TEXELSCHE COURANT Schapenfokdag Texel 1940 52ste Jaargang Woensdag 7 Augustus 1940 No. 5469 Aangifte voor alle rubrieken vóór Dinsdag 13 Augustus 1940 DE NIEUWE TEXELSCHE COURANT ER WORDT GEVISCHT op Maandag 9 September. bij den heer J. SIJP, Landbouwhuis, Alkmaar. Uitgave N. V. Boekhandel en Drukkerij v. h. Langeveld en De Rooij Den Burg Telefoon 11 IS SINDS 1 JULI 1Q30 IN DIT BLAD OPGENOMEN. ADVERTENTIES: 12 cent per regel; minimum 5 regels. Eenzelfde adv. voor vier plaatsingen opgegeven, wordt drie maal berekend. Vraagt ons zeer voor- deedig tarief voor neringdoenden. TEXEL AARTJES: 48 ct. (4 regels, ge heel met kleine letters gezet, hoogstens vier; vooruit betaald). ABONNEMENTEN: f 0.75 per kwartaal; buiten Den Burg f 1.losse nrs. 4 ct. POSTREKENING no. 652. HOOGWATER (ter reede van Texel v.m.) (nam. ongeveer een half uur later.) 7 8 9 10 21 12 13 Aug 12,43 1,28 1,47 2,39 3.32 4.39 6,01 Aan Zwembad De Schans een uur eerder. OP 7 AUG. LICHT OP VOOR RIJWIELEN en RIJTUIGEN 9.50 IN WEEGERSWAAL. II Het ontstaan. Wanneer men 's avonds een kijkje neemt in Weegerswaal, van oudsher hèt Texelsche vischwater, zult u er, wan neer het weer zich daartoe leent, altijd hengelaars „in actie" zien. En wanneer is het weer niet geschikt om te visschen? Dat is ook al weer een van de vele zoo niet het voornaamste voorrecht van de vischsport. Visch vang je met elk weer, merkte een „kenner" op. Een prachtig water is dat Weegerswaal, een groote kom, haast onnatuurlijk rond, zoo dat je het als je niet beter wist, als een door menschenhanden gegraven vijver zoudt beschouwen. Weegerswaal behoort echter tot de vele „weelen en weeltjes" van het oude Texel. Heel, heel lang ge leden werd ons eiland door een storm vloed geteisterd, de voor die tijd zware dijken begaven het hier en daar en met donderend geraas boorde het water zich landwaarts. De geweldige, plaatselijke zuiging veroorzaakte diepe gaten. Maar de gewelddadige elementen bleven niet altijd de baas, de menschen togen weer aan de slag net als nu de dijken werden hersteld, zelfs werden nieuwe gebieden aan de zee ontrukt, de vrucht bare akkers waren wederom een toon beeld van vrede. Maar thans nog herin neren deze „weeltjes" ons aan die tijd van geweld en vernieling. Dat ze niet in verval zijn geraakt en nooit dichtgeslipt, verwondert u misschien, maar. heeft u eenig idee van de diepte? Het Weegers waal moet heel erg diep zijn; het is er gevaarlijk voor wie dat niet weet en zich te water begeeft zonder de zwem kunst machtig te zijn. Een best vischwater. Een jaar of vijftien geleden was de vischstand in Weegerswaal beter dan nu. Het zal daarmee wel zoo'n beetje schom melen Ons werd verzekerd, dat het aan brengen van de nieuwe sluis verslechte ring van de vischstand tot gevolg had. De visch zou in grooter aantal naar het Kil zijn gezwommen dan daarvóór. Jam mer, dat men in het Kil zijn hengel niet mag uitslaan. Dit is aan jagers van de vaste wal verhuurd Die komen hier re gelmatig jagen op eenden, voor wie het Kil met zijn riet en water en drassigheid een dorado is. Toch is Weegerswaal nog een „best watertje" gebleven. Ja, u moet natuurlijk niet heengaan met de gedach te: „Ik ga eventjes wat visch vangen". Men kan er uren zitten en niet het min ste „bewijs" krijgen van de deugdelijk heid van dit vischwater. Men kan er echter ook hoogtijdagen beleven. Zoo ergens, dan is het wel in de hengelwe- reld, dat deze spreekwoord geldt: „De aanhouder wint" en „Geduld is een schoone zaak". Wie 't hier niet mee