DE ROODE WIEKEL
Aan de Slag
TEXELSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - ZATERDAG 13 JULI 1940.
(minimi voor de vrouw. mminii»
TEGEN DE WERKLOOSHEID.
VOOR DE JEUGD
Waar hij huist
Sinds de wieken van het oude water
molentje aan het Kil werden gesloopt,
steekt het nog steeds zijn verweerde kop
boven het hooiland uit. Steunend op wat
r stevige stutten, trotseert het zoo al jaren
de wisselvalligheden van een Hollandsch
■klimaat.
I Gekraakt en gepiept heeft het onder de
Wwoeste vlagen van *de najaarstormen en
IP gekreund heeft het, wanneer de heete
Bf zomerzon de spaarzame planken die zijn
karkas nog omhullen ineen deed knm-
j pen en de roestige spijkers hun laatste
houvast verloren in de vermolmde bin
ten.
Als een leege knotwilg, die niet ster
ven kan, is het blijven staan en piepend
en knarsend poogt het met de schamele
resten van zijn driehoekige staart zijn
kop nog op de wind te houden.
Maar de zware spil weigert te gehoor
zamen en alleen als de wind in al zijn
boosheid op hem komt aanstormen, kan
de as de weerstand niet verdragen. Grim
mig komt er dan beweging in zijn doode
lichaam.
En op een goeie dag is er een menscb"
ekomen, die het luik wegnam, zoodai
en tot in zijn binnenste kon zien. Hooi
en stroo waren opgewaaid en hadden zich
steeds vaster om de as gewerkt en de
draaiing steeds meer en meer bemoei
lijkt.
Toen het eenmaal zoo ver was en het
ileek, of hij nu eenmaal tot niets meer
nuttig zou zijn, was er plotseling nieuw
jïleven binnen in zijn krakend gebeente
jjgekomen.
In het voorjaar waren de vogels terug
gekeerd, ze hadden weiden en slooten van
nieuw leven vervuld, riet en biezen wa
ren opnieuw uitgeloopen in het wijde kil
en gelijk daarmee was ook de torenvalk
gekomen. Hij had begrepen, dat de tafel
hier voor hem gedekt was en met zijn
fel ziende oogen had hij uitgekeken naar
een hooge, veilige zitplaats, waar hij te
midden van deze ruim voorziene provisie
kamer zijn prooi rustig kon verorberen.
Od de top van de oude molen had hij de
sidderende veldmuis vaneen gereten en
met huid en haar verslonden. Door de
gapende wonden van de kap had hij de
Ihaarballen uitgespuwd en bij tientallen
lagen ze nu op het zoldertje, een wel
kome voorraad studiemateriaal voor het
laboratorium van de wetenschappelijke,
maar droge natuurvorscner.
WERK! WERK!
De roep en de smeeking en de schrei
T om werk zijn in ons land al jaren oud
9 De geestelijke, sociale en moreele gevol-
I gen van het gedwongen niets-doen zijn in
1 redevoeringen en geschriften roerend en
9 tot in den treure geschetst en de leiders
van ons politieke, economische, sociale en
geestelijke leven hebben hun hersens ge
pijnigd met de vraag, hoe een einde te
maken ware aan de sociale wantoestand,
dat gemiddeld enkele honderdduizenden
L in ons land vergeefs vroegen om loonen-
de arbeid, teneinde in hun onderhoud en
dat van hun gezinnen te voorzien.
Onze overheid had het bij alle goede
wil en alle kunde niet in de hand om aan
het euvel der werkloosheid 'n einde te
maken. De internationale toestand legde
.daar een rem op; men denke maar eens
aan het streven naar economische zelf-
oorziening, dat velerwege werd doorge-
oerd met als gevolg: 't vermoorden van
de vrijhandel, aan de belemmering van
nze scheepvaart en aan het opdrogen
van de welvaartsbron, die ons in Indië
altijd geweest was.
Daarbij kwam, da^.^^. deel van onze
volksvertegenwoordigers niet mee te
krijgen was met maatregelen, die veel
geld kosten. Men schermde in die hoek
maar steeds met het gevaar voor ons
istaatscediet. al bewezen de enorme uit
gaven voor de landsverdediging, dat er
met staatscrediet geen vuiltje aan de
Blucht was.
%Dat was mede een oorzaak dat de werk
oosheid wel werd aangepakt, maar dat 't
kwaad niet met wortel en tak werd uit
geroeid.
