Cjroen 2warL-Jexels in het harL, Texel bescherme zijn karakteristieke schapenboet Staatsbosbeheer huldigde een harde werker Bouwvallige boet werd veranderd in lelijke loods i C. Bakker gaat genieten van zijn pensioen De D.U.W. wil nuttig werk laten verrichten ZATERDAG 5 FEBRUARI 1949 62e JAARGANG No. 6294 Uitgave v.h. I*a. Langeveld ik Dt Rooy Boekhandel - Drukkerij - Bibliotheek Den Burg - Texel - Postbus 1 1 Tel. 11 Verschijnt Woensdags en Zaterdags Bankrck Rotterdamsche Bank en CoÖp. Boerenleenb. Postgiro 652. Abonnementsprijs f 2,45 per halfjaar „Op Texel, tiaar heb je nog van die aardige schaapskooien!" Aldus vertelde 'n badgast eens zijn kennis sen In de stad, toen h|], door de ellandel(|ke rust verstrekt naar lichaam en zieL, met nieuwe moed de weg Insloeg naar zijn bu reau. „Man" zo vervolgde hij, „daar staan er nog minstens honderd, In Drente vind Je er bijna niet ten meer Wjj moesten even meesmuilen, toen wij hem het woord schaapskooi hoorden gebruiken en wij begrepen, dat hij niet veel meer van het doel van de schapen- boet wist dan F. Allan, die in 1856 Texel bezocht en daarover een behoor lijk boekje het licht deed zien. Die Allan schreef nl.: „De schapen komen gedurende de winter, evenmin als des zomers, op stal; maar in de wei den staan schuren, hier boeten (vroe ger boesen) genaamd, waarin des win ters hooi wordt gebracht. In deze boeten kunnen de schapen schuilen, wanneer liet sneeuwt of guur weer is; doch zij beminnen zo zeer de open lucht, dat het weer al slecfht moet zijn, eer zij van de boeten gebruik maken". Eerlijk gezegd, wisten wjj zelf niet zo heel veel meer van de boeten dan Allan al hadden wij hem dan kunnen vertellen, dat de boer zijn schapen bij guur weer ook lekker buiten laat, zonder gevaar voor kouvatten, waar ieder dier zich in een heerlijke vacht gehuld ziet, zodra liet menens gaat worden met de barre winter! En dan zijn er altijd nog de tuinwal en de luwte van de boet. Zomer dag, als de zon zo stekerig kan zijn, het wolvee bijkans in z'n blote lijf rond loopt, dan zijn bet opnieuw die wallen en die boet, in welker schaduw de seha- penfamilies op verhaal trachten te ko men. Maar.... toch hebben wij de moed gehad om een artikel te schrijven over onze Texelse schapenboet. want iedere veehouder kan ons over alle bijzonder heden meer dan haarfijn inlichten De laatste uren van een bouwval Wordt die boet daar links afgebroken? Helaas ja, dat aardige boetje bestaat allang niet meer bet is de schapenboet die honderd, of tweehonderd, ach, wie zegt hoe oud ze waren!!, een eeuwige tijd althans gestaan heeft op het land van de heer C. Keijser Czn. aan de Ko- gerweg. Om nog duidelijker te zijn ach ter die gigantische schuur „Sarrasani". Een schuur opgetrokken uit metershoge muren en bedekt met donkerrode ge golfde asbestplaten. Daar gaat wat hooi in! Daar kunnen geen tien scha- pen'boctjes tegen op! Als die schuur niet was gebouwd, zou de betrokken boet wellicht al jaren geleden van de aardbodem zijn weggevaagd, want hij stond daar zo prachtig in de luwte, met zijn westelijke flank heerlijk rustig achter de grote broer. In dichterlijke gedachten bepeinzen wij, dat die grote schuur daar is neergezet om dat arme tierige, bouwvallige boetje aan het oog te onttrekken; de rieten dakbedekking werd jaar op jaar dunner en allengs kwamen de latten er doorheen gluren! Veel moois was er niet meer aan en wij zagen het aankomen, dat dit ge bouwtje zijn langste tijd had geleefd. „Zet 'm op de kiek!" suggereerde ons voor folklore en soortgelijke (on)heb- belijklieden licht geroerde ziel en de volgende dag hadden wij de camera al in de aanslag. Het heeft maar een haartje gescheeld of wij hadden het nakijken gehad: toen wij arriveerden zat een knedlit van de heer Keijser hoven in de nok 0111 de laatste vierkante meters dak rietvrij te plukken! Het was een begrotelijk gezicht: weel een boet minder, dachten wij. Had Zwarte Piet moeten weten, die de boet ook al niet wil missen! De sloper zat daar