9 roen wa in het Texelaars, tekent allen spoedig ïjin op de Burgerzinlening!! Burgerzin en gezond eigenbelang Christenplicht 1 gGr' I I Aan Burgerzinlening is geen risico verbonden Strikte geheimhouding verzekerd Helpt het plan volvoeren ZATERDAG 3 NOVEMBER 1951 TEXELSE 65e JAARGANG. No. 6577 COURANT Uitgave N.V. v.h. Langeveld De Rooij Boekhandel Drukkerij Bibliotheek Den Burg - Texel - Postbus 11 - Tel. 11 Verschijnt Woensdags en Zaterdags. Bank: R'damse Bank, Coöp. Boeren! Bank. Postgiro 652. - Abonn. pr. f 3,15 p. half jaar. Advertenties 8 ct. per m.m. U hebt misschien wel eens gehoord van die eigenaardige meneer, die eeuwen ge leden in Griekenland geleefd heeft en die niet in een huis woonde, maar in een ton. Dat was Diogenes. Die man, zo vertelt de geschiedenis, was erg geleerd, maar hij had zich voorgenomen heel eenvoudig te leven. Hij wou alleen maar goed zijn en goed doen. Wat dat betreft had hij best een van de onzen kunnen zijn! Dat is toch immers ook ons ideaal om een goed mens te zijn en goed te doen! Maar dat andere zullen we toch liefst maar niet van hem overnemen: wonen in een ton. Want dat lijkt ons toch niet erg gerieflijk. Trouwens: Dio genes was ook maar alleen hij had niet zoveel ruimte nodig. Hij had zich dat nu eenmaal vóórgenomen om het zo sober mogelijk te doen. Dat was zo z'n particu liere opvatting, want het was geen nood zaak. Woningnood was er in die tijd nog niet. Maar nu is het tegenwoordig zó, dat er mensen zijn, die dan wel niet in een tón kruipen, om daar in te wonen, maar die wèl genoodzaakt worden om onder dak te zoeken in een hok, bv. een kip penhok. Dat doen ze niet omdat ze uit beginsel zo sober willen wonen, maar de omstandigheden dwingen hen er toe. Er is doodgewoon voor hen geen normaal huis beschikbaar en daarom zoeken zij deze oplossing. Het is niet hun ideaal en het is ook niet ideaal! Van diezelfde man wordt ook verteld, dat hij met een lantaarn zocht naar men sen, die goed waren en goed deden. Die moest hij met een lantaarntje zoeken. Dat zeggen we tegenwoordig ook nog wel eens. Maar zou hij op Texel zo lang hebben moeten zoeken? Zou hij daarvoor een lantaarntje nodig gehad hebben? Ik denk toch van niet. De gemeente Texel is bezig cm net als Diogenes mensen te zoeken, mensen die goed willen doen. Niet mensen, die zichzélf te goed willen doen, maar die aan een ander denken. Daarvoor wordt dan niet een lantaarn tje gebruikt, maar wel deze Tesselaar. Want het gaat om een poging de woning nood gedeeltelijk op te lossen. Voor het bouwen is geld nodig en dat geld moet uit de gemeente zelf komen. U hoeft dat niet te geven, maar u kunt dat aan de ge meente lenen en u krijgt er ook rente voor. Er is op Texel deze zomer weer aardig geld verdiend. Wat zult u met dat geld doen? Uzélf *e goed doen of ook aan anderen denken? De protestantse kerken willen door middel van deze regels ook u op wekken en aansporen aan deze geldle ning mee te doen. Zij willen hiermee uit spreken dat zij óók achter deze actie staan. Want we zien dit niet alleen als een burgerplicht maar ook als een christenplicht. We hebben Diogenes met nodig om ons een lesje te geven in het goed doen. Wij hebben een Meester, die ons op grond van de barmhartigheid Gods opgeroepen heeft tot de liefde tot de naaste. En bij die liefde tot de naaste be hoort ook dat wij doen wat in ons ver mogen ligt om de woningnood te lenigen. De gemeente doet u met het voorstel van de geldlening een middel aan de hand om daaraan mee te werken. Dit beroep wordt met des te meer aandrang gedaan op hen die een woning hebben en die ook over geld beschikken, dat ze te leen kunnen geven. U hebt misschien :n de kerk al dikwijls de tien geboden horen voorlezen. Daar staat in het tiende gebod ook: Gij zult niet begeren uws naasten huis. Dat is in onze tijd wel actueel geworden Want