IO VOOR IO9 TRIUMPH VIRGINIA CIGARETTES 17 moet 'n „triumphator" in smaak wordenRook - ONDRAGELIJKE BRANDWONDEN KLOOSTERBALSEM No. 5226 51s" Jaargang Zaterdag 29 Jan. 1938 XtT- EERSTE BLAD. Te veel voor ons zelf. REIST PER WAC0 Uit de geschiedenis van Mui en Slufter DE VELLEN HINGEN ERBIJ AKKER'S ORIOINEEL TER INZAOB „Geen goud zoo goed" iüSisüffisaffiEeffla] t* ffiütasiHtHfflfflffl EB Rijpheid van de man: dat is de EB SB ernst te hebben teruggevonden, EB 3B die men als kind had bij 't spel. BB li NIETZSCHE jg TEXELSCHE COURANT ||||iiiiitiiiiiiiii:iiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiittiiiiiiiiiii!!iiin|||||| VOOR DF. ZONDAG IIÜHHI! ||||||:iiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iii:iiiniiiiiiiiih!IIIIII|||||I Wij leven te veel met ons zelf, in ons zelf, voor ons zelf. We doen veel goed misschien, doch kunnen ons te dikwijls niet verplaatsen in de gemoedstoestand van een ander. Zoo vaak komen we te laat tot het besef, wat een ander geleden heeft; in welke benarde omstandigheden een an der, vlak naast ons wellicht, heeft ver keerd We hebben het te druk met onze eigen moeilijkheden, of worden opgenomen in de sleur van onze eigen gewoonheden,, waardoor we niet ontwaren, wat er met anderen geschiedt. We moeten meer buiten onszelf treden; buiten ons eigen gedachtenkringetje en we dienen meer oog te hebben en mee? oor te hebben voor de meening en de, nood van de evenmensch. Laten we dan ook niet alles met onze eigen maat en onze eigen voorliefde me ten, maar ons verplaatsen in het leven van anderen. Dan zullen we nuttiger kunnen zijn en beter kunnen helpen. ZONDAG 30 Januari 1038. VOOR HOOFD EN HART. ZONDAG De pijl van de schimp keert tot de man terug. O o e t h e MAANDAG De proef beschaamt geen trouw, maar geeft ze een klaarder luister. Vondel., DINSDAG Vertrouwen is moed en trouw is kracht. Ebner Eschenbach. WOENSDAG Wat niet te veranderen is, moet men dragen. Shakespeare DONDERDAG Goed is eens menschen dood als hij een einde maakt aan de ellende des le vens. S y r u s. VRIJDAG Daar staat gij in den zonneschijn; ai wat gij doet is: blomme zijn. Guido Gezelle ZATERDAG Wie nooit door een dwaallicht misleid werd, heelt nooit naar het licht gestreefd/ S i r i u s. lil UIT DE NATUUR. ALS IN EEN SPROOKJE. De grootste koraalrug ter wereld be zit Australië. Deze rug, het Great Barrier Rif, strekt zich over een afstand van 2000 K.M. ten oosten van de kust van, Queenslanc. uit en is gemiddeld 35 M. hoog. In de loop van ontelbare eeuwen hebben milliarden en nog eens milliarden nietige koraaldiertjes hem opgebouwd. Tusschen het Great Barrier Rif en de kust van het vasteland van Queensland strekt zich een prachtige blauwe zee uit, die op de smalste plaatsen 15 en op dei breedste 145 K.M. breed is en er in lig-' gen ruim 1000 eilandjes, die alle uit het zuiverste koraal 'bestaan. Millioenen prach tige vogels nestelen op deze koraal-eilan den; oootmuskaatduiven, zeezwaluwen, schapenvogels, zeewulpen, kakatoe's, zanglijsters en reigers. En de zee tusschen Queensland in het koralenrif wemelt van enorme zware vis- schen, kabeljauwen van 35 pond, makree- len van 60 pond, zwaardvisschen van 400 pond, enz. Ir. het ondiepe, heldere water, vlak bij de kust, kan men allerlei prachtige koraal tuinen zien, zooals ze heeten. Koralen zijn n.l. lang met alleen bloedkoralen, zooals wij ze in de winkel-etalages zien, maar koralen in allerlei tinten, van zachtrose, tot donkerrood en van lila tot purper. Er zijn blauwe koralen, groene koralen, en matgouden koralen, een waar wonder der natuur. Verder leven er in deze prachtige zee ongeveer 90 verschillende soorten haaien. AUTÜBUSDIENSTEN naar Hoorn Edam, Amsterdam en geheel West- Friesland, lnl. Waco, Kanaahv. 