Mijnhardt's laxesrtafeSetten voorbeelden, doch ze zijn u ook bekend, want u hebt steeds getoond veel belang te stellen in het doen en laten van uw leerlingen, nadat ze uw school hadden verlaten. U verheugde zich er dubbel in, wanneer ze blijk gaven, van uw onder wijs geprofiteerd te hebben. Dit was steeds uw grootste belooning. U hebt getoond liefde te hebben voor het vak, voor het onderwijs en voor uw leerlingen en waar deze liefde een harts tochtelijke was, is het niet te verwonde ren, dat u de laatste jaren met leede oogen de afbraak van de openbare school hebt aangezien. Het doet mij genoegen Inci te kunnen verklaren, dat onder de oud leerlingen, die hun instemming met onze hulde aan u hebben betuigd, zich perso nen van zeer uiteenloopende politieke en godsdienstige richtingen bevinden en dat zij zich allen gelukkig hebben geprezen, openbaar onderwijs van u te hebben ont vangen. Hooggeachte oud-leeraar. Behalve onze erkentelijkheid in woor den te betuigen hebben wij gemeend u ook een stoffelijk blijk van waardeering aan te mogen bieden. Het was ons bekend, dat de serre in uw nieuwe woning een van uw lievelings plekjes is. De keuze van een cadeau was daarom zeer gemakkelijk. We vragen u daarom het serre-ameublement, dat we als herinnering voor u hebben gekozen, wel van ons te willen aanvaarden en ho pen, dat u nog zeer vele jaren van uw welverdiende rust moog't profiteeren en menig uurtje zult doorbrengen in een van de stoelen, die tot dit ameublement behooren. Wij hopen, dat met u ook uw familie nog vele jaren aan uw zijde van uw voor spoed getuige moge zijn en met u vele gezellige uren in de serre moge door brengen. Heel goed weten wij, dat uw oud-leer lingen ook zonder dat geschenk niet door u vergeten zullen worden, doch het stemt ons gelukkig, te weten, dat de serremeu bels u onwillekeurig aan dit uur van at scheid zullen herinneren. Dat u nog lang en gelukkig moge leven is ons allerwensch. Geachte heer Groenewold. Ik ben aan het einde van mijn toe spraakje gekomen en onze hulde aan u zou hiermee een eind genomen hebben, ware het niet, dat op een gelukkige dag een uwer oud-leerlingen, Jonas Visman met ons comité in correspondentie trad en voorstelde, u ter gelegenheid van uw aftreden als hoofd der Ulo-school een herinneringsalbum aan te bieden. We heb ben dit voorstel met beide handen aange nomen en Jonas Visman opgedragen een dergelijk album samen te stellen. Het re sultaat van zijn werk ziet u hier voor u. Het ligt niet op onze weg hier de heer Visman voor zijn buitengewoon zorgvul dig en toegewijd werk dank te zeggen. We hopen hiervoor elders nog gelegen heid te vinden doch we willen hier verklaren, dat we er trotsc'n op zijn, dat Jonas Visman ook oud-leerling is van u, mijnheer Groer.ewold! De bedoeling van het album zal u dui delijk worden, wanneer ik er nu toe over ga, de opdracht voor ;e lezen, die Jonas Visman bij l.el aibum he eft geschreven. Met Her"nner;ngsaai>um. Hierop deed de heer Dijt voorlezing, van de,:e opdracht, waarbij de heer A. Noordijk achtereenvolgens de bladen van het met biezondere zorg en toewijding vervaardigd album aan de lieer Groene wold voorlegde. Het voert de lezer eerst terug naar de tijd van mijnheer Groenewold s jeugd. Het geboortehuis is o.m. in beeld ge bracht, terwijl ook andere zaken aan d.e vroege jaren de herinnering wakker roe pen. Deze jaren reeds hielden schoone beloften voor de toekomst in. Wij voel den ons verplicht uw ernst en ijver, de toewijding bij al uw werk hier naar voren te brengen, aldus de opdracht. Ook de schooljaren op Texel worden