zijn moed om meteen ver wijt haar beschuldiging te voorkomen, waarop hij voorbereid was. „Ben je niet wijs, dat je het waagt mij in 'mijn' woning te bezoeken?" vroeg hij. „Als het Ingeborg eens geweest was, die jou tegemoet gekomen was inplaats van ik, wat ter wereld zou je haai dan hebbeD moeten zeggen De lippen van de jonge vrouw vertrokken zich tot een hoonenden grijns.. „Alsof het daar nu uog op aankwam thans, waar „Roald Amundsen". Een zeldzame foto van de populaire Noorsche ontdekkingsreiziger, die zich thans weer nieuwe roem verworven heeft door over de Noordpool naar Alaska (N.Amerika) te vliegen. Amundsen werd in 1873 geboren te Oslo en ondernam in 1903 ontdekkingsreizen naar Spits bergen en Groenland. In 1907 voer hij „om de Noord", waarmee hij de geografische en meteo rologische wetenschap een belangrijke stap vooruit heeft gebracht. wij op het punt staan aan de geheele comedie een einde te maken! Of zij het een dag vroeger of later te weten komt, wat heeft dat nu nog te beteekenen?" „Je had mijn antwoord op je brief moe ten afwachten, Edith; eenige uren geleden pas heb ik je uitvoerig geschreven." „Ik heb je brief ontvangen eD juist daar om ben ik hier. Dacht je werkelijk, datje mij met ydel gezwets en gezochte uitvluch ten om den tuin zou kunnen leiden, Sieg mund?' „Maar ik zweer je, Edith, dat van gezochte uitvluchten daarbij absoluut geen sprake is. Een gemeenschappelijke vlucht, zooals jij dat van mij verlangt, is onmogelijk thans tenminste onmogelijk. Ik zal mijn belofte vervullen, zoodra ik daartoe de macht heb, op dit oogenblik echter „Zoodra je de macht daartoe hebt, dat wil zeggen: nooit! Span je niet in om mij tot andere gedachten- te brengen, want ik doorzie je volkomen. Maar ik laat je niet los, ik kan je niet meer loslaten en ik wil het ook niet. Ik verlang, dat je je wooid houdt, onverschillig of je het blijmoedig of onvrijwillig doet! Over twee of drie dagen reeds kan Wallroth terugkecren en daarom moeten wij morgen vertrekken." „Ik herhaal nogmaals, Edith, het is onmogelijk! Heefc die wanhopige gedachte je dan geheel en al je bezinning doen verliezen, dat je niet meer in staat bent den toestand te begrijpen?Dit onverwachte succes met mijn geneesmiddel heeft de verhoudingen absoluut gewijzigd en geheel afgezien van honderd andere bezwaren, zou ik reeds met het oog op de daaruit ontstane verplichtingen gedwoDgeu zijn, vooriooplg hier te blijven. De bereiding van het middel kan slechts door mij geschieden, want zoolang mij op de wijze vau vervaardiging geen patent is verstrekt, moet het vanzelf sprekend mijn geheim blijven. Ik heb met den directeur v,m de chemische fabriek bepaalde contracten afgesloten', waaraan ik moreel en rechtens gebonden ben en Wordt vervoiga

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1926 | | pagina 4