TEXELSCHE COURANT
PASCHEN.
Zaterdag 23 Maart 1940
Eerste blad No. 5430
VOOR DE
LANDBOUW
52ste Jaargang
HOUDT MOED!
1MMW
LATE KIEVITSEIEREN
KOMEND VOORJAAR.
I Uitgave
N. V. Boekhandel en Drukkerij
v. h. Langeveld en De Rooij
Den Burg Telefoon 11
In het jaargetijde, waarin voor hem,
die luistert het leven verrijst uit de
wintersche dood, viert de Christenheid
haar Paaschteest. De herrijzenis in de
natuur maakt ons ontvankelijk voor de
Christelijke verkondiging van opstan
ding uit de dood, uit de verslagenheid,
uit het smadelijkst fiasco. Ook zij, die
verre staan van het leven der over
tuigde christenen, voelen in zich iets
meetrillen, als klanken van Paschen
hen bereiken. Want er is allereerst in
het oude Paaschfeest een bemoediging
aan allen, die juist dit van noode heb
ben: zekerheid, dat kruis en dood en
ondergang nooit het laatste zijn. Zoo
zet de levensmoede Doctor Faust de
gitbeker weer van de lippen, als hem
de Paaschzang der geloovigen bereikt.
Paschen is, zoo zegt de Christelijke tra
ditie „het glorierijk geheimenis". En
de zekerheid van dit geheimenis is on
uitroeibaar.
Het was in 1919 in een Russisch
dorp, dat een jonge communist sprak
in een groote graanschuur tot de boe
ren. En deze menschen. ontzet en ver
slagen door de verschrikkingen van
wereldoorlog, revolutie en burgeroor
log, hoorden, hoe de spreker de gods
dienst te lijf gaat: Hard en koud spreekt
hij; met zijn scherp verstand hekelt hij
de illusies van het geloof, die nu wel
onder zullen gaan. Hij is bijna zeker van
zijn overwinnining en trots noodigt hij
de pope (priester) uit, om zich te ver
dedigen. Deze treedt voor het publiek
en, verlegen, zoekt hij naar woorden.
Dan ziet hij de bekende gezichten,
waarop angst en vertwijfeling te lezen
staan. Het zijn maar twee woorden, die
hij weet uit te brengen tegen het be
toog: „CHRISTOS WOSKRESJE",
„Christus is opgestaan"Maar zie, het
wonder gebeurt: één, twee, drie men
schen nemen de Paaschgroet over en
weldra klinkt uit aller mond één juich
toon: „Christus is opgestaan" en uit al
ler oogen straalt de gloed dei vernieuw
de zekerheid.
Zóó onuitroeibaar is dat glorierijk
geheimenis en misschien worden wij er
in deze tijd ontvankelijker voor dan
ooit. Zwaar gaat de lotsgemeenschap
der menschen gebukt onder schuld en
haat en vervolging en angstig vragen
zij, die heusch van goeden wille zijn,
zich af, of het dan misschien toch mis
was met dat geloof, of het laatste woord
is aan het geweld, de haat.
Hoeveel droomen gaan thans verlo
ren, hoeveel idealen gaan onder in de
nacht, hoeveel geestdrift is gebluscht
Het zal ook niet weer opstaan, tenzij
het deel krijgt aan die opstanding,
waarvan Paschen ons vertelt. En aan
die opstanding krijgt alle geloof, alle
idealisme deel, dat de gang van Goede
Vrijdag aandurft en doorstaat.
Er is in onze tijd iets van een lijdens-
tijd, waarin veel ondergaat, veel over
loopt naar de partij van het uiterlijk
succes, van de macht, omdat het lijden
niet wordt aangedurfd, omdat de ver
nedering van het uiterlijke fiasco tot alle
prijs vermeden wil zijn. Maar de werke
lijke lijdensgang, welke door de draag
kracht, ook in deze tijd van de Kruisdra
ger mogelijk is, zal een zegetocht zijn.
