Texel het centrum van een groot rijk? VOLKSONDERWIJS. Spreker: Ds. G. Westmijse. De opkomst was niet groot, toen de afd. Texel van Volksonderwijs Vrijdag in hotel Texel een propag.-avond belegde. Na een inleidend woord van de heer D.Dapper, voorz., ving Ds. Westmijse (van Rotterdam) aan te spreken over het onderwerp van deze avond: Het christe lijk karakter der openbare school. De opkomst is gering, zoo begon spre ker, maar, vervolgde hijMen zal ge- ■Jacht hebben: „Dat de openbare school een christelijk karakter heeft is genoeg zaam bekend". Daarom zal men thuis gebleven zijn. En toch komt dat karak ter der openbare school de laatste tijd nogal eens in het geding. We leven ech ter in een christelijk land en hoe zou de openbare school dan anders dan chris-i lelijk kunnen zijn. Maar de verdeelde beid op politiek en godsdienstig gebied is in ons land groot en die op bet terrein van het onderwijs zeker niet minder. Ner gens ter wereld treft men zoo'n toestand buiten Nederland aan. Aan scholenbouw voor allerlei groepen en groepjes zijn millioenen ten koste gelegd; gelukkig heb ben de crisis en het z.g. Stopwetje daar aan een einde gemaakt. Gelukkig, want, vroeg spreker, is de openbare school niet het „gezicht" van het Nederl. volk Deze oude trouwe volksschool hebben we te bewaren en te beschermen. Van beginsel- kwestie is bij het stichten van openbare scholen geen sprake meer. Was het ver- eischte aantal leerlingen en het vereischte pet. van de bouwsom bijeen, dan kwam er zoo'n school. De Vereen. Volkson derwijs nu heeft zich met haar 60.000 leden tot taak gesteld het voor de open bare school op te nemen, waar deze be-» dreigd wordt. Ben vergelijking met Zwit serland leert, dat daar het volk op poli tiek en godsdienstig gebied niet minder verdeeld is dan hier, maar dat daar op onderwijsgebied geen verdeeldheid be staat; Men heeft er één school voor allen. Waarom zou het zoo ook niet kunnen in het kleine Holland, ook maar een klein stipje op de wereldbol. In Holland heeft de politiek zich meester gemaakt van de school en van het schoolkind. Toen des tijds de Coalitie, dat „monsterverbond," gevormd werd, was de school het ce ment, dat de verbonden partijen samen hield. Propagandisten van die zijde maak ten de openbare school verdacht; ze zou ©en kweekplaats zijn van oqgeloot, van liberalisme, socialisme, van communisme; ze zou tekort doen aan de ©er van Chris tus, enz. Daarachter stak alleen maar politiek. Oud-schoolopziener Wirtz, ©en voorman der anti-mevolutioinnainen, schreet in zijn in 1925 verschenen brochure, dat elk der coalitiepartijen (R.K. A.R. deel der C.H.) haar einddoel had en dat de schoolstrijd dus slechts een middel kon zijn om daartoe te komen. Wij, aldus Ds. Westmijse, schatten het heil van het Nederlandsche volkskind te hoog om "het als pion op bet politieke schaakbond te doen misbruiken. Het karakter der o. I. school is ruim en ondogmatisch en voor het behoud hiervan moeten we, schouder aan schouder, op de bres staan. Ook de 0.1. school geeft onderwijs in alle chris telijke en maatschappelijke deugden, gelijk in de schoolwet verankerd is. Bij de be oordeeling van het aaintal leerlingen, dat in de steden de biez. scholen bezoekt, mag niet uit het oog worden verloren, dat veel ouders hun kinderen naar een biez. school sturen, wanneer deze belang rijk dichter bij is dan een openbare. Van beginselkwestie is dan geen sprake. Ook in andere opzichten beantwoordt de biez. school niet geheel aan haar doel, zeide spreker en hij citeerde voorstanders van het biez. onderwijs, die dat ronduit had den toegegeven. Ér is, vervolgde spreker, ©en kentering ten gunste