y
FRIEDRICH'S
AVONTUUR
Atoombommen vinden op de Vliehors
geen emplooi
Het „De Ruyterhuisje" aan Monumentenzorg ontglipt
Brammetje Flapoor en z'n vrienden
„Wat kan ik als emigrant bereiken?
Een van de vele vragen waarover de
Arbeidsbureaux ons kunnen inlichten
(Slot.)
Onvermoeid.
In 192a begon dhr Duinker met de
aanleg van het genoemde villapark.
Nooit heeft hij durven dromen dat dit
zo belangwekkend zou worden.' Maar
Duinker heeft danook niet stil gezeten,
hjj is altijd in de weer geweest, rusteloos
en onvermoeid werkte hij voort. Tegen
slagen wist hjj te overwinnen en voorde
lige kansen uit te buiten.
„Hoe wordt een Texelaar Vlielander?"
vroegen wtj ons verwonderd af.
Dit was het antwoord: 05 jaar geleden
(op 12 Dec. 1883), strandde de Ned. bark
„Herman de Ruyter" en dhr Duinker,
toen pas 19 jaar, contracteerde het
transport van de lading balken, die naar
Amsterdam moesten worden vervoerd.
Kasse en Cornelis Zegel (van Texel)
brachten de balken naar de binnenkant
en ik zorgde voor transport naar Am
sterdam. Ik had toen 'n grote tjalk tot
mijn beschikking. Later werd ik schip
per bij een Maassluise Bergiagsmij. Die
kreeg opdracht tot berging van de la
ding katoen van de Theynemouth. Twee
zomers lang waren wij met dat karwei
bezig en toen werd ik op de duur Vlie
lander.
„Wat dool. Vlieland voor de toeris
ten? Is er 's avonds ontspanning?"
„Bijna iedere avond is er gelegenheid
tot ontspanning: er draait een film, er is
cabaret, er wordt dansmuziek gegeven.
Er is eerder veel te veel dan te weinig!"
„En levert Vlieland melk genoeg?"
„Veel te kort: wij hebben maar 25
koeien. Die lopen op de boerderij van
het Posthuis. De melk, die men tekort
komt, wordt vanuit Terschelling en
Friesland aangevoerd, 's Morgens uit
Terschelling en 's middags uit Fries
land".
Naar de bezettingstijd overspringend,
vertelt dhr Duinker ons, dat. Vlieland
nagenoeg niets heeft geleden, de Duit
sers hebben er niets laten afbreken. De
luchtvaart zal binnenkort een der hun
kers van het hospitaal, dat in het Wes
ten ligt, in gebruik nemen en de andere
appartementen zullen worden opge
ruimd. De klinkerstenen zullen worden
gebikt het bikken van 1000 stenen
kost 25 gld., nieuwe stenen kosten 100
gulden, dus dat kan.
De 650 Vlielanders bestaan groten
deels van het toeristenverkeer: elk huis
je wordt er te huur aangeboden Dan
zijn er zes grote pensions en een grote
kampeerschuur. Een ander deel van de
ze eilanders werkt op het strand, waar
het onderhoud en de vernieuwing van de
zeeweringen jaarlijks een honderddui
zend gulden kosten. Staatsbosbeheer kan
ook wat mannetjes gebruiken.
Men toont ons een foto van een oud
gebouwtje, waarin De Ruyter meerma
len zijn intrek nam. Twaalf jaar geleden
werd het gesloopt. Monumentenzorg
zal menig traan hebben gelaten, toen zij
Ie laat van dit feit op de hoogte werd ge
steld!
Vlieland heeft eleotrisch lioht, ja het
had dat al vele jaren voor Texel. Het
dorp heeft een moderne riolering, waar
op alle closets zijn aangesloten. Het au
toverkeer is vrij beperkt: naast twee
bussen van de onderneming Ilofstra rij
den er enkele taxi's en particuliere wa
gens.
Hotel Bruin heeft een 180 m2 grote
bal- en filmzaal, die 300 toeschouwers
kan bevatten. Een hypermoderne pickup
verwisselt de platen en laat de modern
ste muziek horen in scherp contrast
met de ouderwetse klompendans, die
hier nog vaak gedemonstreerd wordt.
Wij gaan verder, beklimmen allereerst
het hoge duin, aan de rand van het
dorp, waarop de vuurtoren is gebouwd.