gememoreerd. Het gedicht „Des Hiron- cielles" dat destijds uit het hoofd moest worden geleerd, werd in het album vast gelegd. De kweekschool te Deventer, waar de scheidende paedagoog zijn opleiding ge noot, mocht niet ontoreken. De diploma's, welke de heer Groene wold achtereenvolgens verwierf, werden overzichtelijk vermeld. Telkens wanneer eenige taalacte behaald werd, ziet men de vlag van de betrokken natie geheschen. Het Toonkunstdiploma werd voorgesteld door een harp. De spreuk, hierbij aange bracht, „Werken en Denken en Leeren is Leven", kon moeilijk beter gekozen zijn. Aan de bekende ezelsbruggetjes, welke de heer Groenewold zijn leerlingen wel aanbeval te gebruiken, herinneren de let ters EEA, ILer beteekenende Ernst- Eenvoud- Arbeid. Het tijdstip waarop de heer Groene wold op Texel kwam, werd aangeduid door een steen met het jaartal 1892, de eerste steen van zijn levenshuis hier. De teekening van het eiland werd door groen en zwart omgeven, de kleuren, waartus- schen het leven van de heer Gr. hier ge plaatst werd. met Verstopping of moeilijken, tragen en onregelmatigen Stoelgang zijn onmisbaar. Werken vlug zonder kramp of pijn Bij Apothekers en Drogisten. Doos 60 ct. Om een overzicht te geven van de plaat sen, vanwaar betuigingen van sympathie binnenkwamen, is een wereldkaart ge- teekend met vermelding van die plaatsen en daarbij de lijst van oud-leerlingen. Van Zuid-Afrika en Indië werden nog bijkaartjes opgenomen. Aan het slot werd het leven van de heer Gr. door een trap voorgesteld, elk jaar van zijn leven door een trede. De jaren vóór zijn komst op Texel zijn zwart gekleurd, die op Texel in goud en zilver uitgevoerd. Het verleden is af- geteekend, de toekomst slechts omlijnd. De treden loopen tot 80 door, maar slechts omdat 't blad voor meer niet toe reikend was. We hopen, aldus de toelich ting, dat nog menige trede daaraan moge worden toegevoegd. Verder wordt dit blad nog door wapens van Texel en enkel: gemeenten uit Friesland gesierd. Over het huis, waarin de heer Gr. met zijn familie de verdere jaren zijns levens hoopt door te brengen, wappert de groen zwarte vlag. Rond de datum van zijn ge boorte is een krans van vergeet-mij-niet- jes gelegd. Eveneens om de strik, welke de keten van 37 schakels besloten op 1 Sept. 1929 tezamen bindt. Gij moogt, zoo ongeveer besloot de opdracht, met tevredenheid op uw vol brachte taak, op uw nuttig en werkzaam leven terugzien. Immers: Gij vondt de zin des Levens! Tenslotte richt de opdracht zich tot de familie van de heer Gr., die men hoopt dat deelen zal in het geluk en de voor spoed, welke zij verwacht en verdient. De heer Groenewold verzocht en ver kreeg hierop gelegenheid om met een enkel woord zijn dank te betuigen voor de hulde, hem deze morgen gebracht: Dames en heeren, Mijnheer de Burge meester, wethouders, comité, namens hetwelk ik zooeven toegesproken ben, oud-leerlingen, leerlingen en verdere be langstellenden. Ik herinner mij nog hoe, jaren geleden, toen ik nog in de eerste klas van de kweekschool te Deventer zat, de school een nieuwe directeur zou krijgen. De scheidende directeur werd bij die gele genheid door de leerlingen toegezongen: „Es ist bestimmt in Gottes Rat Dasz man vom Liebsten, was man bat, Musz scheidenenz. Of zij er zaken of personen mee be doelden, weet ik niet, maar mijn plan is hier niet te spréken over menschen, maar over zaken, hun zaak: de School. En als ik dan eens nadenk over deze vraag: „Wat heb je gedaan? Ben je tevreden?", dan dringt zich deze overtuiging bij mij op: Wij doen veel te weinig, wij allemaal. Wij kunnen