p£tND£PljP SPIERPIJNEN KLOOSTERBALSEM VOOR DE LANDBOUW MAAR.-" AKKER'S VGRGCUAÏT U WOLKGN VAN GGNOT KRIJGT TEXEL EEN GRASDROGERIJ De heer Lienesch spreekt over bodemstructuur en beantwoordt vele vragen. Ir G. Lienesch, die Woensdagavond in De Lindeboom voor de leden van de afd Eierland en Texel van de Holl. Mij van Landbouw sprak, heeft het niet gemak kelijk gehad. Van de enkele uren, die deze sympathieke, humoristische deskun dige in hun midden vertoefde, hebben onze landbouwers en veehouders een dankbaar gebruik gemaakt De heer Lie nesch heeft vele problemen, die zich momenteel in het boerenbedrijf voor doen. opgelost, hij sprak over bodemstruc tuur en bodembewerking en gaf zijn kijk op de mogelijkheid van een Texelsche Grasdrogerij. De heer R. W. Stoepker, onder wiens voorzitterschap de vergade ring werd gehouden, sprak een wel komstwoord om daarna het woord te ge ven aan Ir. Lienesch, die zijn pijpje daarop weglegde en op de hem eigen hu moristische begrijpelijke wijze zijn cau serie begon over bodemstructuur en be werking van de bodem. Momenteel zijn er in ons land, aldus spr., twee methoden van grondonderzoek De eeiste geschiedt door het Bedrijfsla- boratorium in Groningen, dat monsters onderzoekt, zonder het perceel land te kennen, waarvan het monster afkomstig is. De tweede geschiedt door de boer zelf, die zoo eens langs zijn land loopt en veelal onmiddellijk zijn oordeel klaar heeft. Beide vormen van grondonderzoek moeten onvoldoende worden geacht. Een combinatie van deze twee manieren ware wellicht beter De heer Lienesch wilde zijn onderwerp behandelen aan de hand van de Duitsche methode-Gorbing. Görbing was 'n Duitsch bioloog, die in de wereldoorlog bij Galli- poli voor tijdverdrijf en uit liefhebberij vechten was blijkbaar in die tijd voor zijn legeronderdeel niet aan de orde van de dag de bodem ging onderzoeken. Hij bemerkte, dat de bodemstructuur ten nauwste samenhangt met de groei van de planten. Hij bestudeerde uitvoerig de structuur en de plantengroei en met zeer veel practisch succes. Hij bedacht een speciale, oogenschijn- lijk zeer eenvoudige methode voor het bodemonderzoek en wilde die in Duitsch- land gaan toepassen. De Duitsche land bouw7 voelde daar echter nog niet zoo bij zonder veel voor. Momenteel vindt de methode echter algemeen ingang en de successen zijn buitengewoon. De heer Görbing besefte echter, dat zijn methode voor de landbouw meer nut zou hebben, wanneer de boer wrerd ingeschakeld bij het grondonderzoek Wanneer hij het bleef doen en de boer bleef onkundig, dan schoot men er feitelijk niet veel mee op, behoudens een betere toepassing en een beter resultaat van de grond. Zoo is hij dan ook begonnen met het geven van lessen in grondonderzoek aan de land bouwers. Nederlandsche landbouw-auto- riteiten hebben een bezoek gebracht aan Górbings bureau en hebben daar een uitvoerig rapport over samengesteld. Men constateerde dat G. zelf dikwijls op zijn geheugen werkt en op vroeger opgedane ervaringen. De methode is dus niet op papier te zetten en ook niet te omschrij ven met woorden. G werkt op zijn feiten kennis en op zijn fenomenaal geheugen. Hij combineert, hij trekt conclusies, enz De structuur van de bodem wordt ver oorzaakt door verschillende omstandig heden. De biologische structuur is vol gens G het bes* Na eenige studie is deze structuur al spoedig te onderscheiden van de slechte. De boer moet zijn land goed kennen, hij moet het goed bekijken, hij moet er met