akkers Kloosterbalsem
No. 5156 50ste Jaargang Zaterdag 29 Mei 1937
wonden
EERSTE BLAD.
ten Zomerjurk
VULHAKüING.
REIST PER WACO
ïekelia, een ouae naam
voor Texel V
Eigen-Wijsheid.
bedek ze dadelijk met
Uw advertentie fn dit blad wordt
op Texel huis aan huis gelezen.
TEXELSCHE COURANT
een Oleeke Huiskleur, uat past niet
Dij elkaar. AiVULuA-zouneuiuincrënie uoet
Uw liuisMeur spoedig wijken.
Flacon yuci. luDeOoci. Uoos oU en 2o Ct
||||||lllllllllllllllllllllUUillllll!!lllllllllll!ll!lllllllllllllllllllllllllllllllllllllll||llll
llllilllllll VOOR Ut Z.ONUAÜ liinlilllll
Illi||iiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiinu||llll
De uenestet neett zijn tijdgeuooien ver-
geieKen met ue voorgeslachten en is
toen gekomen tot de oekenae ontooeze-
ming.... „akelig, mis 'lijk nagesiadit".
Vermoedelijk lieooen de beoordeelden
deze uitlating beschouwd als een dichter
lijke overdrijving en zich hierdoor niet
laten verontrusten. Toch was dat oor
deel niet zinloos. Evenals van een carica-
tuur zooals Dr. Kuyper eenmaal neer
schreef een zuiverende ademtocht moet
uitgaan, zoo bedoelt een dergelijke dich
terlijke beoordeeling iets te gispen, wat
de dichter aanwezig acht enwil veroor -
deelen De Genestet vindt zijn tijdgenoo-
ten een slap geslacht, met in staat tot
groote daden, een geslacht, dat spoedig
Dij de pakken gaat zitten, een geslacht,
dat de geestdrirt, de geestdrift van vo
rige geslachten mist, een geslacht, dat niet
de volharding, die voorheen het Neder-
landsche volk ten toon spreidde, bezit.
Het kan zijn nut hebben, dat ook wij
behoorende tot het geslacht van deze tijd,
ons de vraag stellen: wanneer de dichter
ons zou hebben vergeleken met de Neder-
landsche heldenschaar uit Neerlands glo
rietijd, wat zou dan zijn oordeel zijn ge
weest? We kunnen dichter bij huis blij
ven. Gesteld, dat de dichter thans kon
kennis nemen van deze tijd met de nu
bestaande verhoudingen, met de moeiten
en lasten, die door de inensch van lieden
worden getorst en dan een vergelijking
zou maken met Nederland van zijn tijd,
wat zou dan zijn oordeel zijn? Zou
hij dan zijn ontboezeming herhalen en
spreken van een akelig nage
slacht? Of zou hij Bilderdijks woord op
de lippen nemen en betuigen:
Holland groeit weer,
Holland bloeit weer,
Hollands naam is weer hersteld?
Dichters oordeel vernemen we echter
niet. We moeten zelf het oordeel geven.
En dan de vraag stellen: wat zegt ons
dit? Kunnen we tevreden zijn? Of moeten
we het woord in geheel ander verband
eenmaal door prof. Holwerda gespro
ken, herhalen: Kunnen wij niet anders
worden
Het geslacht van deze tijd mist nog al
te veel wat het voorgeslacht sierde en
waardoor Nederland is geworden, wat het
nu nog is. We missen de volharding, die:
stand houdt onder alle omstandigheden.
De volharding, die bergen van bezwaren
overwint. De volharding, die in zich sluit
de profetie van de overwinning. Hoe slap
en futloos staan velen tegenover de moei
ten van deze tijd.
Volharding. Het leven is taak, is roe
ping. Die roeping hebben we te vervullen
en dus: Volharden. Paolo Veronese heeft
in een zijner beroemde schilderstukken
uitgebeeld, wat volharding is. Hij schil
dert een spin. bezig haar web te spinnen,
't Wordt telkens weer verbroken. De
spin begint steeds opnieuw tot mensche-
lijke hand het leven breekt. Dat is vol
harding. Nooit vertragen. Dit verstond het
voorgeslacht. Er is een lied dat zingt:
.,Ons wenkt het beeld der vaderen". Zou
het waar zijn? f
AUTOBUSDIENSTEN naar Hoorn,
Edam, Amsterdam en geheel West-
Friesland.