Thans wil de overheid het euvel met
krapht aanpakken en zij kan er van over
tuigd zijn, dat zij daarbij op de sympa
thie en de steun van heel weldenkend
^Nederland kan rekenen,
vi Tot de belangrijkste maatregel behoort
op het oogenblik wel de tewerkstelling
J van werkloozen in Duitschland, nu het
A eigen bedrijfsleven met de beste wil der
jMwereld niet meer werkers kan opnemen
Mm verband met ontwrichting van handel
1 ;er» verkeer, welke hopelijk spoedig voor
'betere toestanden plaats zullen maken.
Een andere belangrijke maatregel is 't
benutten van de nog niet gedemobiliseer
de jongemannen bij de opbouw van ons
land.
'V opbouwwerk zullen ongeveer
60.000 jongemannen worden betrok
ken.
Majoor Breunese, de leider van dit op-
bouwwerk, gat 't doel van deze opbouw-
fdienst aldus aan:
„Zestig duizend Nederlandsche jonge-
J mannen, die nu nog onder de wapenen
a zijn, te beschermen tegen de werkloos-
En toen bijna alle vogels reeds lang za
ten te broeden en de eerste jonge rei
gers en kieviten reeds in de pluimen wa
ren, was er een wijfje binnen zijn rayon
verschenen. Hoog door de lucht hadden
ze onder scherp gekliauw als pijlen ach
ter elkander gejaagd om ten slotte ge
tweeën op de oude molen neer te strijken.
Van die tijd af was er nieuw leven in
de molen, want weinige dagen later lag
naast de zware spil te midden van wat
verdroogde veeren en haarballen het
eerste roode met talrijke krasjes en
stippen bezette ei. Dit eerste ei was wel
dra gevolgd door nog zes andere en be
denkelijk had de boer het hoofd geschud,
toen hij een maand latei zeven witwol-
lige krombekken in de oude molen ont
dekte.Dat was wel wat veel, zeven van
die roovers er bij, waar moest dat heen?
Maar hij had ze laten leven en er wel aan
gedaan.
„HANDEN UIT DE MOUWEN
ALLE HENS AAN DEK
NIEUWE BANEN BOUWEN
NAAR DE OUDE TREK
heid, die hen tot slachtoffer zou maken,
als zij in de burgermaatschappij zouden
terugkeeren (Alleen reeds in de grafische
bedrijven zijn 17.000 van de 20.000 werk
nemers geheel of gedeeltelijk werkloos,
volgens het Drukkersweekblad van 6 Ju
li). De opbouwdienst zal hun geest en hun
lichaam krachtig houden. Wij zullen de
eerbied voor de arbeid bij hen aankwee-
ken, geleidelijk, door middel van eenvou
dige werkobjecten, maar daarnaast, aan
gezien het ideaal is: „Een gezonde ziel in
een gezond lichaam", zullen wij hen licha
melijk oefenen en hen in staat stellen tot
sport".
Deze 60.000 zijn echter werkloozen, die
geen plaats kunnen vinden in het pro
ductieproces.
Majoor Breunese zeide hen te willen
opheffen, hun levensvreugde te willen bij
brengen en hen te willen maken tot de
gelijke Nederlanders met een warm hart
voor ons vaderland en voor onze volks
aard.
Dit werk is van hooge waarde voor
ons nationaal voortbestaan. Wij moe
ten, kunnen en zullen aldus Majoor
Breunese, een eensgezinde natie wor
den Maar daarvoor moet heel hard wor
den gewerkt. Wij zullen dit doen onder
de zinspreuk: Arbeid Adelt. Wij moeten
bij de menschen aankweeken: waardee
ring voor de arbeid, gehoorzaamheid,
zin voor orde en netheid, in één woord:
tucht.
Wij kunnen niet anders dan onze beste
wenschen uitspreken voor dit nuttige en
opvoedende werk en hopen dat allen, die
er aan deelnemen, via dit opbouwwerk
weer een plaats veroveren in de maat
schappij.
Nu hechte eenheid.
Sommigen, die blijkbaar niets geleerd
hebben door de vijf dagen oorlog, die we
achter de rug hebben en die meenen,
dat het gewone spelletje van vóór 10 Mei
zijn voortgang kan hebben, beginnen
weer met het streelen van politieke te^-
genstellingen en onderlinge verdeeldheid
en verscheurdheid.
Dat spelletje moet men nu maar voor
goed van de baan schuiven. Er is beter
en ernstiger werk te doen.