zijn neus bovenop gaan liggen, dan alleen kan hij zijn grond bestudeeren, weten wat er aan mankeert en wat er aan ge daan moet worden. Twee hoofdvormen in de structuur, n 1. goede kruimelstructuur en de slechte korrelstructuur wilde de heer Lienesch behandelen. En dit deed hij aan de hand van lichtbeelden. Ieder ziet het groote verschil tusschen korrel- en kruimelstructuur. De eerste ziet er korrelig, ja, doodsch uit. De tweede is meer gedifferentieerd, de grond is mooi gelijkmatig verdeeld Met de hand is de structuur soms al aan te voe len. Een tijdelijk goede structuur van slech te grond krijgt men door de vorst. Wan neer het water bevriest in de bodem en de grond uiteenspat, zou men van een slechte lap grond nog kunnen denken, dat het zeer behoorlijke aarde is. Inderdaad, maar slechts tijdelijk, want bij het eerste regenbuitje is het mooie van de grond al weer weg en verandert het land, het slempt dicht. Goede grond zou zoo'n re genbui best kunnen verdragen. In ver band hiermede merkte spr. op. dat het ploegen in het voorjaar van natte grond uit den booze moest worden geacht. De biologische structuur ontstaat on der invloed van bacteriën en deze gaat niet verder dan 20 cM. onder de opper vlakte van de grond. Daarom is het ook fout, om dieper dan 20 a 25 cM. te ploe gen, omdat hierbij de doode grond van de benedenlagen naar boven komt Wanneer bij de bodembewerking de grond stuift, kan men er van op aan, dat de structuur niet goed is. Ook aan de gewassen kan men de structuur constateeren. Men bekijke de wortels. Dit gedeelte van de plant moet behoorlijk en harmonisch ontwikkeld zijn. Is het dit niet, loopen de wortels schuin of scheef, of is het net, alsof zij voor een of andere hindernis in de grond uit de weg hebben moeten gaan, dan is dit het bewijs voor het feit, dat er iets niet in orde is met het land. Terdege moet hiermede rekening wor den gehouden bij de bewerking van het land. Voorkomen moet worden, dat klui ten in de grond blijven zitten Dit belem mert aanzienlijk de groei van het gewas. Hoe bestudeert men nu de structuur van zijn land? De methode is vrij eenvou dig. Spit een kuiltje van 30 bij 40 cM en zorg. dat een van de vier wanden met wordt samengedrukt door de spade.- Steek van die kant dan een plaat grond af en ga er eens met de vingers in zitten krabben. Kijk of de grond los is, of er een harde plaat tusschen zit. Is het laat ste het geval, dan mankeert er iets aan De grond moet voor een goede ontwikke ling van het gewas los zijn Steek er daarna r.og eens een plaat grond af en laat deze op een harde plek vallen. Verspreiden de gronddeelen zich. dan is het in orde, maar wanneer de grondplaat bijna compact blijft, en zich met verspreid, dan is uw land te vast en de structuur dus niet goed. Wat doet men nu ter verbetering van een slechte structuur? Vooropgesteld dient te worden, dat bij 'n goede structuur allereerst noodig zijn voldoende organische meststoffen, vol doende kalkstoffen, voldoende ontwate ring en voldoende lucht. Dit is allemaal noodig voor een goede ontwikkeling van het bacterienleven Daarbij komt de be werking. Wees hiermede echter voorzich tig, en ga niet te diep, want de diepere lagen zijn nog niet geschikt om te wor den bebouwd Werk dus met een twee- schaar, stel die zoo, dat de onderste lagen toch los worden gemaakt maar niet naar boven komen. Voorts ried spr. ten sterk ste groenbemesting aan. Heeft uw land een goede structuur, zorg dan, dat u niet te diep