Carla Onze Emigratierubriek WAAR NEDERLANDSE EN REPUBLIKEINSE ONTMOETEN. MILITAIREN ELKAAR Bij de Status Quolijn in de buurt van Medanis is de verhouding tussen de Nederlandse en Republikeinse militairen van dien aard, dat de Republikeinse wachtcommandant uit zijn wachthuisje aan de overkant van de brug komt om een praatje te maken met zijn Nederlandse collega. SURINAME. (Van onze emigratiemedewerker.) Personen, die na verloop van tijd naar Suriname willen emigreren, moeten er wel aan denken, dat Su riname een uiterst bekoorlijk, doch ook een bijzonder vreemd en.... achterlijk land is. De hoofdstad Paramaribo bestaat veelal uit een voudige houten woningen, terwijl het uitgaansleven er zeer beperkt is. Er is één dagblad plus enkele drie maal per week verschijnende organen, 2 bioscopen, en zo nu en dan een uitvoering, fancy fair of muziekavondje. Huisvesting is zeer moei'ijk te vinden. Alleenreizende personen vinden gemakkelijk een pension voor ongeveer f 120 pej; maand Huishoudelijk personeel, radio, telefoon, enz. is er w el te vin den. Hoge prijzen, maar ook goede lonen. Sedert 1940 zijn de prijzen er eveneens vrij sterk gestegen, doch de spanning tussen loon en prijs is er veel minder als hier. Distributie bestaat er niet Alle le vensmiddelen, textielgoedéren enz. zijn er volop te krijgen. Rokers kunnen hun hart ophalen, want de Amerikaantjes kosten er 80 cent per pakje. Goede in landse sigaretten kosten 45 cent per pak je, boter f 4 per kg. Het Surinaamse Statistiekbureau heeft berekend, dat voor het levensonderhoud van vader, moeder plus vier kinderen, die zeer be scheiden leven, thans f291,84 nodig is tegen i 120 in 1939. „De Surinamer" te kent hierbij echter aan, dat zo'n gezin eigenlijk f 3500 per jaar moet verdienen om quite te spelen. Overigens zijn er ook de lonen aan zienlijk gestegen. Woningtoestand en gezondheid. De redactie van „De Surinamer" schrijft ons o.m.: „Het Surinaamse volk is verre van ge zond. Hoewel de gezondheidsdienst hard werkt, ontbreken mensen en middelen om radicaal aan te pakken. Toch is er reeds veel ten goede gekeerd, want het sterftecijfer is lager dan dat van de meeste omringende landen. De woning toestand is ellendig, zowel op de erven in de stad als op het land. Als men door Paramaribo wandelt, lijkt het heel wat, maar op het uitgestrekte erf tussen de huizen heersen de vreselijkste toestan den. Hier woonden vroeger de slaven. Bij de opheffing der slavernij kwamen deze „huizen" (4x3 m.) leeg. De eige naars, bedacht op voordeel, begonnen de hekken te verhuren, hetgeen voortduurt tot op de huidige dag. Zelfs een lid van de Raad van Bestuur exploiteert derge lijke hokken. Op sommige erven staan 30 van deze hokken bijeen, die een geza menlijk toilet en soms een gezamenlijke badkamer hebben, alles m dezelfde stijl. In de districten zijn vele woningen slechter dan een Nederlands varkenshok. De gezondheidszorg is met de huidige beperkte middelen niet. of weinig te ver beteren. De districts-geneesheer bv. moet er een hele dag met de motorboot op uit trekken om de zeer verspreid wo nende zieken te bezoeken. De patiënten komen dan samen op vastgestelde plaat sen langs de rivier. Medische verzorging van bosnegers en indianen bestaat er vrijwel niet. Boven de vallen zien de mensen nimmer een dokter. \oJ J 123. Maar de brave man kreeg de tijd niet om te zeggen, wat hij dacht. Een vreselijke ontploffing weerklonk en deed de hele hoeve trillen. Tot op vele kilometers in de omtrek vielen de peren van de bomen. Lappen, planken, ja alles wat er aan de Pegasus zat, vloog naar alle kanten en meneer Van Emmen met de twee jongens werden de lucht in ge slingerd. als tennisballetjes. 