Texelaars lezen mm Kloosterbalsem iff No 4160 Zaterdag 24 September 1927 41sle Jaargang in den rug EÏÏRSTÏÏ BLAD, Voor de Zondag. Voor hoofd en hart. PTaar Palestina. #11, Texelsche Berichten voor ONS werk ABONNEMENTEN: UITGAVE: N.V.v/h LANGEVELD&DE ROOIJ DEN BURG OP TEXEL ADVERTENTIËN: TELEFOON: N°.11 POSTGIRO: N°.652 POSTBUS: N°. 11 als regel de „Texelsche Cou rant', welke ook zij hun kleur, stand of religie. Daarom heeft deze courant voor Texel als uw aivertentie-blad verreweg de grootste waarde De Administratie. Ineens is het er AKKER's ,,Geca Goud zoo goed" Dit Sluitzege! onbeschadigd COURANT DEN BURG: 50 ct. per drie Maanden. Franco p. post door geheel Nederland 75 ct p. 3 maandon. Losse nummers: 3 ct DE TEXELSCHE COURANT VERSCHIJNT WOENSDAG. EN ZATERDAGMORGEN Van 1-5 regels: 50 ct. lodoro regel moor: 10 ct. Dozolfdo advertentie 4 maal geplaatst wordt 3 maal borekond. BIJ abonnomont lagere rogolprljs. ADVERTENTIËN MOETEN DAAGS VOOR 'T VERSCHIJNEN 4 UUR NAM. IN ONS BEZIT ZIJN Oogen, Mond en Handen. Wat Yoritomo-Tashi ons leerde. De eigenlijke vernietiger van de Japansche Mikado's en de stichter van het Shogunaat, de bekende Yoritomo-Tashi, wees reeds negen eeuwen geleden op een onverbiddelijke voor waarde voor elkeen, die zijn leven tot een succes wil maken. „Heb open oogen voor de gansche wereld, zonder dat gijzelt door gansch de wereld ge zien wordt", leerde hij. Waarmede hij in weinige woorden meer levenswijsheid verkondigde, dan we vaak in omvangrijke boeken vinden. De eerste eisch om in het leven te slagen is: zich rekenschap te geven van wat in uw omgeving en elders gebeurt. Niet slechts moet gij uw oogen open houden om zooveel moge lijk de moeilijkheden te kunnen voorzien, welke invloed hebben op uw leven, maar bovendien moet gij durven uitkijken, naar de onvoorziene kans, waaraan gij wellicht de door u gewenschte levensverbetering kunt te danken hebben. De Fortuin is blind, en vliegt u voorbij" Op het gepaste oogenblik moet gij klaar staan om haar aan te grijpen, zonder hetwelk zij waarschijnlijk niet zoo dom zal zijn zich een tweede keer ter beschikking te stellen van wie haar niet de eerste keer voldoende aandacht schonk. Wan neer dan dit geschikte oogenblik gekomen is zorg dan dat gij de handen gereed hebt om uw kans zonder aarzelen te grijpen en vast,te klemmen. Hoeveel menschen zijn er niet die, terugblikkend op hun levensweg, het oogenblik betreuren waarop zij de moed en de slagvaar digheid misten om op het' voorbij-dravende paard van de mallemolen te springen I Wie meerijden wil, moet durven aangrijpen. Anders heeft hij veel kans dat bij de volgende keer zijn plaaats bezet is door iemand die vlugger en minder bang was. Maar terwijl gij alles moet zien, is het niet noodig dat anderen u voortdurend zien. Het is overbodig de aandacht op uw persoontje gevestigd te houden. Wees bescheiden en daar om weet ook de kunst te verstaan op het geschikte oogenblik de mond dicht te houden enfe zwijgen. In het kippenhok is het de haan, die doorgaans het meeste lawaai maakt. Maar eieren leggen doen alleen de hennen. En beter is het voor u éèr daad te kunnen aan wijzen zonder woordenverspilling, dan tien woorden zonder daad. Wellicht zal men nog beter de waarde dezer methode begrijpen en voelen, wanneer wij er aan herinneren, dat dezelfde Yoritomo-Tashi er de praktische waarde van bewees, door het land van de Lotus te maken tot diezelfde mo gendheid uit het Oosten, die de overwinning wist te behalen op het honderdmaal uitgestrekter Chineesche rijk. Misschien maken de gebeur tenissen in ditzelfde China het minstens actueel hier deze tegenstelling te laten voelen tusschen die organisatorische kracht van Japan, en de ontreddering die thans in China het gevolg is van het tegenovergestelde. MAANDAG 26 SEPTEMBER Schat naar de gevels van de huizen. 