veel meer doen, veel meer voor onze medemensehen. Steeds heb ik mij daarom afgevraagd: Flcb ik niet te weinig gedaan? Maar wij menschen zijn niet volmaakt en moeten ons tevre den s ellen, wanneer we hebben gedaan wat wij konden. Als men jong is, dan is er nog tijd om je te beteren, maar er komt een tijd, dat je genoegen moet nemen met wat gedaan is. Er is veel, wat mij goed doet in wat ik zooeven hoorde van mijn oud-leerling M.Dijt, een der velen, wier levensloop ik met belangstelling volg. Inderdaad ben ik in gedachten steeds bij mijn oud-teer lingen. Hoe meer ik zie, dat mijn onder wijs vruchten heeft afgeworpen, hoe aan genamer mij dat is. Wij staan niet altijd te oreeren tegen over onze leerlingen. Moet er wel zoovee! geleerd worden Op dit oogenblik wil ik mij nog eens tot mijn leerlingen wenden. Men neme mij niet kwalijk, dat ik deze houding aanneem. Waarnaar moeten wij streven? We moeten er voor zorgen een goed mensch te zijn. Dat is no. 1. Hier aan kunnen we zelf alles doen. In de 2e plaats moeten we zorgen gezond van lijf en leden te zijn. Hieraan kunnen we n et alles, maar toch heel veel doen. In de 3e plaats moeten we ook nog wat tijd besteden aan leeren. Maar-dat-is-het- hoogste-goed niet! No. 1 is de braafheid van de ziel. Het leeren komt pas in de laatste plaats. Ik hoop, dat mijn leerlin gen deze laatste les van mij willen <mee- neme i. Ik dank nog de burgemeester voor zijn woorden. De heer Dijt zeg ik hartelijk dank voor wat hij gedaan heeft, eveneens de o\ crige leien van het comité. Vooral ook aan Jonas Visman, die het album zoo keurig verzorgde. Het verwondert mij trouwens niets van hem. Ten slotte be tuig ik, mede namens mijn familie, aan alle overigen mijn hartelijke dank. Ik zag eerst erg tegen deze dag op, maar nu het eenmaal zoo ver is zeg ik u allen hartelijk dank voor de groote waardee ring. He mee eindigde de heer Groenewold, die zichtbaar bewogen was door de tal- looze blijken van sympathie en waardee ring welke hij mocht ontvangen. Ter loops merkte hij nog even op, dat naast het verschil in leeftijd tusschen hem en het nieuwe hoofd der Ulo toch een groote overeenkomst bestaat. Ook de heer Jouwersma zal -niets lie ver zien, dan dat zijn leerlingen hun best doen. Toen was deze plechtigheid ten einde en daarmee de taak van het huldigings comité, dat zich van derzelver vervul ling wel zeer goed heeft gekweten en daarom recht heeft op veler dankbaar heid. Gaarne sluiten wij ons bij zijn goede wenschen aan het adres van de heer Groenewold en de zijnen aan. Voorspoed en gezondheid moge hun deel zijn tot in lengte van dagen. Later is de lieer J.Visman als de kunstzinnige vervaardiger van 't herinne ringsalbum in „de Lindeboom" in intieme kring gehuldigd. Onder van groote waar deering getuigende woorden is hem daar bij een fraaie ets overhandigd. Afscheidsconcert—G. Smidt. Zaterdagavond gaf Texelsch Fanfare een concert in het Park, dank zij het bie- zonder gunstige weer door een talrijk pu blick bijgewoond. Het was liet laatste con cert, door de lieer O.Smidt gedirigeerd. We mogen bekend veronderstellen, dat de heer Smidt om zich beter aan zijn eigen zaken te kunnen wijden, ontslag nam en straks door de heer Th. C. Lugtenburg, dir. van Helders Fanfare zal worden opgevolgd. Er werd een reeks muzieknummers op verdienstelijke wijze ten gelioore gebracht. Na de pauze rees de heer Jb. Schrama, voorzitter, van zijn zetel, om zich met de volgende toespraak tot de scheidende di recteur te richten: Dit is het laatste concert, dat u met Tex. Fanfarecorps geeft en alvorens u voorgoed