42st8 Jaargang
t
Mi
No 4289
Zaterdag 22 December 1928
¥oor d@ Zondag.
e erlijk aroma
EERSTE BLAD.
Voor hoofd en hart.
PEPERMUNT
KERSTLICHT.
MEY-PRUI
Texelsche Berichten
ABONNEMENTEN:
UITGAVE: N.V.v/h LANGEVELD DE ROOIJ DEN BURG OP TEXEL
ADVERTENTIËN:
TELEFOON: N°.11 POSTGIRO: N°. 652 li POSTBUS: N°. 11
ONZE WENSCHEN.
(Slot.)
Laat ons eens veronderstellen, dat we
gelegenheid hadden aan een kring van
jongelieden, die genegen waren zich
vertrouwelijk te uiten, de vraag te stel
len: ,,Wat zoudt gij in de eerste plaats
voor uzelf van de toekomst verlangen
Welke wensch ligt u het naast aan het
hart Ongelooflijk verschillend zou
het antwoord zijn, dat elk van hen op
die vraag zou geven. Misschien zou er
één zeggen: „Mij lacht het toe om rijk
te worden, gemakkelijk te leven en te
genieten van wat er te genieten valt. Ik
heb behoefte aan weelde en verfijning;
al wat grof is, staat mij tegen en bekrim
ping is mij een gruwel". „Neen", zou
een ander zeggen, „te veel weelde en
gemak zouden mijn geestelijke kracht
verlammen, en haar wensch ik juist op
te voeren tot de hoogste spits; ik zou
wenschen macht te verkrijgen en be
roemd te worden". „Ach", viel mis
schien een derde in, „wat zijn beroemd-'
heid en macht, als men ze werkelijk be
zit Ik verlang de wetenschap of de
kunst te dienen om haars zelfs wil en
het zal mij volkomen onverschillig laten
welke zichtbare vruchten mijn arbeid
zal afwerpen". „Mijn grootste wensch",
zou wellicht een vierde bekennen, „is op
mijn medemenschen een goede indruk
te maken; ik wil ze allen zooveel moge
lijk voor mij winnen en populair wor
den". En een vijfde: „Ik besef het nu
reeds, dat er slechts één middel is om
op de duur zijn weg te vinden door
de doolhof van het leven en dat is:
een helder hoofd en een koel verstand".
„Neen", zou een zesde er aan toevoe
gen, mij is het 't meest om liefde te
doen Ik zou wenschen die te kunnen
geven in dezelfde mate als ik er voor
mijzelf naar verlang
Ziedaar reeds zes ver uit elkaar loo-
pende meeningen; en als deze allemaal
waren uitgesproken, zouden er wellicht
nog anderen getuigen: „Wij hebben
niet zulk een bepaalde voorliefde, maar
vurig wenschen wij ons leven althans
zóó te besteden, dat er iets van uit gaat
en dat ons voetspoor niet geheel dooi
de tijd wordt uitgewischt".
Deze opsomming, onvolledig als zij is
heeft alleen ten doel enkele typen te
teekenen, om ons daarna de vraag te
kunnen stellen: is er één bij, waarin we
ons zelf geheel of gedeeltelijk herken
nen Zullen wij, op oudere leeftijd eens
gekomen, op ons verleden terugziende,
bespeuren, dat wij aan een dezer typen
getrouw zijn gebleven Eén ding is
zeker: hoe meer waarneembaar, hoe
minder onderbroken de draad is, die
loopt door ons leven, des te grooter is
de kans, dat onze wensch in vervulling
is gegaan; want zoowel ten goede als
ten kwade, is er op de duur weinig
bestand tegen doorzettingsvermogen en
een vaste wil, maar het is juist de vast
heid van wil, die in vele gevallen ont
breekt; allerlei afdwalingen, traagheid,
wisselende omstandigheden en niet te ver
geten: de overweldigende omvangrijkheid
der keuze staan daaraan maar al te vaak'
in de weg.
Loonend is om ons van tijd tot tijd
en bovenal aan het eind van een jaar
kring bovengenoemde vraag te stellen.
Ze is gewichtiger nog, dan men vermoedt,
gewichtiger dan het overzien van de ver
anderingen, die in onze uiterlijke omstan
digheden hebben plaatsgehad. Want zij
heeft betrekking op de diepste grond van
ons wezen. Zoo we tot de ontdekking
kwamen, dat onze wenschen van die aard
waren geweest, en nog waren, dat wij
hun vervulling verwachtten, dat de har
de slagen van het lot ons nog niet van
deze dwaling hadden teruggebracht
dan zou reeds die ontdekking op zich
zelf een zegen zijn. Klaarheid omtrent het
verleer, moet elke ingrijpende verandering
voor de toekomst vooraf gaan. Maar zijn
we ons, hoe dan ook, bewust van een
band met het eeuwige, dan kunnen we
rustig in de richting, waarin we ons be
vinden voortschrijden. Hoe weinig be
vredigd wezelf nog mogen zijn, in deze
baan zijn we veilig en het is niet noodig
onze natuur geweld aan te doen. We mo
gen de wenschen in ons binnenste belui
steren en even als we het van de kinde
ren zeiden, gevolg geven aan de neigin
gen, die het meest op de voorgrond
treden Daar ligt voorloopig onze le
venskracht in afwachting van wat we la
ter zullen vermogen.