Ons volk moet zich nu vinden in een
hechte eenheid, op de grondslag van
goed en onverdacht vadcrlanderschap.
Een journalist, die aan het front de
oorlog meemaakte, schetst de ware,
zelfverloochenende, allcsdeelende ka
meraadschap en zegt o.m.:
De geest van moedig tezamen dragen
en dulden met de gestadige kans vlak
voor oogen elk oogenblik te kunnen
worden geroepen voor het hoogste offer,
die geest van hooge en geestelijke kame
raadschap zonder vertoon en mooie woor-
Zeven roovers, maar toch ook zeven
muizenjagers van de bovenste plank. Ze
ker, ze aten er goed van, toen de jonge
tureluurs en gruttertjes met de bonte
kluutjes langs het Kil zwierven.
En moeder eend kon haar broed van
veertien ook lang niet meer voltallig la
ten zien, al had de roode wiekei daar aan
niet alleen schuld.
Maar de strooptochten, die hij onder
nam werden heel wat minder systema
tisch uitgevoerd dan door zijn grootere
neef de kiekendief, die zijn bijnaam van
bruine dood eer aan deed.
Voor de torenvalk waren ze meer een
welkome afwisseling van het hoofd-
menue, dat uit muizen bestond. En hier in
deze wereld van honderden hectaren
bouw- en weiland, omzoomd van rietkra
gen, waar het wemelde van jong leven,
kon hij geen noemenswaardige schade be
rokkenen.
Want juist toen al dat nieuwe leven
naar de oevers van het Kil trok, had in
de dorpssmederij de amaril niet stilge
staan. Van de morgen tot de avond had
den de vonken gespat van het harde staal
van de messen der maaimachine.
En nu steeg een welriekende geur van
de hooihokken omhoog en vertelde, dat
de zomer goed was geweest.
Weg was nu meteen de beschutting
voor de veldmuizen en de roode wiekei
had geen moeite zijn hongerig kroost
van voedsel te voorzien.
Zoo groeiden ze voorspoedig op, tot de
dag kwam, waarop ze moesten worden
ingewijd in de kunst van zelf vangen. Ze
moesten leeren stilstaan in de lucht, „bid
den" noemden de menschen het, om dan
pijlsnel neer te kunnen schieten op de
argelooze muis, die zich te ver van haar
veilige hol had gewaagd. Nu was dit al
les nog spel, nu er overal overvloed van
voedsel was en honger kenden ze dan
ook niet. Maar van de winter, als de
aarde bevroren zou zijn en de vogels zich
naar het Zuiden begeven hadden, dan
werd de strijd om het bestaan hard en
het spel van nu werd dan een harde
noodzaak. Dan zou er geen plaats zijn
voor hun negenen maar ieder moest dan
een eigen terrein kiezen. Nu konden ze
nog zonnen op de kap van de oude mo
len en hun veeren poetsen tot ze glom
men in de volle zon. Maar lang zou dit
alles niet duren, want reeds rijpte het
graan en de nacht was reeds vervuld van
onbestemde geluiden. De eerste trekkers
waren reeds op pad. Nog enkele weken
en de met de dag stijver wordende slag
pennen, zouden hun eerste sporen van
slijtage vertoonen.
Dat de molen ook dan beschutting
mag verleenen, als de herfststorm zal
loeien, aan de enkeling, die zal blijven.
Molen, ook dan zal je dienst doen, ook
zonder wieken.
LARUS CANUS.
den, hebben wij uit het stinkende vuil
van de oorlog als een zeldzame edelsteen
opgeraapt.
Laat het onze zaak zijn deze kame
raadschap door ons leven te dragen
als een schat, welke met het bloed,
de ellende, de martelingen van ons
eigen, goede, vredige volk is gekocht.
Vijf dagen kunnen veel leeren, ze
kunnen een mensch van de grond af aan
veranderen, wanneer hij ontvankelijk is.
De oorlog was een ramp voor ons kleine
dicht bevolkte land, maar laten wij ten
minste datgene gebruiken, uitbuiten en
uitdelven wat die ramp ons heeft ge
schonken: het diepe, door veel smart ge
wijde besef van onze saamhoorigheid, de
sterke aaneenhechting van onze kame
raadschap als mannen en vrouwen van
één volk.
