DAMPO X ^1 XXi/1/4 WVt>xY^ (al UW KINDJE VERKOUDEN Hoe Texel in 1813 de Franschen verdreef. Texel op de Kaart en op de Grafzerken. Gr af tee van xe\ I E 10 El J h JOEI III lllll r v' ièz± fl Ben B< RIJMELARIJTJE. UITVERKOOP. Een huisvader vertelt. (Op hooger last wordt u gemeld, Dat dit gedicht mijn vrouw met geldt). De krant heeft ons het nieuws gemeld,. De post het huis aan huis besteld, De uitverkoop is in het land O lief, hoe kom ik uit de bnan|d!?l? De rust is thuis verdwenen, Daar vliegt de vrouw weer henen. Want in de étalage Hangt prachtige vitrage. Natuurlijk voor een schijntje, (Dat houdt 'r aan het lijntje). En verder een"velourtje, Een beeldig pompadoertje, Een kostelijke jumper, (Ze heeft er drie, de stumper). Een hoedje, om te stelen, (U moest 'r hoonen kweelen) Een schitterende lap flanel, ('k Meen voor 'n cent of wat per el). Een 2x2 karpetje, Een zuiver veeren bedje, Een handweef tafelkleedje, (Alweer voor een klein 'beetje) De uitverkoop is in het land, O lief, hoe kom ik uit de brand!!?'!? Geen middageten vind ik, Een droge korst verslind ik, En 'k breek m'n hals en beenen Over de rommel henen. Ik heb de zaak eens opgeteld.... En ben de kamer uitgesneld, Zij heeft zoowaar vier rokken, Ikgaten in mijn sokken. Geen zakdoek vind ik; wat een pret, De wasch is nóg een week verzet. Ik heb m'n boord maar omgekeerd, Want moeder is 'm weer gesmeerd.... Ik val met een gemengd gevoel Op d' eenig leeggebleven stoel, En vind daar in een hoekje, Een alleraardigst boekje..... Ik sla het op. roep: „moord en brand"! Het is de „uitverkoopcourant". HU1B DE RIJMELAAR. Illlllllllll WEET U ZE ALLE VIJF 111111111111 321 „Typhoon". Wat is dat? 322 Waar verschijnt de „Times"? 323 De voornaamste rivier van Enge land 324 „Seismometer" dient voor 325 Wie stichtte de padvindersbewe- weging ANTWOORDEN. 321 Wervelstorm (Chineesche Zee.) 322 Londen (dagblad, sinds 1785). 323 De Theems. 324 Waarnemen van aardschokken. 325 Lord Baden Powell (190S.) NIEUWE VRAGEN 326 Wie vond de auto uit? 327 Hoe heette de slotvoogd van Loe- vestein ten tijde van Hugo de Groot 328 Piraten zijn 329 Kangeroes leven in 330 Als het op Texel 12 uur 's mid dags is, is het te Batavia onge veer Wrijf dan keel, rug en borstje m met Dampo.Wonderlijk rooals dat helpt! Pot 50 ct. Tube 40 ct. Doos 30 ct. 18.) Eenige dagen later trok de paling- venter naaar de Schans met 'n mand pa ling aan de arm. De koopwaar zag er zoo verleidelijk uit, dat Hein al spoedig een groot deel kwijt was, zonder er een duit te hebben ontvangen. Hij stelde zich nu aan, of hij daarover lievig verbitterd was en ging zich over de ongepaste be jegening bij sergeant Bakker beklagen. Op die wijze kreeg hij een goede gelegenheid de brief aan Willem Lourens in handen te spelen. Toen bood de venter ook zijn koop- Waar de officieren aan, die hem gretig iets afkochten. Met het overschot ging hij weer verder. Daar trad sergeant Bak ker hem in de weg en zei fluisterend: Zeg maar aan de vrienden, dat zij op ons kunnen rekenen. Wij zullen er voor zorgen, dat de kanonnen ontladen zijn, als de Texelaars aan de poort ko men. Toen, als wilde hij 't voorbeeld der roofzieke soldaten volgen, greep hij 'n handvol paling uit de mand en fluisterde hij tot Hein: Begin jij nou op te spelen, dan zal ik tot de soldaten roepen, dat ze je heele- maal moeten plunderen en 't fort uitja- door M. LASIS. Wanneer men eens op Texel vertoeft, dan is voor een liefhebber van volkskunde en historie niet in de eerste plaats hei strandleven het meest aantrekkelijke deel. Geenszins zij bedoeld, dat er geen be koorlijks zit in de onmetelijke, immer be wegende massa, die aanrolt en