zaait, anders ontwikkelt het gewas zich meer naar onder dan naar bo ven! Voorts kan men met een cultivator die ondiep is gesteld, en die ganzevoeten heeft, de kluiten stuk maken. Maar deze moeten beneden blijven en mogen niet naar boven komen. Dan is er nog het eggen. Hoe diep mag dat? Kijk eens naar de structuur van het land en bepaal daarnaar de diepte Na de pauze werd de vergadering om gezet in een gezellige praatbijeenkomst, waarbij vragen van allerlei aard op Ir Lienesch werden afgevuurd. Dhr P Dros vroeg, wat men in deze dagen moet doen met het land, dat nog onder water staat Ir Lienesch was van meening, dat dhr Dros met deze vraag een urgent probleem van Eierland aanroerde. De grond is nog niet genoeg doorgedooid, zoodat het water in de bovenste grondlagen blijft zitten „Hoe meer je er in komt, hoe meer je bederft", aldus Ir. Lienesch. Ploegen met de drieschaar en dan zoo veel mogelijk bovenop kan het minst kwaad, het wordt nu toch laat en ieder forceeren kan funeste gevolgen hebben. Probeer er maar een zaaibed van te krij gen. Een oppervlakkige grondbewerking is thans het minst slecht. Een cultivator met vaste tanden en ganzevoeten kan misschien ook nog wel iets uithalen en met een zware eg is ook wel iets te berei ken. Houdt maar een zoo fijn mogelijk zaaibed. aldus Ir. Lienesch, en begin vooral niet te vroeg Spr. was bang, dat pas na Paschen goed begonnen kan wor den met de bewerking van het land. Dhr A Dros vroeg, hoe de granen zich gedragen nu door de vorst hier en daar chloorvergiftiging is opgetreden. En de heer Lienesch antwoordde, dat de granen zich daarvan niet veel aantrekken, om dat zij niet chloorgevoelig zijn. Op een vraag van dhr A. Vermeulen, werd geantwoord, dat met het strooien van slakkemeel gerust kan worden door gegaan tot half Maart. Dhr P. Dros had eigenaardige ervarin gen opgedaan met zijn Westerwoldsch Raaigras. Dit was heel goed mogelijk, zei dhr Lienesch, omdat in het afgeloopen jaar veel Ital. raaigras voor Wester- woldsch is verkocht Het Ital. raaigras is tweejarig, zoodat veel boeren voor raadsels zijn komen te staan Dhr A. Dros vroeg wat het beste mate riaal was op draineenngsbuizen tegen verstopping Ir. Lienesch" Turfmolm is 't best en het kan heel lang meegaan Dhr P. de Graaf had al een mooie droge bovenlaag op zijn land. Kon hij gaan zaaien? Ir Lienesch: Ja zeker. Op een vraag van dhr Joh. Bakker antwoordde dhr Lienesch, dat met het ploegen, ook op zavelgrond, gewacht moet worden. Na tien dagen op zijn vroegst is ploegen mogelijk. Een overgang naar de grasdrogerij kwestie vormde de vraag, of het kuilen van gras in silo's loonend was De heer Lienesch: Kuilen is altijd een nood zakelijk kwaad, omdat men in de periode van het graskuilen geen hooi maken kan In Augustus-September kan nog veel gras groeien, dat niet tot hooi te verwer ken is. Een kuil haalt men daar nog wel uit. Een silo heeft veel voordeelen, om dat men bij een silo op de allereerste plaats niet afhankelijk is van het weer. Men heeft in een silo een mooie plaats om op te tassen. Een silo maakt zich al gauw betaald omdat men er zooveel ge mak van heeft. De heer J.C.Rab was de eerste, die de grasdrogerij-kwestie aansneed. Hij infor meerde naar de rendabiliteit er van Van een grasdrogerij te spreken als van een winstgevende instelling, vond de hr Lienesch onzin De kwestie is eenvoudig: Een grasdrogerij is noodzakelijk om de voederpositie in ons eigen land en in ons eigen bedrijf te versterken