t
De Nieuwe lexelsche Courant
No 4490
Woensdag 24 December 1930
44steJaargan$
HEERENBAAI
EERSTE BLAD.
Texelsche Berichten
^aorWyberif
ABONNEMENTEN:
i
ADVERTENTIËN:
II«!IIIII9IIIIII«II
ii«iiini»iiiiimi
fflffiffiaffiffifflfflfflffi «J fflfflSfflliSiifflSH®
- nf'c geraspte
ML vZwitsersche Kaas
Geen wo
TEXELSCHE COURANT
DEN BURüj75 CL per 'd Maanaen
Franco p. pest doorgrheel Nederland l«~ p. 3 maanden
LO so nummers: 4 Ct
j DE TEXELSCHE COURANT VERSCHIJNT
i WOENSDAG- EN ZATERDAGMORGEN
UITGAVE:N.V v/H LANGEVELD ROOM DEN BURG OP TEXEL
■-
Van 1-5 rogels: 60 ot. ledoro rogoi moor: 12 St.
Oo/elfde advortontle 4 maa' geplaatst wordt 3 maal borokond
8i| abonnomont ingoro rogoiprlls
ADVERTENTIËN
MOETEN DAAGS VOOR 'T VERSCHIJNEN
4 UUR NAM. IN ONS BEZIT ZIJN
is sinds 1 Juli 1930
in dit blad opgenomen.
Il«lltai9liil!!«llllll iillllSIIIIIISII
IHBIIIIIIS
ffl ffl
m KERSTGEDACHTEN. S
m ffl
De Chineesche dichter Li Tai Po be
sluit zijn aangrijpend Lied van de Jam
mer der Aarde, door Qustav Mahler zoo
indrukwekkend op muziek gezet, met het
refrein: „Donker is liet leven, donker is
de dood." En hoeveleh zullen deze ver
zuchting vóór hem en na hem hebben ge
slaakt. Inderdaad, wie rondgaat onder de
menschen, raakt gebukt onder de alge
meenheid van het leed.
Waarom zonderen teergevoelige natu
ren zich at van de maatschappelijke om
gang? Waarom onttrekken zij zich aan de
verplichtingen, die het verkeer met hun
naasten hun oplegt? Het is, omdat ze er
niet tegen kunnen, huis-in, huisnit te hoo-
ren van verdriet en ellende. Menschen-
kennis beteekent kennis van wanhoop, van
ontbering en eenzaamheid, van niet te le
nigen smart. Aanraking met de maat
schappij beteekent aanraking met onrecht,
met misdaad, met armoede, verdwazing,
troosteloosheid, schuld.
Inderdaad: donker is het leven, is de
dood.
Wat voor licht kan hier schijnen in deze
oneindige, onafgebroken duisternis Mid
winter, grauwheid, met sneeuw bedekte
graven. En op de graven ziet de dichter
een gestalte hurken, spokig, wild en
vreemd. Een aap is het, wiens krij schend
huilen de stilte van de avond ontwijdt.
Dit spookachtige dier, dat zijn grieze
lige, onheilspellende geluiden uitstoot, is
het zinnebeeld van de dreigende, reeds
zegepralende Vernietiger. Wat voor ant
woord geeft hij Wie verstaat de zin van
de holle klank zijner stem? Hij hurkt
daar en loert en omknelt met zijn ver
stikkende klauwen, als een dierlijke dom
mekracht de hals uwer geliefden. Wat voor
uitkomst hebben zij, met hun geest en,
hun liefde? Welke weerstand biedt het
teerbesnaarde, fijngevoelige, wonderbaar
ingewikkelde werktuig hunner ziel? Het
worvdt ingedrukt, ingeloiepen, zonder
respijt, zonder pardon.
„Geen honderd jaren moogt gij u ver
blijden
Met al het vooze speelgoed dezer aarde.
Slechts één bezit is u verzekerd, mensch,
Dat is het graf, liet grijnzend graf, uw
einddoel.
