PUROL Uit ie Oude Doos. EEN SJOUW. In De Ruyter's Kamer m ADVERTENTIEN Texelsch Fanfarecorps. Jaarvergadering Doopsgezinde Gemeente 450 bos dakriet, 3250 bos dekriet, Een onderwijzeres gevraagd voor de Chr. Bewaarschool e.)ü kis aan de Wiihelmmalaan (Wordt vervolgd.) Winterteenen Winterhielen PREDIKBEURTEN MARKTBERICHTEN" Gij kunt er van verzekerd zijn, dat de Texelsche Courant op Texel in alle kringen wordt gelezen en hier een zoo ruime verspreiding geniet, dat ge met 'n advertentie in dit blad vrijwel ieder Texelaar bereikt: HIJ IS ALS REGEL ABONNEE en anders ZEKER MEDELEZER. Oplaag 1670 ex. Een rijm uit 1876 van wijlen W.METSTz. I. OP DE SJOUW AF. Hoor wat leven, wat rumoer, Elk is op de been: Schipper, sjouwerman en boer, Woelt en krielt dooreen. Zie, wat rept zich elke gast, Zelfs die verversbaas Loopt van verfpot en van kwast; Is die man dan dwaas Ook die voerman loopt al hard, Laat zijn wagen staan; Heel de weg van menschen zwart, Die ter haven gaan. leder sjouwt een zak of sloop Met zich mee naar boord: Bouwt op rijke winst zijn hoop En snelt dravend voort. Bakker, slager, man en vrouw, Alles woelt dooreen, ledereen wil aan de sjouw, Elk is op de been. Vrouw, klinkt 't hier, haal gauw tabak, Zijn mijn laarzen klaar Zijn mijn kleeren in de zak Hoort men weder daar. Jongen, kom, haal spoedig brood, Roept weer ginds een man; Haalt maar water uit de boot Schreeuwt de lange Jan. O, wat drukte in het rond, Wat is toch de re'en Ah een schip zit aan de grond En daar wil men heen. Klaas, waar zit het roept er een. Zeg, weet jij het, Piet, Wat heeft het geladen, Leen, Of weet jij het niet Zoo scheeuwt alles door elkaar, Elk loopt wat hij kan, Drukte hier en drukte daar, 't Is help vrouw, help man. 't Jaagt schier als een wilide jacht, Als een stormwind voort, leder met zijn last bevracht Springt aan 't naaste boord. (Wordt vervolgd.) ELCK WAT WILS. Kleinigheden In 't huwelijk zijn er geen kleinigheden. In 't dagelijksch leven in de huiselijke omgang van allerlei andere menschen on- iderting" die in onverschillig welke familie ,ot vriendschapsverhouding tot elkaar staan, kan er sprake zijn van kleinigheden Ze hebben naast en buiten hun huisge- nooten nog zooveel andere interessen, zooveel perspectieven, zooveel mogelijk- heden. Maar wanneer twee menschen steeds met elkaar moeten omgaan en tot voor uitzicht hebben, nog geheel hun verder leven in eikaars gezelschap te zullen door brengen, krijgt elke alledaagsche „kleinig heid", van plezierige zoowel als van onbe haaglijke aard, dadelijk een veel verder strekkende beteekenis. Andere menschen kunnen zulke kleinig heden, als daar zijn: persoonlijke eigen aardigheidjes en onhebbelijkheidjes en dergelijke, ontloopen, of hebben althans het&vooruitzicht zach in een afzienbare toekomst eraan te kunnen onttrekken. Ze zijn er „niet aan getrouwd." Maar die er wel aan getrouwd zijn moeten met die eigenaardigheden hun le ven doorbrengen. Elk onprettig voorval is voor het lijdend voorwerp ervan vol komen onvermijdelijk. Van kleinigheden, nietigheden kunnen we dus moeilijk meer spreken. Kleine tegenstrijdigheden,, kleine mee- ningsverschillen zijn voor het gelukkig verloop van het huwelijksleven dikwijls gevaarlijker dan groote conflicten. Het is met de moeite waard kwartieren lang over nietigheden te debatteeren: of we het raam open zullen maken of het dicht doen; of we te voet of met de bus zullen gaan om een boodschap te