de begeerte naar een Huis is bij velen zeer groot. Er zijn heel wat chris tenen die inderdaad te vechten hebben, elke dag weer opnieuw, tegen deze begeerte. Hebt u daar wel eens aan gedacht, dat w ij er de oorzaak van kunnen zijn, dat een ander met dit gebod moeite heeft? Als ons een gele genheid geboden wordt om deze aan vechting te verminderen, zijn wij als christenen geroepen om niet aan de kant te blijven staan en te denken, dat ande ren het wel zullen opknappen. Boven- ioge dien is er nog dit punt, dat ook van be lang is, dat u op die manier ook de werkloosheid helpt bestrijden. U weet, dat er onder de bouwvakarbeiders ver schillenden met dit kwaad van de werk loosheid bedreigd worden. Hoe funest dat is weten velen nog wel bij ervaring uit de jaren voor de laatste wereldoor log. Daardoor zijn vele gezinnen ont wricht. Ook op die gronden menen wij gl een ernstig beroep op u te mogen doen. Daarom schrijven wij dit stuk in de Tesselaar. Misschien zijn er die zeggen: ..Waar bemoeit de kerk zich mee?" Maar we hopen, dat de meeste van de lezers er iets in beluisteren van de opdracht van het Evangelie om de naaste te hel- Se Pen waar wij kunnen. Namens de Protestantse Kerken Ds. W. M. van Reijendam; Ds. C. J. J. Janse; Ds. J. A. van Boven; Ds. W. A. Soesan; Ds. P. Klijnsma; de Eerw. heer E. Dulfer; Ds. M. de Wolf; Ds. F. Goe- dendorp. Wal ons ant cker ge ei /ollf :hik k eeff e oken her /roe haa a. B Senu nen. gd). jjliininiiiuiiniiiiiiiiiuiiiUDiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiniiiiiiiiiiiniuniiiiiniiiiiiiiiiiiiiniiniiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiuuiiuiiiifiiiiiiiiiiiuiiiniiiiiiniiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiu In de Texelse Courant van 17 October 1951 verscheen een opwekking van mijn zijde tot de bevolking van ons eiland om deel te nemen aan de j| de burgerzinlening, een lening die het doel moest hebben de voor 1951 bestaande woningplannen tot bouw van 22 woningwetwoningen nog werkelijkheid te doen worden. Het is misschien goed om ten aanzien van de gebruikte naam van bur- geizinlening nog eens iets duidelijker te zijn en wat meer de puntjes op de i te zetten. Allereerst moet dan scherp gesteld woracn dat burgerzin en liefdadig heid twee gescheiden zaken zijn. j Wel geeft iemand die zijn dubbeltje of kwartje offert ter wille van het verwaarloosde kind of voor de tuberculose- of kankerbestrijding, of wei voor de in groeiende mate noodzakelijk geworden bestrijding der 1 rneumatiek, blijk van goede burgerzin maar in de eerste plaats is hij of zij daarbij liefdadig werkzaam, want het is vooral het goede hart dat spreekt en pas later het verstand dat verklaart waarom het goed is te i geven. Is dat dan bij goede burgerzin niet eveneens zo? Niet helemaal. I i Hoe moet men burgerzin dan wel zien? Wel heel eenvoudig. Het feit I s is ei nu eenmaal dat ieder burger tevens staatsburger is. Wij hebben lang §j genoeg gevochten om dit staatsburgerschap, een voiledig staatsburger- schap, te bereiken. Bij dit vechten ging het steeds om het verkrijgen van 1 s rechten. Het was het kiesrecht, waarvan eerst het grootste deel der sa- I s menleving v/as uitgesloten, het was het recht op een redelijk loon, op 1 vrije tijd, op een vrijwaring van zorgen voor de oude dag. Vele rechten I H zijn bereikt en daarvoor heeft men, al naar gelang van de groepering 1 waartoe men hoorde, lang genoeg op de bres gestaan. j§ Terwijl dit alles gestadig groeide is één zaak niet altijd daarmee gelijk I 1 opgegaan, dat was het bewustzijn van een zekere plicht van de staats- s burger. En d:e plicht bestaat dan hierin dat een ieder mens mee móét I doen, al naar zijn kunnen, aan het regelmatig verloop van een goed be- I 1 stuur. Wanneer de burger gekozen heeft voor gemeenteraad of Staten Ge- I neraal is zijn plicht om daaraan