Donker is het leven, is de dood."
Is er nergens een tegenwicht te vinden
tegen de moordende druk van de doods
gedachte? Li Tai Po, de levenslustige le
vensmoede, grijpt de beker en bedwelmt
zich aan de gouden wijn. Zoo wordt zijn
klacht over de jammer der aarde een
drinklied.
Maar het licht, dat aldus uit een bene
veld brein zijn ziel in gloed zert, is het
ware licht der vertroosting toch niet. Voor
hoevelen onzer moet het inmiddels vol
staan! Licht in de duisternis! En zij be
schermen zich tegen het donkere leven
en tegen de donkere dood, door de ellende
te verhullen achter rozig vloei. Zij be
mantelen de dorre takken der boomen met
kunstmatig groen en behangen het ge
raamte der natuur met geverfde bessen.
Als kinderen verdrijven zij hun angst met
gezang, als bedreigde dieren kruipen zij
bij elkaar in de warme, gezellige hoek.
Kerstmis! Donker is het leven, is de
dood, maar er is een licht, dat het duis
ter verwint. De zon, die in midwinter
gaat schijnen, is niet op kunstmatige
wijze tegen de horizon aangeplakt; het
zijn geen valsche, oneerlijke stralen, waar
mee zij door een vernuftige nabootsing
de toeschouwer begoochelt. De zon, die
thans uit de nacht herrijst, is het hart
TELEFOON: N°.t1 POSTGIRO: N°. 652 H POSTBUS: N°. 11
u wi* n» i.
KERST
De Kerstklok klept van 't kleine kerkje,
Dat in de stille velden staat,
Vanwaar 't roepen in de avond
Ver langs' de donk're landen gaat;
Waar in de eenzaamheid verloren
De menschjes wachten op haar stem,
Om straks het Kerstverhaal te hooren
Van 't kindeke van Bethlehem.
KLOKKEN.
Ze komen langs verlaten wegen,
Deemoedig naar 't stil gehucht,
Hoog over al die vele hoofden
•Welft zich de wijde sterrenlucht.
De donk're dennenbosschen ruischen,
Tot ver in 't schemerig verschiet,
De zoo vertrouwde melodieën,
Het eeuwen-oude Vredelied.
der natuur, die van binjien uit door haar
wordt beschenen. Uit het vast en veilig
middelpunt werpt zij haar schijnsel op de
verlangende wereld, die zich verwach
tend koestert in haar eerste glanzen.
Het licht, dat ons in deze grauwe sche
mering zal vertroosten, moet een binnen
licht zijn. Alle klatergoud, alle vuurwerk,
alle kraienglinstering van buiten zal
ons niet tegen wanhoop behoeden, zoo
niet in het brandpunt van onze ziel de
Kerstvlam is aangestoken. Binnen in ons
moet het zijn als een altaar, met stil en
zuiver brandende kaarsen. Binnen in ons
moet de heilige, vredige vlam haar be
stendig schijnsel afwerpen.
Want het Kerstlicht is geen bedwel
ming, geen roes van het oogenblik, geen
vlucht uit de werkelijkheid. Maar kalme,
vaste overtuiging, dat het donkere leven
en de donkere dood slechts schaduwen
zijn van een licht, dat te helderder straalt,
naarmate de schaduwen zwarter zijn. Lei
den wij uit de scherpte en de diepte der
schaduwen niet at de kracht van het licht?
Maar Kerstmis wil geen bewijs. Kerst
mis is geen rekensom, geen argumentatie.
Kerstmis is openbaring. Kerstmis is het
wonder. Kerstmis is de ongerijmdheid, die
stelliger waarheid biedt dan de uitkomst
van de knapste wiskundige verhandeling.
Kerstvreugde, Kerstvertroosting zijn
geen vrucht van het denkend verstand.