Een lage toren, waar dit duin op zichzelf
al zo ver boven de omgeving uitsteek!.
Van deze toren naar die van Eierland is
20 km., naar Terschelling slechts 9,5 km.
en naar de toren van Harlingen 28 km.
Terschelling lokt, maar onze tijd is
beperkt: ginds, waar de einder in de
grijsheid ligt verscholen, wacht straks
de „Zeemeeuw", die ons weer naar ons
eigen eiland zal brengen.
Toch zien wij nog kans een duik te
nemen in de Nbordzee. Het is zeer stil
op het strand, twee, drie tenten zijn er
neergezet..
Wij vinden even rust op bet duin,
bladeren wat in de gids, die 35 bladzij
den tekst telt enf 1,26 kost. (De
Texelse VW levert, ze goedkoper!!!)
Dan zoeken wij het dorp weer op. Daar
heerst de rust van de middag. Van de
zomerdag. Alles is vredig. Wjj passeren
een klein kerkje met een dodenakker,
twee dodenakkers: één bestemd voor do
stoffelijke resten van militairen. Wij
tellen tientallen kruisjes: Engelsen,
Amerikanen, Duitsers, Fransen en Ne
derlanders.
Om 3 uur brengt de bus ons weer te
rug naar de Vliehors, waar de vliegtui
gen nog altijd rondcirkelen. Al gooien
ze hier 10 atoombommen neer, de Vlie
hors blijft immuun, denken wij. Er wor
den echter geen atoombommen neerge
worpen, wel zo nu en dan een schiet
schijf, zoals wij al eerder vermeldden.
De „Zeemeeuw" die ons weer naar het
Gouden Boltje zal brengen, komt juist
bij de steiger aan als wij de Vliehors
hebben doorkruist, Razend-niemvsgij-
rige passagiers, komend vanuit Texei,
reizigers met de blik van raszuivere ver
kenners, springen in het zand. Plotse
ling komt een jachtvliegtuig neerge-
doken.
„Nee, piloot, maak je geen zorgen,
geen landingstroepen, vreedzame bur
gers, doodeenvoudige toeristen, die hier
geen onheil zullen stichten, maar genie
ten willen van het vele schoons, dat ge
lukkig nog op deze wereld te vinden is.
door G. Th. Rotman (Nadruk verboden)
82. Maar Bram, Tom en Menelik wis
ten raad. Om hem wat afleiding te be
zorgen en het misdrevene weer goed te
maken, besloten ze enige van hun kunst
stukken ten beste te geven, die zij zich
in Afrika aangeleerd hadden. Nu, dat
hielp! Klodder klaarde er helemaal van
op!
WIE WIL EEN AUTO WINNEN?
OF EEN JAAR GRATIS LEVEN?
Men schrijft ons:
Op verzoek van de tienduizenden men
sen die, doordat de vorige Niwin-loten
zo spoedig waren uitverkocht toen geen
lot meer konden bemachtigen, heeft de
Niwin een tweede landelijk: loterij ge
organiseerd, waarvan de baten eveneens
ten goede zullen komen aan de algeme
ne welzijr.sverzorging van onze militai
ren in Indonesië.
Wederom zullen 480,000 loten worden
uitgegeven. Zij zullen echter deze maal
een bijzondere attractie hebben, doordat
ieder lot (dat een kwartje kost) twee nrs.
draagt. Men heeft zodoende 2 kansen
voor één kwartje. Behoudens vele gewo
ne prijzen heeft men dus voor I kwartje
kans op de le prijs die bestaat uit een
nieuwe Citroen-automobiel, waarhij bo
vendien de kosten van de eerste 10,000
km. rijden worden betaald. De 2e prijs
bestaat uit een jaar gratis leven, tot
een maximum van f 3600 en de 3e prijs
is een in overleg met de winnaar nieuw
in te richten hoenderpark.
ESPERANTO IN AMERIKAANSE
ENCYCLOPEDIE.
In de uitgave voor 1949 der Ameri
kaanse encyclopedie versoheen een arti
kel van ruim 1600 woorden over Espe
ranto. Dit artikel legt de nadruk op de
practische waaide van het Esperanto bij
liet gebruik dezer taal in internationale
conferenties en publicaties, alsmede in
de radio en voor de wetenschap.