't Geluk van die er in woont niet. DINSDAG 27 SEPTEMBER Geen weg van bloemen voert naar de roem. La Fontaine. WOENSDAG 28 SEPTEMBER Pluk (geniet) elke dag, zoo min mogelijk staat makende op de volgende. Horatius. DONDERDAG 29 SEPTEMBER Een ramp is een gelegenheid tot deugd. Seneca. VRIJDAG 30 SEPTEMBER Een gemoed, dat zich zijn deugd bewust is, belacht de leugens der Faam. Ovidius. ZATERDAG 1 OCTOBER Dwalen kan ieder mensch, bij zijn dwaling volharden: alleen de dwaas. ncens, terwijl Ge een stoel verzet, een krant opraapt of een andere oogenschijn- lijk onschuldige beweging maakt, schiet de pijn in Uw rug. Als ge er het minst op voorbereid bent, krijgt Ge het Spit in Uw rug. Hebt Gc Akker's Klooster- ba! cm in huls - en omdat dit middel ln zoovele gevallen te pas komt, zi n velen niet gerust, wan neer niet een pot tn hun kast staat - dan kunt Ge U van stonde aan met dezen weldadigen balsem laten wrijven. Het zal U verbazen hoe snel Uw aanval verdwijnt. Groote pot 60 ct. Zeer groote pot f 1 Oosterend, 23 Sept. 1927. V. In Egypte: Door het Land Gosen. Wij zitten aan het ontbjjt, voor Bolland- sche magen is het wel eenigszins ongewoon de dag met gebakken spek, ham en eieren te beginnen, maar dat is nu eenmaal Engelsch gebruik en alle Egyptische hotels zijn op Engelschen ingericht; de groote vliegmachine-schroeven aan de zoldering zoemen lustig rond, het is nog voor achten maar het belooft warm te worden. Opeens zie ik door het raam een groote witte boot met een rood, wit en blauwe vlag, ik wijs hem aan Mr. Tee. „Ja, dat is de Tjerimaï" als wij geweten hadden, dat hij de heele nacht zou blijven liggen, dan hadden wij die nachtelijke rondrit niet hoeven te maken maar aan boord kunnen blijven tot het vertrek van de trein, maar de officieren, beweerden, dat het schip 's nachts om drie uur zou vertrekken. Wij zijn nu niet be paald verrukt over deze gang van zaken. Een klein kellnertje in een lang wit kleed met een breede roode sjerp (het teeken der dienstbaarheid) om zijn middel wordt uit gestuurd, om een rijtuig te halen, dat ons naar het station moet brengen. Terwijl wij buiten staan te wachten, gaat de vliegenier eens naar het witte schip kjjken, het blijkt een Fransch schip te zijn, de Tjerimaï is op tijd vertrokken, een heele voldoening! Daar komen do muilezeltjes aan, met een oud rijtuigje achter zich, het piccolo'tje staat op de treeplank, wij worden met onze koffers ingeladen en daar gaan wij. Vroolijk kletieren de hoeven van de muilezels op het asfalt, weldra hebben wij alleen nog maar aan de éëne kant de vierkante hui zen, aan de overzijde van de straat staan rijen boomen die in hun vorm iets aan wilgen doen denken, een ruwe stam van ODgeveer twee meter hoog plotseling over gaande in dunne twijgen met groen blad, maar daartusschen (het groote verschil met wilgen) de flambouwen van een weelde van roode bloemen. Het ziet er uit, alsof ÜHNMr i De Theems is buiten haar oevers getreden, waardoor de omstreken over groote oppervlakte overstroomd zijn. Met alle mogelijke hulpmiddelen moet thans de verbinding over de buitenwegen worden onderhouden. er in ruw houten vazen honderden groote roode bouQuetten met een beetje groen erbjj langs de weg gezet zjjn. Daar achter de boomen ligt al het gele woestjjnzand in de zon te blinken, ook de straat