Kerstmis is geen gedachte, Kerstmis is
stemming. Gelijk Li Tai Po, de zwaar
moedige twijfelaar zijn vreugde in de
wijn zocht, omdat hij wóu drinken, zoekt
de blijmoedige geloovige zijn vreugde in
Kerstmis, omdat hij Kerstmis w i 1 vieren.
Kerstmis is uitkomst van willen. Het is
ontegenzeggelijk, dat men de wereld kan
bekijken, zooals men dat wil. Wereldbe
schouwing is een kwestie van wennen, van
zelfopvoeding, van zelftucht. Men kan,
ais men dat wil, zijn ziel sluiten voorliet
Kerstlicht; men kan zijn ziel er voor
openen.
Kerstmis is gevolg van ontvankelijk
heid. Wie zich ontvankelijk stelt voor de
openbaring, die langs duizend wegen, uit
tienduizend kanalen, door miljoenen po
riën heden tot hem komt, zich aan hem
opdringt, hem omstuwt en overheerscht,
die zal met het koor van menschen
en engelen getuigen: Donker is het le
ven, is de dood, maar het Licht over
wint!
Aandeelhoudersvergadering T.E.S.O.
De ongewoon groote opkomst ter ver
gadering van aandeelhouders van Texels
Eigen Stoombootonderneming op Zater
dag 1.1. in café „den Burg" bewees, dat
men iets biezonders verwachtte. Men ver
drong elkaar, velen moesten met een
staanplaats genoegen nemen; ook in de
gang en buiten het café trachtten ver
scheiden aandeelhouders zoo goed moge
lijk de besprekingen te volgen, welke
klokke acht uur door de voorz. van de
Raad van Comm., de heer A. Wagemaker,
werden geopend. De voorz. constateerde,
dat de belangstelling zeer groot was, en
wenischte in het midden te laten, ot hier;
van zucht naar sensatie moest worden ge
sproken. Hij bracht de woorden van de
heer R.P.Keijser, in de vorige vergadering
gesproken, in herinnering. Deze wees op
z.i. niet denkbeeldig gevaar: automatische
ontbinding der N.V. De mogelijkheid werd
met uitgesloten geacht, dat aandeelhou
ders, aangelokt door de gunstige finan-
cieele toestand, op ontbinding zouden
aansturen, om aldus hun aandeelen eenige
malen vergroot terug te ontvangen. De
voorz. achtte deze kans over het algemeen
niet buitengewoon groot. T.E.S.O. is voor
Texel een buitengewoon belangrijke zaak.
Opheffing zou een groot fiasco, een
schande voor Texel zijn. Spr. zegt er vast
van overtuigd te zijn, dat niemand daar
aan denkt. ïn Meerenberg zouden er beter
zitten. Door notaris Mulder zijn de statu
ten in overeenstemming met de nieuwe*
wet op de N.V. gebracht. Het concept is
consciëntieus bestudeerd, voorloopig vast
gesteld, en voor aandeelhouders ter in
zage gelegd. Met de wensch, dat de be
sprekingen een vriendschappelijk karakter
dragen en tot goede resultaten mogen
leiden, opent de voorz. deze vergadering.
Met instemming van de vergadering
wordt het lezen der notulen aanvankelijk
tot de Mei-vergadering uitgesteld. Dan
ECHTE FRIESCHE
IIIIIWIllllllUlllllllllH:
20-50ct. per ons
Een das verwent Uw hals. Neem
Wybert. Hel bcslc olweermiddel
tegen verkoudheid en besmetting.
In origin, doo/rn I
i 23. 13 cn 63 cu. e*1
vraagt de heer A.Boon, (Oudeschikl), het
woord over het volgende punt, „Statuten-*
wijziging". Spr. meent, dat dit de behan
deling kan vergemakkelijken, vindt het
billijk, dat hem eerst liet woord gegeven
wordt, opdat hem geen vlieg wordt afge
vangen. De voorz. voelt er niet veel voor,
tenzij de vergadering liet wemscht. Hij
vindt het niet noodig, wil zicli liever aan
de agenda houden en laat daarom eerst
nog de notulen lezen. Deze notulen wor
den na een kleine wijziging op verzoek
van de lieer R.Keijser goedgekeurd, (de
N.V. zou in 1933 eindigen.)