137, den Helder Tel. 773 en V.V.V. Mooi Texel. e Wat we nu Texel noemen, ontstond door het samengroeien van twee eiland jes: het toen veel kleinere Texel en het Eijerland. Heel lang geleden moeten Texel Vlieland en het Eijerland één groot eiland zijn geweest, maar bij het einde van de,, Middeleeuwen lagen ze als drie afzonder lijke eilandjes voor de Waddenzee. Het Eijerland bestond uit een aantal losse duintjes, ongeveer op de plek, waar we nu de Eijerlandsche duinen en de Krirn. duinen vinden. Texel was in hoofdzaak het karakteristieke golvende land met de tuunwoaltjes. Ten westen van dat oude land vormden zich achtereenvolgens een aantal duinenreeksen. Achter die duinen werden achter elkaar zes koogen, (buiten gronden) bedijkt. Tusschen die koogen en het oude land lag een baai, waar Bur ger-N ieuwland en Waal-en-Burg (1617) werden ingepolderd. Op de oudste kaar ten van Texel (P. Bruinsz. 1594 en G. T. Langendijk 1593) eindigt het eiland aan de noordzijde daar, waar ook nu nog de dui nen een boog naar binnen maken, vlak ten noorden van het dorp De Koog. LangSi die duinen lag een geul, waarvan een een- dekooi het laatste restje is. Ten noorder.l van die geul lag een losliggend duin: Naencke Duyn (Maaykeduun), dat een soort eilandje was in een zandvlakte, welke zich uitstrekte tot het Eijerland toe. We kunnen ons die zandvlakte vermoede lijk het beste denken als de huidige Vlie hors. Het is goed mogelijk, dat in het midden van die zandvlakte een vrij be langrijke geul was. (Zeilkaart van Lucas Waghenaer). Een dergelijke geul had, zooals dat elders wel gebeurd is, gemak kelijk kunnen uitgroeien tot een zeegat Maar zóó ver is het niet gekomen. In 1629 en '30 lieten de Staten van Hollandr Texel met het Eijerland verbinden door een zanddijk. Met korte zanddijkjes wer den bovendien de afzonderlijke duintjes van Eijerland aan elkaar gelapt. We heb ben van die kunstwerken een merkwaardig document in de kaart van Johan van Teylingen, die in 1602 werd geteekenJ naar gegevens van A. Metius, maar, blij kens toegevoegde papieren, in 1664 werd gebruikt bij een aanvrage van octrooi voor bedijking. Voor dit doel schijnt de kaart te zijn bijgeteekend. Alles wat in 1629 en latere jaren werd aangelegd, is duide-, lijk te zien. Tusschen de nieuwe dijk en de zee lag een "breed strand. Westelijke winden woeien jaar in jaar uit zand naar de dijk. Planten als helm zullen een handje gehol pen hebben. Op het oogenblik heeft de zanddijk bijna overal een eerbiedwaardige hoogte bereikt, stellig veel hooger, dan de Heeren Staten hem projecteerden. Aan de binnenzijde van die dijk vormde zichj een groote schor. Daar werd vee geweid.' Beroemd was dat schor om zijn vogel rijkdom. Pas in 1835 werden die „Eijer-' landsche Buitengronden" ingedijkt als een groote polder. De Eijerlandsche duinen groeiden zoet jesaan samen tot een stevig geheel. Men-' schelijke hulp was bij dit proces stellig een factor van belang. Telkens lezen