Thans moeten er snel concrete dingen
gebeuren. Ons hernieuwd levensgevoel
als sterk aaneengesloten volk van Neder
land ontbeert een duidelijke uiterlijke
vorm. Tegenover de overrompeling dei-
nieuwe omstandigheden is de aarzeling
van heden zeer begrijpelijk. Maar deze
mag tot schade van ons nationaal presti
ge niet lang meer duren. Algemeen wordt
verlangd naar een nationale samenbin
ding in de een of andere vorm onder een
sterk centraal gezag. Ons aanzien kan
slechts letsel oploopen, wanneer wij nu
op dit beslissende oogenblik voortgaan
elkaar weg te stooten. Zij, die geen waar-
lijke bouwstof zijn voor deze nieuwe ge
meenschap, hebben zichzelf reeds uitge-
stooten in de vijf ontmaskerende oorlogs
dagen: individuen, die van onze eigen
soldaten geld eischten voor een glas wa
ter, zij, die in hulpvaardigheid tekort
schoten en zelfs misbruik maakten van
andermans ellende e.a. Het eenigc crite
rium mag slechts zijn: goed en onver
dacht vaderlanderschap.
De frontgeest van de ware kameraad
schap moet overheerschen; dan zijn we
een hechte eenheid, die ongeschonden
door de donkere tunnel van de huidige
overgangstoestand de lichtende vlakte
der vrijheid tegemoet gaat, die ons volk
zich verwerven kan door zich op zijn
best te toonen en door de roeping te ver
vullen, welke het thans heeft tegenover
zijn eigen land, Europa en de heele we
reld.
Moge dat door een ieder worden inge
zien.
VREEMDE POSTZEGELS.
Steeds groote voorraad in zakjes
en series.
WOORDENBOEKEN
Fransch Duitsch Engelsch
Ook in zakformaat
BOEKHANDEL PARKSTRAAT - Tel. 11
WE MAKEN EEN STERREKIJKER.
Daar heb je twee lenzen voor nodig,
een grote en een, die een beetje kleiner
is. Lenzen uit een fietslantaarn zijn er
vaak goed voor te gebruiken. Je beves-
stigt ze volgens tekening in kartonnen
kokers, waarvan de eene in de andere
moet passen. Van een vel dun karton zijn
die kokers met weinig moeite te maken.
Het is van belang de kokers aan de bin
nenkant eerst zwart te maken. De len
zen zet je vast tusschen twee papieren
ringen, die in de koker worden geplakt.
Het is niet zo zeer de bedoeling de ster-
ROOM IS LICHTER DAN MELK.
Room drijft immers op melk (Dit is het
antwoord o^ de vraag van vorige week)
I
HOE MOET DAT?
Vier en twintig soldaten hebben een
kasteel omsingeld. Zij hebben zich zo op
gesteld, dat er aan elke zijde negen staan
(drie maal drie). Nu komen er acht sol
daten bij. De aanvoerder krijgt opdracht
zijn manschappen zo te verdelen, dat er
toch aan elke kant van het kasteel ne
gen staan. Hoe speelt hij dat klaar De
oplossing volgt.
GOEDE BEKENDEN.
In Artis loopt Frans dicht langs de
leeuwenkooi.
Pas maar op, dat de leeuwen je niet
bijten, waarschuwde moeder.
Wel nee, moe, zegt Frans, dat doen
ze niet, we zijn toch immers lid.
||||j|llllllllllllllll|!lll|llllllltlllllilllll!lllllllllllllllllllll1lllllll!llllllllllllllll||||||
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiii
REINIGING VAN MODERNE TOU
WEN MATTEN: V2 pond zachte zeep op
lossen in 3V2 liter water. Vermeng deze
oplossing met 1U liter glycerine en een
weinig ammoniak (Natuurlijk kunnen ook
kleinere hoeveelheden worden genomen,
in bovenstaande verhouding).
Behandeling: Veeg de vloerbedekking
met een harde borstel goed schoon, ver
wijder het stof en wrijf bovenstaande
oplossing stevig in de vloerbedekking,
waarna deze met helder water moet wor
den afgedaan. De glycerine in de oplos
sing zorgt speciaal voor goede riniging
der vloerbedekking en verwijdert vlek
ken van velerlei aard.
STRIJKEN zonder bout. Zakdoeken,
servetten, dunne kleedjes kunt u na het
wasschen prachtig glad krijgen, zonder
ze te strijken, zoo schrijft ons een lezer.
