lija Yesi<tée&<
FEUILLETON
(VERVOLG VAN EERSTE PAGINA.)
Ook deze aanvraag wordt zonder dis
cussie ingewilligd.
7. Verhuring van gemeente-eigeindom-
men.
B. en W. stellen voor de pachtover
eenkomsten te verlengen met de heeren
J.Blom, A. A. Jellema en 1.Bonne; 1640
vk. M. aan Schi Lderweg te verhuren aan
D. den Braven, voor f 15 per jaar;
3709 vk. M. te de Koog voor 10 gld.
per jaar aan A. Maas Htz.36 vk. M..
annex perceel A.Blom te Oudeschild, voor
f2.50 p.j.; verder meenen B. en W. de
tuingrond achter het T.E.M.-terrein voor
twee ct. in plaats van voor drie per vk.
M. te moeten verhuren. De woningen op
het vliegterrein willen B. en W. tot we
der opzegging te verhuren: aan dhr S. v.
der Zee voor f2,en aan dhr Kok voor
fl.per week. Bij de opzegging zal
rekening worden gehouden met de tuin.
Alles wordt goedgekeurd z.h.st.
8. Wijziging winkelsluiting.
Ingevolge art. 2 der wet van 27 Juli '34
vervalt 15 April de verordening, welke
de raad 14 Mrt '33 met betrekking tot
diverse afwijkingen van de Winkelslui
tingswet vaststelde. B. en W. stellen nu
de raad voor de getroffen regelingen ook
verder van kracht te verklaren behoudens,
het advies van de Tex. Middenstandsver-
een. gehoord, eenige wijzigingen: Zoo zul
len ook te Oudeschild voortaan sigaren
winkeliers, bakkers, fotohandelaren, fruit
en vischverkoopers geopend mogen zijn
des Zondags van 9—20 uur en op week
dagen tot 21 uur in de periode 1 Juni tot
15 Sept. Verder wordt voorgesteld te
bepalen, dat winkels, waar in hoofdzaak
verkocht wordt speelgoed, suikerwerk, ga
lanterie, enz. Zondags voor 5 Dec. ge
opend mogen zijn van 129 nam. indien
5 Dec. op Maandag of Dinsdag valt.
Tevens wordt voorgesteld de opheffing
der winkelsluiting op Kermis-Zondag te
beperken tot de winkels op en aan het
kermisterrein te den Burg.
Weth. Vlaming merkt op, dat hij van
de Zondag een andere opvatting heeft
dan de burgemeester en weth. Parlevliet.
Voorstellen tot verruiming van de ver
koop op Zondag zijn van mij nimmer
te verwachten, aldus spr. De Zondag is
Volgens mij de dag des Heeren. Het
wondt intusschen voor de ingezetenen 'n
heel probleem om uit te zoeken, wan
neer de winkels geopend mogen zijn en
wanneer niet. Dhr Kikkert: Ik sta
tegenover de Zondag als dhr Vlaming.
Zoo er gestemd wordt, stem ik tegen.
Dhr Epe: Ik heb de tirade van dhr Vla
ming aangehoord, maair de verhouding
wordt scheef voorgesteld. Ook ik ben
voor Zondagsrust. Wie niet voor verrui
ming is, moet maar tegenstemmen.
Voorz. zegt ook voor Zondagsrust te
zijn, maar wil ook met andere belangen re
kening houden. Dhr Kikkert: We mo
gen er toch wel een eigen meening op
na houden. Hoe anderen er over denken,
laat me koud, maar ik zeg: de boel dicht.
Weth. Vlaming: Ik hield geen tirade,
doch zette mijn standpunt uiteen. Indien
gestemd wordt, stem ik tegen. Zondags
rust is voor mij geen sociale "kwestie, -
maar een uitvloeisel van Gods gebod.
Dhr De Graaf: We gaan op deze kwes
tie te diep in. Laten we de zaak aan B.
en W. overlaten en principes er buiten
laten. Ik vind het alles papierverknoeien.
Laat open zijn, wie wil. De anderen slui
ten maar-, als ze dat beter vinden.
Niemand wenscht stemming, waarop de
voorstellen z.h.st. worden aangenomen.
9. Regeling met particulieren inzake
wegaanleg te de Koog.