edhter zo rustig te werken als het maar kon, kwasie onverschillig zette hij zijn sloperswerkzaamheden voort, wel licht vond hij het een uitje, want wéér is het alle dagen op een ploeg door het land te karren gaat op de duur ook ver velen. Zo hebben we dan de vandaal op heterdaad betrapt. De nieuwsgierigheid deed ons een onderzoek instellen in de boet zelf. Wie weet, vond je niet iets geks, iets heel ouds, daar onder het dak, een ganzeroer of een documentair geschrift op de mu ren, dat ons mogelijk zou kunnen ver telled, wie de bouwers waren geweest Wij hebben de boet grondig door zocht, maar hadden weinig succes. Wel stonden de muren vol met namen en jaartallen er bij. Zo lazen wij: D. P. Koom 1898; P. .1 K. 1895 en 1896; Z. J. Gomes 1873; C. Zijm Jzn. 1904. En ver der vonden wij.... duizend en een molmgaten in de zware palen van het vierkant Enige dagen later hebben we de hoed gelicht bij liet stoffelijk overschot van onze boet: alleen de muren waren over gebleven en daarop had men gegolfde asbestplaten gelegd. Een aardig hok voor een krulstaart, een afschuwelijk bouwsel thans vergeleken hij de nog in ongerepte staat achtergebleven boeten. Niet practiseh meer. - Heb je wel eens gelet op het merk waardige feit, dat alle boeten de stijle want naar het Oosten hebben? zo vroeg men ons. Ja, zo staan ze allemaal! Niet allemaal, in het Kogerveld, in de buurt van Korver's eendenkooi staat er een, die met zijn rechte wand naar het Noorden is gebouwd. Handig bekeken, dat naar 't Wes ten glooiiende dak, want nu heeft de Westenwind er nauwelijks vat op! Maar niet alleen daarom zijn ze zo gebouwd: wanneer het waait, sta je daar prachtig luw om het hooi naar binnen te brengen, je houdt het prach tig op je vork! - Weet je er nog van, dat er hoeten werden gebouwd? Ja zeker, die boet aan de Laanweg nabij Den Burg heb ik nog zien bou wen, het zal een jaar 01' veertig geleden zijn. De boet van de familie Timmer, die in het Biirger-Nieuwland stond, is ook in mijn jeugd gebouwd. In de Russen- oorlog is hij vernield. Dan krijgen we nog veel meer bij zonderheden te horen: „Die twee,, drie rijen dakpannen, vlak boven de muur en onder het riet, zijn niet gelegd bij wijze van versiering. Die zijn aangebracht, opdat de paarden en koeien geen kwaad kunnen stichten, die muizelen nl. graag in het riet Thans is iiet rieten dak op zodanige hoogte aangebracht, dat de dieren ei- niet bij kunnen." De boeten dienen hoofdzakelijk voor liet bergen van hooi en voor liet onder dak brengen van voerbakken en gereed schap. D" afmeting is doorgaans 8x8x8. De muren zijn opgetrokken uit kleine gele stenen, je hebt enkele hoeten, die helemaal uit hout zijn gebouwd, maar de fundering is natuurlijk van steen ge maakt. D voorzijde is steeds van hout. Bij iedere boet behoort een waterput. Dat is gemakkelijk, wanneer je om een of andere reden wat schapen op slal hebt. - En zijn de boeten thans nog prac tiseh? Neen, ze zijn te klein, nieuwe wor den er beslist niet meer gebouwd. Bij de omzetting van de bedrijven heeft men oor de koeien meer hooi nodig en voorts zijn de uitslagen, die je aan weerskanten van 'liet vierkant en daar achter aantreft te smal Ze zijn door gaans 2 m. breed en om de moderne werktuigen daar een plaatsje te geven heb je wat meer ruimte nodigl Hel hooivak is 4x6x5 meter. Dat is 120 mil. In een flink vak, groter dan dat van een boet, gaat plm. 100 kg. hooi in een mS. In de boet komt het bij de geringe hoogte minder vast te liggen en je kunt dus wel aannemen, dat er niet meer dan een 8-9000 kg. hooi in gaat. Schaapskool had ramp kunnen voorkomen! In de jongste polders zie *e geen boeten! Neen. in heel Eierland staat er niet een. Toch zijn daar vroeger heel wat schapen gehouden! Ik weet er nog van, dat er vai: die lange wagens uit de pol der Eierland naar Den Burg kwamen om de lammeren te markten. Wat is de schapenteelt daar achteruit gegaan. Ik heb het over een 40 jaar geleden, toen er van heel Texel nog 10,000 lammeren op de 2e markt