Inl. WACO, Kanaalw. 137 den Helder
Tel. 773 en V.V.V. Mooi Texel.
De heer C. S. Ponger schrijft ons:
van ongeveer lüu tot 1/6 na Christus
leeiüe in Alexandné, een Ciriekscne stad,
in Egypte, een sterre- en wiskundige, ge-
naamu ciauuius Ptolemaeus. Onder de
veie werken, die Ptolemaeus scnreet, was
ook een aardrijkskundige beschrijving va»
de toenmaals oekende wereld. z.ijn doei
was uit een groote verzameling plaatsna
men, met hun ligging m graden er Dij
aangegeven, een groote wereldkaart te
maken. Een geweldige onderneming voor
die tijd. Immers, nu gebruikt men daarbij
mechanisch verkregen opmetingen. Ptole
maeus echter moest afgaan op berichten,
over het bestaan en de ligging van de
plaatsen bij verschillende schrijvers en
gegevens van reizigers en zeevaarders,
ten bepaald aantal dagen varen werd
dus omgerekend in breedte- en lengte
graden.
Men begrijpt, dat bij zulk een methode
de nauwkeurigheid zeer sterk moest lij
den. Zijn gegevens voor de toen het
meest bekende streken, de landen om de
Middellandsche Zee, zijn vrij juist, maar
hoe verder men daar vandaan komt, des
te vager wordt alles.
In de beschrijving van de Noordzee- en
Waddenkust komt het volgende voor:
De volgende plaatsen liggen in Germa-
nië in het noordelijke klimaat:
Fleum: 28 gr. 43 mnt.; 54 gr. 45 mnt.
Siatutanda29 gr. 20 mnt.54 gr. 20 mnt.
Tekelia: 31 gr.; 55 gr. enz.
In het woord Fleum herkent men de
naam Flevurn, een bekende naam in deze
streken (Flevomeer, Vlie). De naam Sia
tutanda is verkeerd. Bij Tacitus, een Ro-
meinsch schrijver, aan wie Ptolemaeus
blijkbaar voor dit deel enkele plaatsnamen
ontleende, staat n.l. na het noemen van
Flevurn, dat de Friezen zich terugtrokken,
om zich te beschermen. Ptolemaeus laa
echter verkeerdelijk, dat zij zich terug
trokken naar „om zich te beschermen"
(in het latijn: ad sua tutanda).
Men ziet hieruit, hoe moeizaam en tege
lijk ook, hoe vaag het werk van deze ge
leerde was.
De meeste andere plaatsnamen zijn niet
meer met zekerheid terug te vinden.
Ons valt terstond de naam Tekelia op,
genoemd na Fleum, in een streek, waar
Friezen wonen, in Noord Germanië; we
denken dadelijk aan Texel.
Is Tekelia een oude naam voor de
streek, die nu Texel heet?
Met zekerheid valt het niet te zeggen,
hoewel alle omstandigheden een schijn
van mogelijkheid geven.
Hoe staat het nu met de graden, die
Ptolemaeus bij Tekelia aangeeft?
Zooals gezegd, berusten deze opgaven
op vage berichten over een zekere tijd
loopen of varen. Tekelia 31 gr. en 55
gr. Oudeschild ligt 4 gr. 20 mnt. O.L. en
53 gr 2 mnt. NTB. De onzuiverheid van,
Ptolemaeus' getallen in aanmerking geno
men, mag men zeggen, dat 55 gr. en 53
llllilllllll VOOR HOOFD EN HART.
ZONDAG
Verwacht van een ander, wat gijzelf uw
evenmensch aandoet.
P u b 1 i u s S y r u s.
MAANDAG
Het kwaad leeft en woekert voort door
het te bedekken. V e r g i 1 i u s.