weggolft van het breede zonnige strand; of in een, wandeling langs de kust, waar oude wrakstukken ons herinneren aan woeste stormnachten. At aar op onze zwerftochten, over het „binnenland" van 'het be roemde schapen- en vogeleiland zijn massa's interessante dingen te ontdek ken, die de doorsnee-bezoeker hetzij door r onwetendheid hetzij door zomersche „lui heid" niet onder oogen krijgt. Daarop te wijzen is het doel van dit artikel. Aan, de hand van de stafkaart, getoetst aan de natuur en door een bezoek aan Texel's kerkhoven zijn merkwaardige gegevens te vinden over de historie van Texel. Hoewel het logischer is om eerst de kaart te bestudeeren en daarna er op uit te gaan, zal het toch beter zijn te begin nen bij de kerkhoven en in de kerken.. En natuurlijk is dan het eerst aan de beurt Den Burg, aan de kerk, waarvan wij onderdeelen uit 'het laatst der 15e: eeuw meenden te ontdekken. D: hooge spits is van 1604. Het ligt niet in de be doeling om alle grafzerken te bezien. Maar er liggen van die kleine vierkante zerkjes welke onze aandacht vragen. Of eigenlijk, wij moeten er naar zoeken, want vaak zijn ze onder het gras ver scholen. Behalve een nummer, het graf- nummer, staat er een of ander figuur op, vaak voorzien van enkele letters. En om die figuren, die op elk steentje anders» zijn, gaat het deze keer. Die steentjes vonden we ook nog in Den Hoorn en Oosterend. De Cocksdorp is mij onbe kend, terwijl bij Oudeschild en De Waal niets was te vinden. Toch lag er in 1937 bij het kerkje van De Waal nog zoo'n gemerkte steen, want in de Texe'sche Courant van 25 September van dat jaar lazen wij RECENSIES. I|||||iiiii:iiiiiiiii:iiiiiiiii!IIIIiiiiiiiiiiiiiiii!Iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iiiiiiiiiiiiiii|||||| BUITENLEVEN. De uitgever A. J. Herwig te Bussum zond ons een exem plaar van zijn mooie en welverzorgde maandblad „Buitenleven". Het is gedrukt op kunstdrukpapier en voorzien van vele prachtige foto's. Uit de rijke inhoud noemen wij u: Van maand tot maand (nuttige korte wen ken), planten in de sombere tuinen, een practische opsomming van schaduwplan- ten, ghoenblijvende heesters, een praatje over prachtige bloelende wortelgewas sen, babyrozen, gemengde tulpen, orchi deeën voor de kamer en voorts de ru brieken van de plantendokter, de groente tuin, en de handige vragenbus voor iedere abonné. Elke aandachtige lezer van dit prach tige maandblad, waarvan een proefnum mer gratis bij onze administratie te ver krijgen is en dat slechts f2.50 per jaar kost, zal daarin een nuttige vraagbaak vinden. gen, dan krijgt er niemand argwaan. Nu, Hein roerde terdege zijn mond en de leuke sergeant riep tot eenige solda- daten Jongens, neemt die vlegel zijn pa ling af en jaagt hem het fort uit. De sergeant had nooit een bevel gege ven, dat zoo snel en met zooveel gewillig heid werd uitgevoerd. In 'n paar secon den was de mand geheel leeggeroofd. Hein speelde zijn rol onverbeterlijk en sloeg nijdig met de mand naai- de roo- vers, die echter op hem losstormden, waarna hij zich haastte om buiten de poort van 't oude fort te komen. Nog diezelfde dag trok de palingventer naar de bondgenooten te Oosterend, om er zijn wedervaren mee te deelen. Er was veel gewonnen, nu men de ze kerheid had, dat de Texelaars, die tegen hun wil gedwongen waren geworden om kustkanonniers in FransChe krijgsdienst te gaan, aan de bevrijding van het land' wilden meewerken. Sergeant Bakker pols te behoedzaam verschillende tot de be zetting behoorende plaatsgenooten en wist hen voor de goede zaak te winnen. Zoodra hij er van overtuigd was, met 'n geestverwant te doen te hebben, werd deze op de hoogte