werden aangevoerd. Zo'n aantal is er nooit meer geweest. Er w erden teen wel 40,000 schapen op Texel gehouden, nu nog maar 14000 moet je deuken. De schapenteelt is In Eierland van weinig betekenis meer. Wie weet, wordt de weiderij daar straks weer uit gebreid, want de bodem krijgt een te kort aan humus en zoals u weet is wei land humusvormend! Had je dus oor spronkelijk veel schapen in Eierland, later kwamen er meer koeien bij en daarop kwam de fase. dat bijna al het land werd gescheurd In nevenstaandartikel hebben wij een en ander verteld over de typi sche Texelse schapenboetjes, stuk voor stuk alleraardigste, wij mogen wel zeggen monumentale gebouw tjes. Er zouden er nog een honderd op 't eiland staan. Nergens in Ne derland komen ze voor en daarom is hel jammer, dat deze boeten de een na de ander verdwijnen. Het proces gaat wel niet vlug, maar de tand des tijds knaagt onver poosd voort. De laatste boet is ze ker een veertig jaar geleden ge bouwd, de oudsten zijn honderd jaar en ouder. Is het niet mogelijk een vereniging „De Texelse Schapenboet" te stich ten, die bij de restauratie van boe ten subsidieert? Wij hebben in ons land reeds de vereniging „De Hollandse Molen" die prachtig werk verricht. Door haar toedoen telt ons land nog 1300 molens Thans hebben wij nog honderd schapenboeten, maar worden er geen maatregelen getroffen, dan zal men eenmaal vergeefs naar een boet speuren en zich tevreden moe-' ten stellen met een afbeelding in een ioto-album. Aan deze generatie de eer en de taak er voor te zorgen, dat de typisch Texelse bouwsels in lengte van dagen in de schapen weiden blijven domineren. Allan schreef in 1856 over Eijerland o.u.: „Beter dan de landbouw aanvan kelijk mocht slagen, ging het met de schapenteelt, welke tak van nijverheid op Texel in het algemeen schijnt thuis te behoren. De Sociëteit van Eigen dom van Eijerland had reeds in 1836 2454 vliezen wol afgeleverd, welke, na op de schapen zijn gewassen (waardoor ne wol plm. 30 pet. aan gewicht ver liest) een netto gewicht van 6794 kg. opleverden. Daarbij viel ook de hooi bouw1 zeer ten genoegen der Sociëteit uit, naardien er omtrent het midden van October reeds 780 voeren hooi, teza men wegende 546,000 kgbenevens meer dan 200 voeren ruigte en biezen gereden waren". Eierland bleef van boeten verstoken. De polder had best wat schapenkooien kunnen gebruiken, want, vertelt de historie niet, dat een damihek was om gevallen waardoor 's nachts alle scha pen van de kwelder aan de haal gingen en, door de vloed verrast, jammerlijk verdronken, op één na, een kreupel dier, dat aan de exodus niet had kun nen deelnemen. Een schaapskooi met 'n flinke grendel er op, had destijds die ramp kunnen oorkomen Wjj hebben ons leedwezen te kennen gegeven over het verdwijnen van vele honderden- nieters tuinwal aan de Wes- terweg, die „gemoderniseerd" wordt: verscheidene bochten worden er uit ge nomen Een deskundige wees ons er op, dat het polderbestuur het aan de eigenaars overlaat of ze hun tuinwal terug willen hebben of een heining verkiezen. Men geeft de voorkeur aan een heining. Het onderhoud van een tuinwal is te duur met het oog op het houden van koeien. Ten behoeve van het rundvee, (welke stapel zich gestaag uitbreidt!!) dient men de tuinwal door een draad af te schermen, hetgeen de boer niet alleen draad, maar ook grond kost. De koelen stompen de wal maar al te gemakkelMk stuk. En tenslotte, het wegnemen van de bochten: rechte wegen kosten heel wat minder dan de bekende kronkelwegen, vooral het onderhoud van de bochten wordt door het toenemend autoverkeer zeer kosibaar. DE KOOG. Zaterdag 29 Jan. j.l. ver zamelden zich de losse arbeiders bij het Staatsbosbeheer in de keet, die voor de ze bijzondere gelegenheid versierd was. Ze kwamen afscheid nemen van dhr C. Bakker, de man, die hen jarenlang als voorwerker was voorgegaan in weer en wind, hij snerpende koude en felle hitte. Voor het laatst ging dhr Bakker op zijn nude plaats zitten in de keet en luister de naar