van het openb. onderwijs merkbaar. Verheugend is een toestand als die te Oude-Tonge, waar bij de laatste 2e Kamerverkiezing van de 900 stemmen er 700 op A.R., C.H. en partij Ds. Kersten werden uitgebracht, terwijl er zich niet anders dan één school be vindt, een openbare met 260 leerlingen. Een eere-medaille voor het openbaar on derwijs. Aan het slot va,n zijn met aandacht ge volgde rede wekte spr. op. tot krachtige steun en onvermoeide propaganda voos de openbare school, opdat deze door de branding der tijden een glorieuze toe komst tegemoet ga. (n de pauze werd een verloting gehou den ten bate van Zangklasse Volksonder wijs. Daarna gat Ds. Westmijse ©enige voordrachten in ©rnst en luim, proza ei\ en poezie, ten beste. (Ballade, van Marie Boddaert; Liedck-e van een vrouwenle ven, Lapidoth-Swart; In het Klooster van Las Velgaz, van Hens Boele; Lente, Aug. van Cauwielaert; Zijn eerste vijand, uit Fransche familiepapieren; De zanger, „Falklan-dje", van H. Heyermans alias Samuel Falkland; Het vrachtkarretje,van Mien Labberton.) Ds. Westmijse is een begaafd voor drachtkunstenaar, ©en geboren verteller, onvermoeid; met verbazingwekkende vir tuositeit geeft hij zijn welgekozen stot ten beste, zonder onderbreking, zonder een blik in boek of blad. Het welvoldaan publiek loonde hem voor deze bijdragen SCHEEPSONGEVALLEN 16 JANUARI 1894. De Nederlandsche bark CALIFORNIA, van Brunswich op weg naar Hamburg, strandt in de Eierlamdscbe gronden. De dertien opvarenden wéten zich met eigen- boot te redden. Eenige schuiten van De Cocksdorp brengen het grootste gedeelte van zeilen en touwwerk aan wal. De sleepbooten Hercules en Adsistent slee pen het verlaten schip vlot en brengen het naar Nieuwediep. 4 FEBRUARI 1894. Het Engelsche s.s. FAWN, van Dene marken op weg naar Leunden en geladen met suiker, strandt achter Den Hoorn bij paal 10. Eenige sleepbooten weten het schip vlot te brengen. 6 FEBRUARI 1894. De blazer TX 86 van schipper J. Wuis uit Oost, en de botter HD 66 van schip per Boon, uit den Helder, stranden op Onrust. De opvarenden van de blazer ma ken een bange nacht door en worden eerst de volgende dag door schipper Salm veilig aan waï gebracht. Op 9 Februari begeven zich ruim honderd person-en en vele schuiten naar de strandingsplaats. Wegens opkomende storm moet men even wel onvenrichterzake naar Oudeschild te- rugkeeren. Het afbrengen van de botter wordt aan eenige havenwerkers uit Nieu wediep voor f235 opgedragen. Na veel moeite slagen zij er in )de schuit Nieu wediep binnen te brengen. 18 met een hartelijk applaus. De heer Dapper sloot tegen 11 uur deze 'samenkomst met een woord van dank aan Ds. Westmijse. Tevens sprak bij de wensch uit, dat deze avond profijt zou afwerpen. DEN BURG RESIDENTIE? EEN FANTASTISCH BOEK. (Slot.) De heer C. S. Ponger, Hist. art. et Arch. Cand. te Amstelveen, schrijft ons: Het volk, waarover het hier gaat, zijn de Frya's. Tot nog toe beeft mén ge-> meend, dat dit hetzelfde volk was als de Friezen. Herrmann scheidt echter de Frya's scherp van de Friezen, en wil daarmee verklaren, het slechte oud-friesch, waarin de chroniek geschreven is. De chroniek. zou, volgens hem, vertaald zijn in S03 na 'Chr. uit de Fryataal, naar veel oudere bronnen, door een van de laatste telgen van het Frya-ras, die na tuurlijk niet zoo goed oud-friesch kende. De Friezen waren toen een belangrijk volk in ons land, hun taal was in zekere zin leidende, bovendien verstond niemand meer de oude Frya-taal. Tenslotte heeft 'Cornelis over de Linden in de taal nog meer fouten gemaakt bij zijn „bewerking" van 1855—'60. Voelt u, in welke gevaarlijke bochten Herrmann zich