gebracht van wat er binnenkort zou worden ondernomen. Eenige avonden later had er in de groote schuur van Boon een bijeenkomst plaats van bewoners van Texel's Oost hoek. "Tl Tl -'9 Luifon L/en iVl/r<J>20.33 Li nntn *s <?6 r/ 2S ij) J0 J 5Z 3en 1 Son r H jomt feclar iet s „Aan de oostzijde (van de kerk) ligt, tusschen het gras verscholen, een eenvou dige steenhij wijst de plaats aan van het graf van een onbekende drenkeling. Op de sjeen staat een eenvoudig figuurtje: een aantal elkaar kruisende lijnen en de letters C. J. B., vermoedelijk betrekking hebbende op de tatoueering, op de ver dronken zeeman aangetroffen". In hoeverre dit vermoeden juist is zal aanstonds blijken, maar de beschrijving is niet onaardig en geeft bovendien een staaltje van niet ,,bij"-zijn in geschied schrijving. Immers, de ingewijde ontdekt in die „kruisende lijnen" terstond de z.g. hand- merken, die men overal in Nederland en Germaansch-Europa kan vinden op grafzerken, groote bouwwerken, botervor- men, landbouwwerktuigen, en als onder- teekening op oude charters en rekenin gen. Ook in de heraldiek zijn deze mer ken geen onbekenden. Wij beelden hierbij alle vormen af, die wij aantroffen op de grafzerken in en buiten de genoemde kerken. Steeds uit gaande van de eenvoudigste, vermelden we bij elke groep waar ze te vinden zijn. Wanneer men dit geheel zoo aanziet, dan zal het reeds terstond opvallen, dat; er vele vormen voorkomen, die duidelijk overeenkomen in onderdeelen of als ge heel. En geen wonder. Het zijn niet an ders dan gecombineerde of losse runen- teekens. Runen-ideogrammen, zooals die GEMENGD NIEUWS In de Peel zitten steenkolen 1200 M. diep. 't Zal nog lang duren eer men. in N.-Brabant aan ontginning begint Rotterdam is van plan duizend ar beiderswoningen te gaan bouwen. Bij Lunteren zijn deelen van een mammoeth, o.a. een kies en een stuk van de wervelkolom opgegraven. Bij Lun teren zijn nog nimmer dergelijke ossic le n gevonden. De mammoeth kwam in ons Land voor omstreeks 130.000 tot 20.000 j. v. Chr., het laatste deel van de Ijstijd, welke liep van 600 duizend tot 20 dui zend j.v. Chr. De beenderen, bij Lunteren, opgegraven, zijn vergruisd en moeilijk te herkennen. Den Haag. Blijkens het voorl. Ver slag van de Eerste Kamer over de Rijks- begrooting, zijn vele leden van meening, dat een kabinet op breedere gronds ag wenschelijk is. Op meer dan een belang rijk stuk van regeeringsbeleid, gaf het optreden van het ministerie volgens deze leden reden tot ongerustheid. HET LAATSTE BEDRIJF. Op een heldere morgen in de maand December werden „achter Tunen" ruim 80 personen aangetroffen, voorzien van allerlei wapentuig. De kloekste inwo ners van Oosterend, Oost, Zevenhuizen en Nieuweschild vond men daar ver- eenigd om eindelijk uitvoering te geven aan 't lang beraamde plan: De Fran- sche bezetting uit de Oude Schans te verdrijven en de vesting op te eischen. voor de Prins van Oranje. Vastberaden zagen de jongemannen en ook de meer- bejaarden er uit. Allen waren doordron gen van 't gewicht der gevaarlijke onder neming. De roode officier scheen er de lucht van te hebben, dat er iets broeide en had zich in zijn kantoor te Nieuwe schild opgesloten. Men stoorde hem ech ter niet. Kalm ging alles in zijn werk. De bevrijders hadden zich een aanvoer der en onderbevelhebber gekozen. Allen, waren er van doordrongen, dat er orde en tucht moest, vooral bij deze onderne ming. Daar klonk het bevel tot de op- marsch en als goedgedrilde soldaten, marcheerden de bevrijders over het Nieu weschild naar 't oude fort. Grimmig staarde de roode officier door een kier van het bovenraam in zijn kantoor naar de troep vastberaden