U drukt ze eenvoudig nat tegen de tegels
van keuken of badkamer aan Glad strij
ken met de hand. Zijn ze droog, dan val
len ze vanzelf van de muur en dan zijn
ze zoo glad als u maar wenschen kunt.
Het is te probeeren. Alleen zal het be
zwaarlijk gaan, wanneer men eens wat
veel, van dat goed te strijken heeft of
geen tegels rijk is.
renbeelden met deze kijker belangrijk te
vergroten als wel te zorgen, dat je een
bepaald stuk van de hemel'des avonds op
je gemak bekijken kunt. Door de ko
kers min of meer in elkaar te schuiven
krijg je een meer of minder scherp
beeld. De links onder afgebeelde sterren
beelden zijn de „wagen" van de Grote
Beer; rechts bovenaan Cassiopeia en
daartussen de Poolster. Deze Poolster is
gemakkelijk te vinden. Je zoekt eerst de
„wagen" op en verlengt dan het „achter-
schot"van de „wagen" viermaal. Dan ben
je bij bij de Poolster.
NIEUWE PRIJSRAADSELS.
254 De naam van een metaal. Laatste
letter een R Maak van de EERSTE letter
een L en men loopt over mij heen.
255. Een feest voor jong en oud. Hier
staat de naam, maar.... de letters zijn
door elkaar geraakt:
NACAVETI.
256. Vul eens in:
Been beroep.
Reen deugniet.
Meen kameraad.
Ik verwacht jullie oplossingen pas na
no. 260. Dus na de volgende week
Met vriendelijke groeten,
Jullie OOM KO.
EEN GROTE KUNST.
Daar kunnen jullie een wedstrijd van
maken: Wie kan met behulp van twee
spelden een gulden zonder hem met 'n
vinger aan te raken van de tafel ne
men en in een kopje water laten vallen?
Het valt niet mee hoor Het geheim van
de smid is dit: Je moet de spelden zo te
gen de gulden houden, dat ze in eikaars
verlengde liggen. Dan zal het best gaan.
Probeer het maar eens.
OUDE KRANTEN kunnen kapok of
veeren in kussens, dekbedden, nez. des
noods vervangen. De kranten flink soepel
maken door eenige malen in elkaar
frommelen en wt'er glad strijken.
BLOEMKOOL wordt prachtig blank,
wanneer u aan het kookwater wat onge
kookte melk toevoegt.
VERSCH BROOD is gemakkelijk te
snijden wanneer u het mes tevoren even
in heet water doopt
TANDENBORSTELS reinigt u het
best door ze nu en dan te zetten in een
glas met een 3 pets. waterstofsuperoxyde-
oplossing.
RECEPTEN.
In spek gestoofde aardappelen. 1 Kg. in
de schil gekookte aardappelen, l'/s ons
vet spek, een paar uien, wat peper en
zout. Snijd het spek in dobbelsteentjes
en bak het uit. Voeg nu de plakken ge
sneden aardappelen, de gesnipperde uien
en de peper en het zout toe en laat alles
langzaam stoven tot de uien gaar zijn.
Bij het opdoen kan men in dit gerecht een
scheutje azijn gieten.
Aardappclkoek met stroop. Bij 500
gram gekookte aardappelen is noodig 200
gram gruttenmeel en zooveel melk, dat
het, dooreengemengd, een stijve massa
geeft. Hiervan bakt ge in heete olie of
boter een vingerdikke platte koek, die
aan weerskanten goudbruin moet wor
den en die met stroop wordt gegeten.
Illlll PLANTEN IN KAMER EN TUIN. Illlll
223. DE SCHUIMHOOPJES op ver
schillende van uw planten worden ver
oorzaakt door het schuim- of spuugbeest-
je, het schuim wordt wel koekoekspog
genoemd. Het beestje, een helgroene ci
cade, bevindt zich te midden van het
schuim. De cicade zuigt het plantensap
met zoo'n kracht op, dat het grootste deel
weer onmiddellijk het lichaam verlaat,
vermengd met ontelbare luchtbelletjes.
De veroorzaakte schade is zoo gering, dat
bestrijding achterwege kan blijven. Al
leen als de beestjes in groote hoeveelhe
den op één plant voorkomen, is het ge-
wenscht te spuiten met een zeepspiritus-
oplossing (10 pet. groene of gele zeep, 1
pet. spiritus, op helder water); bij ge
brek aan spiritus kunt u in de plaats
daarvan nicotine-extract nemen. Een en
kel beestje kunt u met een doekje ver
wijderen.