Ook „The News International Year
Book", dat in New-York verschijnt, gaf
een zeer lezenswaardig artikel over het
gebruik van het Esperanto in de prac-
tijk.
VAN EN NAAR TEXEL.
Flier volgt de zomerdienst van de N'.V.
TESO (Texels Eigen Stoombootonder-
neming):
Van Texel: 5,20 W; 6,15; 7,45 W; 9.30Z
9.50W; 11,45; 14.40W; 15.40Z; 15.50W:
17.45W; 17.50Z.
Van Den Helder: 6.30W; 8.25Z; 8.30W;
1020W; 10.30Z; 12.10W; 13,—'W; 13.10Z
16.20W; 16.40Z; 17.30W; 19,—Z; 19.30W
Wie emigreren wil, dient zich eerst
van A t.ot Z op de hoogte te stellen van
alle mogelijke kwesties, die met zijn
plannen in verband staan. De Arbeids
bureaux beschikken gelukkig over legio
gegevens betreffende alle landen, waar
heen emigratie wordt toegestaan. Voor
wat Texel aangaat is het dus zaak zijn
licht op te steken bij het „Bijkantoor
Texel" van het Gewestelijk Arbeidsbu
reau, alvorens men nadere stappen on
derneemt!
Dit begrepen wij uit het onderhoud,
dat wij met dhr K. Stoepker, directeur
van genoemd Bijkantoor, hadden. Wij
kwamen he'ni juist opzoeken, toen hij be
zig was met het bestuderen van papieren
betreffende praktische aanwijzingen
voor hen die naar Canada. Australië ot
Nieuw-Zeeland willen verhuizen.
In de papieren stond, dat bet „in de
eerste plaats nodig is op korte termijn
onder belanghebbenden de wetenschap
te verspreiden, dat aanmelding voor
emigratie naar Canada in 1950 reeds
thans moet geschieden"!
„Geef ons dit epistel eens mee, de
Texelaar komt huis aan huis en waar
grote belangstelling voor emigratie be
staat hoevelen eilandgenoten zijn er-
al sinds de oorlog naar het buitenland
vertrokken? heeft het zeker zin een
en ander in een artikel onder de aan
dacht te brengen. Ziehier wat de „Stich
ting Landverhuizing Nederland' schreef:
i J
Dc Canada-campagne.
15 Aug. begint op de Oanadese Am
bassade in Den Haag de dagelijkse me
dische keuring van landbouwers die m
1950 willen emigreren.
Dit lijkt vroeg, maar zoals hekend moe
ten de emigranten zo vroeg mogelijk in
het jaar uankomen. Tengevolge van de
beperkte soheepsruimte moet het ver
voer over verschillende maanden ver
deeld worden. Daarom is besloten de
eerste ehiigrantenschepen reeds in Fe
bruari le doen vertrekken.
De Canadese en Nederlandse autori
teiten zijn overeengekomen te bevorde
ren dat het volgend jaar 10,0011 Neder-
ders zich in Canada zullen vestigen.
Wil dit lukken, dan moeten wij vóór
31 Aug, beschikken over de G.A.B.-rap-
porten en bescheiden van 2000 perso
nen, ter doorzending naar Canada. Ie
dere verdere maand van dit jaar is een
zelfde aantal nodig, anders kunnen niet
van Februari t.m. Juni 1950 2000 emi
granten per maand vertrekken.
De afspraken met Canadese farmers
die voor een emigrantengezin willen
contracteren, moeten reeds in het na
jaar of in het begin van de winter ge
maakt worden.
Nodig is dus dat vanaf Aug. de rap
porten in groten getale bij ons binnen
komen. Momenteel komt er bedroevend
weinig binnen.
Vertrek in 1950 van hen van wie het
rapport na 31 Dec. krijgen, kan niet
worden gegarandeerd. En als alles pas
tegen het eind van het jaar komt, loopt
het ook mis. Vanaf Aug. moet 'n regel
matige stroom verwerkt worden.
Het ter kennis van belanghebbenden
brengen van de nood-zaak spoed te be
trachten met het indienen ener aanvra
ge, kan op alle door u nuttig en nodig
geachte wijzen geschieden.
Australië en Niemv-Zeeland.
Vertrek van de „Volcndam" op 1(1
December a.s.