Te de Koog bevindt zien een ongenum
merde weg van de gemeente (lang 60 M.,
breed 2,5 a 6 M.) tusschen de peroee-
Toen ik hem voor de voeten wierp, dat
hij zijn hand aan een medemensch ge
slagen had, dacht ik niet, dat i k nog
eens hetzelfde zou doen. Het is of ik
meneer Faveirsham van achteren aange
vallen heb. En nu is er niets, dat ik
niet zou willen doen, om hem te helpen".
„Wat kunnen we doen, Abel Freda's
stem daalde tot een heesch gefluister.
„Ik kan niet denken". Abel Netherby
hield de handen voor zijn gezicht. „Ik
kan niet denken, kan ik het maar".
„Natuurlijk", sprak Freda snel, terwijl
haar een plotselinge gedachte door het
hoofd flitste, „natuurlijk weet je, dat
mijn man onschuldig is".
„Het was een ongeluk.".
„Meneer Gourlay schijnt er anders over
te denken. Dat heb ik duidelijk gemerkt".
Freda drukte de nagels in haar hand
palmen. Ze was ten einde raad. O, was
Dorian maar terug. Dan zou ze niet zoo
bang meer zijn.
„Als meneer terugkomt, zegt u hem dan
dat hij voor die detective oppast".
Als Dorian terugkomt. Het was haar,
alsof ze een scheipe steek in het hart
len van mw. de wed. Schippers en de
Armenkamers eenerzijds eu perceel R.J.
Daalder anderzijds. In 't ontwerp-uitbrei-
dingsplau is 'n stuk hiervan met'n ter
rein van dhr R.J.Daalder als openb. weg
aangegeven. Hiermee werd al rekening
gehouden bij de bouw van woningen. B.
en W. stellen nu deze regeling voor: dhr
Daalder draagt kosteloos aan de gemeen
te over een terrein, lang 60 M. en groot
582 vk. M., waarvan 538 vk. M. bestemd
voor openb. weg. De resteerende 44 vk.
M. kan door de gemeente met een annex
gelegen terrein, groot 136 vk. M. van ge
noemde weg aan de Armenkamers worden
verkocht voor f 270,— (a f 1,50), te be
talen, zoodra deze instelling ter plaat
se bouwterrein gaat verkoopen. Ter zij
de van perceel mw. wed. Schippers heelt
79 vk. M. dan als openb. weg geen re
den van bestaan meer. Mw. wed. Schip
pers wil het voor f 117,50 koopen. Met
de in totaal te ontvangen f 387,50 kan de
gemeente de beharding betalen van 40
M. weg, van Kampweg tot eigendom Ar
menkamers. Het terrein van deze Armen
kamers, thans 1088 vk. M. groot, is nu
vrijwel waardeloos. Na bijvoeging van
18u vk. M., afkomstig van de gemeente
en dhr Daalder, zal de instelling een bouw
terrein krijgen aan een 10 M. breede on
verharde weg en 1268 vk. M. groot.
Voor de instelling is het danook ten vol
le gemotiveerd, volgens B. en W., dat
zij (boven kostelooze overdracht van 'n
128 vk. M^groote strook langs de O.-zij
van haar terrein, zoódra daaraan voor
wegaanleg behoefte mocht blijken te be
staan) voor haar rekening neemt de op
f 10,per s'tr. M. geraamde kosten van
verharding over het JO M. lange wegvak -
annex haar terrein. Immers de waarde
van het bouwterrein zal aanmerkelijk
meer worden dan de uitgaven, die de in
stelling zich te zijner tijd zal hebben te
getroosten en die zullen bedragen f270
plus notariskosten en f300 voor ver
harding.
Wondt goedgekeurd zonder discussie,
zonder hoofdelijke stemming.
10. Regeling met den Staat inzake
bestemming Staatsgronden en onder
houd wegen te de Koog.
Nadat B. en W. de raad inzage hadden
verleend van het voorloopig ontwerp uit
breidingsplan voor de Koog, hebben zij
zich in verbinding gesteld met Staats-
boschbeheer, waaronder een uitgestrekt
complex gronden, gelegen binnen het
ontworpen uitbreidingsplan, ressorteert.
Op een groot gedeelte dieir gronden, -
die de Staat als zijn privaatrechtelijk be
zit aanmerkt, laat het ontwerp-plan geen
bebouwing toe. Daar'komt'bij, dat bij uit
breiding van de dorpskom overeenkom
stig het ontwerp op de duur met betrek
king tot de Minister Ruijsweg en de
Kampweg de bestaande toestand bezwaar
lijk bestendigd kan worden; de Staat
erkent deze beide wegen n.l. niet als
openbare wegen; zij zullen beschouwd
moeten warden als wegen, waarop slechts
„bij gedoogen" (fraai woord Red.)
verkeer wordt toegelaten.