doen. Hij wil koffie drinken, zij liever choco la; hij wil iets warms aan de koffietafel; zij eet liefst boterhammen; hij ziet haar graag in een blauwe jurk, zij draagt liever groen. Hij wil eens gezellig met haar thuis zijn, zij noodigt gasten uit. Hij wou graag een behoorlijk boek lezen en zij wenscht een patience met hem te leggen, en zoo voort er komt geen eind aan. Kleinigheden. Maar daaruit bestaat het geluk en het leed van het huwelijk. Want het zijn de kleine wederwaardigheden, die zich in 't gelid scharen en, aaneenge schakeld, de dag vormen. Groote rampen, groote verrukkingen men vreest ze, men droomt ervan maar ze komen zel den of nooit. Wanneer wij niet de kunst verstaan om in het huwelijk met fijne tact ons aan te passen aan het karakter van de ander en altijd de groote achting voor zijn persoonlijkheid de doorslag te laten geven, zullen we heel licht van elkaar vervreemden, zonder eigenlijk te weten waarom. We zullen ongelukkig worden, al heeft ons nooit een groote ramp ge troffen. „Belachelijk, het was toch alleen maar omdatBelachelijk, en toch tragisch. Daarom: laten we wijs zijn, laten we met ons geluk opofferen aan kleinihedcn zoomin aan de nietigheden die de andere partij ons in de weg legt, als aan de ba gatellen waarmee we zelf geneigd zouden zijn, hem dwars te zitten. Ter overdenking. Het waarachtig schoone wordt bij iedere nieuwe aanblik schooner; dat wat enkel interessant is, verliest bij herhaalde be schouwing in schoonheid. LANDBOUW EN VEETEELT. TEXELSCHE NOVELLE. door D. DEKKER (1864). 10. De drift der moeder was door deze taal geenszins bekoeld, en ze voer op grammer toon voort: „Ja, teuge mien opstaan, dat ken je, gute en graaie, maar deer mee zei je je zin niet kriege. Weerom het i je fraagt? Om dat we nou riek benne; foor die tied het i er immers niet na taald:? En je weet wat er foorfólle is tusse mij en zien va der, den euvelman. Nooit zei 't gebeure, zoo lang mien ooge opestaan, en as die oorlam hier zien biene over mien drempel durft sette,. laat ik 'm er uutgooie, en as je er efter weer van praat, of zit te; graaie, zei 't mit jow ok oremus weze."' Aafke vond het geraden om niet meer te antwoorden; zij stond op, verwijderde zich en gat in een ander vertrek aan haar tranen den vrijen loop. Dergelijke tooneelen hadden er veel vuldig plaats; geen wonder ,dat het arme kind veel zielesmart moest lijden, en dat de bloeitijd van haar leven, die haar zoo veel rozen had kunnen doen vergaren, in droefheid daarheen kroop. Meermalen voelde zij zich beangst en vroeg dan zich zelf af, of zij met zich te verzetten, tegen de wit van haar moeder, ook zonde be dreef; dan zocht zij opbeuring in het ge bed tot God, en na zulk een hartelijke bede was het of een stem haar influister de, dat zij, door toe te geven aan haar gevoel van innige, hartelijke liefde, haar door haren God, die zelf liefde is, inge schapen, niets misdreef. Dan gevoelde zij zich kalm en kon zij met mejexdere ge rustheid denken aan haren vriend. Een vriendin bezat zij, met wie zij over haren minnaar naar hartelust en vrijuit kon spre ken; en o, zulke oogenblikken deden haar zoo goed. Het was de moeder van Aris Janz. Arisse; maar het was niet gemakke lijk voor Aafke om de vrouw van den euvelman te ontmoeten. Ontdekte haar moeder dat zij er geweest was, dan liep zij niet alleen lange tijd „mit de bokke- pruuk", maar het was „knorre en gromme gien gebrek", en dat vergalde voor