hier moet wringen, om ge- lootwaardig te schijnen? De schrijver geeft toe, dat Cornelis ook veel geknoeid, heeft aan de tijdrekening van het Oera Linda 'boek. Maai-, inderdaad, als hij van alle jaartallen 520 jaar aftrekt, dan klop pen enkele jaartallen, die te controleemen zijn, werkelijk met de waarheid. Nu iets over het ontstaan van het O.L. boek. Als omstreeks 50 jaar na Chr. het Fryavolk. als eenheid bijna geheel ten onder is gebracht door oprukkende vol ken, geeft de vorstin, de volksmoeder Adela, aan haar volk de raad, alle we derwaardigheden van het roemrijke Firya- Uolk op| t|e Teewenen en zoodoende voor het nageslacht te bewaren. Dit deed o.a. ook een lid van de familie Oera Liinda. Steeds bleef de chroniek in het geslacht. De naam van deze familie veranderde in de loop der eeuwen in Over de Linden. Dan tracht Herrmann te verklaren, waar om Cornelis de chroniek bewerkte. Er stonden n.L (in de echte Chroniek ook minder mooie dingen van het Frya-volk in dagen van verval. Dit kon de brave Cornelis, die zoo trotsch was op zijn voorvaderen, niet verdragen en zoo kwam hij tot zijn misstap. Herrmann moet in derdaad een zeer goed mensch zijn, wan neer hij steeds overal het goede in zoekt en ook weet te vinden! Dan beschrijft Herrmann de inhoud van het O.L. boek, schiftend, weglatend wat volgens hem Cornelis er bij verzon, terwijl hij tracht te bewijzen, wat hij voor echt houdt. De Oera Linda chroniek begint met ©en groote natuurramp, die omstreeks 1680 v. Chr. de geheele wereld teisterde. Overstroomingen en aardbevingen doen nieuwe landen ontstaan en wat vroeger land was, zinkt in de zee, de verschillende volkeren der aarde worden door elkaar geworpen, het klimaat verandert. Dit kan wel waar zijn, de aarde is herhaaldelijk geteisterd door zulke groote natuurram pen denkt u aan de legende van de zond vloed. Ik kan daarop hier niet verder ingaan. Eén van de theorieën ter verkla ring van zulke rampen is b.v., dat de aarde getroffen wordt door ©en gewel dige meteoren-regen 2), die de zeeën in VAN 1887 HEDEN. I MAART 1894. De schuit van schipper J. Timmer, uit Oosterend, komt bij Nieuwediep in aan varing met ©en schuit van Wieringen. Eerstgenoemde loopt aanmerkelijke schade op. Hij vertrekt naar "Makkum ter repa ratie. 19 MEI 1894. Schipper Jb. Bakker, van Oosterend, vindt ter hoogte van Petten het lijk van de 14-j. C. Klaver, vdie 1 Mei van "3© schuit U.K. 269 overboord sloeg en ver dronk. Het lijk wordt naar Nieuwediep vervoerd. 30 MEI 1894. De Engelsche trawler D. H. 180 vernielt 's nachts de kor van de bij het lichtschip Haaks visschende TX 26, schipper F. Plaatsman. De kor gaat verloren. II JULI 1894. Drie schuiten, op de Noordzee vis schende, worden door storm verrast. Zij zeilen het EierlandsChe Gat binnen. De H.D. 298 krijgt een gebroken giek en een gescheurd zeil. De TX 43 (S. Bakker), strandt bij de Westvval. Een vijftigtal vis- schers graaft een vaargeul van 70 M. iin -de tijd van zes uur, waarna de schuit vlot wordt gebracht. 3 AUGUSTUS 1894. In de nabijheid van Nieuwediep slaat één der opvarenden van de U.K. 136 over boord; de man verdrinkt. Geruime 'tijd later wordt het lijk opgehaald. 