eens is, kan nooit een trouw lid van het vis- schersgilde worden. Ik voor mij, och, waarom zal ik het verzwijgen, koop lie ver een vischje dan dat ik er uren voor opoffer. Maar ik zeg er bij, dat men in Weegerswaal ook avonden heeft, waar op het aas geen moment met rust ge laten wordt. Op welke avonden dat dan wel het geval is Zelfs de doorgewin terde hengelaar tast op dit punt in het duister, Maar dat is ook juist het inte ressante, haast mysterieuze van het ge val. Je kunt niet voorspellen of je met eea paar prachtige brasems, snoeken of baarzen thuis zult komen of niet. Dat juist houdt deze sport hoog en de belang stelling levendig Wat ons vischwater herbergt Wat het Texelsche binnenwater zoo al herbergt Vrijwel alle soorten, maar geen zalm of forellen en wel om de dood eenvoudige reden, dat die hier nooit zijn gepoot De hoeveelheid jonge visch in Wee gerswaal is bijzonder groot. U kunt die trouwens in alle mogelijke en onmogelij ke poelen en plassen, kreeken en sloo- ten vinden. Hllllllllll GEMEENTE TEXEL. AANBIEDINGSPLICHT van waarden volgens de „Deviezen- verordening 1940". De Burgemeester van Texel vestigt er in Nederland gevestigde bankinstellin- de aandacht van belanghebbenden op, dat gen, zijn niet te beschouwen als buiten- ir.gevolge artikel 9 dezer verordening alle landsche geldswaardige papieren in den natuurlijke en rechtspersonen, die bin- zin der Deviezenverordening; geldswaar- nen het bezette Nederlandsche gebied dige papieren in Nederlandsch courant zijn gevestigd dan wel aldaar kantoor en betaalbaar buiten het bezette Neder- houden: landsche gebied, dienen daarentegen te Goud, Edele metalen, Buitenlandsche worden aangeboden, Reismarken- en betaalmiddelen en Buitenlandsche Hollandmarkenchèques behoeven niet, geldswaardige papieren, buitenlandsche chèques in vrije Rijks- welke hun in eigendom toebehooren en marken wèl te worden aangeboden, een waarde van meer dan f 5.verte- Saldi bij bankiers in het buitenland genwoordigen, aan de Nederlandsche zijn met te beschouwen als buitenland- Bank dienen aan te bieden en op ver- sche betaalmiddelen in den zin der De- langen aan deze te verkoopen en over te viezenverordening en behoeven derhalve dragen. niet te worden aangeboden. De aanbie- De verordening verstaat onder: dingsplicht geldt niet alleen voor de a. goud: Gouden munten (Nederland- waarden vermeld onder a—d, welke hier sche zoowel als buitenlandsche), fijn goud te lande berusten, doch evenzeer voor en alliages van goud (onbewerkte of half- zoover deze zich voor rekening van mge- fabrikaat). zetenen in het buitenland bevinden. In- Ook niet gangbare munten moeten gezetenen, die na het van kracht worden worden aangeboden incl. „verzamelstuk- dezer verordening anders dan op grond ken". Verzamelstukken in den beperkten van een vergunning van het Deviezen- zin des woords zullen evenwel als regel instituut eigenaar van de onder a—d be niet, of althans voorloopig niet, worden doelde waarden geworden zijn, zijn ge- aangekocht. Gouden sieraden, gebruiks- houden deze binnen drie dagen na ont- en kunstvoorwerpen (horloges, armban- vangst aan de Nederlandsche Bank aan den, ringen e.a.) behoeven niet te wor- te bieden. Indien de Nederlandsche Bank den' aangeboden. gebruik zal maken van de gedane aan- b. edele metalen: Zilver, platina en biedingen, zal zij bij de overname de vol- platina-metalen (onbewerkt of halffabri- gende prijzen betalen: kaat). Zilveren en platina sieraden, ge- Baren etc....f 2009.