Men zal ons vanuit het buitenland wel niet aan voer helpen, wanneer we zonder komen te zit ten Wanneer we de huidige prijsnoteerin- gen bezien, moeten we wel tot de conclu sie komen, dat de grasdrogerij zich be taald maakt. Wij moeten meer gras la ten groeien en wanneer wij dat gras la ten drogen, heeft het in een periode van schaarschte, die zich ongetwijfeld zaj voor doen, een veel grootere waarde dan nor maal. Het aanschaffingsprobleem en de financ. zorgen, die dat met zich brengt, moeten als no. 2 worden beschouwd. Zon der grasdrogerij zal men in tijden van schaarschte gauw aan de grond zitten. Dan zal men betreuren niet tot stichting te_ zijn overgegaan. De heer C. J, de Lugt: Nu zegt men toch: Geef meer stikstof, dan hebben we ook meer gras, maar wanneer we dat grasland nu eens scheurden en we gingen er ander veevoer op verbouwen, als b v. bieten: Brengt dat niet meer voedereen heden op Ir. Lienesch: Wanneer t goede grasland intensief wordt gebruikt krijgen we gras, dat meer eiwit bevat,dan eenig ander voer. Zetmeel en koolhydra ten hebben we niet noodig. Eiwit moeten we hebben en dat geeft goed gras in een goede hoeveelheid. Goede driejarige lu zerne geeft nog iets meer Men moet bo vendien niet vergeten, dat men door be mesting niet alleen meer maar ook be ter gras krijgt. Heeft men geen goed grasland, maak er dan wat anders van Het is ons alleen maar te doen om goed gras en dan zooveel mogelijk. De hr R. Stoepker: Er is dikwijls goed bouw land te maken van ondeugdelijk grasland De heer Lienesch: Van dergelijk land maakt men het best zoo spoedig moge lijk bouwland, want dat heeft ons land ook hard noodig. De heer Stoepker vroeg vervolgens de meening van de heer Lienesch over de stichting van een grasdrogerij op Texel.- De heer Lienesch antwoordde hierop, dat Texel genoeg grasland bezit om op zijn minst 25 pet meer te produceeren. In Friesland heeft men geschat, dat minstens vijftig pet meer kan worden geproduceerd Deze vergroote productie gaat met van zelf. De boeren moeten er aan meewer ken De bemesting moet worden uitge - breid. Dan hebben wc meteen plaats voor een drogerij. Het aanbod is nu goedkoop. Een grasdrogerij is een ideaal, dat op dit eiland absoluut te verwezenlijken is. Als men maar de medewerking van de boe ren heeft. Ze moeten daarvoor o.a. meer bemesten. Het is daarom zoo jammer, dat ze allemaal, op een enkele uitzondering na, net genoeg kunstmest hebben aange vraagd bij de distributie. Men moet meer aanvragen, dan men onmiddellijk noodig heeft. Een reserve aan kunstmest is nood zakelijk. De heer Van den Ban stelde duidelijk in het licht, welke de eerste winsten zijn, die al dadelijk kunnen worden binnenge haald Hij zeide o.a.: Met hooien verliezen we dertig pet., met kuilen 3540 pet en met drogen maar TIEN pet. De heer Lienesch bevestigde dit, maar vond, dat 't hier met in de eerste plaats om gaat. We moeten een grasreserve hebben; wanneer we meer gras hebben, zitten we daarmee nooit verlegen, wanneer we maar een dro gerij hebben. Gevraagd werd, of de installatie ook roode klaver kan drogen. Deze vraag nu werd ontkennend beantwoord Er zijn wel drogerijen, die alles drogen, maar die, welke men voor Texel op het oog heeft, droogt alleen maar gras, zoodat deze al leen voor boeren met grasland van be lang zal zijn. De heer Van den Ban kwam tenslotte tot de conclusie, dat, wanneer men een drogerij wil hebben, men spoedig moet beslissen, want over een week is het te laat. Laat