DINSDAG
Zoo gij voor uzelf wilt leven, moet gij
voor uw naaste leven. Seneca.
WOENSDAG
De overwinning heeft de zorg lief.
Catullus.
DONDERDAG
Roem schenkt moed.' O v i d i u s.
VRIJDAG
Of nooit ondernemen, of ten einde bren
gen. O v i d i u s.
ZATERDAG
Vergeef uw naaste, nooit uzelf.
gr. 2 mnt. overeenstemmen.
Vergelijken we voor de lengtegraden,
met twee steden, waarvan Ptolemaeus de
ligging zeker goed kende, Athene en
Rome. Voor Athene geeft hij op als
lengtegraad 52 gr. 45 milt., ten opzichte
van Greenwich is de lengte 23 gr. 47 mnt.,
dat scheelt dus ruim 28 gr. Voor Rome
geeft Ptolemaeus 30 gr. 41 mnt.; dat
scheelt met 12 gr. 30 mnt. van Green
wich 24 gr. Tekelia 31 gr. scheelt met 4
gr. 20 min. voor Oudeschild ten opzichte v.
Greenwich 26 gr.
Vergelijkende de verschilgetallen 28 gr.,
24 gr. en 26 gr., mogen we dUs zeggen,
dat de lengte-opgave van Ptolemaeus ook
globaal klopt. De ligging op 55 gr. en
31 gr. in Noord Germanië, nabij Flevurn,
in 'n streek waar Friezen wonen, maken
het dus eenigszins waarschijnlijk, dat er
verwantschap bestaat tusschen de namen)
Tekelia en Texel.
llllilllllll POSTDUIVENSPORT. llllilllllll
Door de Postduivenvereen. Texel zou
18 Mei een wedvlucht gehouden worden
van Vilvoorde (België) afstand 247 K.M.
Door het zeer slechte weer echter wer
den er geen duiven losgelaten, op geen
der losplaatsen. De radio-berichten hiel
den ook weinig goeds in. 17 Mei meldde
de radio: duiven los 10 u. 15 min., maan
het verloop was zeer slecht. De eerste
duif was er om 2 u. 30 min., daarna met!
vele minuten tusschenruimte. Des avonds,
ontbraken er nog vele op de hokken,
maar in de loop der week zijn de vogelsi
weer thuisgekomen.
Was de vlucht van 17 Mei slecht, de
vlucht van 23 Mei verliep zeer snel. Er
werd gevlogen Quievrain 318 K.M., los
om 7.30 uur. De eerste was op het hok
om 10 uur 45 min. 3 sec., snelheid 1559
meter per minuut.
De uitslag van deze vlucht is als volgt:
J. !v. Zoelen 1, 7, 8, 13, 15, 16.
M. Zuidema 2.
G. Buis 3, 4, 5, 6, 9, 11, 12, 14, 17.
K. eti H. Boswijk 10.
G. Rieswijk 18 en 19.
Tusschen 1 en 110 is nog geen 10 min.
tusschenruimte, zoodat de eersten vlug
achter elkander zijn gekomen.
JEVEZET.
SCHEEPSONGEVALLEN
JANUARI 1917.
De TEXEL 24, schipper G. Bakker,
raakt ten Z. van het Posthuis op de
Vliehors in het ijs. Met hulp van Vlielan-
Ianders en Cocksdorpers wordt de schuit
drie weken later door het hakken van een
vaargeul op het vaste strand gebracht.
Pas twee weken daarna is liet Eierland-
sche Gat vrij van ijs en kan de schuit naar
huis keeren.
APRIL 1917.
De TEXEL 95, schipper K. Kuiter,
wordt in de haven van Nieuwediep ge
ramd en zwaar beschadigd. Schade wordt
gedeeltelijk vergoed.
16 JUNI 1917.
Het Duitsche s.s. JOHANNA LEH-
MANN, met cokes van Rotterdam op weg
naar Noorwegen, strandt in de Eierland-
sche gronden. De sleepboot Neptunus
brengt het schip, bijgestaan door Cocks-
dorper visschers, vlot.