menschen. Hij had een geladen snaphaan in de hand, maar durfde thans geen gebruik van zijn wa pen te maken. Gaarne zou hij man voor man hebben neergeschoten, zoo hij het 'EI over de geheele Germaansche wereld ge vonden worden, en zooals die reeds voor komen op de rotsteekeningen van Skan- dinavië, Noord-Amerika, Zuid-Frank rijk, enz. Later nam elke familie zoo'n ideogram, waarvan hun de beteekenis langzamer hand volkomen onbekend was, aan als familiemerk om eigendommen mee te mer ken, enz. Steenhouwers kozen zich één als waarmerk op de door hun gehou wen blokken. Deze vindt men dan op de zandsteenfragmenten van menig oud gebouw, indien de ,,restauratie"(!) zei tenminste niet weghakte, zooals men thans druk bezig is om b.v. de Dom van Utrecht te reinigen van deze zinvolle fi guren, die ons toonen hoevelen mee werkten aan de totstandkoming van zoo'n bouwwerk. Ook hier op Texel dreigen deze getuigen op de grafzerkjes van het voorgeslacht verloren te gaan: bij Den, Burg en Den Hoorn vond ik ze vaak op een hoop liggen. Wie ontfermt zich er overMisschien is het de taak van, Fexel's Museum, dat gelukkig meer aan dacht gaat besteden aan de oudheden,, welke het eiland nog bezit. Ergens inge metseld, b.v. in - de onderscheiden kerk portalen, nemen deze steentjes slechts weinig ruimte in en vormen dan tegelijk een piëteitvolle herinnering aan het ver leden van het „vogeleiland". „De Wandelaar". Roermond. De Coöp. Roermondsche Eiermijn heeft 200 H.A. grond in de Peel gekocht, om in werkverschaffing te doen ginnen en daarna in perceelen van 10 a 12 H.A. uit te geven aan Limburgsche en Brabantsehe boeren tegen kostende prijs. Maandag 9 Jan. was het 125 jaar geleden, dat de Kon. Landmacht in haar geheel werd opgericht. In tal van garni zoensplaatsen werd dit feit gevierd. De commandant van het veldleger, luit.-gen. J.J.G. baron van Voorst tot Voorst, sprak voor de N.C.R.V. een herdenkingsrede uit. De Tsjecho-Slowaaksche wapenfa brieken te Skoda voeren thans, aldus de L Daily Express, groote opdrachten "voor Duitschland uit. Duitschland heeft vliegtuigen, die uitgerust zijn als mijnenlegger. Ze kun nen laag vliegend mijnen in zee werpen of ook mijnen leggen, nadat zij op "het water zijn gedaald. Hongarije beschouwt als niet-Joden hen, die minstens twee christelijke groot ouders hebben. (De Neurenbergsche wet eischt er drie.) straffeloos had kunnen doen. Hij stondl echter machteloos tegen zoovelen, die met een heilig doel een rechtvaardige zaak gingen uitvoeren. Even lijdelijk moest hij I het aanzien, hoe ginds, van de ot de vier- I kante toren te Oosterend, een groote Ne- I derlandsche vlag naast een Oranjewim pel, zich in de ochtendkoelte ont- plooide, als wuifde zij verlossing en vrijheid over het oord, dat ook reeds zoo lang onder het juk der overheerschers I had gezucht. De oude hellingbaas was een en al verwondering, toen een gewapende troep van kloeke burgers achter zijn schuur halt hield. Terwijl hij zwijgend, doch met groote vraagoogen de bevelhebber aan- staarde, trad Gerrit Brouwer hem lachend tegemoet. Baas, sprak de kloeke jongeling: we komen de geweren halen. Welke geweren bedoel je De geweren, die in de rietschuur verstopt zijn. Maar nu vergis je je zeker. Neen, ik vergis mij niet. Nu, ik weet er niemendal van. Dat geloof ik graag, maar als je even wilt meegaan, zal ik je laten zien, waar ik ze laatst verstopt het>, toen wij, met ons lekke schuitje op de helling zaten. O, jou guit, riep de baas glim lachend: nu begrijp ik, waarom jij sluik- waren in veiligheid moest brengen. (Wordt vervolgd.) Adr lit bh

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1939 | | pagina 2