De „Volendam" die plaats biedt voor
1450 passagiers, is voor één reis naar
Melbourne op bovenvermeldt datum
door het Directoraat-Generaal voor de
Scheepvaart te onzer beschikking ge
steld.
Hier, is nu een gelegenheid naar deze
beide landtn te emigreren, die onze
landgenoten zo goede kansen bieden,
doch waarheen zo moeilijk scheepsgele
genheid te krijgen is.
U weet dat de Ned. landbouwattaché
de landbouwers plaatst eu dat de Austra
lische autoriteiten behalve kantoorperso
neel, vrijwel arbeiders in alle beroepen
kunnen gebruiken en zeer belangrijk
iedere fiinke ongeschoolde accepteren.
U weet ook dat de landbouwattaché m
Wellington de landbouwers in Nieuw-
Zeeland plaatst. En dat de Nieuw-Zee-
landse regering zeer teleurgesteld was
dat er, toen de „Volendam" in Dec. 1948
naar Australië voer, maar 20 jonge land
bouwers voor N.-Zeeland aan boord wa
ren, in plaats van de 100 waarop men
minstens gerekend had.
Toen was de tijd van voorbereiding n
gering, maar nu weten wij een half jaar
te voren wanneer de boot vertrekt. De
reis is duur, zeker f 1350 in de hutten
en f 1000 in de standees en daar komt
voor Nieuw-Zeeland nog bijna f 300 bjj
voor de doorreis Melbourne-Wellington!
Maar een «0 per week aanvangsloon, s
urige werkdag en de beste sociale ver
zekeringen van dc wereld, wil ook nat
zeggen.
Het is wel zeer belangrijk, dat de aan
vragen voor vertrek met de „Volendam1'
in ruime mate binnenkomen. Er zijn
lieel wat slappen te doen voor iedere
emigrant en wij kunnen het Directoraat-
Generaal v.d. Scheepvaart niet tot op het
laatste ogenblik in het onzekere laten of
wij dit schip, waarvan de reis naar Au
stralië grote sommen kost, al dan niet
met emigranten kunnen volboeken".
Men wende zich dus reeds nu tot Bij
kantoor „Texel", Weverstraat, DenBurg
RECENSIES.
De TERRA-recks.
Deze bibliotheek wordt gevormd door
actuele boeken over landen en volken.
Zij is naar haar opzet geheel nieuw in
ons land.
Na de oorlog zijn niet slechts de ver
houdingen en toestanden in de wereld
geheel veranderd, ook voor ons volk
klemt meer dan ooit de noodzaak ons
op het buitenland te oriënteren.
Wjj moeten weten, hoe de wereld bui
ten onze landsgrenzen er uitziet, hoe
ginds de andere vólken leven en denken,
elke toestanden daar heersen, met wel
ke problemen deze volken zitten en wel
ke wensen zij hebben. Daqptoe worden
de boeken van de Terra-Bibliotheek ge
schreven. Zii bevatten beschrijvingen
van politiek, cultureel en economisch
verleden en heden.
Zij geven een inzicht van het huidige
leven en streven van onze medebewoners
op deze aarde, begrijpelijk voor ieder
een, objectief en wetenschappelijk ver
antwoord, steunend op de jongste na
oorlogse gegevens.
Verschenen ziin de volgende delen
(per deel f 6,50, de 3 boeken tezamen
f 17,50);
Noordman: De Republiek Turkije. Dit1
boek vertelt op zeer boeiende wij-ze de
geschiedenis van het Turkse Rijk, o. a.
wordt het optreden van Mustafa Kemal
beschreven en de enorme omwenteling
welke dit in Turkije teweegbracht.
De illustraties zijn originele loto's,
welke verkregen werden van de Turkse
legatie.
Dr. C. Menseh; Zwitserland. De ge
schiedenis van een volk dat slechts vier
mjllioeu zielen telt. Duidelijk komt tot
uiting de bijzondere plaats welke het
Zwitserse volk temidden van drie grote
omringende volken inneemt en tévens d
bijzondere wijze waarop dit volk van een
klein centrum uit een staat heeft opge
bouwd, welke zijn kracht en samenbin
ding gevonden heeft in een idee.