mede te doen niet afgelopen, zodat hij i 1 zich dan genoeglijk kan teruggtrekken in de sfeer van critiek op ei- 1 gen gemeenteraadsleden of, hoger nog, de leden van de Tweede Kamer, I om dan na 4 jaren weer eens mede te praten. Neen, die burger moet meegaan met opbouwen, hij moet meedenken 1 1 met zijn vertegenwoordigers, hij of zij moet zich bewust zijn van zijn ver- E 1 anlwoordelijkheid; dan toont hij burgerzin, dan wordt hij een staatsbur- g Waarom dit nu allemaal gezegd wordt; wel om alsnog ^ens aan te to- 1 nen dat wij burgers van Texel indien wij mede doen met de gemeente- ff lening voor woningbouw, ook al kunnen wij op andere wijzen voor ons 1 1 geld misschien wel 4Va of 5 pet. krijgen door elders geld te plaatsen §j en hier komt de aap uit de mouw tóch blijk geven van goede burger- 1 i zin indien wij dit geld aan de gemeente lenen tegen 4 pet. Want hier is ff 1 een terrein van overheidsbemoeienis waar u geen gemeentebestuurder I 1 voor hoeft te zijn om te kunnen overzien waarom het gaat. Hier weet u 1 dat het geld, in kleine of grote bedragen, dient voor de oplossing van 1 1 uw eigen moeilijkheden En als u het nog eens scherp wilt stellen, het is zelfs uw eigenbelang 1 1 dat u bevordert, meer dan door voor een iets hogere rente, een instelling I jf jf orgaan, waarmede wij Texelaren weinig te maken hebben, elders te 1 steunen. 1 Want dit mocht ik al eens eerder zeggen, wie op Texel is niet op eni- 1 i gerlei wijze betrokken bij de huizennood? En heeft niet ieder de kans, om f§ 1 nu, door te helpen, dit probleem, zelfs in zijn allernaaste omgeving, een j§ streepje dichter bij een oplossing te brengen. Daarom, burgers van Texel, leent uit goede burgerzin en uit gezond 1 1 eigenbelang voor de woningbouw op uw eiland DE KONING. ^lüiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiininu'iilF' steken, zoals hij werkelijk van plan is: onze eerste magistraat toch heeft het kloeke besluit genomen om dan op al le dorpen redevoeringen te houden, waarin hij zijn gemeentenaren zal op wekken en oproepen om mee te doen aan die 3 ton grote lening, welke onze ge meente wii sluiten ten behoeve van de bouw van 20 woningwetwoningen en 2 duplexwoningen; die zullen dan onder dak bieden aan 24 gezinnen! Een prach tig plan dus! Geen risico. Aan de Burgerzinlening is dit be togen wij met klem niet de minste ri sico verbonden: de financiële positie on zer gemeente is uitstekend, de algemene reserve bedraagt bijna 2 ton, terwijl on ze gemeente zich ook in 't bezit verheu gen mag van een aantal gebouwen en terreinen, welke schuldvrij zijn. Boven dien staat de Staat der Nederlanden van rechtswege borg voor de betaling van rente en aflossing. Voorts wijzen wij er op, dat bij de inschrijving voor de lening strikte geheimhouding wordt verzekerd. Dit wordt een burgerzinlening genoemd en dat is een zeer juist woord. Burgerzin. Dat woord is dus van toepassing op alle eilandgenoten, en zij die tot de oud- Texelaars behoren mogen natuurlijk ook van harte meedoen! ,,'t Zal oen hele toer zijn, om die drie ton vol te krijgen!" zei iemand dezer da gen tegen ons. Zeker, dat is een heel be- Daar wil ik wonenals jij eens wordt mijn vrouw! ALS WIJ ONS DAT KINDERVER HAAL nog goed herinneren, woonde eens een dwergenpaartje zéér tevree in een Keulse pot in de duinen bij de zee. Piggelmee heette die familie. Je kunt óók zeer tevreden in een badhokje wo nen of in een kampeertent. Piggelmee was echter een dwergenpaartje, zoals we reeds schreven en het wonen in een badhokje of kampeertent lokt alleen aan, als wij ons colbertje verwisseld hebben voor de khakiebroek en shirt-zonder- inouwen. In zo'n gevalletje huizen gaat goed voor twee weken. Niemand wil z'n leven lang in een kampeertent zitten en als Piggelmee het niet zo bar druk had gehad met die konijnen, waarvan het in zijn