— per kg. fijn bruiks- en kunstvoorwerpen, behoeven Gouden tientjes f 12,14 per stuk niet te worden aangeboden. Gouden vijfjes f 6,07 c buitenlandsche betaalmiddelen: Me- 10,dollar stuken f 30,16 taal- en papiergeld, bankbiljetten en Gouden Sovereigns f 14,68 soortgelijke betaalmiddelen, doch geen 20 Frs stukken f 11,62 Reichskreditkassenscheine, aangezien de- 20 Markstukken f 14,36 ze wettig betaalmiddel in Nederland zijn. 20 Scand. Kronenstukken Buitenlandsche, niet gangbare, zilve- f 16,18 ren munten behoeven, evenmin als Ne- De prijzen voor buitenlandsche mun- aerlandsche zilveren munten, te worden ten gelden voor posten beneden 100 stuks aangeboden. De aanbiedingsplicht van per soort; voor grootere posten wordt zilveren munten geldt alleen voor bui- een prijs betaald volgens netto-gewicht tenlandsche, die thans nog gangbaar zijn. en gehalte. In verband met de hiervoor reeds eerder Er is momenteel alleen sprake van een getroffen regeling geldt de onderhavige aanbiedingsplicht, zoodat het niet nood- aanbiedingsplicht niet voor Duitsch zakelijk is, dat het goud en de andere bankpapier. Bankbiljetten, uitgegeven waarden reeds thans bij de Nederland door de Javasche Bank, dienen te wor- sche Bank worden gedeponeerd, den opgegeven. Degene, die niet voldoet aan de ver- d. buitenlandsche geldswaardige pa- plichtingen tot aanbieding van het zich pieren: Chèques, wisselbrieven, promes- in zijn eigendom toebehoorende goud en 3en en soortgelijke geldswaardige papie- de andere in art. 9 van de Deviezenver- ren (met uitzondering van coupons, divi- ordening 1940 genoemde waarden stelt dendbewijzen en effecten) voor zoover zich bloot aan zware gevangenisstraffen zij niet binnen het bezette Nederlandsch en(of) hooge geldboeten, gebied betaalbaar zijn en de schuldenaar Texel, 2 Augustus 1940. geen ingezetene is. De Burgemeester van Texel. Chèques in vreemd geld, getrokken op KAMP. De snoek trekt in het voorjaar naar ondiepe slooten en schiet daar kuit. Een wijfje van 35 K.G heeft ongeveer 150 duizend eieren bij zich. Dat hiervan een groot aantal verloren gaat door ande re roofvisschen, sterfte, enz, spreekt van zelf. De snoek is de haai onder de visschen van het zoete water. Een enkele slag van zijn krachtige staart en hij schiet als 'n pijl weg. Ook kan hij onbeweeglijk stil staan en wee de arme zwakkere water bewoner, die dan niet op zijn hoede is. De slokop vermorzelt hem tusschen de lange rijen puntige dolktanden, zelfs de tong is daarmee gewapend. Een snoek van 20 pond In Weegerswaal zit een snoek, die op wel twintig pond wordt geschat. Een ouwe rat, die men nog steeds niet heeft kunnen verschalken. De heer H.C.A. Kie- vits heeft hem eenmaal tusschen zijn aas en de wallekant door zien glippen. Hij lllllliuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimllilll VAN OVER DE GRENS iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiu!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiii DE AANVAL OP ENGELAND. Langdurige voorbereiding. We worden met de dag ongeduldiger. Al meer dan vijf weken zitten we uit te zien naar de bom, die barsten moet en niet barsten wil. Zou dat nu de zenuwoorlog zijn, die het moreel van de troep even erg kan aantasten als het eigenlijke gevecht? Het is zeker, dat niet alleen wij hier in Nederland, doch heel Europa, ja heel de wereld en in het bijzonder Engeland dag en nacht uitziet naar het begin. Ten slotte moet deze onzekerheid de soldaat erger kwellen dan de verschrikkelijkste werkelijkheid, zóó zelfs, dat hij die tien maal