we? op oude kaarten van stuifrijzen en zand dijkjes. Jongere kaarten bewijzen, dat die kunstwerken meestal althans ten deels* succes hadden. In de loop van de achttiende eeuw groeide er in het verlengde van de Koo- ger duinen een uitlooper naar het noor den. Tusschen die uitlooper en de Zand-i dijk ontstond een schor, dat al in 1753» door M. den Berger werd aangeduid ala „Nieuw Nederland". Voor 1859 werd het afgesloten en kort daarna verkaveld als „de Nederlanden". Ten noorden van de Nederlanden vormden zich op het strand lage duintjes, de „Slufterbollen". Wanneer en hoe die Slufterbollen ont staan zijn, valt uit oude kaarten niet meer op te maken. Zeker is, dat in de eerste helft van 18e eeuw al een begin aanwezig was. Honderd jaar geleden was het gebied, dat we nu kennen als het natuurmonu ment „de Mui en de Slufter", niets dan een kaal strand met een complex lagei duintjes in het midden. De oude e deelen, in de omgeving: Krimduinen, Zanddijk, Maaykeduun en de zuidhelft van de Ne derlanden vallen juist buiten het natuur monument. Practisch moest het gebied, dat nu als natuurreservaat bijna wereld beroemd is geworden, toen nog ontstaan of beter gezegd: gemaakt worden. In 1853 legde „Waterstaat" een zand-' dam aan over het strand evenwijdig aan de Zanddijk. Als vaste punten werden ge bruikt het buitenduin van de Nederlan den, Rijsbol en Kleine Nol (duintjes in de buurt van de huidige Mui), de Slufterbol len en het buitenduin van de Krim. Eind Januari 1858 brak die dijk op drie plaat sen door. Het strand achter de dijk liep ieder tij gedeeltelijk onder. Het water schuurde drie geulen uit: de Mui, de Kleine- en Groote Slufter. De Groote Slufter lag vlak tegen de Krimduinen. Het gat bij de Mui was spoedig her steld. Dertien jaar later vinden we daar al twee dijken. Tusschen die dijken ligt, nu de beroemde plas. Dijkjes tusschen do Slufterbollen en de oude Zanddijk sloten het gebied achter de Mui van de rest van; de Slufter af (1874—82). Daardoor ont stond de mooie Muivlakte, die (helaas) al in 1884 van een ontwateringssloot werd voorzien. in het zuiden liep dus alles vlot, maar in het noorden wilde de afsluiting maar' niet lukken. Van een zanddijk van oost) Dank zij KLOOSTERBALSEM komt zijn hand weer goed in orde Jt Gebeurde door kokend heele olie en mijn rechter hand was geheel en al wond. Ik was ten einde raad en huilde van de ondragelijke pijnen. Mijn man heeft mijn hand dadelijk verbonden met Kloostcrbalsem, welke we altijd voor ons kleintje in huis hebben. U kunt er zich geen voorstelling van maken, hoe dat ineens heerlijk verzachtte. Ik geef U de heilige verzekering, dat ik zelf verstomd sta over het wonder. Binnen 14 dagen was mijn hand weer gewoon." Mevr. U. Fr. te 's-O, Onovertroffen bij brand-en snij wonden Ook ongeëvenaard ais wrijfnilddel bij Rheumatiek, spit en pijnlijke spieren Schroefde-)"» 35 ct. Potten: 62y$ ct. en f 1.04 TEXELS POLDERLAND HET HOORNDER-NIEUWLANÜ. Volgens het biezonder reglement, op genomen in Prov. Blad no. 3 van 1907, is de polder het Hoornder-Nieuwland be grensd als volgt: Van de havensluis aan de noordoost hoek van de polder loopt de grens zuidi waarts langs de oostzijde van de Nieuw- Iariiderdijk tot aan de overrit naar de hof stede Hoorn en Burg, waar die dijk tegen de duinen aansluit. Daar gaat zij dwars over de Nieuwlanderdijk en over de