men zich nu toch spoedig opge ven en aandeelen nemen. Spoed is alleszins gewenscht. De heer Stoepker sloot de bijeenkomst met een woord van dank aan de heer Lienesch en aan de vragenstellers. H K. Illllliiiiilliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiilllllll llllllllllll Mededeclingen llllllllllll llllllllllll van Texels Bioscoop-Theater. llllllllllll iiiiijiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimin SONJA HENIE EN SHIRLEY TEMPLE Het programma is ook ditmaal van su perieure kwaliteit. Sonja Hen.e speelt de hoofdrol in „My luckey Star" en Shirley Temple, die men wel t?s werelds lieve,- ling" noemt, presteert in „Little Broad way" weer iets buitnegewoons. 'De film „My luckey star" behandelt een zeer romantisch onderwerp. In een groot warenhuis werkt Kristina Nelson Sonja Hcnie die niet kan laten, af cn toe, zonder dat haar patroon het weet, op de kunstijsbaan van de afdeeling wintersportartikelen een baantje te rij den. Haar patroon ontdekt het natuur lijk toch, maar hij vindt Kristina wel 'n aaidig figuurtje voor een bijzonder plan, waarmee hij rondloopt. Kristina moet gaan studeeren aan de universiteit cn krijgt dit vergoed van haar baas, maar moet zooveel mogelijk een ander toiletje aantrekken om reclame te maken voor de zaak. Op de universiteit leert Kris tina een aardige jongeman kennen en*... Enfin, laten we dit niet verklappen. Men moet dat zelf gaan zien. Men kan Sonja bewonderen om haar spel en om haar ongelooflijke vaardigheid op de schaats, die wel weer veel verbazing zal wekken. De film geeft een aardige liefdesscène, die het happy end vormt Het andere hoofdnummer met Shir ley Temple in „Little Miss Broadway" behoeft bijna geen aanbeveling. Shirley Temple zoowel als de film hebben een zoo groote vermaardheid gekregen, dat ieder aanbevelend woord overbodig is. Shirley Temple belandt als hetvveesje Betty Brown bij twee menschen, die sa men van een hotel voor variéte-artisten leven en zij wordt als kind geadopteerd. Daar haar „vader" met de huur achter is, dreigt de eigenares hem het gebouw te ontnemen. Betty bemoeit zich ermee, en bemerkt dan, na heel veel avonturen, dat de man van de eigenares lid is van een mannenzangvereenigig, die geen re petitielokaal kan vinden. De zangvereni ging krijgt een gedeelte van het hotel en alles gaat goed. Bovendien ontmoet een neef van de eigenares Barbara Shea, de dochter van Bettv's pleegvader en zij besluiten met elkaar te trouwen. Dit gaat niet een, twee drie, maar de film is er om het u te Jaten zien en ze doet dit op waarlijk aantrekkelijke wijze. HERSENGYMNASTIEK OPLOSSING van het onlangs geplaats te probleem- Vader, Jan en Piet loopen ieder twee en twee derden K.M. met een koffer (Vier K.M. met twee koffers of acht K.M. met één koffer. Ieder dus een derde van acht K.M.) Jan loopteerst die afstand en geeft zijn koffer dan aan Piet over. Piet loopt eerst één en een derde K.M. en geeft dan zijn koffer aan vader over. worden veroorzaakt door scherpe ver giftige stoffen, die zich ln Uw spieren hebben vastgezet en daar ontsteking, pUn, zwelling en stijfheid veroorzaken Laat dadelijk een groote pot Akker's Kloosterbalsem halen en laat U drie maal per dag flink daarmede wrijven. Kloosterbalsem bevat geneeskrachtige aromatische stoffen, die diep in de weefsels doordringen en daar hun gene zende en afleidende werking uitoefenen op do ontstoken pijnlijke spieren. De vergiftige stoffen, die zich in Uw spie ren hebben