23 JUNI 1937.
Het Duitsche s.s. BATAVIER II, met
een lichter op sleeptouw, wordt door een
Engelsch oorlogsschip achter Den Hoorn
tot zinken gebracht. De 28 opvarende»
bereiken met eigen boot het strand. Mede
door hulp van het Roode Kruis wordt
hun in ae Vergulde Kikkert logies ver
schaft. De gesleepte lichter wordt door 'n
sleepboot naar Den Helder gebracht.
8 OCTOBER 1917.
De 27-j. J. Brouwer, Nieuweschild, valt
bij het repareeren van een bootje over
boord en verdrinkt.
64
Eigen wijsheid schiet te kort
Als ze eigenwijsheid wordt.
Mr. C. BAKE.
||||||iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin||||||
llllllllllllllllll HOE LAAT Illlllllllllllllll
lilil|iiiiiiiiiiiiiiaiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiii!i||||||
S l OOMBOOTDIENST
TEXEL-DEN HELDER v.v.
Op werkdagen:
Van Texel5.50; 7.50; 11.20; 2.35; 5.35
Van Den Helder: 6.50; 10.-; 12.20; 4.20;
6.55.
Op Zon- en Feestdagen:
Vertrek Texel: 7.30; 11.20; 5.20.
Vertrek Den Helder: 9.12.20; 6.30.
Ingang nieuwe dienstregeling: 6 Juni.
AU T OBUSDIENSTEN.
DEN HELDER-ALKMAAR v.v.
Van Den Helder (Haven): 7.05; 8.40S;
9.10; 10.25; n.m. 12.10; 1.25; 2.25;
3.25; 4.25; 5.40S; 6.25; 7.25; 8.25.
Van Alkmaar (Station): 7.05; 7.40S; 8.40;
9.40; 10.40; n.m. 12.40; 1.40: 2.40;
3.40; 4.40S; 5.40; 6.40; 8.40.
S beteekent snelbus; duur der reis plm.
5 kwartier; per snelbus een uur.
DEN HELDER-LEEUWAREN.
Van Den Helder (Havenplein): 9.10; 1.25
(werkdagen); n.m. 3.25; 7.25.
Van Leeuwarden: 7.40; 9.40; 11.40 (werk
dagen); 1.40; 5.45; 7.40.
Voor abonné's kosteloos dienstregelin
gen aan ons Bureau.
lijn pijnlijk, ze genezen
moeilijk en laten vaak I
liiteekens na. Behandel
ze daarom zorgvuldig,
de pijn verdwijnt direct, de wonden of
blaren blijven zuiver en genezen snel.
VAN 1887 HEDEN.
12 OCTOBER 1917.
De Ned. tjalk ADELAAR, met hout
van Gothenburg op weg naar Rotterdam,
strandt in de Eierlandsche gronden. Dfei
vier opvarenden worden door de redding
boot van Eierland gered. De tjalk komt
vlot. De redders krijgen elk f 20.van de
N.Z.R.M.
11 OCTOBER 1917.
De logger MAASSLUIS 159 strandt bij
paal 16. De acht opvarenden redden zich
met eigen boot.
De visch wordt naar Oudeschild ge
bracht en vandaar door schipper P. Vlas
Pz., Texel 63, naar Den Helder vervoerd.
26 OCTOBER 1917.
Het Engelsche s.s. TENGOR, met 75
ton steenkool van Engeland op weg naan
Frankrijk, strandt in de Eierlandsche
gronden, ('t Was oorlogstijd.)
De zeven opvarenden worden door de
reddingboot van De Coeksdocp aan wal
gebracht.
De reddingbootbemanning wordt op 26
Januari 1918 gehuldigd.
Schipper M.Boon Mz. ontvangt een zil
veren gesp, de roeiers J. en G. van deif
Kooij, W.Griek Lz., A.List en P.Boon
Mz., elk een bronzen gesp, de roeiers A.
Bakker Jz., C. de Graaf Johz., M.Weg-
man Gz., J.Boon Mz. en H.Kalis, die
nog geen onderscheidingsteeken bezitten,
ieder een bronzen medaille. Aan allen
wordt bovendien een getuigschrift uitge
reikt.
65