de woorden van waardering en lof, hem bij monde van dhr A, Durieux toegesproken. Als stoffelijk blijk van hoogachting werd hem een portefeuille, een tabakspot en een eet-eouvert aange boden. Hierna voerde nog dhr Schol, de chef van de scheidende voorwerker, Jiet woord. Hij herinnerde aan de vele ja ren van goede en trouwe diensten aan de Staat bewezen en dankte hem voor rle plichtsbetrachting, welke steeds door hem werd betoond. Namens het gehele personeel wenste hji dhr Bakker nog vele jaren van welverdiende rust toe. Nadat dlir Bakker de aanwezigen be dankt had voor hun cadeaux en waarde rende woorden, bleef men nog gezellig bijeen onder het genot van een glaasje en een sigaai'. Bovenstaand berichtje was aanleiding voor ons, om dhr Bakker eens op te zoe ken en wel op Woensdag 2 Febr. j.l., de dag, waarop hij de dienst verliet we- ■g'ens het bereiken van de 65-jarige leef tijd. We troffen hem aan temidden van fa- iniüe en bekenden, in zijn woning t.o. 't voetbalveld te De Koog. Men ziet de heer Bakker niet aan, dal hij 66 jaar is geworden. Het is een man, nog volkomen in de kracht van zijn leven Zoals hij daar zit, in de mooie leunstoel, een geschenk van het perso neel van de Boswachter)] „Texel", is hij wel liet levend bewijs van de gezond heid, die men op kan doen iii de Texelse bossen. Want in de bossen heeft hij gewerkt. En mede door zijn handen zijn de bossen ontstaan, die nu van De Koog een parel van Texel maken. Bijna 37 jaren heeft hij voor de Staat gewerkt. In den beginne als voerman, later als inste arbeider en sinds 1939 als dienst doend voorwerker, waarna in '47 de laste aanstelling volgde. De heer Bak ker heeft de hossen èn De Koog zien groeten. In 1912 hielp hij bij het planten van „Het Oorlogs,schip", dat daar als een merkwaardig monument staat bij De Mui. Later volgde de beplanting van de Kogerduinen in de jaren 1913-T4. De eerste 10 jaren werkte onze jubilaris dus als voorman in vaste dienst. Maar bij de samensmelting van de twee bos- ivachterijcii tot één (De Koog) in 1922, ging dhr Bakker de paarden vaarwel zeggen en daarmee ook vooral het ega- liseringswerk, het geschikt maken van woeste grond voor bouwgrond. Het aan planten van nieuwe bossen vindt op hel ogenblik niet meer plaats, maar het an dere werk, het uitdunnen en onderplan- ten. gaat steeds door. Op onze vraag, of er veel bos ver nield nas door bosbrand, gaf dhr Bak ker (gelukkig) een ontkennend ant woord. Alleen de aangestoken brand in de Kogerniient, die 3 a 4 lia. hos in de as legde, vernietigde veel moeizaam ver kregen resultaten. Want het valt niet mee op Texel, dat bosaanplanten. Slorm en wind buigen de jonge dennen en striemen liet zand in de gezichten van de stoere werkers, die ons eiland mooi hebben gemaakt. Rn dhr Bakker te De Koog was een van hen. We wensen hem dan ook van harte 'n rustige oude dag toe Géboren knutse laar als dhr Bakker is, zal het hem niet moeilijk vallen de lege uren te vullen. Nogmaals: van harte Bakkerl Loon- en arbeidsvoorwaarden verbeterd Dinsdagavond hield dhr Roukema. be stuurder van liet N.V.V., op uitnodiging van de Texelse bestuurdersbnnd een in leiding over het doel van de D.U.W. (Dienst Uitvoering Werken). Dit orgaan is niet In het leven geroe pen om de arbeiders /.onder meer bezig te houden geen gaten graven en ze daarop weer dempen, geen bonen laten schonen en ze daarna weer met uitschot vermengen (zoals een boer in Groningen eens deed na het vertrek van ztjn arbei ders!!), neen de DUW wil practlsch werk laten deen, in het kader van her stel en wederopbouw, vnl. door inscha keling v. d. Cultuur-Teehn. Dienst. Wie de DUW met de voor-oorlogse werkver schaffing vergelijkt, ziet al dadelijk een groot verschil In loon- en arbeidsvoor waarden. Daarom mag de I)UW nimmer in een verkeerd daglicht worden gesteld. In zijn openingswoord zei de heer Dapper, dat deze avond was belegd om de aanwezigen, beter op de hoogte te brengen met de DUW Na de oorlog zijn op Texel voor het eerst DUW-objecten