het meisje weder het genot, in het bijzijn van zijne moeder gesmaakt. Voor moeder Arisse was het ook gevaarlijk het meisje te ontvangen; want de euvelman, die eens zulk een bijeenkomst had ontdekt, had tegen haar gezegd: „Hoor reis, Barber, en voorol seg ik je, dat je Aafke niet in stilte en teuge den zin of zonder miee- wête van heur moeder bij je laat komme; wil jij ze 'n theetje of om 'n koppie koffie frage, of op de warme bóltjes of zooies, mij wel, mis dat 'r moeder 'tweet en 't ope en bloot plaas het. Niks niemen- döl in stilte hoor. 't Wijf zow later seg- ge: Barber van Jan Arisse stookt het meike teuge me op; die koppelt het maar an, nurgers aars om as om mien duite.. Dat zow ze overol uutkraaie, en dus vrouw, je weet, teuge 't meike hew ik niks wel teuge de moêr; en deerom niksdoen, wat heur 'n greintje recht geeft om ons mit grond te kenne bebabbele of ons mit den nek an te sien." Zoo stonden de zaken omtrent 't einde van Hooimaand 1666, toen een andere ge beurtenis plaats had, welke wij thans gaan verhalen. Ontsmetting van Zomergranen. De Wnd. Rijkslandbouwconsulent te Schagen deed ons toekomen een vlug schrift van de Plantenziektenkundige Dienst over bovengenoemd onderwerp. In verband met de belangrijke inhoud, geven we het hier ongewijzigd weer.. Haver. Stuifbrand en kiemschimmels kunnen bestreden worden door omschep pen van de zaaihaver met een oplossing van Germisan of Uspulun universal, 5U gram opgelost in 4 Liter water per H.L. haver (50 Kg.) Aanwending van formaline (12Va c.c. op 5 liter water per H.L.) geeft wel goede resultaten tegen stuifbrand, maar is niet altijd voldoende tegen kiemschimmels Daar haver vaker door kiemschimmels is aangetast dan door stuifbrand, verdient het gebruik van Germisan of Uspulun universal de voorkeur boven formaline. Ontsmetten van haver met een oplos sing van kopervitriool, moet, wegens groote kans op kiembeschadiging, ten zeerste ontraden worden. Zomertarwe. Bestrijding van steenbrand en kiemschimmels kan geschieden door omscheppen van de tarwe met een oplos sing van kopervitriool. Per H.L. (plus minus 75 Kg.) wordt gebruikt 200 gram kopervitriool opgelost in 2ya liter water. Bij eenigszins zwak zaad benadeelt dit echter de kiemkracht. Meer en meer is de kopervitriool vervangen door de nieuwere middelen. Germisan en Uspulun universal. Prak tisch geheel afdoende ontsmetting wordt verkregen door de tarwe om te scheppen met een Germisan ot Uspulun universal oplossing ter sterkte van 100 gr. op 3 L. water per H.L. Gebruik van deze groote hoeveelheden ontsmettingstof is zeker heidshalve aan te raden, indien de gewas sen voor de keuring te velde worden aan gegeven. Voor het gewone bedrijf kan, bij ge bruik van Germisan, volstaan worden met aanwending van de halve hoeveelheid, dus 50 gr. op 3 L. water per HJL. Doorgaans treden dan ook geen brandaren meer op. Bij gebruik van Uspulun universal in deze sterxte is dit lang niet altijd het geval, zoodat hiervan aanwending van de groo- tere hoeveelheid (100 gr. op 3 L. wafer per H.L.) steeds aan te raden is. De tarwestuifbrand kan alleen bestre den worden door een warmwaterbehan deling. Het graan met dan U/s uur int water geweekt; daarna 4y2 uur buitenwa ter nageweekt, om tenslotte gedurende 10 minuten ondergedompeld te worden in water van 53 graden C. (Wordt vervolgd.) VOOR ONZE DAMMERS. Vragen, deze rubriek betreftende, kun nen gezonden worden aan de Redactie. Voor antwoord een postzegel bijsluiten. Oplossing van bet vorig vraagstuk. Wit 47—36, 37—32, 32—14, 38—32 wint Zw. 20A—24, 4—15, 24B—29. A zw. 4C15, wit 3732, verder als hoofdvariant. B zw. 15-4, wit 38—32. C zw. 2025, wit 3732 en wint ook Vraagstuk. 