ergere werkelijkheid toch gaat wenschen. Geen beter bewijs voor de moeilijkheid van de aanval op Engeland is er, naar onze meening, dan deze lange voorberei ding. Wat de Duitschers voornemens zijn te doen, plegen zij tot in de puntjes voor te bereiden, en vooral bij een onderneming als deze, waar ondervinding ontbreekt en waar ook geen enkel voorbeeld voor te vinden is, is een zorgvuldige voorberei ding noodiger dan ooit. De Duitschers weten natuurlijk, dat met elke dag uitstel de verdedigingswer ken in Engeland geduchter worden, het materiaal omvangrijker en de afweer sterken glipt er altijd tusschen door. Zoo'n ouwe schrandere snoek met veel ervaring lacht om het aas. Hij kan wel honderd jaar oud zijn, ja, ze kunnen een eerbied waardige ouderdom bereiken, we lazen zelfs van wel driehonderd jaar. Zulke oude snoeken zouden dus nog kunnen meepraten van de Tachtigjarige Oorlog Bij wijze van variatie Verandering van spijs doet happen, zegt het spreek woord gaat de snoek ook wel op de rattenjacht. Ja, zelfs volwassen eenden en waterhoentjes verhuizen wel naar 's heeren Snoeks niet te verzadigen maag. De heer Kievits werd eens opgeschrikt door een geweldig spectakel, geschreeuw en vleugelgeklap, toen hij aan het ove rigens zoo stille water van Weegerswaal zün lijntje had uitgegooid. Hij er op af. Een oude eend zwom met een aantal bij na volwassen jongen haastig tusschen 't riet vandaan De snoek had er liggen loe ren en hij had helaas succes gehad Een bijzondere dag, want zijn disch is maar zelden met een jonge eend gegar neerd Engeland moet voor drie kwart van invoer leven. Reeds doen geruchten de ronde, dat er verder mets bijzonders gebeuren zal; dat de luchtgevechten en de aanvallen op schepen en havens alleen nog zullen toe nemen en Engeland op deze wijze na ver loop van betrekkelijk korte tijd toch aan het eind van zijn krachten zal zijn. Want daardoor zal de blokkade tegen Duitsch- land zijn geworden een blokkade tegen Engeland, dat voor een blokkade veel gevoeliger is, daar het voor drie kwart van de aanvoer van overzee moet leven. Het is mogelijk, maar niet waarschijn lijk, Dag in, dag uit, is zoo volhardend gezongen van „Wir fahren gegen Eng land", dat die „vaart" naar Engeland wel niet meer tegen te houden is en trou wens er is nog geen enkel Duitsch blad, dat deze opwindende krijgskreet heeft gestaakt. Dus zal er inderdaad naar En geland „gevaren" moeten worden, meent een overzichtschrijver. (Maar met „fah ren" bedoelt de Duitscher niet verplaat sing te water alleen! Red.) Wat is de Engclsche vloot van plan? Geen wonder, dat de voorbereiding tijd kost en met zorg moet geschieden. Er is inmiddels nog „ergens" een Engelsche vloot, al wordt ze vrijwel nooit meer ge noemd en die Engelsche vloot is zelfs eenige malen sterker dan de Duitsche. Het is niet aan te nemen, dat bij een Jerlissende aanval op het eigen land, die vloot zich zou blijven schuil houden. Of houdt zij zich met opzet schuil om die hetzelfde zijn als in 1939 (de rubriek een-jarige ooien wordt ge splitst in viertallen van denzelfden en van verschillende vaders), moet met vermelding van de no's der in te zenden dieren geschieden KORENMIJTEN. De Burgemeester van Texel brengt op uitnoodiging van den Secretaris Gene raal, waarnemend hoofd van het Depar tement van Binnenlandsche Zaken het volgende ter algemeene kennis: Door de kans op luchtaanvallen met alle gevolgen van dien, is het thans niet zonder gevaar al te veel mijten op één zetplaats bijeen te brengen. Naar