weg langs de binnenteen der duinen en volgt dan zuidwestwaarts de noordwestzijde van die weg tot de zanddijk of het z.g. mol' werk, buigt dan noordwestwaarts om, en loopt langs de noordoostzijde van de binr.enberm van gemelde dijk tot aan de zuidoosthoek van het perceel, gemeente Texel, sectie F no. 1030. Verder gaat de grens noordwaarts langs de oostzijde van net gemelde perceel van het perceel nr. 1031 en van de Kuildijktot aan diens noordeinde, vervolgens oost waarts langs de noordzijde van de Nieuw- landerweg tot aan de zuidwestelijke hoek van het perceel, sectie F., nr. 594, dam langs de westzijde van dat perceel en voorts langs de zuidzijde van de dijk van het waterschap de Dertig Gemeen schappelijke polders tot aan de havensluis. In de zuidoosthoek van de polder staat een wind-motor-installatie met stalen vij- "18 HOE LAAT STOOMBOOTDIENST TEXEL- DEN HELDER v.v Op werkdagen Van Texel: 5.30; 7.50; 11.20; 2.33; 5.35 Van Den Helder: 6.50; 10.-; 12.20; 4.20; 6.53. Op Zon- en Feestdagen: Van Texel: 7.30; 11.20; 5.20. Van Den Helder: 9,00; 12.20; 6.30. meeuu 'J storn naar west om de Sluftervlakte in twee kleinere stukken te verdeden, is nu nau welijks meer iets te vinden. Een dam, die in 1886 dwars door de Groote Slufter werd gelegd, verdween nog hetzelfde jaar. Twee jaar later werd de stuifdijk voor de Sluftervlakte verdubbeld, maar daar mee waren de Slufters zelf nog niet uit de wereld. Toen eindelijk de Groote Sluf ter bedwongen was, werd de Kleine Slu- ter automatisch des te grooter. Nu zijn we nog getuige van een worsteling tusschen „Waterstaat" en de inmiddels groot ge worden Kleine Sluiter. Moge die worste- 1 ng nog lang voortduren Waterstaat is overigens voor geen kleintje vervaard en als de heeren er hun zinnen qp zetten* zullen we de Slufter als zoodaig wel verliezen. Wat we er voor terug krijgen is, mits er geen slootjes worden gegra ven, een groote natte vlakte, zooiets als de Mui maar dan in het groot. Ons grasje (zie Tex. Crt. van 22 Jan 1938) zal dat wel niet overleven. Maar bij alle rijkdom, die ons dan wacht, zullen wij het nauwe- welijks missen. Wassenaar. JAN SCHOUTE. JOOST TER PELKWIJK. Uit: De Levende Natuur. EBüSitEïffiffifflfflBe y SffiaffiffifflfflfflBBSB VOORHEEN EN THANS. zei. De polder heeft bovendien een hulp- bemalingsinstallatie, bestaande uit een centrifugaalpomp, aangedreven door een i uw-olieinotor van 10 p.k. Het water van de polder wordt met dat van De Kuil opgemalen in de limietsloot tusschen de P.H.Polder en de eigendommen van de erven D. de Graaf, om vervolgens met dat water, dat uit de havensluis van de Dertig Gemeensch. Polders stroomt, langs een uitwateringskanaal door de P.H.Polder' heen, at te vloe.en naar diens zeesluis en door een van haar openingen uit te stroomen in zee. In de Nieuwlanderdijk ligt vóór de windmotorinstallatie een uitwaterings sluis. Er is geen vast peil. De belastbare oppervlakte is 114.44.20 hectare. Het bestuur bestaat uit drie leden, van wie één voorzitter is. Zij worden door de stemgerechtigde ingelanden gekozen. DE PRINS HENDRIKPOLDER. De Prins Hendrikpolder, in 1847 be dijkt, krachtens concessie, verleend bij K.B. van 15 April 1847, bestaat uit de gronden van de in de achttiende eeuw ondergevloeide en verlaten polder Hoorn en Burg. 19

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1938 | | pagina 1