De onderhandelingen hebben tot het
volgende resultaat geleid:
De Staat gaat er in beginsel mede ac-
cooid, dat voor bebouwing van zijn onbe
bouwde gronden slechts in aanmerking
worden gebracht:
le. Aan de Kampweg
a. het gedeelte langs de Z.-zijde van de
weg, over 140 M., gemeten uit het Mien-
terglop;
b. het gedeelte langs de N.-zijde van
de weg, tusschen het als sportterrein aan
geduide peroeel en Mienterglop.
De gebouwen zullen tenminste 8 M.
van het belendende erf blijven.
2e. Aan de Min. Ruysweg:
a. langs de O.-zijde, het terrein, ge
legen tusschen Strandweg en Kaapwegje
voelde. Maar gesteld, dat hij heelemaal
niet meer terugkwam Er waren geen
mogelijkheden, of Freda haalde die in
haar wanhoop voor de geest. En ze
was zoo hulpeloos in haar angst. Wat
zouden zij en Abel uitrichten, als de
lawine van onheil zich in beweging zette
Een benauwde stilte daalde over hen bei
den, een stilte, waarin het tikken van
een klok doordringend en zenuwtergend
opklonk. Tijdens die stilte werd een deur
geopend en David Fairlie trad de kamer
binnen.
'Het was een bewijs van de totale om
mekeer in Abel Netherby, van zijn verbij
sterende en volkomen overgave, dat hij
de komst van David als iets heel natuur
lijks opnam. De verschijning van zijn
oude vijand wekte zijn boosheid niet, ja,
scheen hem niet te verbazen. En ander
zijds, het feit, dat hij Abel hier aan
trof, de uitdrukking op zijn gezicht en
op dat van Freda, zeiden David oogen-
blikkelijk, dat, wat hij met een beklemd
hart had zien aankomen, reeds gebeurd
was. Freda Faversham wist
„Doe de deur dicht, David, en ga
zitten. Wij praten over mijn man" Fre
da's stem klonk haast onverschillig. „Je
hebt je geheim goed bewaard, David.
Maar het was heelemaal niet noodig, zoo
geheimzinnig te doen".
„Wat heeft Netherby u dan verteld?"
vroeg David boos.
en langs dit wegje, onder aanvaarding der
bepaling, dat de gebouwen op ten minste
4 M. afstand blijven van de erfscheiding
der belendende peroeelen;
b. langs de W.-zijde nog voor twee
woningen op terrein J0 M. N. van de wo
ning van dhr Van Twisk, voor één wo
ning noord van de zomerwoning van de
dhr Grimijser en 6 bouwterreinen, ver
spreid over het 260 M. lange wegvak,
gelegen tegenover de gemeente-terreinen
aangekocht van dhr Kuip, te bebouwen
met een huis van ten minste 450 M3. in
houd.
Met betrekking tot deze laatste terrei
nen heeft het Staatsboschbeheer ver
klaard ,dat het voorshands niet in de be
doeling v.d. Staat ligt ze als bouwterrein
uit te geven.
3e. In het duingebied:
acht bouwterreinen N. van het Bad
hotel en vier bouwterreinen Z. van tie
zomerwoning van de heer R.P.Keijser Cz.,
onder aanvaarding van de bepaling, dat
de daarop te bouwen huizen een inhoud
van ten minste 750 M3. moeten hebben,
niet hooger dan 2 verdiepingen en één
kap, en nergens hooger dan 9 M. boven
de grond.
4e. Nabij de Koogerweg:
een terrein ter lengte van ongeveer 45
M. gelegen langs het z.g. Muilenpaadje,
elke woning te bouwen op ten minste 4
M. afstand van een belendend erf.
De Staat neemt er overigens genoegen
mede:
a. dat op het uitbreidingsplan aan de
Kampweg een peroeel groot ongeveer 1.40
H.A. wordt bestemd tot sport- en kam
peerterrein.
b. dat bij het z.g. Muilenpaadje annex
de gemeente-gronden afkomstig van dhr
M. Kuip een terrein aan de Koogerweg
ter grootte van ongeveer 2200 M2. wordt
bestemd voor plantsoen, welk peroeel de
gemeente desgewenscht tegen taxatieprijs
van weiland voor het doel zal kunnen aan-
koopen.
c. dat de overige uitgestrekte terrei
nen zoowel in- als buiten het duingebied
hun tegenwoordige bestemming behouden.
le. De Staat is met de gemeente van
oordeel, dat zoowel de Min. Ruysweg als
de Kampweg voor het behoud van het
karakter der omgeving zoolang mogelijk
onverhard moeten worden gelaten.