vastgezet, worden opgelost Ge ruikt als 't ware de geneeskracht en na elke wrijving voelt Ge de werking. Ongeëvenaard als wrijfmlddel bij spit, rheumatiek, spierverrokkingen, strum- held, kneuzingen, Ischias, pijnlijke spieren Per pot van 25 Gram 1 0.621/j. pot van 50 Gram f l.W VEREEN1GING VOOR BEDRIJFSVOORLICHTING. OP TEXEL. Het bestuur vergaderde Woensdag 0 Maart met de Rijkslandbouwconsulent Ir. Lfènesch ter bespreking van de procf- veldplannen \oor 1940. Het schema dat werd opgesteld, ziet er als volgt uit: PROEFVELDEN 1940. 1. C. J. de Lugt in de Eierlandscbe polder een proef met 16 rassen winter tarwe. De veldjes zijn elk 5 are. Hier- wordt nauwkeurig nagegaan, hoe elk ras zich gedraagt na de strenge vorst. Deze week is met het controleenen be gonnen. 2. Bij A. Dros, „Blandcnberg", Eierl en Joh. de Graaf, „Weilust", Eierland, proeven met oploopende hoeveelheden stikstof op Petkuser kortstroorogge. De perceelen zijn elk plm. 2 H.A. groot. De velden zijn in drievoud. De stikstofhee- veelheden zijn: Op Weilust: 350, 400, 450, 500 Kg* k.a,s,op Blandenberg: 300, 400, 50C Kg. k.a.s. 3. Aan de Emmalaan hebben we op 10 Oct. plm. 10 are Petkuser kortstroo rogge gezaaid met het doel deze begin Mei te maaien en er dan nog voeraard- appelen op te planten. 13e hoeveelheid zaaizaad was 20 Kg. Bemesting direct na het zaaien 100 Kg. slakken meel, 25 K g.kali 40 pet. cn 30 Kg. kalkammon salpeter. Ze krijgt nu nog 15 Kg. chili. Bedoeling is na de rogge verschillende rassen voeraardappelen te poten en er een bewaarpoef aan te verbinden. 4. Vlasprocven van de Rijkslandboinv- consulent Evenals vorige jaren worden verschillende rassen (7) vergeleken op veldjes van 3 are in drievoud. Bedoe ling is er een pluktijd-proef aan te ver binden. 5. Verschillende proeven van het In stituut voor Plantenveredeling. A. rassenproef aardappelen. Aange vraagd werd de serie vroege aardappelen en de serie voeraardappelen. B. rassen- proef voederbieten, op veldjes in drie voud met 5 rassen, aangegeven door het consulentschap. Verder heeft liet I.V.P. gevraagd, of wij enkele zomer- gerstproefvelden konden plaatsen. Gaarne ook koolrapen-, wortel- en roode klaver- proefvelden. Liefhebbers worden gezocht. 6. Mangaansulfaat op hooiland. In verband met de gunstige nesultaten, die dit jaar werden verkregen, hadden we graag een herhaling hiervan met con trole, met oploopende Mangaan-hoeveel heden (50, 75, 100 Kg.) 7. Voortzetting van het onderzoek ter bestrijding van blauw- en zweiuiers. Uit te voeren door de heer H. Koens. 8. Proeven met het nieuwe beweidings systeem. Kleine perceelen, veel omwei- den, ruim stikstofgebruik. Melkkoeien ge volgd door schapen. Controle aantal da gen en productie. WIJKVERPLEGING. In de jaarvergadering van de Alg. Tex Wijkverpleging gaf de heer IJ. Lap zijn spijt te kennen over de geringe som, welke aan giften over het afgeloopen jaar was binnen gekomen. Fn verband met het zilveren jubileum was de post wat hoo- ger geraamd dan gewoonlijk, maar de oogst leverde een groote teleurstelling op. We hebben het bestuur toegezegd nog meer aandacht aan deze nuttige in stelling te zullen schenken, dan anders reeds het geval was en hopen dat dit tot verhooging van de post giften mag leiden. Denkt eens aan de Wijkverpleging! Zijt gij gezond? Toont door een gift uw dankbaarheid. Zijt ge pas hersteld? Geeft dan dubbel. Omtrent de plannen tot sticht ng van een Rusthuis vanwege de Doopsgezinde Gemeente kunnen nog eenige mededeel:n- gen worden gedaan. 