Volkomen bevrediging zullen we niet
bereiken. Onze wenschen zijn als slinger
paden, waarlangs we, elk afzonderlijk,
worden geleid om die ondervinding op
te doen, die we het meest van noode
hebben. Wanneer zij slechts allen uit
monden op de eenig juiste weg; dan
zullen ze zich van lieverlede louteren
en eenmaal ophouden te bestaan, omdat
ze zich geheel hebben vereenzelvigd met
een hoogere wil.
Zondag 23 December.
ZONDAG.
Gedenk te leven! Ja, gedenk te leven.
Uw leven, zelfs al waart gij de armza
ligste aller stervelingen, is geen ijdele
droom, maar een verheven werkelijkheid.
Thomas C a r 1 y 1 e.
MAANDAG.
Werk zooals de sterren: „Zonderhaast,
maar zonder rust".
DINSDAG.
De schoone zang van deze wereld is
slechts het neuriën van hetzelfde eene
woord. Dat ééne woord is uw naam en
uw naam is Liefde.
Noto Soeroto.
WOENSDAG.
Het hoogste goed is een gemoed, dat
boven het spel van het toeval verheven is
en in plichtsbetrachting zijn vreugde
vindt. Seneca.
DONDERDAG.
Ieder kan en móet een waarachtig
mensch zijn; dat is iets grootsch en de
vader van alk dingen.
Thomas C a r 1 y 1 e.
VRIJDAG.
Eeuwig waar blijft het symbool, het
welk de mensch voorstelt als de berijder
van een wild paard; als een denkende
geest, gedragen door een dier, dat hem'
met de aarde verbindt, doch dat weder-
keerig door hem geleid en bestuurd moet
worden. lm. Kant.
ZATERDAG.
Strijdt steeds door, moedige en trouwe
harten, en weifelt niet, hetzij het lot u
gunstig gezind is of niet.
Hei genot, dat hei gebruik
van
U verschaft, is vooral ge
legen in het heerlijk aro
ma, hetwelk een gevolg is
vandeorigineele bereiding
uit echte pepermuntolie.
Engros bij J. F. v. LIESHOUT Alkmaar
eu Fa. JAC. tVERFAILLE den Kelder,
Wederom staan we aan de vooravond
van liet Kerstfeest. Het is opmerkelijk,
hoezeer de uiterlijke viering daarvan in
de laatste tientallen jaren in ons land is
toegenomen. Immers al spoedig nadat het
overtollige, door Sinterklaas achtergela
ten, uit de uitstallingen is verwijderd,
nemen weer de toebereidselen voor het
Kerstfeest een aanvang. Wederom trach
ten de winkels gedaenten en wenschen
te raden en voedsel te geven aan het
voornemen, dat overal schijnt te beer-
schen, om met hen, die ons lief zijn, een
feestelijke tijd door te brengen. Scholen
worden gesloten en van alle zijden stroo
men de afwezige kinderen naar het ouder
lijk huis; want de vreugde moet samen
worden genoten, de Kerstvreugde, met
haar schat van herinneringen, en de be-
teekenisvolle taal der stilstralende licht
jes tusschen het onvergankelijk denne-
groen. De geur van dennegroen is onaf
scheidelijk aan het Kerstfeest verbonden
en de altijd groene denneboom beleeft
in December zijn glorietijd.
We staan aan de vooravond van Kerst
mis. Bij het beeld, dat zich van die telken-
jare weerkeerende blijde dagen gevormd
heeft in ons gemoed, behoort ook een
sneeuwkleed, dat de aarde dekt, een ijs
korst, die de stroomen gevangen houdt,
rijp, dat de takken der boomen versiert
en waartusschen slechts de hulst zijn roo-
de bessen is blijven dragen. Voorziet de
natuur niet op haar wijze in het décor,
dan zijn er plaatjes en kaarten bij dui
zenden, door herinnering en verbeelding
ontworpen, die op de meest smaakvolle
wijze daaraan tegemoet komen. We zen
den ze elkander toe, we hangen de hulst
op in onze woningen en met de Kerst
klokken, groot en klein, luiden we in het
schoone, eeuwige feest.
We staan aan de vooravond van Kerst
mis, en menschen van begeerte als we
zijn, laten we ook niet na te zorgen, voor
de inwendige mensch. Het beste wordt
te voorschijn gehaald en aangevuld met
het kostelijkste, wat kook- en bakkunst
weten te bereiken.
Zie dan nu een uitwendige schildering
van het Kerstfeest. Werkelijk, we voelen
er veel voor, wat meer is, wij kunnen
gelooven, dat er iets goeds van uit gaat.