afscheid neemt, wil ik u na mens alle leden bedanken voor alles, wat u voor de vereeniging heeft gedaan; al liet wel en wee heeft u met ons ge deeld; wij danken u voor de prettige sa menwerking, die wij met u hebben gehad. Het is nu acht jaar geleden, dat u de leiding van T. F. op u nam. We weten allen nog wel, onder welke moeilijke om standigheden dat was. Toch is het vanaf dat moeilijke begin steeds uw streven ge weest het corps vooruit te brengen en muzikaal zoo hoog mogelijk op te voeren. Dat u daarin ook zijt geslaagd, bewijzen de verschillende eereteekens aan het vaan del, bewijst ook liet feit, dat ons corps thans in de eerste afdeeling een goed figuur maakt. En daarom is het dubbel jammer, dat de omstandigheden u heb ben gedwongen om onze vereeniging nu te verlaten, jammer voor u, omdat u, nu ons corps een zekere hoogte heeft be reikt, de voortzetting aan een ander moet overlaten, jammer voor ons, niet op de eerste plaats uit financieel oogpunt, want d^e bezwaren zijn meestal wel te overwin nen, maar het beste en mooiste voor ons was een directeur te hebben uit eigen plaats en uit eigen kring, want daardoor ontstaat die vriendschappelijke verhou ding, die wij met u altijd hebben gehad. Nu zuilen we niet trachten u een be- iooning te geven voor het vele, dat u voor het corps deed, daar wij weten, dat u op het standpunt stond om, even als wij, veel te doen uit liefhebberij voor de muziek en voor de vereeniging. Maar wij willen u toch als een blijk van waar deering een aandenken aan het corps ge ven, (een zilveren horloge en dito ket ting; in het horloge gegraveerd „Aanden ken aan Texelsch Fanfarecorps 1921-1929) en wij hopen, dat als it later dit horloge zult gebruiken, nog eens terug zult den ken aan de tijd, dat u samen met ons heeft gestreden er. geijverd voor het wel zijn en de bloei van Tex. Fanfarecorps.. En ten slotte wensch ik, dat het offer, dat u thans brengt terwille van uw zaak, niet vergeefsch zhü zijn, maar dat de tijd, die u nu meer vrij krijgt, zal bijdragen tot meerdere bloei van uw zaak. In antwoord hierop sprak de lieer Smidt aldus: Het is omstreeks acht jaar geleden, dat ik directeur van Tex. Fanfarecorps werd. Het corps lag, als ik zoo zeggen mag, met drie- of vierhonderd schuld over de kop, verarmd wat betreft de instru menten en met zoo goed ais geen muzi kanten meer. Ik begon toen met een paar eenvoudige marsch'en en al heel gauw wisten we, om eenig recht op donateurs- gelden te doen gelden, een rondgang om, den Burg te maken. Later deden wij dit ook eens te Oudeschild en te den Hoorn. Wij kregen toen aardig wat geld in kas en konden toen wat nieuwe instrumen ten koopen. Wij gaven zoo na omstreeks een jaar te hebben bestaan vrooiijke marschmuziek voor de volksfeesten. Later begonnen wij met wat walsen, lichte fan tasieën en ouverture's, totdat wij een welgeslaagde uitvoering gaven in eigen tent, op de Groeneplaats neergezet. t)p zekere dag kregen we een uitnoodiglng om mee te dingen op een concours te Dirkshorn. Wij maakten hier toen voi moed werk van en we mochten er dan ook in slagen in de 3de afdeeling een eerste prijs te winnen. In het Critisch verslag werd de directeur van Texelsch Fantare beoordeeld: zeer muzikaal en be scheiden. Later gingen we naar een con cours te Wieringeu, waar wij in een afdeeling liooger een le prijs met 164 punten wisten te behalen, (145 punten was een 1ste prijs en hadden wij dus 19 pun ten overcompleet). Hierover schreef de jury in het Critisch verslag: „Ondanks de slechte zeereis en zeeziekten wist Tex. Fanfare met 164 punten een eerste