Voorz. heeft de lieer Boon reeds opge
merkt, dat het vanavond weer bekvechten
zou zijn, waarin hij volstrekt geen kwaad
ziet. Evenwel drukt hij zijn spijt uit over
het insinueerend stuk, dat deze in de
Texelsche Courant schreef.
De heer B. zegt, dat liet hier niet over
personen gaat. Hij wii objectief en zake
lijk zijn. De N.V. is op democratische
leest geschoeid, ook onderaandeclhouders
hebben een stem. Volgens de nieuwe sta
tuten zullen vijf onderaandeelhouders te-
z a m e n slechts één stem kunnen uitbren
gen. Spr. vraagt: waarom deze wijziging,
die het wezen van de zaak zoo raakt?
Op verzoek van de voorz. licht notaris
Mulder als volgt toe:
De vergaderingen van T. E. S. O. zijn
meestal slecht bezocht, maar de groote op
komst- bewijst, dat er toch wel belang
stelling is, wanneer zaken,, welke het we
zen der N.V. raken, behandeld worden.
De nieuwe statuten worden artikelsgewijs
behandeld, doch eerst dat, hetwelk de
heer Boon bedoelt en wel de reden van
deze groote opkomst is. De opvatting
over dit artikel is, geloof ik, eenigszins,
verkeerd. Aanvankelijk was bepaald, dat
ook onderaandeelhouders een stem had
den (geroep: En daar moest niet aan ge
tornd worden). Het nieuwe artikel vloeit
voort uit de nieuwe wet. Wanneer liet waf
onaangenaams inhoudt, ligt de schuld niet
bij het bestuur, maar bij de wetgever1.
De nieuwe wet bepaalt, dat onderaandeel
houders geen stem hebben; wel, zooals
hier, met vijf tezamen één stem. De heer
B. doet het voorkomen, alsof ieder aan
deelhouder zooveel stemmen kan uitbren
gen ais hij aandeelen heeft. (De heer1
B. ontkent). Dit is niet het geval. Wat de
onderaandeelhouders betreft, heeft hef
bestuur er niets tegen, wannleer zij elk
een stem uitbrengen, (applaus). Maar het
is niet zeker, of de minister er mee ac-
coord gaat, aldus notaris Mulder, die met
een voorbeeld uit de practijk toelicht, dat
de minister inderdaad de statuten met
zulk een bepaling wel eens niet goed zou
kunnen keuren.
Op een vraag van de heer Boon, of van
het ontnemen van stemrecht aan onder
aandeelhouders geen sprake zou zijn ge
weest, wanneer de nieuwe wet het niet
bepaalde, antwoordt de voorz. bevestigend.
Ons democratisch beginsel, zegt deze,
heeft nog nooit schipbreuk geleden. De
wet kent geen onderaandeeien. Wij kun
nen nu vastleggen, dat die bedragen van
t 5.— geen „onderaandeeien" maar „aan
deelen" zijn.
De heer B. stelt voor, de ontwerp-sta-
tuten terug te nemen, nu het voornaamste
punt in orde is.
Voorz. geeft er de voorkeur aan, door
te gaan. Definitieve besluiten zullen niet
genomen kunnen worden, daar geen drie
kwart van het aandeelhouderskapitaal ver
tegenwoordigd is. Spr. betreurt, dat de
heer Boon heeft verondersteld, dat hij de
onderaandeelhouders opzettelijk zou heb
ben willen tekort doen.
De heer Boon vindt, dat de voorz. herrn
dankbaar moest zijn voor de groote op
komst.
Notaris Mulder wijst er op, dat de heer
Boon ten onrechte in de krant van een,