NELLIE.
ONS FOTOHOEKJE.
NELLIE WITTE Md.
Nellie woont in Gerritsland;
Ze werd 21 Febr. 1938 elt
jaar.
VOOR DE VROUW.
KAMERPLANTEN.
CYCLAMEN, jonge, komen nu in pot
jes van vijt cM. doorsnede en worden;
zoo mogelijk in warme bak ingegraven.,
(halt Maart.)
BEGONIA'S kunnen kou slecht verdra
gen. Na Juni kunt u ze buiten zetten.
Geet groote pot, dikwijls water en regel
matig Pokon. Opstokken, nijpen of bloe
men wegnemen is niet noodig, maar dan»
flink voedsel en drinken geven. In de
potgrond wat turfmolm.
NUTTIGE WENKEN.
Amandelen pellen? Eerst begieten
met heet water.
Gelatine: eerst vijf minuten in koud
water. Dan het water er af gieten en de
gelatine op het vuur verwarmen.
Zeevisch koken? Wanneer u een
scheut melk door liet water doet, krijgt de
visch een blanker kleur.
Bloemkool koken Ze wordt blanker,
wanneer u wat melk aan het water toe
voegt.
DE NIEUWE MODE
BLOUSE VKK 2185, te maken van
b.v. dun fluweel, satin, cloqué, brocaajf
of ander gekleed weefsel. Het geheel sluit
aan. Alleen het schootje is wat ruimer.,
Sluiting met mooie knoopjes. Patronen
35 ct., in maten 42—44—46.
Gelieve de patronen te bestellen: Mu-
zenstraat, Den Haag, Vereen. Persbu-
reau's. Postzegels bijsluiten.
FEUILLETON
58
Wat? zei kapitein Trafford. Een mu
seum. Daar moet het rustig zijn. Het kan.
er in elk geval niet erger zijn dan hier.
Kom mee, Nellie. Hij offerde het ver
plichte entree-geld, en wij traden binnen.
Dat dit alles geschiedde, zonder dat om
mijn toestemming was gevraagd, scheen
mijn begeleider niet op te vallen. Het ver
trek was bijna leeg.
Gelukkig, zei hij mét een diepe
zucht.
Ik keek rond; er was geen schilderij;
te zien.
Er zijn geen menschen en er zijn
geen schilderijen, merkte ik op.
Des te beter, zei hij: het geeft hier
een ware verademing na die vreeselijke
drukte. Wat heeft die man aan de deur
mij in de hand gestopt?
Het bleek een aanbeveling te zijn om de
arme Ungobora's zooveel mogelijk te
steunen.
Hoe gaat het er mee sinds gister
avond, Nellie? vroeg hij plotseling.
Sinds gisteravond best, antwoord-
RECEPTEN.
CITROENPUDDING. 4 eieren, 150 gr.
bakterdsuiker, sap van 2 citroenen, 8 gr.
witte gelatine. Roer in een vooral gaat
pannetje de eierdooiers met de suiker tot
een gladde massa en roer er dan roerende
het citroensap bij. Laat dit mengsel op
de kachel, roerende, eenigszins gebonden
worden (niet koken); neem het van het
vuur, vermeng het met de in wat kokend
water opgeloste gelatine én roer er ten
slotte luchtig het stijfgeklopte eiwit door.
Roer van tijd tot tijd in de puddingmassa,
tot ze gelei-achtig wordt; giet ze dan in
een steenen vorm, die van te voren met
wat goede sla-olie is ingepenseeld, en
laat daarna de pudding koud en stijt wor
den. Presenteer er geen saus bij, maar
wafeltjes, biscuits ot ander droog gebak.
STERRENBEELDEN.
Weten jullie, dat er sterrengroepen zijn,
(die de naam dragen van Grote Beer,
Kleine Beer, Draak, enz.? Die namen zijn
daaraan in de oudheid gegeven door ster
renkundigen, die in die sterrenbeelden 'be
paalde figuren meenden te zien. Ik heb
hier getekend, wat zij meenden te ont-
ontdekken: Draco, Draak; Ursa Minor,
Kleine Beer; Polaris, Poolster; Ursa Ma
jor, Grote Beer.
NIEUWE PRIJSRAADSELS.
4. Je eet mij iedere dag. Verander mijn
laatste letter en ik beduid: breekbaar.
5. Vul eens in:
E om het land.
O huisdier.
O een vod.
E om te snijden.
Achteraan lees je van boven naar be
neden: een sappige vrucht.
6. Wanneer je ondeugend bent, is de
onderwij zer(es) S.
Laat een klinker uit dit woord weg en
het betekent: een verzameling (van bloe
men b.v.)
Inzenden na no. 9.
Met vriendelijke groeten,
Jullie OOM KO.