VEREENIGING
VOOR
BEDRIJFSVOORLICHTING.
OP TEXEL.
GEBRUIK UW GRASLAND ZOO
GOED MOGELIJK.
Het zal van belang zijn in de komende
groeiperiode alles in het werk te stellen,
om de grootst mogelijke hoeveelheid voer
van een grasland te halen, opdat we
hiermede een eventueel tekort aan kract-
voeder kunnen aanvullen. Van het land-
bouwconsulentschap ontvingen wij be
treffende dit onderwerp een belangrijk
artikel, dat wij hier een plaats geven.
De in alle opzichten slechte winter voor
onze veehouders kan tweeërlei reactie's
tengevolge hebben voor de komende wei-
depenode. Eén opvatting leidt tot een
zekere berusting; de ongunstige resulta
ten maken de graslandgebruiker huiverig
voor het doen van eenige uitgave welke
niet direct is om te zetten in baten. De
andere opvatting getuigt van meer wer
kelijkheidszin. Juist omdat de uitkomsten
zoo slecht zijn geweest is het meer dan
ooit noodzakelijk zich de uiterste inspan
ning te getroosten opdat men zooveel
mogelijk kan vermijden dat de stalvoe-
derperiode weer zoo'n hachelijke positie
zal toonen.
De laatste opvatting lijkt mij de
meest juiste en in verband daarmede wil
-ik op eenige belangrijke kwesties wijzen,
welke verband houden met het grasland
gebruik in de komende maanden.
De normen voor de kunstmesttoewij-
zing op grasland houden verband met de
grondsoort en variëeren van 5—600 kg.
keljkammonsalpeter, 200-300 kg superfos-
-t 20 pet. of 300-400 kg. slakkenmeel en
Het wordt Paschen en het wordt
Lente:
Niet zoo somber.
Zit niet bij de pakken neer.
Wij weten best hoe zwaar die pakken
zijn.
We weten, dat de tijden zoo moeilijk
zijn, dat de zorgen voor het levensonder
houd met de dag zwaarder worden, dat
het gewas zoo geleden heeft van de
vorst, dat sneeuw en dooi de landen voor
"geruime tijd onbegaanbaar hebben ge
maakt; dat het veevoer zoo duur is en
de distributiemaatregelen zoo lastig; dat
de beste paarden voor het leger gere-
quireerd zijn, dat de toekomst onzeker
is We weten het allemaal En toch:
hoofd omhoog!
Zouden onze zorgen lichter worden,
wanneer we het hoofd lieten hangen,
wanneer we doorloopend ontevreden
zijn? We vreezen van niet. En hoe zou het
zijn, wanneer we eens probeerden de
lichtpunten van ons bestaan te zien, en
niet alleen de donkere kant? De licht
punten, die men in zijn ontevredenheid
dikwijls niet eens zien wil? Het valt niet
mee, maar wanneer men naast de vele
moeilijkheden ook nog oog wil hebben
voor de vele mooie dingen, is het dan
niet zeker, dat men dan meer kracht en
meer energie heeft om de zorgen te dra
gen en de dingen te nemen, zooals ze
zijn? Wij denken van wel! Ook al hebben
we er wellicht een reden voor: niet zoo
somber! Het geeft toch niets en het
vergalt het genot van de dingen, waar
van we nog kunnen genieten.
De winter is voorbij Het is een van
de strengste winters geweest, die we heb
ben doorgemaakt en hij heeft zijn stem-
'T IS LENTE! LENTE!
HET FEESTGESCHAL
VAN „LENTE! LENTE!"
KLINKT OVERAL!
50-200 kg. kalizout 40 pet. per H.A.
De onmogelijkheid om vroeg slakken-
meel te strooien brengt nu bij velen de
vraag naar voren, hoe lang gewacht
dient te worden alvorens op met slakken-
meel bemest land stikstof of gier kan
worden gegeven!