122 .De Pegasus was niet meer.... De overblijfselen lagen door de weide verspreid. En wat de aviateurs be treft: Hans was met de zitting van zijn broek aan 'n boomtak blijven hangen; Piet lag, achter de hoeve, in de weide te spartelen en meneer Van Emmen was precies op de stier terecht gekomen, die nu in galop rondom de wei begon te rennen. Onderwijs en godsdienst. Suriname telt 35,000 katholieken, 9000 hervormden, 8000 volgelingen van ande re christelijke gemeenten, 36000 leden van de Evangelische Broedergemeente, 38000 Hindoes en 44000 Mohammeda nen. Het onderwijs Is er slecht. Emi granten moeten er wel aan denken, dat de hoogste graad van het onderwijs er MULO is. Ook is er geen behoorlijke vakopleiding. Wat emigranten moeten weten. a. De Surinamer is niet lui, wel be houdzuchtig. Bij voorkeur doet hij alles zoals zijn vader en grootvader het ge daan hebben, ook al is de nieuwe metho de veel beter. b. Werklozen zijn er voldoende. Ge brek is er aan vakmensen. De klein-in- dustrie schreeuwt om werkkrachten. c. Suriname is eigenlijk een groot zie kenhuis. Slechts de verpleegsters ontbre ken. Vandaar dat de gemiddelde arbeids prestatie van de Surinaamse werkkracht belangrijk gereduceerd wordt door het verlet wegens ziekte. d. Ook in Suriname is een zekere span ning tussen loon en prijs. Daarom zou den ook uaar de lonen hoger moeten worden of de producten goeusoper. e. De werklozen kunnen merendeels geen bestaan vinden in de landbouw, omdat landbouw evengoed een vak is, dat vooropleiding nooozakeljjk tot voor waarde heeft. f. Het Gouvernement was tot heden vrijwel nimmer bereid stukken grond te verkopen om er de landbouw op uit te oefenen. g. Landbouw-emigranten zullen zware concurrentie ondervinden van de Suri naamse landbouwers, die minder behoef ten hebben, dus goedkoper zuilen kun nen produceren. h. Geld is in Suriname zeer duur. In dien men voor zaken geld moet opnemen is men merendeels in de aap gelogeerd. De Creolen steken hun spaarcentjes gaarne in woekerbanken, die hun een uiterst hoge rente kunnen uitbetalen. Deze woekerbanken lenen uit tegen soms 3Vï pet, rente per maand. Oprich ting van nieuwe industrieën loopt daar om herhaaldelijk vast op deze factor. Ook als men gelden wil opnemen buiten de woekerbanken om, dan wordt grif 10 pet. betaald. VAKSCHOOL VOOR MEISJES VOOR DEN HELDER EN OMSTREKEN. Van de 2-j. primaire opleiding werden bevorderd van het le naar het 2e leer jaar: M. Backei, N. Boon, M. Daalder, iv. G.-Eelman, M. A. M. Keijzer, E. B. Langeveld, D. A. Parlevliet, E. G. Par- levliet en C. Wijngaarden. Het getuigschrift van de 2-jarige pri maire opleiding verkregen: H. W. Hoo- gerheide, C. Keijser, A. Kooger, A. Ries- wijk en A. Waldus. Van de 2-j. opleiding Huisnaaister werden bevorderd van het le naar het 2e leerjaar: A. M. Bakker, T. de Boer, S. Eelman, A. van 't Hoog, J. G. Kooiman, J. G. van Maldegem, E. van der Meer en P. Vlaming. Al deze leerlingen zijn woonachtig te Texel. CANADESE PROFESSORS EN STU DENTEN BRENGEN EEN BEZOEK AAN WEST-EUROPA. 300 Canadese professors en studenten, die zijn uitgenodigd door het Franse Commissariaat vh. Toerisme, zijn in Le Havre aangekomen. Na Parijs en Nor- mandië bezocht, te hebben, zullen zij zich naar Londen, Holland en België be geven, waarna zij weer in Frankrijk te rugkeren en in staat zullen worden ge steld om verschillende departementen na der te leren kennen. DE KEUZEBON. In tegenstelling tot hetgeen dezer da gen in de pers gepubliceerd werd, en waarbij vrij algemeen gesproken werd over afschaffing van de keuzebon met ingang van 1 Aug., deelt het Min. van L„ V. en V. mede, dat een beslissing nog niet is genomen, zomin ten aanzien der herziening zelf als wel van de da tum. De thans geldende bepalingen