duingebied wemelde en hij eens naar de wereld der grote mensen was ge reisd, zou hij zeker hebben gezegd: „Die Keulse pot kunnen ze van mij cadeau krijgen, geef mij maar een écht huis!" „Geef mij maar een écht huis.geef mij maar een huis!" Hoeveel mensen zoe ken reeds niet zo lang naar een woning, een eigen haard, die goud waard is. Over goud gesproken: Hadden wij die roem ruchte Piet Hein nog maar, tenminste hadden wij die duiten maar, die hij in dertijd naar Holland bracht. Dan zou burgemeester De Koning volgende week niet overal een speech behoeven af te Er zijn ook nog bunkers bewoond Mogen allen meedoen inzake de burger zin-lening voor de aanbouw van woningen! „Help je zelf" is op het ogenblik het devies van vele gemeenten om tot een langzame oplossing te komen van het zo nijpende woningprobleem. De geschiedenis heeft voldoende ge leerd, dat grootse ondernemingen dik wijls tot stand gekomen zijn door eigen initiatief en eigen middelen. We hebben dit tot uitvoering zien ko men in het verleden in de totstandko ming van grote inrichtingen op eigen ter rein en zien dit gebeuren in het veel kleinere verband van het dagelijkse le ven. In iedere samenleving moet gewaakt worden dat door al te ver doorgevoerde centralisatie de leiding van boven af niet topzwaar gaat worden en moet voldoen de de decentralisatie ingeschakeld blij ven. Ondervinden we niet dagelijks de last van alle mogelijke voorschriften aan den lijve en zijn we niet overtuigd, dat binnen de grote lijn van algemene prin- cipen meer gedaan kon worden op een of ander gebied. Wanneer dus heden van hogerhand niet sneller kan voortgegaan worden om tot oplossing van het woningprobleem te komen is het tijd om ons zelf eens af te vragen, wat door eigen middelen door een bepaalde bevolkingsgroep wel kan gebeuren. Wij zien dat door verschillende ge meenten door een bij eigen ingezetenen ondergebrachte lening het nog jaarlijks groter wordend tekort van woningen be streden gaat worden. De gemeenteraad van Texel heeft dan ook het plan opgezet om door het plaat sen van een obligatielening onder de burgerij aan de noodzakelijke middelen te komen om tot de bouw van de toege stane woningen te komen. Wanneer deze gelden niet bijeenge bracht worden zal het steeds moeilijker worden om uit deze impasse van de gro te woningnood te geraken. Deze opzet zal en kan ook alleen sla gen, als heel de bevolking van het eiland deze aangelegenheid als haar eigen zaak gaat zien. Alleen reeds door het feit dat wij als bewoners van dit afgeronde stuk grond van ons vaderland in zoveel zaken op el kaar zijn aangewezen, met veiligstelling van eigen levensovertuiging en hier nu eenmaal niet iedere groepering haar ei gen weg kan gaan en zo meer misschien dan elders gewend zijn met elkaar de handen ineen te slaan kan met goede grond verwacht worden dat de goede op zet van deze actie zal slagen. Geroepen bij het Hoofd van deze gemeente kon ik dan ook met anders doen dan niet al leen met zeer veel instemming voor dit plan te getuigen als ook de toezegging doen als pastoor tot alle burgers en de katholieken een aansporing te doen niet afzijdig te blijven en te komen tot het helpen uitvoeren van deze door de ge meenteraad opgezette plannen. Ieder gaat ongetwijfeld deze zo nood zakelijke aangelegenheid ter harte al is het ook van zelf nu weer dat bij vele ingezetenen door momenteel nog in dit opzicht gelukkiger levensomstandigheden deze ramp nog langs hen kon heengaan. Nochtans zal het voor niemand moei lijk zijn zich te kunnen verplaatsen in de toestand, waarin zovelen zijn, die geen huis of geen betere woning kunnen krij gen en zich op de meest primitieve wij ze moeten behelpen. Het bezoek bij de burgemeester viel juist samen met de ochtend dat ik als pastoor weer enige bezoeken had gedaan om een oplossing te vinden voor een ge zin, dat