prijs te halen; de inzet van het stuk was zeer beschaafd en de tempo's waren te loven". Wij gaven natuurlijk ook onze winter- uitvoeringen in Hotel Texel, die ook altijd geslaagd mochten heeten; ook in het Park en met volksfeesten, strandfeesten, etc. gaven wij altijd onze medewerking. Later gingen wij ook in de Eerste afdeeling naar het concours. Wij behaalden daar de eerste keer een 2de prijs en later een le prijs, zoodat wij het op 't concours nooit slecht hebben gemaakt. Verder ben ik er van overtuigd, dat ik niet alleen als directeur, maar ook als mensch en ais werkman mijn plicht heb gedaan. Ik heb voor uitvoeringen b.v. tooneelbehan- gen, gratis- de muziektent geschilderd, gratis voor de fancy-fair een en ander ge schilderd, alsook bij uitvoeringen gratis voor ba'imuziek gezorgd. Ik eindig nu en hoop, dat jullie met de nieuwe directeur de heer Lugtenburg. Tex. Fanfare in stand zullen houden en nog meer lauwertakken aan het vaandel zullen brengen. Hierna bracht de voorz. nog dank voor deze vriendelijke woorden. Ik hoop, zoo sprak hij, dat uw wensch, dat de vereen, vooruit zal blijven gaan, vervuld worde. Het doet mij en natuurlijk alie leden goed uit uw woorden te mogen hooren, dat u blijft een vriend van Texelsch Fanfare. o— We concludeeren: worden de wenschen door beide sprekers geuit, eens werke lijkheid, dan is er voor Texelsch Fan tare een schoone toekomst weggelegd. Texelsch Fanfare—Oefenlokaal. De bouw van het repetitelokaal van Texelsch Fanfare is opgedragen aan G.J. Bruin en H.Koorn, metselaars. Het tim merwerk zal door Jb. Bakker, het schil derwerk door K. Smidt worden uitge voerd. Allen zijn leden van het corps. Men verwacht het lokaal in December te kunnen betrekken. Jubileum—Ds. Joh. Kijne. Vandaag viert Ds. Joh. Kijne, Ned. Herv. predikant te Wageningen, de dag waarop hij voor 25 jaar tot zijn herder lijk ambt geroepen werd. Het zal de ge achte leeraar, die op 8 Sept. 1907 hier ds. F. A. van Schaick bevestigd werd en op 28 Juli 1912 zijn afscheid preekte, aan tallooze sympathiebetuigingen ook van Texel wel niet ontbreken. Worth a crown. Be origineeSe pepermunt lOcts. pei-rol 20cts.perons Engros bij J. F. v. LIESHOUT Alkmaai Circus Hagenbeek. Het optreden van Circus Hagenbeek te den Helder is een groot succes gewor den. Kosten noch moeite waren ge spaard om het veeleischend publiek te vreden te stellen en zeker is de directie hierin wel geslaagd. Het heeft weinig zin hier nog met een uitvoerig verslag te komen, daar liet circus den Helder reeds verlaten heeft en de eerstvolgende jaren zeker niet weer daar zijn tenten zal opslaan. We willen ons daarom beperken en volstaan met de vermelding, dat liefheb bers van het circusbedrijf in ieder op zicht hui; verwachtingen zagen beantwoord. De meest frappante staaltjes van dres suur, van pony's, zebra's, zelfs van zee leeuwen en tijgers en beren, werden ver toond, afgewisseld door dol-vermakelijke Iachscènes, ongeloofelijke, buitengewoon stouimoedige acrobatische toeren niet zelden in de nok van de tent. Hagenbeek heeft wederom honderden in vervoering gebracht en zijn oude roem bevestigd. 226 personen ingeënt. Van de op Maandag 1.1. geboden gele genheid tot kostelooze vaccinatie is te den Burg door 226 personen gebruik gemaakt. Op Maandag a.s. zullen zij zich ter con trole weer in de o.l. schooi moeten mel den. (Te de Cocksdorp werden 150 per sonen ingeënt.) DE KOOG. Schcclnicuws. Tot tijdelijk hoofd der school alhier is benoemd de heer R. Bossciiaart, uit Egmond-aan-Zee.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1929 | | pagina 2