2e. Bij verharding van een wegvak gaat
dit weggedeelte in eigendom, onderhoud
en beheer over aan de gemeente onder ge
lijke bepalingen, welke voor de overige
gemeentewegen gelden.
Voor nadere bespreking wordt de
openb. vergad. geschorst en verschijnt op
verzoek van de voarv., de heer Tiessen,
directeur van gemeentewerken, in de ver
gadering om het ontwerp-uitbreidingsplan
en de voorgestelde grondoverdrachten toe
te lichten.
In openb. vergadering wordt niet ge
discussieerd. Aanneming van de voorstel
len van B. en W. volgt z.h.st.
11. Aanleg brink met waterpartij en
weg te de Koog.
We schreven hierover vorige week
Woensdag reeds.
Het is een mooi stuk werk, waarme
f13250 gemoeid zal zijn, waarvan f 11000
loon. Het zal uitgevoerd worden in werk
verschaffing onder controle van Staats
boschbeheer.
Dhr. Bruin: lk juich het werk volko
men toe, maar is dit nu geen productief
normaal werk, dat buiten de werkver
schaffing kan blijven? Weth. Parle
vliet: Er zit ook eenige luxe in, zoodat ik
er mijn stem niet aan geven zou, zoo het
niet in werkverschaffing zou kunnen wor
den uitgevoerd. Ik denk aan de royale
brink en de waterpartij. Het aanbrengen
van het tegelpad echter wordt buiten de
werkverschaffing uitgevoerd. We streven
er zooveel mogelijk naar zoo min moge-
„Weinig meer dan ikzelf al uit ver
schillende ontdekkingen had afgeleid.
Abel Netherby is hier om ons te helpen".
„Om te helpen Zoo, zoo", bromde Da
vid sarcastisch. „Dan is hij wel omge
draaid, want als er iemand aansprakelijk
is voor deze helsche warboel, dan is
hij het wel."
Abel knikte. Hij was tot verweer niet
meer bij machte.
Freda strekte de ineeiigeklemde handen
voor zich uit.
„O, als we maar precies wisten, wat
er die avond gebeurd was. Het zou dan
zooveel makkelijker zijn hem te helpen".
„Dat zal ik u vertellen". David Fair
ly had even geaarzeld, voor hij sprak.
Nu u toch gedeeltelijk op de hoog
te bent, is het maar het beste, dat u alles
weet. Er is tenslotte niets gebeurd, waar
door een blaam valt op meneer Favers
ham. We moeten eerder medelijden met
hem hebben dan dat we steenen naar
hem gooien. Dat ongelukkige schepsel,
dat door de trein gegrepen is, verdiende
menschelijkerwijs gesproken niet beter.
Er is in de wereld geen plaats voor een
vrouw, die een ander zooveel leed be
rokkend heeft en nog meer wilde be
rokkenen".
„Was zij
De vrouw, met wie Faversham eens
verloofd was".
„Dat had ik al half en half begrepen",
lijk in werkverschaffing het werk voor
het vrije bedrijf op te maken. Dhr Kik
kert: De raad 'zou grootendeels tegen
stemmen, indien hier niet van werkver
schaffing sprake was. Accoord z.h.st
12. Yvijziging gemeentebegrooting voor
1934.
Heeft op de eindcijfers geen invloed.
Wordt zonder discussie goedgekeurd.
RONDVRAAG.
Dhr Kikkert memoreert het feit, dat
onlangs te den Burg van een vrachtauto,
waarmee pakken stroo werden vervoerd,
een paar pakken naar beneden kwamen.
Gelukkig zonder onheil aan te richten.
Spr. vraagt toezicht op dergelijk vervoer.
Verdei' wijst spr. op verontreiniging
van de Hollewalsweg, die hier en daar
voor mestvaalt wordt gebruikt. Voorz.
wil onderzoeken wat hiertegen te doen is.
Het is, zegt hij, een weg van de Dertig
Polders.