niet langer meer kan blijven wonen, waar het de laatste maanden door omstandigheden haar tenten had opgeslagen Wij allen behoren dan ook ons zelf af te vragen, wat tot verbetering van deze toestand door ons zelf kan gedaan wor den. Deze aangelegenheid is ongetwijfeld zo opgezet, dat iedereen kan meedoen juist door het spaarsysteem dat met deze lening verbonden is. Argumenten naar voren brengen van de zo noodzakelijkheid van oplossing van dit vraagstuk is niet nodig want hierover zijt u allen voldoende overtuigd en kunt u dagelijks wellicht in uw eigen omge ving ervaren en mede dagelijks in uw krant en andeie lectuur lezen. Wij kunnen dan ook niet anders doen dan algeheel achter deze plannen te staan van onze gemeente als de opzet en ook de uitvoering alle omstandigheden in aanmerking genomen ons gemeen schappelijke goedkeuring kan hebben. C. P G. PERSOON, Pastoor. drag, maar we geloven dat het kan, be slist. Die overtuiging bezitten wij vooral na de sfeer in onze Raadsvergadering van Dinsdagmiddag j! te hebben ge proefd: ieder Raadslid vond het een praohtig plan en iedere fractie zei: „Daar doen wij aan mee!" Heel Texel kan dus het grootste vertrouwen in deze aangelegenheid hebben. Nogmaals wij zen we er op, dat dit geen fancy-fair- achtig gedoe is. Het is geen charitatief spelletje, integendeel: de obligaties (de schuldbekentenissen dus ieder bank biljet is in feite een schuldbekentenis, maar als u daar niets mee doet en ze in uw ouwe kous stopt, wordt u daar geen cent wijzer/rijker van), de obligaties wer pen behoorlijke vrucht af: vier pet. ren te. Na 15 jaar krijgt u de hele som te rug en als u er eerder van af wil, oké, ze worden met op naam gesteld maar „aan toonder" en u kunt ze dus altijd weer verkopen Ze houden hun (volle) een schip in nood verkeert, als er brand uitbreekt, kortom overal waar gevaar dreigt heeft de eenheid, de eendracht een prachtige kans. Dreigt e*- gevaar? Absoluut: de wo ningnood is een groot kwaad, dat wij met alle mogelijke middelen dienen te bestrijden. Ergens lazen we: die woning- (nood)kwestie is even groot en even ur gent als de bewapeningskwestie. Dan weet u het dus wel. 't Is bittere ernst. Stond Texel voor eon onbegonnen, bo venmenselijke taak. we zouden zeggen: mijne heren, spaart de moeite, we red den het niet. Maar uit te rekenen is, dat we het wel kunnen redden. Zoals trou wens reeds enkele gemeenten in ons land daarvan blijk gegeven hébben: zo juist horen wij het A.N.P. nog weer prachtige resultaten van elders bekend en wereldkundig maken. Trots zijn we op onze schapen, trots op onze bollen, die misschien wel in de .Plaggenhutten behoren gelukkig tot het verleden waarde Als de nood het hoogst is, is de red ding nabij, is een bekend gezegde. Wel nu, die (woning-)nood is hoog en wij ho pen dan ook zeer, dat dit gezegde ook in deze aongelegenheid, deze brandende kwestie mogen we wel zeggen, bewaar heid zal worden en dat de lening binnen zeer korte tijd volgeboekt is. In tijden van grote nood (de oorlogs jaren bv., Russenoorlog vooral), kwam onze eensgezindheid sterker naar voren dan ooit. In bange tijden leert ge uw burgers kennen. Als ergens een dijk door stormgeweld op breken staat, als tuin voor het Witte Huis komen te bloei en, trots op ons mooie eiland, dat door de natuur zo rijk gezegend is. Zouden wij ook niet trots zijn als wij het A.N.P. straks hoorden verkondigen: „Het eiland Texel heeft het klaar gespeeld binnen de tijd van.dagen drie ton bijeen te krijgen voor de bouw van nieuwe wonin gen!" Zodra de lening gesloten is, zullen wij er voor zorgen, dat dit voor de radio komt. Ja, wij zijn het er allemaal over eens. dat er iets gebeuren moet. Er moet gebouwd worden. Om meer woonruimte (Zie vervolg 2e blad „Alle hens aan dek!")

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1951 | | pagina 1