EH ffl
Eg Verzamel uw uitknipsels in ons EE
EB plakboek, groot 24 bij 32 cM.; in [g
[g stevig omslag160 blz.; met alfa- ES
[g bet Prijs voor abonné's slechts [g
EB 35 ct. Franco per post zenden Eg
EB we na ontvangst van 50 ct. (weegt EB
EB plm. i/2 K.G.) Eg
BB S>
ffiffiESfflfflfflifflffiffi II ffiffiffllgigfflfgfflffl®
de ik. Net zooals iedere andere dag.
Ik heb niet de indruk gekregen, dat
je tevreden bent, dat je je gelukkig ge-i
voelt, nu je je met twee oude dames als
'tware hebt begraven in een groot, som
ber huis.
Ze zijn heel goed voor mij.
Daar ben ik van overtuigd, vervolg
de hij ongeduldig. Maar wat een veran
dering beteekent net niet in je leven. Nogj
slechts kort geleden was je een vroolijk,
luchthartig meisje een kind
Toe, spreek niet verder, viel ik hem
in de reden. Is het noodig, om het ver
leden weer op te halen? Ik heb aan mijn
dagelijksche strijd meer dan genoeg.
Het is mij onmogelijk, sprak hij
somber, om dat verleden te vergeten. Tel
kens, als ik naar je kijk, herinner ik mij,
hoe je destijds keek en sprak en lachte.
Lachte ik toen vroeg ik spottend.
Het is al zoo lang geleden, dat ik heb
gelachen, dat ik het bijna ben vergeten,
Dat kan wel, zei hij. Ook ik heb de
laatste maanden niet veel lust gevoeld
om te lachen.
Ik keek naar zijn gezicht, dat er ver
moeid, ja zelfs neerslachtig uitzag. Jij?
vroeg ik.
Ja, antwoordde hij. Of denk je soms,
dat ik geen hart heb?
Het bloed steeg mij naar de wangen.
Hoe durfde hij op deze wijze tegen mij
te spreken Ik wierp hem een verontwaar-
iiininiw
VOOR DE JEUGD.
Vr
7. Hierdoor opnieuw ontsteld, rende
de schimmel, doodsbleek van schrik,
het ert over en de moestuin door, waai
de over de grond slepende fiets de
grootste verwoestingen aanrichtte. Peen,
postelein, kool, alles werd onbarmhar
tig uit de grond gerukt en afgemaaid.
8. Boer Knolleboom was „door het
het dolle heen". „Wacht maar, man
netje!" riep hij tot meneer Pimpelmans,
„je blijft daar zitten, tot ik de politie
gehaald heb." Hij gaf zijn vrouw op
dracht, op de gevangene te passen en
holde de weg naar Knuppelhoek op.
DE PRIJSWINNERS.
De oplossingen van de laatste negen
raadsels waren1Brok. 2. Schaar. 3.
Dik Trom. 4. Papier-inkt. 5. Baard,
baars. 6. Stoel. 7. Stoel, ledikant, bank,
enz. 8. Kikvors (er zijn ook andere
goede oplossingen). 9. Zebra.
Briefjes ontving ik van: 1. Nellie van
Heerwaarden. (Fijn, dat je ook meedoet.
Ook naar de kindermiddag geweest, Nel
lie?). 2. Hetty Roeper. 3. Gijs Keijzer.
4. Karei Roeper. 5. Gerda Bakker. 6.
Emma Veeger. (Je had gerust al eerder
mogen schrijven, hoor). 7. Jac. Ie Noble
(Flink zo, Jacob. Ik hoop, dat je me nog
vaak schrijft). 8. Simon Witte (Ja, die
meneer Pimpelmans beleeft nog heel wat.
Misschien komt het verhaal in Sept. in
kleuren op 't witte doek). 9. Fem Witte
10. Tonny Dijt. ll.-Evie Dijker (Je zit
nu dus in Zandvoort? Jammer, dat het
nog geen zomer is, hè?). 12. Trijntje:
Eelman. 13. Pietje Eelman. 14. Neeltje
Roeper. 15. Wim Kalkman. 16. Rie van
IJperen (Wat zal dat Woensdag een feest
zijn geweest. Nog wel gelukgewenst met
je 12e verjaardag) 17. Kees van IJperen,
18. Ant. van Heerwaarden. 19. Hans van
IJperen. 20. Jac. Lawende. 21. Maarten
Reuvers. 22. Dirk Krijnen. 23. Annie
Zijm (lk vind dat blokschrift van jou
mooi, Annie). 24. 1de Kok. 25. Piet Kok.
26. Henk -Zijm. 27. Maatje van Leeuwen.
28. Jannie van Heerwaarden (Wat keurig
briefpapier heb je, Jannie). 29. C'orrie
Bakker (Ben je nu weer zoo gelukkig
geweest een prijs te winnen op de kin
dermiddag?). 30. Luit Bakker (Ik hoop,
dat je naar de derde klas overgaat. Doe
maar flink je best). 31. Pietje Bos. 32.