Innige banden worden opnieuw aange
knoopt, veeten wellicht bijgelegd; hier
of daar wordt wellicht een afgedwaalde
door het trouwe vriendelijke schijnsel te
ruggeroepen naar de ouderlijke woning.
Aan hen, die heengingen wordt een groet
van herinnering gewijd; het is ons als
namen ze nog de oude plaats in rond
om de boom, het geliefd symbool, aan
welks voet we toen, als nu, door een
welgekozen gave van onze liefde deden
blijken. Kunst en smaak vinden een on
metelijk oefenveld. En, naast de disch,
weike we onszelf bereiden, is er ook
plaats in ons hart voor het gedenken
van hen, die minder bedeeld zijn, om ook
hun een feestmaaltijd of een tegemoet
koming in hun dagelijksche behoeften te
verschaffen.
Maar de uitwendige viering, hoe
warm, hoe vreugdevol, hoe weldadig in
zekere zin, ze gelijkt veel op een opge
tooid schip, waarmee we varen over de
oppervlakte heen der geestelijke diepten,
welke we niet zoeken te peilen.
Spreken we boud, als we zeggen, dat
die drukke, telkens toenemende Kerst-
feestviering op ons wel eens de indruk
maakt van het feest, waarvan we eens
hebben gelezen, waarvoor zooveel toe-
die weten hef nog niet/
maar over den smaak van
Iwist men niet'
bercidselen waren gemaakt, waar de gas
ten zich in de rollen, welke zij ter op
luistering wilden spelen, zóódanig had
den ingedacht, waarop allen zich zóó
intens met eigen vreugde bezig hielden,
dat, toen de leider zich gereed maakte
om het woord te richten tot hem, ter
wiens cere dat alles tot stand was ge
bracht, men tot zijn schrik bemerkte,
dat hij niet aanwezig was.
Evenwel openbaart zich alom meer en
meer een geest van dieper begrijpen van
de innerlijke beteekenis der ware kerst
misviering, liet wereld-vrede-feest van
alle eeuwen. Wanneer we een oogenblik
de oogen kunnen bedekken voor de twee
dracht waardoor dc mcnschheid hier en
daar nog wordt verdeeld, en een wijle de
ooien kunnen sluiten om het wapenge
kletter tocli niet te lioorcn, dat weer aan
oorlog doet denken, dan kan immers aan
een verandering ten goede niet worden
getwijfeld. Slechts schaarsch licht valt
er op het pad naar het ideaal, dat ons
allen voor de oogen zweeft, een harmo
nische samenleving, menschen, samen le
vende in vrede.
Maar dat steeds meerderen dit pad
opgaan leert de ervaring. Laat dit ons
blijde stemmen en vertrouwen doen stel
len in „wat komen zal".
o—
De redactie wenscht haar lezers een
recht gelukkig Kerstfeest van ganscher
harte toe.
X^taywntioaJt,
Afd. Texel Holi. Mij. van Landbouw.
De algemeene vergadering der afd.
Texel van de Holl. Mij. van Landbouw,
op Donderdagmorgen in „dc Lindeboom"
gehouden, werd door 18 personen bij
gewoond.
Ze stond onder leiding van de heer
C.Keijser Hz., die de bijeenkomst met een
welkomstwoord opende en vervolgens de
secretaris, de heer P.Bakker Az., voor
lezing verzocht van de notulen. Deze
werden onder dankzegging goedgekeurd.
Ingekomen was een schrijven van het
Hoofdbestuur, waarin de aandacht van
adverteerders met het oog op verkoopin-
gen en verhuizingen op het Alg. Ncd.
Landbouwblad werd gevestigd. De voorz.
gaf ais zijn meening te kennen, dat Texel
meer profijt van de plaatselijke pers heb
ben zal.
Door het Hoofdbestuur werd aangebo
den een filmavond ten dienste van hen,
die naar Z.-Afrika meenen te moeten emi-
greeren. De heer J.Keijser oordeelde pro
paganda voor dit doel ongewensclit, daar
Z.-Afrika niet aan de verwachtingen van
de landbouwers zou beantwoorden. Ook
de voorz. verklaarde er we nig voor te
gevoeien, daar het klimaat van Z.-Afrika
niet gunstig zou zijn. Aldus werd beslo-
TEXELSCHE COURANT
DEN BURG: 50 ct. per drie Maanden.
Franco p. post door geheel Nederland 75 ct p. 3 maandon.
Losse nummers: 3 ct
DE TEXELSCHE COURANT VERSCHIJNT
WOENSDAG- EN ZATERDAGMORGEN
Van 1-5 regels: 50 ct. ledoro regel moer: 10 ct.
Dezelfde advortentle 4 maal geplaatst wordt 3 maal berekend.
Bij abonnement lagere regelprlja.
ADVERTENTIËN
MOETEN DAAGS VOOR 'T VERSCHIJNEN
4 UUR NAM. IN ONS BEZIT ZIJN
/r/A/G
Ze a om van Ie smu llen,
zoo Ie Kil c*'rt-Y" mo71*^