19 Goed en goedkoop materiaal voor winkel, school en kantoorO Daar zorgt BOEKHANDEL PARKSTRAAT. voor. beroering brengt, alles in brand zet en de aarde voor een dael uit haar baan slaat, waardoor dan overstroom! ngen ontstaan en klimaatverandering optreedt. Door deze catastrophe wordt het volk der Frya's, dat voordien zorgeloos ge leefd had, tot bezinning gebracht. Zij zien, dat er ook andere rassen op de aarde leven, waarvoor zij op hun hoede moeten zijn. Het Oera Linda boek behandelt ook liet rassen-vraagstuk. De rassen der aarde zijn ontstaan uit drie oermoeders, -de dochters van de aarde, Lyda, Fin-da en Frya. De aainde zelt is de dochter van de tijd. De Lyda's zijn zwart en hebben kroeshaar; d-e ne gers behooren tot dit ras. De Finda's zijn bruin, b.v. de Joden. De Frya's zijn blank, hebben blond haar en blauwe -oog-en, o.a. de Germanen. Hoe heerlijk moet het zijn voor Herr mann te lezen, dat d-e Frya's liet beste voLk zijn, hl ij vergeet echter, dat alle drie deze rassen uit d-e aarde geboren zijn. De negers dienen als slaven op de Frya-sche pen Daar de rassen echter sterk van el- Kaar gescheiden moeten blijven, mogen de negers niet v-erd-er bet Erya-iand in dap de havens. De negers word-en dainook in een soort concentratiekamp te Alcmar Alkmaar, dat toen een hav-enstad was) apart ge houden. W-el moeten de Frya's hun d-e zegeningen van h-et Frya-volk bijbrengen. De chroniek wijst er met nadruk op, dat er geen rassenhaat mag bestaan. Nu volgt een beschrijving van de Frya-staat. Texe laars, houdt nu uw nuchtere verstand bij elkaar! Doordat bij -de Frya's het moederrecht geldt, staat aan het hoofd van de staat een Volksm-oeder, die vanuit een BURCHT (den Burg) in TEXLAND (Texel) het; groote rijk van Oostzee tot Middelland-» sche Zee bestuurt. Dit reusachtige rijk is verdeeld in onderdeelen met burchtmaag den aan liet hoofd. Voor de militaire za ken zorgen vorsten. Tot h-et jaar 1680 stond het geheele rijk rechtstreeks onder de Volksmoeder van Texland. Na de ramp van 1680 gaan langzamerhand groote -d-eelen van het rijk verloren. Tenslotte blijft van het reusachtige Frya-rijk al leen nog over -een gebied van Schelde tof Weser. Het zwaartepunt van het rijk lag steeds om de Flyzee, ©en voorlooper van de Zuiderzee. Tot het graafschap West- Flylan-d hoort Texland. Alleen de omge ving van de Flyzee wordt in het Oera Linda boek nader beschreven. Natuurlijk, want Cornelis kwam uit den Helder! In het jaar 209 n. Gh-r. geeft een ge weldige stormvloed het stervende Frya- rijk een genadestoot. Alle koloniën en buitengewesten waren reeds lang verloren. Nu worden groote stukken land door oe zee verzwolgen. Dat is inderdaad waar, vroeger vormden de Wadden met Noord- Holland één geheel, met misschien ©en riviermond bij h-et Vlie. Alleen Frya's burg op Texland bleef door deze vloed intact. Men is genoodzaakt in Texland 2). Meteoren zijn brokstukken van uit elkaar gevallen hemellichamen, die binnen de aantrekkingskracht van de aarde ko men en dan witgloeiend op d-e aarde neer vallen. een heuvel op te richten, om de burcht- toren, de zetel van de Volksmoeder, tegen de branding te beschermen. Later wordt ook deze burcht door brand vernield. Het reuze Frya-rijk is langzamerhand uiteen gevallen. Frya, de stammoeder der F^va's, gat dit volk de Tex, dat is: de raad, de wet ten. Dfze wetten werden gegrift in de muren van de burcht der Volksmoader. Vandaar de naam Texland, waaruit later de naam Texel zou ontstaan zijn. Het is alles te mooi om waar te zijn( Door de herhaalde aanvallen van andere rassen en voortdurende Itaat van ooflog neemt langzamerhand de man een meer leidende positie in. Het moederrecht wordt vervangen door het vaderrecht. Ik ga niet 'met u in op de tallooze oorlogen, en de binnenland sche oneenigheden, die ten slotte het rijk geheel uiteen doen vallen. Ook de godsdienst -der Fr4va's is natuur lijk voortreffelijk. Zij bouwen geen tem pels -en kerken, maar vereeren op het strand, in de natuur, de zon, de maan en het vuur. De eerste Volksmoeder Besta werd later als godin vereerd. Vroeger heeft zich in de Mariak-erk te Utrecht) een