Reinie Bos. 33. Jopie Bos. 34. Marie Reij.
35. Trijntje nenkes. 36. Corn. Htenkes.
37. Dick Wuis (Je bofte wel Dick, zoo
gauw een boek te winnen. Ik hoop, dat er
nog meer komen, hoor). 38. Rika Keijzer.
39. Cor Smit. 40. Henk Reitsma (Je
moet me eens schrijven over de Kinder-
middag, Henk. Ik ben er ook geweest, en
zag wel, dat de kinderen het een fijn
feest vonden). 41 Dora Smit. 42 Janna Jon
ker.
De boeken, ditmaal wel vier, vielen ten
deel aan:
HENK REITSMA, Eierland, jaar.
TR. HENKES, De Waal, 10 jaar.
JANNA M. JONKER, Den Hoorn, 9 jr.
WIM KALKMAN, Den Burg, 9 jaar.
digde blik toe.
Je kunt veronderstellen, dat ik alles
ben vergeten; dat moet je zelf weten.
Maar je hebt niet het recht mij harteloos
heid te verwijten.
O neen vroeg hij eenigszins spot
tend. Was de verloving tusschen jou en
mr. "Fishe zóó van harte gemeend?
Bij deze woorden sloeg ik de oogen
neer en wendde mijn hoofd af.
Vergeet me, zei hij terwijl hij nader
kwam. Ik wilde geen scherpe woorden tot
je spreken, Nellie hij legde zijn hand
op mijn arm zelfs nu, na al wat ik
heb doorstaan, wil ik je niet kwetsen.
Ik smeek je, geef mij niet dergelijke ant
woorden, dat ik er bijna toe word ge
dwongen.
De tranen sprongen mij in de oogen.
Ik dwing je nergens toe, stamelde ik.
Waarom ben je gekomen waarom wil
je met me praten Voordat je kwam, had
ik het rustig.
Hij liet mijn arm los. Ik zal je rust niet
verstoren, sprak hij bitter. Rust. Alsot ik
sinds dat oogenblik ooit één moment)
rust heb gekend.
Hij keek plotseling op; ik volgde zijn
voorbeeld. Er waren eenige bezoekers;
binnengetreden en de grap bemerkend, die
men met hen had gemaakt, barstten zij in
luid gelach uit.
Kom, zei hij ongeduldig.
Voordat ik een stap kon doen, riep een
SCHIPBREUKELINGEN OP HET
ZEEROVERS-EILAND
Een vervolgverhaal voor
de oudere kinderen.
3. Met grote spanning zag het drietal
de - eerste nacht op het eiland tegemoet.
Bij hun verblijf staken zij een stok in de
grond, waaraan zij een stuk zeildoek als
noodvlag bonden. Hierbij hield Hans,
toen het donker werd, de wacht.
4. De volgende morgen besloot Frits
met het vlot even naar het schip te varen,,
om te zien, hoe het daar ging. Tevens
kon hij dan vertellen, hoe zij het op hun
eiland maakten. Hans bleef met Rie ach
ter om de omgeving van hun hol te ver
kennen.
Hoe zou het eiland heten? Wa
ren zij de enige bewoners?
stem, die mij maar al te bekend in de
ooren klonk: Laurence.
Het was Winifred Warner, die haastig
op ons toetrad. Ik deinsde achteruit. Ka
pitein Trafford toonde een verwarring,
zooals ik nog nooit bij hem had gezien.
Hij staarde het meisje aan, glimlachte,
keek somber, en deed een paar stappen
naar haar toe hij wist blijkbaar niet,
welke houding hij moest aannemen.
Winifred, kwam er eindelijk uit zijn
mond. Hij wekte de indruk, alsof hij een
geestverschijning voor zich zag.
Laurence, sprak ze spottend. Ben je
het werkelijk. Ik dacht, dat je op Malta
ot Gibraltar zat ik weet eigenlijk niet
waar, en nu vind ik je hier in Londen,
Haar natuur was .zoo goedhartig, dat zij
er niet aan dacht een woord van verwijt
tot hem te richten. Hoe lang ben je in
Engeland? Toch zeker nog maar kort?
Waarom heb je ons niets laten weten?
Wilde je ons verrassen?
Ik ben nog slechts heel kort hier, zei
hij, nog steeds zijn verwarring nietmees-
ter.
En geldt dan je eerste bezoek een
fancy-fair? vroeg zij glimlachend en
eenigszins verbaasd. En ben je hier ah
leen
Ze keek nieuwsgierig om zich heen
en zij zag mij. Haar oogen werden groot
van verbazing.
(Wordt vervo'gd.)
No. 63.
VKK 2185.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIUIlllllWII
||||||lll!lllllllllllllllllllllllllllllllll!llll|l||||ll|||||!l||||||||!l|||||||||||||||l||||||||jjj