de praktijk reeds heeft uitgewezen, kunnen bij gebreke van genoegzaam brandblusch- materiaal te velde, door één brandbom groote hoeveelheden graan verloren gaan. Daarom is het wenschelijk, dit jaar niet meer dan hoogstens 10 mijten op één plaats bij elkaar te zetten. Om het overslaan van een eventueele brand te voorkomen, verdient het bo vendien aanbeveling, de zetplaatsen op een afstand van tenminste 200 meter van elkaar te bepalen. Texel, 5 Augustus 1940. De Burgemeester van Texel, KAMP. X— DISTRIBUTIEKAARTEN. De Burgemeester der gemeente Texel brengt ter kennis van belanghebbenden, dat voor het in ontvangst nemen van nog niet afgehaalde distributiekaarten uit sluitend gelegenheid bestaat eiken Dins dag van 912 uur op de Secretarie. Op andere dagen en uren worden de kaarten niet verstrekt. Texel, 2 Augustus 1940. De Burgemeester voornoemd, KAMP. op dat beslissende moment in al haar geweldige kracht op te treden en een landing tot iedere prijs te verhinderen Dit laatste is waarschijnlijker dan dat ze zich ook dan nog schuil zou houden. Als de Duitschers nu eens in Engeland landen Daar komt dan nog bij, dat ook na de landing de positie van een Duitsch le ger onhoudbaar is, indien het de verbin ding met het eigen land met kan hand haven. Daarom moeten de Duitschers 'n deel der zee tusschen Engeland en het vasteland absoluut beheerschen, wil de landing niet uitloopen op een volslagen mislukking voor de gelande soldaten, want een leger, welks verbinding met 't achterland verbroken is en dat dus van aanvoer verstoken is, is 'n verloren leger Maar die opgave: de absolute heerschap pij over een deel van die zee, terwijl de Britsche vloot nog intact is, is zoo ge weldig, dat zelfs een voorbereiding van vijf weken niet veel is; een voorberei ding van vijf jaar zou volgens sommi gen wel meer voor de hand liggen. Tusschen twee mijnenvelden Wie de kaart bekijkt, ziet Groot-Brit- tannië van het vasteland gescheiden door het Kanaal, waarvan de nauwste punten zich bevinden tusschen Calais en Dover en tusschen Kaap de la Hague bij Cher bourg en Weymouth in Engeland. De eerstgenoemde zee-engte is 40 K.M., de andere ruim 100 K.M. Het ligt haast voor de hand, dat de Duitschers tusschen die beide punten een mijnenveld zullen trachten aan te leggen, zóó sterk en duurzaam, dat de Engelsche vloot daar niet doorheen kan breken. Tusschen die twee mijnenvelden bevindt zich dan een aanvalsfront van circa 300 K.M., groot genoeg voor een invallend leger. Maar misschien zit juist de hoofd macht der Engelsche vloot in dit deel dei- zee achter de beschermde forten van Portsmouth en het eiland Wight en in dit geval zal ook die Engelsche vloot eerst onschadelijk gemaakt moeten wor den. En voorzeker is dat geen kleinig heid. Want de Engelschen hebben al deze mogelijkheden terdege doordacht en hun tegenmaatregelen genomen. Wat de aanval op Noorwegen leerde. We herinneren ons nog allen de over donderende aanval der Duitschers op Noorwegen. Ook toen moest het Duitsche leger een zee-engte over en een zee-engte blijven beheerschen, n.l. het Skagerrak, dat wat vorm en breedte aangaat, veel met het Kanaal overeenkomt. Ook dat moest geschieden onder het oog der ||||||iiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!