beeld van deze Festa bevonden, dat zich nu met enkele andere in het Rijks museum te Amsterdam bevindt. In het tweede deel van zijln boek: De kolonie Atlantis, gaat H-errmann, meer wetenschappelijk te werk. Als men echter het eerste deel gelezen heeft, dan is menl zoo geschrokken, dat men van het tweede deel ook niet veel durft aan te nemen. In ieder geval is liet tweede deel een oprechte poging om een oud probleem op te lossen. Ik geef u slechts zeer in het kort hieronder de inhoud van het 2e deel- weer. In -d-e oudheid bestond d-e traditie, dat zich ergens in of bij de Atlantische Oceaan, in de buurt van de Straat van, Gibraltar, een groot werelddeel zou be vonden hebben, Atlantis, dat de ver binding van Europa en Afrika met Ame rika gevormd zou hebben. Dit werelddeel is in de Atlantische Oceaan verzonken, we weten er niets v-kn, dus kunnen wij on eindig erover fantaseeren. Meer dan 2000 jaar lang hebben de geleerden naar Atlan-- tis gezocht. H-errmann meent nu, dat At lantis niet zulk een groot wonderrijk was in de Atlantische Ooeaan, maar ©en land, gelegen aan een sedertdien verdroogde inham van de Middellandsche Zee, ten zuiden van Tunis, bij de kleine Syrbe. Het staat vast, dat daar, evenals in de Sahara, vroeger een ander klimaat was, waardoor deze streken van Afrika, die nu woestijn zijn, vruchtbaar waren. De onherbergzame ligging heeft Herr mann nog geen gelegenheid gegeven daar ter plaatse veel te onderzoeken. Na Herrmann zoo afgekamd te hebben, wil ik niet nalaten hem hier te prijzen voor zijn onderzoekingen in N.-Afrika. Ik hoop, dat hij gelegenheid zal hebben, •daar ver-der in de grond" te zoeken. Dan gaat Herrmann weer fantaseeren. Het-wonderland Atlantis moet in verbandi gebracht worden met dat andere wonder rijk der Frya's. Dus het een ©en kolonie van het ander en omdat alle beschaving uit h-et Noorden moet zijn gekomen, moet Atlantis dus een kolonie zijn van de Frya's. Het is zoo eenvoudig als een rekensom. Na dit zéér oppervlakkige overzicht zult u begrijpen, hoe gevaarlijk de Oera Linda Chroniek -en het boek van H-errmann zijn. Hoe graag zou niet iedere Holland-er en vooral iedere Texelaar alles wat over de grootheid van Frya-land verteld wordt, aannemen Wij moeten met een vuistslag op tafel ons zelt uit deze droom-en tot w-erkelijk-i heid terugroepen en zeggen: Neen, op zulke losse gronden mag ik dit niet gej looven, dat zou zelfbedrog zijn. Ik kon u in dit korte bestek niet punt voor punt weerleggen, maar ik geloof.dat dat niet ©ens noodig is. Wat Texel be-< treft, moeten we m-et nadruk zeggen, dat alles wat over ons eiland gezegd wordt, fantasie is van Cornelis over de Linden. Nu nog een kort woord over de schrij ver van h-et boek zelf. Volgens het oordeel van vooraanstaan de Nederlandsche geleerden, was profes sor Herrmann tot voor enkele jaren een degelijk, wetenschappelijk man. Hoe deze plotselinge verandering te verklaren Het is de geest van het nieuwe Duitschland, een geheel misplaatste poging van een volk om zich te rehabiliteeren. Tragisch en te begrijpen maar niet groot gezien. Duitschland's eer kan niet gekwetst wor den, door geen honderd Frankrijk-en, nie mand verwijt Duitschland, dat het in de wereldoorlog verloren beeft, werkelijke eer is niet kwetsbaar. Alle volken hebben evenveel. Hoe zou het ©ene het ander iets kunnen ontnemen Alle verschillen van elkaar, maar geen een volk is beter dan een ander. Amstelveen, 22 Februari 1936. Vulpenhouders en vulpotlooden hebben we in groote sorteering voorhanden, ook in de prijs, welke U wilt besteden. BOEKHANDEL PARKSTRAAT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1936 | | pagina 2