Uit zeer interessante proefnemingen
van de heer Visser te Bloemendaal, waar
van de resultaten in 1938 zijn gepubli
ceerd, komt overtuigend naar voren dat
men vrijwel direct na slakkenmeel-toe-
diening, gier of stikstofmeststoffen kan
toedienen zonder eenige kans op noe
menswaardig verlies van stikstof. Dit
beteekent niet, dat men nu vóór het uit
strooien slakkenmeel en zwavelzure am
moniak moet mengen, maar wel, dat men
na slakkenmeelstrooien direct kan over
gaan tot toediening van de stikstof.
Uit andere proefnemingen, welke o.a.
in Duitschland zijn gedaan is gebleken,
dat een vrij late aanwending van slak
kenmeel ook goed kan geven. Er is m.i.
dan ook weinig aanleiding om zich onge
rust te maken over slakkenmeel, welke
kort geleden is toegediend. Men diene
ei evenwel voor te waken, dat op laat
met slakkenmeel bemest land te spoedig
vee (schapen) wordt toegelaten.
Nu de omstandigheden een snelle ont
wikkeling van het grasgewas verhinde
ren, moet de gebruiker de daaruit voort
vloeiende kwade kansen zooveel moge
lijk beperken. Allereerst is noodig een
snelle afvoer van het overtollige water
te bewerkstelligen; vooral na de sneeuw
val van 14 Maart dient men aan dit punt
aandacht te schenken.
Alleen als het gewas straks volop kan
profiteeren van do voorjaarszon zal ook
de bemesting actief worden. De ver
traagde ontwikkeling van het land mag
zoo weinig mogelijk aanleiding zijn tot
een extra lange stalperiode. Daarom is er
nu meer aanleiding dan ooit om ruim
stikstof toe te dienen. Deze moet niet al
leen geschieden om een extra graskuil
pel gedrukt op het heele bedrijfsleven.
Maar die winter is voorbij Niet na
kaarten: nu is het voorjaar. En in het
voorjaar hebben we onze handen vol met
alle mogelijke klusjes". Het voorjaar
stelt zijn eischen. De natuur wordt her
boren. De natuur leeft weer en de vogels
zijn weer blij. Waarom wij niet?
Morgen is het Paschen, het feest van de
opstanding, het feest van de blijheid.
Weest blij! Waar moet het met de we
reld heen, wanneer we ons zitten te ver
kniezen? Er wordt actie van ons gevraagd.
Het leven verlangt daden. Laten het
goede daden zijn, daden, gesteld met
hoop en met vreugde Al is het leven nog
zoo moeilijk, vreugde maakt alles mooi.
En vreugde wordt nog steeds niet gedis
tribueerd, vreugde valt nog steeds niet
onder bepaalde crisismaatregelen of on
der zekere belastingheffingen. Vreugde is
vrij.
De zon schijnt, de velden ontdooien en
de sneeuw smelt. En dan is de grond be
reid voor het nieuwe leven, dat komen
gaat.
Het spreekwoord zegt: De kievit legt. in
Maart, al vriest het op zijn staart!
Zoo zullen er wil dit bewaarheid
worden ondanks de vroege Paasch,
kievitseieren aan het menu kunnen wor
den toegevoegd. Maar, een van onze beste
eierzoekers bleek allesbehalve optimis
tisch gestemd en verzekerde ons, dat er
voor April beslist geen eieren gevonden
zullen worden. De vogels streken op 3
Maart voor het eerst op ons eiland neer,
iets later dan gewoonlijk, maar de natuur
zelf is veel later dit jaar. We hoeven
hier niet lang bij stil staan: wat deze
gelukkig voorbije strenge winter op zijn
geweten heeft, is algemeen bekend. Maai
bij de kievit zeker met, anders had hij
vcor zijn afreis naar het Hooge Noorden
de koffers stellig een maandje later ge
pakt De kievit logeert 's winters in Zuid-
Frankrijk Toen we de eerste exemplaren
begin Maart dan ook zagen, hadden we
al gauw door, dat de dieren nog niets
op hun gemak waren: Er waren nog hee-
lemaal geen regenwormen te bekennen
Ze zaten tijdens al die felle kou al be
hoorlijk diep weggedoken in de grond,
maar toen de nachtvorsten kwamen,
boorden ze zich nog dieper! „Hup", zei de
kievit en hij vloog de zon weer tegemoet,
misschien ook wel een grauwe wolk, in
ieder geval dreef zijn instinct hem weer
naar het Zuiden. Het eigenaardige van
deze vogel is echter, dat hij, wanneer het
te maken naast de normale hooiwinmng,
maar vooral ook om een vrijwel op tijd
beginnende weidegang mogelijk te ma
ken.