Tenslotte brengt spr. onder de aandacht
van B. en W., dat het einde van het
fietspad naar het Westerslag geheel met
zand overdekt is. Wanneer de gemeente
werkman Spigt het de eene dag geconsta
teerd heeft, wordt de boel de volgende
dag opgeruimd, merkt de heer Kikkert
oolijk op. Deze woorden geven eenige
vroolijkheid (het ging er gemoedelijk aan
toe, deze middag en geen oogenblik werd
de prettige stemming verstoord!) Dhr
Dogger maakt schertsend de opmerking,
„dat we dan Spigt maar burgemeester
moesten makenVoorz. zal het
pad doen opknappen.
DE N.O.-KUST.
Dhr De Graaf zegt met belangstelling
in de Texelsche Courant gelezen te heb
ben, wat de Minister over de afslag van
de duinen aan de N.ü.-kust gezegd heeft.
Jaarlijks gaat er volgens de Minister 10
M. ar. Dat is niet overdreven. Integen
deel. We mogen nu niet langer wachten
maar met klem bij de autoriteiten op in
grijpen aandringen. De zeewolf grijnst en
maakt de laatste tijd groote veroveringen.
Weth. Parlevliet: We zijn steeds
waakzaam en hebben te bevoegder plaat
se al veel gewag van de benarde toestand
gemaakt. Dhr Dogger: Laten we een
motie aannemen. Dhr Epe: We moe
ten de groote trom roeren. Weth.
Parlevliet: Dat doen we al. Zie vanavond
maar in de Telegraaf, waarin een groot
artikel (van een speciale verslaggever)
met foto's verschijnt. Weth. Vlaming:
We deden wat gedaan kon worden. Heeft
de Raad nog een definitief voorstel?
Dhr De Graaf: Sinds Nov. is er bij het
huisje van Van Heerwaaiden weer 13 M.
afgegaan. Van de heining tot de zee is
de afstand nog maar 23 M. Dhr Bruin:
Komt de Minister wel aan de weet, wat
B. en W. doen? Dhr Epe: De af
name is de Minister beter bekend dan
ons. Ambtenaren houden nauwkeurig aan-
teekening van iedere afname en brengen
alles in kaart. Dhr De Graaf: Als
bijtijds de juiste maatregelen genomen
waren, was de afname al tot staan ge
komen. Weth. Vlaming: Kunnen we
niet probearen wat uit het 60 millioenplan
te halen? Dhr Kikkert: Nadat de
Comm. der Koningin een bezoek aan de
N.O.-kust had gebracht, sprak hij deze
woorden: „Ik heb de toestand gezien en
betreurd". Maar daar komen we niet
verder mee. Hier moet iets gedaan wor
den. Dhr. Dogger: De overheid is van
oordeel ,dat hier nog geen gevaar aan
wezig is en dan staan we machteloos.
Dhr De Graaf: Er is gevaar. Het Pol-
dertje de Volharding is al verdwenen, een
deel van de grond bij het Eierl. Huis
eveneens. Voorz.: We blijven waak
zaam.
De raad laat aan BenW over te han
delen naar goedvinden.
Hierop sluit de voorz. de vergadering
Het is nog geen half zes.
zuchtte Freda. „Arme Dorian".
„Ze kwam terug om zijn leven te be
derven en het uwe erbij. En terwijl ze
meneer Faversham bedreigde, gleed ze
uit. Ze viel op de spoorbaan en de ex
pres overreed haar. Dat is alles.
„Dat is alles", herhaalde Freda dof.
Toen breidde ze de armen in een wild
gebaar uit. „O, waarom heeft hij me
dat niet verteld Waarom hield iiij al
die ellende voor zich Ik zou 'hem ge
holpen hebben".
„Mij sparen alsof ik er nu niet nog
veel meer onder te leiden heb. Dacht hij
dat ik minder van hem zou houden, als
ik alles wist Hij had die vrouw heusch
niet in het geheim behoeven te ontmoe
ten. Was ze maar hier gekomen, dan zou
ze het voor een tweede keer niet meer
gewaagd hebben". Freda's oogen schoten
vuur. „Dacht je, dat ik haar ooit zou
kunnen vergeven, dat ze zijn jeugd zoo
bedorven heeft Arme Dorian". Freda
sprong op. „Wat moeten we doen, Da
vid Wat moeten we in hemelsnaam
doen Weet jij, waarom mijn man naar
Londen is
„Neen, dat weet ik niet. Dat heeft
hij mij niet verteld. Ik hoorde van ande
ren, dat hij vertrokken was".
(Wordt vervolgd.)
49
„Hij wilde u sparen".