blij ven dus voorshands volledig van kracht en dienen nauwgezet te worden nage leefd. JHR. VAN NISPEN keert terug als voorzitter van Blocm- bolencultuur. Jhr. Mr. O. F. A. II. van Nispen tot Pannerden heeft gehoor gegeven aan 'n door alle hoofdbestuursleden onderte kend verzoek terug te keren als voorz. van de algemene ver. v. bloembollencul tuur. Jhr. van Nispen trad, zoals bekend, enige tijd geleden af. toen tijdens een niet voltallige hoofdbestuursvergade ring besloten werd verdere medewer king te onthouden aan de bestaande sa neringsmaatregelen voor het bloembol- lenbedrijf en geen mededelingen van 't Bedrijfschap voor Sierteeltproducten te publiceren of aan dit bedrijfschap mede delingen le verstrekken. Dit besluit, dat inging tegen beslui ten van de algem. vergadering, is thans na veelvuldig binnenskamers confere ren, ingetrokken. De voornaamste reden tot intrekking was klaarblijkelijk een dreigende splitsing in de organisatie. Het besluit oni verder samen te wer ken betekent volgens welingelichte krin* gen niet, dat de strijd over het al dan niet steunen der saneringsmaatregelen beëindigd is. EERVOL ONTSLAG aan P. Boodt als Houtvester bij liet Staatsbosbeheer. Bij Kon. Besluit is, op voordracht van de Min. van L., V. en V. aan dhr P. Boodt, houtvester bij het Staatsbosbe heer ter standplaats Alkmaar, wegens 't bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, eervol ontslag verleend uit zijn functie, te rekenen met ingang van 1 Juli 1948. [l i. VOORLICHTINGSBUREAU ^.OjU fr<VAN DEHVIlEOmGSRMB.fTr' RECEPTEN. Bessensap Inmaken: De bessen met een kleine hoeveelh water opzetten, bijna aan de kook br IE1 D gen en warm houden, totdat er voldo leI de sap uitgetreden is. De massa op vergiet óf in ten doek laten uitlekken het sap in een pan opv angen. Onder band de flessen en de kurken sehoi maken, door ze in (soda)water te w sen, uit te koken of uit te zwravelen met gekookt water om te-aspoelen. Vc het uitzw avelen een brandend stul 'ie zwavellint in de gewassen flessen br< ,eI gen en dit met de kurk er in vastkle men. Wanneer do flessen vol met zw veldamp zijn, het brandende lint er halen en het doven, door het in een ko nietje water te dompelen. De flessen n jr de kurk sluiten en 10 minuten omg q keerd laten staan om ook de kurk desinfecteren, de zwaveldamp uit flessen laten ontsnappen. Het' vruchte sap even doorkoken, de flessen er m vullen en de kurken er in drukken. De bijsnijden en de flessen tot en met bovenste rand in gesmolten lak, kaarsv of, als men het nog heeft, in gesmolte paraffine dompelen. Bij gebruik van de inmaak de lak, h kaarsvet of de paraffine er voorzichti afhalen en voor de volgende inmaak bi waren. na: ren len ïer stai luii sul lie 181 '01 slo se ie zii de Ik le d< n hi k g' h VOOR ONZE VROUWEN. EEN PRETTIG Bij uw mantelpakje staat een eenvoudi ge overhemdblouse meestal nog het bes te. Wenst u een gladde blouse, dan hoeft u de kruisjes- en stippellijnen niet over te neme;.. Het aangeknipte beleg wordt naar binnen gevouwen en tegengezoomd. Bij het verbinden van voor- en rug pand de rugschouders niets inhouden. In de lange mouw voorziet u de onder kant van een splitje, waarna u hem in- gerimpeld tussen een boordje op pols- wijdte van 4 cm. breed naait, dat u met een knoop en lusje sluit. De bovenkant wordt over de kop licht ingerhupeld en met de naald l'/s cm. vóór de zijnaad vallend ingezet. Het korte rechte mouwtje krijgt een manchet van dubbele stof, die u desge wenst ook iets nauwer zoudt kunnen maken. Kraag A is een liggende kraag met lange punten, kraag B een staand model. Beide maken we van dubbele stof, waar tussen de halsopening gezet wordt. Deze is tan voren, zoals is aangegeven, even