Iedere graslandgebruiker weet nu wel
uit eigen ervaring, dat gras zeer dank
baar is voor een stikstofgift, indien ten
minste eveneens in de fosforzuur en kali
behoefte is voorzien. Alleen is er nogal
wat verschil van meening over de grootte
van de stikstofgift Dit laatste is zeer
begrijpelijk, omdat men onder zo ouiteen-
loopende omstandigheden moet werken.
Iedere boer, die in de gelegenheid is
om keldergier aan het land te geven,
kent de gunstige uitwerking van zoo'n
gift Gewoonlijk staat hij er niet bij stil
dat een gewone giertoediening naar 12000
—15000 liters per H.A. in stikstofbc nes
ting gelijk staat met 300-400 kg kalkam-
monsalpeter per H.A. in één keer gegeven
Dit illustreert op eenvoudige wijze de
grootte van een goede stikstofbemesting
in het voorjaar.
De omstandigheden zijn nog nooit zoo
gunstig geweest voor propageering van
het z g omweidsysteem Perceelsgewijze
gebruik van de boerderij is nu geen wen-
schelijkheid meer, neen, het is een drin
gende noodzakelijkheid geworden.
Wie nog niet met het nieuwe ver
trouwd is, adviseer ik om te beginnen
met het vrijhouden van een weideper-
ceel voor de winning van kuilgras. Dit
kuilgrasperceel moet men óf flink gier ge
ven óf een stikstofbemesting naar 400 kg.
kalkammonsalpeter per H.A. Met een
dergelijke gift kan men dan omstreeks
20 Mei een hoeveelheid gras maaien van
zeker 22000 kg. per H.A Dit is de eerste
oogst voor de komende stalperiode en
moet beschouwd worden als extra reserve
naast de normale hooiwinning.
Het is daarnaast zaak de weidegang
zoo goed te regelen, omdat immers in die
periode de groote en goedkoope productie
dient te vallen. Men kieze de indeeling
nu zoo, dat de eerst te beweiden percee-
Wanneer de vreugdezon uw leven be
schijnt, ontdooit uw hart en uw zorgen
smelten weg. Wat zijn de zorgen verge
leken bij geluk? Denk niet een volmaakt
geluk te vinden Dat is te moeilijk. Maar
maak van uw bestaan zooveel mogelijk
wat er van te maken valt. Dat is moeilijk,
maar mogelijk. Probeer het. Wees blij!
Flet is een grooter kunst om gelukkig
te leven dan om ontevreden te leven. On
tevredenheid is de bron van groote el
lende.
Wees tevreden, wees verheugd: want
het wordt Paschen en het wordt lente.
Kijk vooruit, want we moeten ook voor
uit. Van de toekomst kunnen we een
groot gedeelte nog zelf maken. Het ver
leden is geweest. Daar moeten we niet
meer op terugzien, onverschillig of het
goed of slecht is geweest. Van het he
den weten we, dat het moeilijk is, maar
in het heden kunnen wij met vreugde
arbeiden aan wat nog komen meet.
Werk, en doe het opgewekt!