|||HI RIJMELARIJTJE. ||||||iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinii|||||| BON-OVERPEINZING. Wie thans een zaakje wil beginnen, Staat voor de eisch: Vestigingswet. Wat in het kort dan dit wil zeggen: Een boekhoud- en een vakbrevet. Maar wat moet thans wel Hollands huisvrouw, Die een-twee-drie, zonder pardon. Zich plots, onvoorbereid, geplaatst zag. Voor 't vraagstuk: distributiebon. Gewis, haar hoofd, al reeds vol zorgen Op 't huishoudkundige terrein, Mag, nu wij „op de bonnen" leven, Bijkans wel een register zijn. Bon 8 en 10 bijvoorbeeld gelden Van 1 tot 20 dezer maand, Waarop weer zooveel is te krijgen Als in de kranten komt te staan. Maar Pietje, die nog geen vier jaar is, Krijgt slechts de helft van het rantsoen. Maar met een extra bon voor papkost Om hem toch niet te kort te doen. En kousen, sokken, hoeden, jassen Die worden nu per punt verkocht. Een 2-punts pet, een 8-punts jumper. Een 10-punts kleed tegen de tocht. Zoo wordt de hedendaagsche huisvrouw Een soort van mathematicus. Die heel de lieve dag moet reek'nen Met A's en B's, met min en plus. De Willemsorde is voor mannen. Maar zoo 'k de vrouw iets geven kon, Het was een lintje in de orde Van Hollands Distributiebon. HU IB DE RIJMELAAR. Nadruk verboden. Britsche vloot en onder haar voortduren de bedreiging. En ofschoon aanvankelijk niemand kon gelooven, dat dit zou kun nen geschieden, het is gebeurd, en in geen maanden werd het Skagerrak nog genoemd. Wel een bewijs, hoe absoluut de Duitschers deze zeeweg beheerschen. Het zal in de strijd tegen Engeland niet gaan om enkele tienduizenden, zoo als in Noorwegen, maar om enkele hon derdduizenden. Van verrassing kan geen sprake zijn, want dag en nacht wordt de Britsche soldaat gewaarschuwd dat elk oogenblik de inval geschieden kan en wij moeten dus aannemen, dat allen gereed staan, om zoo fel mogelijk van zich af te bijten. En als het dus toch gebeuren moet, laat het dan maar zoo spoedig mogelijk zijn; wellicht houden danook de Britsche luchtaanvallen in Nederland op, die voor de leek al een zeer twijfelactig militair nut lijken te hebben. Misschien zullen we daarna weer rustig kunnen slapen. Men mag toch aannemen, dat wanneer de groote aanval plaats heeft, Engeland met man en macht en dus al zijn vliegtuigen inbegrepen, zal inzetten, om de eigen grond tegen de invaller te verdedigen. Nadat Engeland overwonnen is En daarna? Zullen we dan de Engelsche regeering zien uitwijken naar Canada onder ge leide van de vloot? Van daar uit zou dan door middel van de pers en de radio de oorlog nog kunnen worden voortgezet tot het „bloedig" einde, een oorlog, die in Engeland intusschen in werkelijkheid zal gevoerd worden door het Engelsche volk en het Engelsche leger. Is het land bezet, dan komt er van zelf een nieuwe regeering, die vrede sluit, een vrede, die door de gevluchte regee ring niet zal worden erkend. In het erg ste geval zou Canada de Vereen. Staten in de oorlog kunnen meesleepen. Dan zou de oorlog uitgroeien tot een oorlog tusschen werelddeelen, die echter zoo ver van elkaar liggen.dat er van gevech ten maar weinig sprake zou kunnen zijn, zelfs niet van luchtgevechten. Europa krijgt dus weer verbindingen over zee, verbinding met koloniën. Het te zamen gesmeede Europa zou dan, naar Berlijn ons voorhoudt, een welvaart be reiken als nooit te voren. Dat is de droom, waarvoor Duitschland warm loopt en waarvoor het reeds een groot deel van Europa gewonnen heeft. Misschien dat de koele Nederlander hem ook ooit aanvaardt. Voorloopig blijkt hij niet erg enthousiast en houdt hij zich op een afstand. Doch: „De tijden veranderen en wij met hen", zegt een wijs woord. De ge schiedenis zal het leeren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1940 | | pagina 1