1 2 3 4 5 wr, De diagramstand in cijfers behoort te zijn: Zwart 12 schijven op: 3, 6, 10, 11, 13, 14, 18, 19, 23, 24, 26 en 29. Wit 12 schijven op: 25, 27, 28, 32, 36—39, 42, 43, 47 en 48. Wit speelt en wint. Zondag 16 Februari. HERV. GEMEENTE. Burg, vm. 10 uur Ds. Plug. in de Doopsgezinde kerk. Cocksdorp, 's av. 7 uur Ds. Plug. Den Hoorn, vm. 10 uur Ds. Oskamp. Oosterend, vm. 10 uur Ds. Groenenberg. Oudeschild, 's av. 7 uur Ds. Oskamp. Waal, vm. 10 uur Ds. v. 't Hooft. GEREFORMEERDE KERK. Oosterend, vm. 10 uur ds. v. d. Leer. nm. 3 uur dezelfde. GEREF. KERK (H.V.) Oosterend, vm. 9,30 uur ds. Buskes r nm. half 3 dezelfde. DOOPSGEZINDE GEMEENTE. Geen dienst wegens ongesteldheid. HERV. GEM. Woensdag 19 Februari Zuid-Eierland nm. 7 uur Bijbellezing. Donderdag 20 Februari. Oosterend, 's av. half 8 Bijbellezing. Purmerend, 11 Febr. 369 Runderen waaronder 165 vette koeien f 0,80 a f 1,15 p. KG i oq Gelde koeien 150 a 375 loy Melkkoeien 150 a 375 7 vette kalveren per KG 1,40 a 1,50 309 Nuchtere kalkeren 15,a 40, - 435 Vette varkens per KG 0.77 a 0.80 51 Magere varkens 32,— a 58,— 207 Biggen 24,- a 32, 681 Schapen 30,- a 50, Kipeieren 5,75 k 6,75 Eendeieren 6,40 a 0, Coöp. Centr. Eierveiling Purmerend G.A. Purmerend, 11 Febr. 1930. Afdeeling eieren. Aanvoer: 104874 kipeieren 70/80 K.G. f 8,00 k f 9.00 65/66 7,40 7,80 63/64 6,90 7,40 60,62 6,30 6,90 58,59 6,10 6,70 56 57 5,80 6,50 53/55 5,50 6,00 50/52 5,20 5.40 45,49 4,90 5,20 39043 eendeieren 6.60 k 0, Afdeeling Pluimvee, oude kippen f 1,90 A f 2,30 p. s oude hanen 2.35 a 0.— Jonge hanen 1.30 a 2,00 Konijnen 2. - a 2,15 Prijs per KG Oude kippen 0,85 a 0,95 Jonge hanen 1,10 a 1,45 Schagen, 13 Pebr. 70 vette koeien 250 a 5G0 12 Gelde koeien mag. 180 a 310 43 Vette varkens 0,76 a 0,80 155 Biggen 24,— a 32, Boter 0, - a 0, a 2.20 Eierveiling Schagen Kipeieren: aanvoer 81496. Bruin ongewogen f 6,30 a f 6,60 per 100 Wit 5,90 „f6.- Eendeieren 6,40 a 6,50 BURGERLIJKE STAND DER GEMEENTE TEXEL van 8 tot en met 14 Febr. 1930 GEBOREN: Johan Wilhelmus, zv Eliza Johannes Christiaan Schot en Helena Kwaak; Pieter Dirk, zv Rcinier Picter Kuijper en Trijntje Kuiper GEVONDEN VOORWERPEN. (Gedeponeerd ten Raadhuize) 1 bosje riemen, 1 jongensmuts, 2 porte- monnaies, 1 zakdoek en 1 vulpotlood. op Dinsdag 18 Februari, 's avonds 8 uur in „De Lindeboom." Ook toegankelijk voor donateurs. Zondag 16 Februari GEEN DIENST wegens ongesteldheid. 23 Febr. autobus van de Waal naar de avonddienst te den Burg. Het Bestuur van polder „Waal en Burg" zal bij inschrijving trachten te verkoopen: :n 3 partijen van 150 bos, staande bij de Kolksluis. in 21 partijen van 150 en 1 van 100 bos, volgens nummering of in massa, staande bij P. Visman. Inschrijvingsbiljetten in te dienen op Maandag 17 dezer ten 11 uur v.m. in café Den Burg. Het Bestuur vnd., J. EELMAN Jbz„ Voorzitter. W. H. LAP, Secretaris. te DEN BURG, Ned. Herv., van beslist Chr. beginselen. Aanmeldingen bij Mej. M. RAB, Weverstraat 444, Den Burg. Uit de band te koop te Den Burg, thans bewoond door het schoolhoofi. Aanbiedingen bij den heer W.J. Eelman, WunUininalaan, lid van het schoolbestuur.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1930 | | pagina 7