HANS K.
weer weer gunstiger wordt, zich terstond
herstelt en rechtsomkeer maakt. En zoo
is het eigenlijk niet te verwonderen, dat
we weer eenige kievit-looze dagen be
leefden Maandag j .1. trok een oude rot
in het kievitseieren zoeken er eens op
uit, hij nam de stand in de rijkste polder,
Waalenburg, eens op, doch tot zijn verba
zing zag noch hoorde hij ook maar één
kievit! Maar het gaat nu gelukkig de
goede kant op. Het weer wordt zachter
de dagen lengen, er komt meer zeker
heid in de natuur. Maar het moet nóg
zachter worden willen de regenwormen
eerst flink doorzetten naar de oppervlak
te. Er zal nog een week moeten passeeren
alvorens de kievit zal gaan leggen en,
dan. kunnen we aan het zoeken gaan.
Is u 's morgens vroeg voor dag en
dauw ook wel eens uit het warme bed
gekropen om de kieviten te verschalken?
En werd u niet teleurgesteld? Heusch
len eveneens ruim stikstof krijgen, bv.
naar 300 kg. kalkammonsalpeter per H A
De perceelen, welke niet direct beweid
zullen worden, geve men minder en wat
later stikstof. Het te kuilen en vroeg te
beweidenland kan de stikstof ontvangen,
zoodra het land voldoende begaanbaar
(droog) is.
Indien men het hooiland ten deele wil
voorweiden geve men ook reeds spoedig
een stikstofgift naar 200 kg. kalkammon
salpeter per H.A.; na het voorweiden is
dan nog soms een overbemesting noodig.
Steeds moet men in het oog houden,
dat Mei de eigenlijke grasmaand is. Het
gewas profiteert dan het meest van een
oordeelkundige bemesting. Juli is gewoon
lijk een slechte grasmaand. Het beste is
om de bemesting zoo te regelen, dat men
vóór de eigenlijke droogte aan de gang is.
de noodige meststof heeft toegediend
Ik acht het fout om in dit voorjaar alle
perceelen vrijwel tegelijkertijd stikstof
toe te dienen. Geeft naar b.v. 200 kg.
per H.A.; de beste manier is om enkele
perceelen klaar te maken voor een zoo
vroeg mogelijke weidegang en daarnaast
eenige weideperceelen af te sluiten voor
de winning van kuilgras
Men heeft dit voorjaar al zeer veel
stalmest uitgereden. Het is gebruikelijk
deze stalmest te strooien op de toekom
stige hooivelden. Ik acht de hooioogst mo
menteel van zoo groote waarde dat er
vrijwel geen risico op eenige mislukking
mag worden genomen. Het lijkt me daar
om een plicht voor iedere veehouder de
met stalmest bemeste perceelen nog over
te bemesten met 200-250 kg. kalkammon
salpeter per H.A Men dient dan even
eens te beseffen dat men hierdoor niet al
leen meer hooi krijgt, maar ook hooi, dat
met de noodige zorg moet worden ge
wonnen. Doet men dit laatste niet, dan
verspeelt men door te sterke broei het
oorspronkelijke voordeel.
Het perceelsgewijze gebruik van het
land en gedeeltelijk voorweiden van wat
Er hangt verlangen in de lucht.
i Er dwarrelt een verdwaalde vlucht
Van kleuren langs de wegen.
Er gaan gedempte woorden rond
En uit den overvollen grond
1 Komt nieuwe geur gestegen.
Er komen vreezen op mij aan:
Zie hoe met blooten hoofde staan
De knoppen te overnachten.
En hoe de bleeke bladertjes
Hun fijne rimpeladertjes
Al te bewegen trachten.
De blaren van het doode jaar
Schudden vermanend hier en daar
Met diep gebiuinden hoofde:
Och, dat dit jonge leven dan
Het deernisvolle beven van
I Die wijzen toch geloofde
I Ik vree ze zeer, ik vree ze zeer
Maar jong gekwetter gaat te keer
Al, uit de kille boomen.
Om verre toppen gloeit het groen
En, schreeuwend door de tuinen, doen
Al spreeuwen leven komen.