zeifis overgoten met een zee van licht, het is pas ongeveer acht uur, maar het wordt reeds heet. Nu zitten we in de trein; sommige din gen zjjn wel anders dan bjj ons b.v. dit de wagens loopen allen in elkaar over, zoodat men door een breede gang van het eene eind van de treiD naar het andere kan zien en zelfs wandelen, wat nu voor hoogere klas reizigers niet bepaald aange naam is, daar ze dan zelfs in de trein voor schoenpoetsers, fruitverkoopers en dergelijken niet veilig zijn. Het is daarentegen wel aardig langs die gang te kijken en de types eens wat op te nemen daar gaat een broodverkooper met de kransvormige brooden om zijn bloote zweetende arm, ginds zit een Arabier op een bagagetoren, die hij in hel gangpad heeft opgestapeld, een tros druiven naar binnen te werken, een vrouw met een kat in een mandje tracht hetangstig miauwende dier tevergeefs tot rust te brengen enz. enz. Tafereeltjes kan men in de trein waar nemen, die men nooit gedroomd zou hebben. Bij een andere treinreis beleefde ik bijv. het navolgendeEens hield onze trein stil bij een station in do Delta, een man kwam gillende binnen, hij stak zijn hoofd uit het raam en zwaaide tegen onzichtbare helpers buiten. De uitwerking was verbluffend een stroom van bagage begon door het portierraampje te vloeien, zakken, pakken, kisten, doozen in de grilligste vormen en van de zonderlingste afmetingen werden naar binnen gestuwd, 'n Engelscbe juffrouw die tot nu toe alleen op een bank gezeten bad, was weldra aan alle kanten ingebouwd maar nog steeds rees de berg van huis raad. Een vriendin klom op een bank en wuifde de onverstoorbare miss een laatst vaarwel toe. Opeens werd een watermeloen tusachen een paar colli fijngeslagen, het sap droop naar alle kanten, begeerige klau wen rekten uit alle hoeken en gaten, gul zige lippen slobberden overal van het weeke vruchtvleesch en in de tijd, die een normaal man noodi'z heeft, om een sigaret aan te steken was de reusachtige watermeloen verdwenen, op eenige harde schillen na, die van nu aan de vloer onveilig maakten. Ik vroeg aan de Engelscbe, die nu geheel verdwenen was, hoe zij het maakte, of zij niet verbaasd was over zoo onbeschaamd veel bagage, waarop ik kalm ten antwoord kreeg; „Als er maar geen geit of schaap bjjkomt zal het wel losloopen." De gelukkige eigenaar kwam, na tot 'n verschrikkelijk hoog getal hardop geteld te hebben, einde lek tot rust, er werden veel handen ge geven, want het halve dorp moet wel naar het station meegegaan zjjn om hem te verhuizen. Toen ging hjj boven op zjjn weinigheid zitten, zoodat hjj met zjjn hoofd tegen het dak van de wagen stootte, en begon daar op een spiritus brander z(jn potje t6 koken, „ik ben dol op reizen," had de Engelscbe Miss zooeven gezegd, misschien wilde deze Turk haar nog wat meer plezier bezorgen. Het duurde geluk kig niet zoo heel lang, of ik zag op een ander station weer een half dorp staan. „Die komen onze vriend afhalen", dacht ik en gelukkig had ik mij niet vergist. Zonder leedwezen zagen wjj hem uitladen. (Wordt vervolgd.) H. J. Ter waarschuwing. Blijkens de Staatscourant is aan de heeren A. J. L. en L. E. beiden alhier, de bevoegd heid tot het besturen van motorrijtuigen ont zegd voor de tijd van een half jaar, ingegaan 7 September. op uw pakket, het is waarborg „Wij Breien de fijnste wollen kousen Zeer netjes voor u aan." Voor grof of nieuwwerk zijn wij speciaal Depóts; Langs den weg K Steigstra te Oo t, te den Burg D. Bruin Koogerweg 816 en Wed. D. Schurnaker.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1927 | | pagina 1