Prof. Dr. H. N. ter Veen: Japan. Het
boek beschrijft de groei van dit volk
naar zijn macht, maar ook naar zijn niet-
on'tikoonibare catastrophe, de weg die
een overbevolkte landbomvstaat kan vol
gen naar zijn noodlot. Het boek geeft
duidelijk de diepgaande verandering
weer in de structuur der Japanse maat
schappij. Gegevens zijn verkregen door
nauw contact niet het Geallieerde Hoofd
kwartier in Japan.
FEUILLETON
9.) Met vriendelijke, maar iets onge
duldige stem wendde Richard Mayenne
zich weer -tot de gouverneur. Het
spijt mij, excellentie, dat wij u een ver
klaring moeten geven van een oude fa
miliegeschiedenis. U weet mischien dat
mijn dochter Lydia op onverklaarbare
wijze jaren geleden uit dit huis is ver
dwenen.
De gouverneur maakte een afwerend
gebaar met zijn hand
Dan ben ik u, zei Richard Mayenne
met moeite glimlachend, nog een verkla
ring schuldig over het gebeurde van zo
juist. Kort na het verdwijnen van mijn
dochter hebben mijn huisnegers in die
kleine ruimte daar voor de hal een al
tijd brandende lamp opgehangen. Dat
licht moest, volgens de verklaringen van
die aanhankelijke, maar hijgelovige
schauvuiten, Lydia hierheen lokken en
haar als wegwijzer dienen. Bovendien
moest de deur, die van het voorportaal
naar het bordes leidt, altijd openstaan,
totdat mijn dochter zou zijn terugge
keerd. Hij zweeg, glimlachte nog
eens en ging voort: Nu, het licht brandt
weer en de deur staat open.
Friedrioh streelde het gezicht van zijn
grootmoeder en merkte op: De wind
heeft de deur dichtgeslagen en het licht
uitgeblazen. Daardoor bent u natuurlijk
zo geschrokken.
De gouverneur was op een antieke
kist gaan zitten.
U bent hier pas kort in de buur;,
u hebt Lydia niet gekend, zei Hortense
Mayenne tegen hem en wees met haar
hand naar het portret van het meisje.
Terwijl de generaal opstond om het !e
bekijken, ging ze voort: Ze was knap,
van bijna volmaakte schoonheid. Nooit
heb ik iets zwaarmoedigs in haar karak
ter kunnen ontdekken en toch is ze een
jaar of vijf geleden spoorloos uit het
ouderlijk huis verdwenen. Geen enkele
door haar geschreven verklaring liet ze
achter. Ik hdb dit kind na de vroege
dood der moeder, helemaal opgevoed
en ik meende, dat ik elk harer gedach
ten kende en begreep, maar ik heb nooit
de geringste aanduiding kunnen vind.-n
wat haar bewogen heeft, het huis en ons
op deze wijze te verlaten.
Er heerste een ogenblik stilte in de
hal. Toen vroeg de gouverneur- En hebt
u nooit meer iets van het meisje ge
hoord?
Nooit, antwoordde Richard Mayen
ne.
Toen ze wegging, heeft ze niets an
dei's meegenomen dan een kleine kof
fer, die ze zelf kon dragen en wat geld,
dat haar eigendom was, een drie. of
vierhonderd dollar. Meer was het zeker
niet, dat weet ik precies, zei Hortense
Mayenne. De gouverneur, die weer op
de oude kist was gaan zitten, leund?
achterover en zei voorzichtig tegen Ri
chard Mayenne: Hebt u ook aan de mo
gelijkheid van een misdaad gedacht?
Hortense antwoordde voor haar zoon:
Natuurlijk hebben we daaraan ook ge
dacht. Op die bewuste nacht was er nie
mand anders dan ik in huis op Fort Oo-
licny. Mijn zoon Richard voor zaken
naar New York, Friedrioh in New Or
leans. 's Morgens kwam onze oude
huisknecht Jini opgewonden op mijn ka
mer en deelde mede: Juffrouw Lydia is
wegl Weg'? vroeg ik Weg? Waar
heen? De oude man wist geen antwoord
te geven. Hij maakte een beweging die
zoveel zeggen wilde als: Komt. u alsje
blieft mee, ik weet het ook niet. En ik
liep met hem mee naar Lydia's kamer.