Dan wordt mijn angst ter zij gelegd.
Het wordt zoo zeker uitgezegd
En moet ik 't wel gelooven:
De jonge Lente wordt gewacht
Kijk, moedig door de takken, lacht
Het zonnetje van boven.
JAN PRINS
Uit: „Tochten", W. Versluijs.
Of wij helden zijn, hangt niet af van
wat we dragen, maar van de manier,
waarop we onze last dragen.
niet? Dan heeft u de slagen te pakken
of. u bofte. Wat een ontzaglijke moeite
kost het de meesten van ons een ei te
vinden. Je valt er soms over, zonder te
bespeuren, welk een kans je miste! Ja,
het is niet een ieder gegeven met een pet
vol eieren thuis te komen. Wij laten het
tenminste maar liever aan „Arie" en zijn
staf over. Arie lachte, toen vorig jaar de
radio op 12 Maart het bericht van de
vondst van een ei door Gerard van Bo
ven, in de Witte Hoek, de wereld in ba
zuinde!! Zou de kievit 'm dat gelapt heb
ben? Feitelijk stond iedereen er wat wei
felend tegenover, maar ja, was de alge-
meene gedachte: Waarom ook met? Er
gebeuren meer opzienbarende dingen. En
vele groote kranten geloofden het ook.
Maar Arie lacht en hij had gelijk.
Het zal nu natuurlijk niet lang meer
kunnen duren, liet hij er op volgen:
Als je buiten het dorp komt, valt je da
delijk op, dat 't grauwige waas van de
landen steeds meer en meer door het
nieuwe groen verdrongen wordt en de
vogels worden elk uur levenslustiger.
Arie maakte zich telkens weer kwaad
op de Minister, die bij besluit van zus en
zoo bepaald heeft, dat je na 19 April
niet meer zoeken mag. Is dat nou de
moeite, zegt Arie. Er blijven heusch nog
kieviten genoeg over en nu er elk jaar
meer land gescheurd wordt, (de kievit
legt bij voorkeur op bouwland) wordt 't
terrein van de kievit veel grooter en het
vinden van eieren dus moeilijker. (Z.O Z.)
hooiland kan ook mede voorkomen, dat er
teveel hooi ineens op het zwad ligt. De
risico-verdeeling door perceelsgewijze
hooiwinning dient ieder voor zich maar
uit te maken.
Natuurlijk zijn er kosten verbonden
aan het gebruik van kunstmest. En de
weg van de kunstmestzak tot de melk
emmer is langer en biedt meer kansen
op verlies dan het geval is bij het voede
ren van lijnkoek. Het laatstgenoemde ar
tikel is echter onbereikbaar geworden en
indien er onvoldoende gras is, zal de
melkgift de vaste kosten van het bedrijf
nog minder goed kunnen maken dan in
geval men ruim in het gras zit voor z'n
vee.
Tenslotte wijs ik nog op het nadeel dat
men krijgt indien het land niet voldoende
kan worden schoongeweid. In Mei is het
de kunst het gras zoodanig te gebruiken,
dat men nooit te weinig maar ook nooit
te veel gras onder de koeien heeft. Lijkt
er wat teveel gras te komen, dan moet
men niet aarzelen een hoekje extra te
maaien, dit is altijd voordeeliger dan
„bossig" land
Dat op de afgeweide perceelen de
mestplatten geslecht dienen te worden is
genoegzaam bekend. Voorloopig volsta ik
met het bovenvermelde. Wie nauwkeuri
ger inlichtingen wenscht, wende zich
tot het Rijkslandbouwconsulentschap te
Schagen.
MIS, MISS
Mejuffrouw Blijtjong heeft zich laten
inschrijven voor de schoonheidswedstrij
den. De juryleden, die de „Lente-konin
gin" moeten kiezen, kijken haar opmerk
zaam aan en dan zegt de president hof
felijk:
Komt U liever terug als wij een
„Koningin-Moeder" moeten kiezen.
I