1. Het Dagelijksch Bestuur van de Stichting bestaat uit voor/. Ds. K. T. Gorter, secr. C. Jonker, penningm. D. Eelman. 2e. Teneinde aan de noodige gelden te komen, worden gaarne giften aan vaard. Mede kunnen obligaties worden bekomen, óf rentelooze óf obligaties, die 3 pet. rente geven. Met architecten worden besprekingen» gevoerd, naar een geschikt bouwterrein wordt uitgekeken. We herinneren er ten slotte aan, dat niet uitsluitend Doopsgezinden in het te stichten gebouw hun intrek kunnen ne men. Het stelt zijn deuren open voor ieder, die zich daarin thuis meent te ge voelen. 9. Sublimaat op aardappelen ter be strijding van schurft. Een herhaling in 't groot van de proef van verleden jaar. Ook op andere plaatsen verkreeg men goede resultaten met sublimaatoplossing, daar zullen inlichtingen worden gevraagd met het oog op een practische toepassing. 10. Teelt van voedergewassen op ge scheurd grasland. Getracht wordt ecii H.A. land te huren om te scheuren. Dc Vereen, zal het zelf exploiteeren. Voe derbieten, voeraardappelen, stoppelknol len, enz. Deze proef gevolgd door een bewaringsproef. Gewoon inkuilen, dro gen, enz. Bedoeling is na te gaan welke voedergewassen op gescheurd land goed voldoen. Wie verhuurt de Vereen, een H.A. goed gescheurd of te scheuren land7 11. De Coöp. Aankoopvcreen. krijgt vormeerderingsproeven mot nieuwe ha ver- en ge rs trassen. De Bedrijfsvormen, zal deze proeven controleeren. 12. Stal inspectie: Daar er aan de stal inrichting en veeverpleging op verschil* lende bedrijven wel wat kan worden ver beterd, zou dit najaar een begin gemaakt kunnen worden met contróleering van verschillende stallen. Gedacht is aan z.g. stalwedstrijden, waarbij over stalverzor- ging en veeverpleging gegevens worden verzameld, en waaromtrent voorlichting wordt gegeven. 13. Demonstratieproeven over: zaai- diepte, zaaiwijdte, en hoeveelheid zaai zaad. Gerst, haver, zomertarwe en erw ten. Zaaidiepte; met drukijzers en zon der. Zaaiwijdte: 10 pijpen, 9 pijpen en 8 pijpen. Hierover zal na verder overleg met. dhr Lienesch nog een uitgebreid plan worden bekend gemaakt. 14. Getracht zal worden liefhebbers te vinden voor de verbouw van nieuwe gerstrassen op veld van minstens 1 H.A. op verschillende gronden. 15. Proeven zullen genomen worden met liet ruitenen van hooi. 'Behalve dat we iemand zoeken, die ons een H.A. goed gescheurd of te scheu ren grasland verhuurt, zoeken we ook menschen, die bereid zijn mede te wer ken aan een of meer der bovengenoemde proeven. Er is natuui-lijk wat opoffering noodig, er zit extra werk aan zoo's* proefperceel en dat wordt niet altijd be taald. Ook is er sdms wat risico. Maar daar staat tegenover, dat het algemeen en ook het eigen belang gediend wordt. Vanwege de Vereen wordt alle controle gedaan en zoo mogelijk tegemoet gekomen in extra kosten. WIE IS BEREID OP ZIJN BEDRIJF EEN PROEF TE NEMEN? Wij hqpen Maandag op de markt in deze toezjeggin- gen te krijgen. Nu kan het zijn, dat leden speciale wenschen hebben inzake de proefnemin gen. Misschien is er iemand, die iets belangrijks gaarne door de Vereen, zag geprobeerd. Ook is het mogelijk, dat men met plannen rondloopt voor zelfbedachte proefnemingen op zijn eigen bedrijf. Gaarne zullen we daarvan hooren en zoo mogelijk daarbij helpen om ze uit te voeren en te controleeren. Men deeleons dan echter spoedig een en ander mede* RUSTHUIS.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1940 | | pagina 2