ingerimpeld. Voor het halsboordje met de strik heeft u nodig een reep stof van 6 cm. breed en' 120 cm. lang die in de lengte dubbel gevouwen wordt. De uit einden knippen we schuin af. Wilt u een vestje in de blouse, dan knipt u het patroon van het voorpand langs de kruisjes door. Het vestje leunt u met een ingerimpeld of geplisseerd strookje of kantje afzetten, bij geruite of gestreepte stof neemt u het in een an dere richting, u kunt het ook van kant of afstekende stof maken of het* bordu ren. U ziet: vele mogelijkheden. Voor het ronde schouderpasje knipt u de patronen langs de stippellijn door. BLOUSEPATROONTJE. Voor de verwerking geldt hier hetzelf de als voor het vestje. Aardig staat het bij de lange mouw het onderstuk in overeenstemming met het pas te bren gen. De sluiting komt op do middenvoor- lijn. Bij een bovenwijdte van 88 cm. heeft irvoor een gladde blouse met lange mou wen 1,80 m. van 80 cm. breed nodig. ELLA BEZEMER. B.W. 88 c.M. o maNewer '7 73 S z<) 36 wint de grote prijs van Rome door HEDDA LINDNER 25.) „Maud, je bent onverbeterlijk. Je trouwt toch niet met de afgelopen eeu wen, maar met de man. Hij is hij kan op het ogenblik niet weg. Hij moet paar den trainen. Hij rijdt veel op concours een fijne sport, zeg". Maud knikte ernstig. Ze begon zich 'n beeld van de jonge echtgenoot te vor men. En Carla kon nu met het eigenlijke doel van haar reis voor de dag komen. „Maud", zei ze, „je hebt me al dik wijls uitgelachen, omdat ik zo weinig aandacht aan mijn uiterlijk besteed". Maud keek haar vriendin lachend aan. „Ik weet niet, hoe je daar zo opeens op komt", zei ze, „maar het is zoals je zegt. En het is dom van je, want een vrouw kau niet genoeg aandacht aan haar uiterlijk besteden". Carla zweeg even. Waar had ze deze of dergelijko woorden meer gehoord? O, ja. haar man had ze gezegd Ze streek met haar hand over haar voorhoofd om de opkomende blos te verjagen en ver volgde, niet zonder verlegenheid: „Ja Maud ik zeg je dat, omdat ik heb in gezien, dat .ie gelijk hebt en omdat ik die onverschilligheid wil opgeven en óók meer zorg aan mijn uiterlijk ga beste den. Maar dat gaat zo maar niet in een vloek en oen zucht, Ik moet het leren, begrijp je? En jij moet het mij leren. Hè, Maud, wil je dat doen?" Of Maud dat wilde? Alsjeblieft! Het was een kolfje naar haar hand. „Wacht maar" zei ze, „ik maak een vrouw van je, naar wie de mannen met open mond van bewondering zullen kijken. Wan neer zullen we beginnen?" „Vandaag nog," zei Carla. „Ik wil geen dag verliezen". Maud klapte in de handen van plezier. „We gaan een zalig plan m'aken! Je zult eens zien wat ik van je maak." Maud blijft even met gefronst voor hoofd naar haar vriendin en nicht zitten kijken, diep in gedachten. Na een tijdje zegt ze Carla op te staan. Ze moet door de kamer lopen, zich omdraaien, weer gaan zitten. „Waarvoor is dat nodig?" zegt Carla. „Je kent mij toch al lang genoeg." „Je begrijpt het niet. Ik wil een ande re vrouw van je maken, jij woudloopster! Hoe kun je in godsnaam de dochter van Mac Catnck zijn en zó rondlopen I" „Misschien juis|t daarom," zei Carla met goed begrip. „Ik hoefde toch geen moeite te besteden aan mijn uiterlijk, als ik die moeite vervelend vond?" „En nu vind je die moeite niet verve lend meer?" Maud lachte ondeugend. „Zeg, Carla, ben je eigenlijk verliefd op je man of is het iemand anders?" Carla bloosde en werd kwaad op zich zelf omdat ze bloosde. „Ooh, Maud, praat toch geen onzin". „Onzin? Als een vrouw opeens aan haar uiterlijk begint te denken, is ze verliefd, dat staat als een paal boven water. Je hoeft me niets te vertellen. Ik respecteer je hartsgeheimen natuurlijk. We gaan eerst naar monsieur Jean." „Wie is monsieur Jean?" „Nooit van