geopend. Dhr Rou- kema, bestuurder van het N V\', noem de het een moeilijk vraagstuk, dat al meer in het brandpunt van de belang stelling is gekomen. Tot nog toe is de weikloortieid betrekkelijk gering en be zorgt zij ons geen nachtmerrie zoals in de jaren '30—'40, maar de vraag naar arbeidskrachten dreigt hier en daar verzadigd te worden o.a. door de mecha nisatie in de landobu-w. Die mechanisa tie moet wel plaats hebben om tegen an dere landen te kunnen concurreren. In Chicago biedt men bv het graan goed koper aan dan hier de richtprijzen zijn. Naast de gevolgen van deze noodzake lijk toegepaste doelmatige methode door mechanisatie zijn er nog andere facto ren, waardoor de vraag naar arbeiders minder groot is. De oppen-lakte cultuur grond wordt nl. ieder jaar kleiner en wel 3090 ha. voor aanleg van wegen, bouw van huizen enz en de bevolking neemt toe, gemiddeld met 2 pet. of 200,000 tOi 300,000 zielen. Op het platte land is de uitbreiding relatief het sterk ste. Ongeacht de maatschappelijke posi tie is voor iedereen van belang de vraag waar wij met het te veel aan arbeiders heen moeten. In 1800 telde ons land 2,1 ntillioen inwoners, in 1900 5 millioen, in het jaar 2000 zal dit geen 10 millioen zijn maar veel meer. want in 1950 ko men wij reeds op 10 millioen. In 1038 waren er 3.5 millioen arbeiders, ondanks de oorlog in 1946 3,8 millioen, in 1950 zal dit 4,1 millioen zijn. Hoe stond het vroeger met de be strijding van de werkloosheid? In 1907 deed men niets tot verbetering of steun. Troelstra was het, die het eerst de lege ring te lij I ging en haar wees op de schrijnende armoede door werkloosheid. Het antwoord, dat hij kreeg was: wfl menen t o.v. het werklozen-vraagstuk geen taak te hebben. In 1917 kwam dan liet noodwetje Treub, liet gaf enige uit kering, maar in 1921 werd liet al weer ingetrokken. De -werklozen waren aan gewezen op de kas van hun bond. In 1920 wei-den de werklozen voor hel eerst aan cultuur-technische werken geplaatst. Land in cultuur brengen is nódig, waar wij sinds 1870 driekwart millioen minder cultuurgrond hebben. Belangrijk werk kan verder door drai neren worden verricht, dat verhoogt de opbrengst van de bodem met 15 tot 20 pet. Ook is ruil- en hen erkaveling van belang. Op Wieringen wordt alles her- verkaveld. Zo ook op Walcheren Hier ligt dus een grote taak voor de DUW, aan welk orgaan wij geheel andere be tekenis moeten verlenen dan aan de vroegere methoden. De loon- en arbeids voorwaarden zijn immers bpter gewor den. Vroeger werd de in werkverschaf fing e.d. geplaatste werklozen altijd minder loon uitgekeerd dan in het vrije bedrijf. Anders, zo meende de overheid, was er geen prikkel om elders werk te gaan zoeken. Men vergat, dat daartoe doorgaans geen kans op bestond. De verbetering hebben wij o.m te danken aan de collectieve arbeidsover eenkomst. Nog niet alle wensen zijn vervuld. Het aantal klassen werd welis waar van 8 tot 5 be-penkt, maar klasse één en vijf moeten nog dichter b;j elkaar komen. Spr. wees er op, dat het collec tieve contract vooral van belang is in een tijd van neergaande conjunctuur. Als de econ. verhoudingen zich gecon solideerd hebben, zal het belang van de door ons verkregen voorwaarden des te sterker blijken. Sommigen beschouwen de DUW-ar- beid als dwangarbeid, ómdat men op straffe van intrekking van de steun tot werkneming bij de DUW wordt ver plicht Er is meer sociaal begrip nodig, maar vaak zien wij oök een tekort aan begrip bij de leiding, ja, het wordt tijd, dat dp sribehartiging meer aandacht ki'ijgt. Dit zal beide partijen ten goede komen. Ook hopen wjj verbetering aan te brengen door vaklieden aan het werk te zetten in een hun passend beroep. Na deze toespraak volgde een korte pauze, waarna de aanwezigen in de ge legenheid werden gesteld verschillende problemen naar voren te brengen Daarvan werd druk gebruik gemaakt en in de lieer Roukema vond men Cen kun dig adviseur

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1949 | | pagina 1