Ze had de deuren van haar kasten open
gegooid. Lingerie en japonnen lagen
verspreid over de grond Een kistje,
waarin ze haar geld bewaarde, was met
de daarbij behorende sleutel openge
maakt en het geld er uit verdwenen
Geen teken van geweld, niets, niets! Ze
was uit eigen beweging weggegaan. Ik
telegrafeerde naar mijn zoon en naar
Friedrich. Ze stuurden direct politie ju
de inspecteur zei, nadat hij urenlang 't
hele huis had doorzocht: Uw kleindoch
ter is vrijwillig weggegaan, daaraan
valt niet te twijfelen. Haar blik gleed
weg over de aanwezigen, haar ogen
tuurden i» de verte, alsof ze naar het
verdwenen meisje zocht.
Nu we het thema toch hebben aan
geroerd, excellentie, zei Richard Mayen
ne, wil ik u wel bekennen, dai het ver
dwijnen van mijn dochter een zware
slag is jjeu eest voor mij. Mijn hart werkt
op de een of andere manier niet meer
zoals vroeger. We hebben vanzelfspre
kend gten moeite en hjj maakte een
verachtelijke handbeweging ook geen
kosten gespaard om Lydia te vinden.
Wij hebben het grootste detectieve-bu-
reau van de Verenigde Staten met het
opsporen belast, maar het heeft niet mo
gen gelukken ook maar het geringste
spoor te ontdekken. We weten niet eens
waar heen ze is gegaan, toen ze het hu's
verliet. Naar de rivier? Naar het stati
on? Naar de straatweg? .Niets weten wc.
Er is nog iets merkwaardigs, ze'.
Friedrich plotseling. De familiehistorie
van de Mayennes, excellentie, is vol
wonderlijkheden. Sedert eeuwen bezit
onze familie een oud, gouden doosje.
Lvdia bezat liet liet laatst en ze heeft 't
doosje op haar vlucht meegenomen. Al
tijd had ze het doosje bij zich, misschien
om een wat profane reden: ze gebruikte
het als sigarettenkoker.
De gouverneur vroeg met belangstel
ling naar de geschiedenis van dit doosje.
Ach. laten we het maar laten rus
ten, zei Richard Mayenne, het is al laat.
we kunnen beter weer gaan slapen. U
bent al genoeg gestoord.
Zoals u wilt, meende de gouver
neur, het kan mjj echter niets schelen.
Ik ben helemaal wakker en niet ver
moeid. Vertelt u dus gerust. We komen
toch niet meer zo gauw in) slaap.
De gouverneur stond op. maar gin;
weer zitten, want Hortense Mayenne be-;
gon eenvoudig te vertellen, zonder zich
te storen aan de bezwaren Van haar
zoon.
Die doos gaf Hendrik II van Frank
rijk in 1560 aan een van de Mayennes
als bewijs van erkentelijkheid, dat hij
voor de koning een veldslag had gewon
nen. Sindsdien werd het een familie-erf
stuk, het ging steeds op liet oudste kind
over, zodra het twintig jaar werd, on
verschillig of liet een zoon o! dochter
was. Tijdens de Hugenpten-dagen was 'l
doosje in het bezit van de jonge Maxi
me Mayenne. Onze familie, een grafelij
ke en niet met de titel van hertog, zoals
de tak, waarmee wij gebrouilleerd zijn,
deed pas afstand van haar adelijke rech
ten, toen ze naar Amerika emigreerde.
Maxima's vader, Charles Mayenne, was
met zijn twee dochters uit Parijs g.
vlucht. Hij hield zich in een huisje in
zijn wijngaarden bij Reims verborgen.
En zijn zoon, de jonge graaf Maxi
me, wie de doos toebehoorde? vroeg de
gouverneur. Bleef hij in Parijs achter?
Hij was op dit tijdstip niet in Parijs
maar vertoefde op het land in dienst van
de protestantse admiraal Colign'y, naar
wien deze bezitting later werd genoemd.
Toen ontving men de mededeling, dat
hij gevangen genomen en ter dood ge
bracht was
(Wordt vervolgd.)
81. De schilder was tegelijk woedend,
verbaasd en bedroefd. Ach, zijn mooie
schilderij! En hij had toch al in geer,
maanden een schilderij verkocht! Waar
moest hij nu zijn huur en waterleiding
van betalenl 't Was verschrikkelijk. Hel
huilen stond hem nader dan het ladhen.