gehoord? Een lelijk gebrek in je opvoeding. Monsieur Jean is de meester aller coiffeurs, eigenaar van het beste schoonheidsinstituut ter wereld. Die kan van een vogelverschrikker nog een Apollo maken. En jij bent toch ze ker geen vogelverschrikker...." „Dank voor het compliment, Dus —we gaan naar monsieur Jean!" Maud had niet te veel gezegd; dat moest Carla toegeven toen ze een paar uur later haar beeld in de spiegel zag. Het waren vermoeiende uren geweest, moest ze zich zelf bekennen. Monsieur Jean had haar van top tot teen opgeno men, eerst ernstig bekeken en toen ge glimlacht. Tja madame was goed ma teriaal. Hij zou er veel van kunnen ma ken, maar het zou inspanning kosten." En hij maakte er veel van. Het voile, donkerbruine, maar dof en stug aan doende haar, dat in een grote wrong in de nek was opgenomen, werd los ge maakt, uitgekamd en.... meer dan de helft werd er van afgeknipt. Daarna werd het met allerlei lotions en essenses behandeld, tot het een donkere koper achtige glans kreeg. Hierop werd de vernieuwde ei> ver jongde haardos in een doek gewikkeld en nu werd Carla's gezicht onder han den genomen. „Madame heeft een zuiver ovaal", de creteerde' zijne majesteit, „maar het ster ke voorhoofd en de zware wenkbrauwen geven haar een te strenge expressie". En voor de gezichtshuid, die niet vol doende verzorgd was volgens zijn me ning, kreeg Carla een dampbad met mas sage, een doosje met zoetgeurende crè me en het strenge bevel, daarmee elke avond voor het slapen gaan, haar ge zicht in te wrijven. Vervolgens verden de wenkbrauwen bijgewerkt tot er slechts twee smalle, zuiver gevormde bogen van overbleven en het moet gezegd worden, die bogen deden de grote, glanzende ogen beter dan ooit uitkomen. En ten slotte werd het haar in luchti ge, geurige golven om het voorhoofd en gezicht geschikt en dat gaf aan het ge zicht zulk een andere uitdrukking, dat zelfs Maud haar nichtje telkens weer met verbazing moest aankijken. Nu nog een vleugje rood op de lippen. Nie't veel un tout petit peu dat is voor madame voldoende, wat poeder en wat rood bij de jukbeenderen, weinig maar, en monsieur Jean verklaarde, met de be vrediging van de kunstenaar, die een meesterwerk gewrocht heeft: „S'il vous plait, madame". Carla staart telkens en telkens weer in stomme verbazing naar haar spiegel beeld. Is zij dat werkelijk dat mooie, donkere fijne gezicht met de glanzende ogen? Zij schudt twijfelend het hoofd, maar haar is-ó-vis doet hetzelfde. En met een plotselinge lach steekt ze haar tong uit. liet meisje in de spiegel doet hetzelfde. Ja ze moet het wel ge loven. Ze is het zelf! Tijdstippen voor de volgende zittingen werden afgesproken. Ook Conohita moet meekomen om te worden geïnstrueerd in de haar- en geziehtsverzorging. Dat werd anders natuurlijk niet gedaan. Met de instructie van bedienden kon men zich niet ophouden, maarten opzich te van zulk een bijzondere cliënte als madame, zou er een uitzondering worden gemaakt. „Oef!" zei Maud, die zich intussen ook grondig had laten behandelen, „ik ben doodop, dat moet ik zeggen. In 't holst van de nacht opstaan en. „Wij stonden in La Paz om zes uur op", viel Carla haar in de rede. „Maar dan lagen jullie do halve dag op je ligstoel, terwijl wij nu als koelies hebben gewerkt. We hebben een nieuwe vrouw uit je gemaakt, is dat iets of niets?" „Zeker dat is al veel. Maar de nieu we vrouw 's nog niet volmaakt. Ze heeft ook nog nieuwe kleren nodig. Je wou toch ook met me naar je tailleur?" .Goeie genade!" kreunde Mand. „En dat allemaal op de eerste dag! Ik moet zeggen, jullie, natuurkinderen zijn niet dood te krijgen, als je eens in de stad komt." (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1948 | | pagina 4