22 Januari spreekt Dr Paul Juliën de Afrika-reiziger voor het Nut <Scu Ita I Een stevige poot Het Jeugdverhaal „De avonturen van Bim en Bam" Het Mysterie Dames! Vooral nn WEK DE GAL IN UW LEVER OP „ER IS EEN GEVANGENE", zegt de karavaanleider en toont me een uiterst schichtige, niet geheel normaal uitzien de jonge neger". Aldus lezen we ergens in het boek „Kampvuren langs de eve naar" door de Afrika-reiziger Paul Ju- lien, die Donderdag 22 Januari een be zoek aan ons eiland zal brengen om op uitnodiging van liet Nut een causerie te houden. Daarvoor zal stellig grote be langstelling bestaan, evenals voor zijn boeken, die verscheidene herdrukken mochten beleven. Uit „Kampvuren langs de evenaar" laten wij hieronder een stukje volgen, dat weer een fragment is van hoofdstuk IV „De geschiedenis van een gevangene' Opeens zie ik iets waarop ik blijf tu ren; voor in de eerste kano zit een man, een jongen nog bijna, van misschien twintig jaar die ik niet ken. Dat is op zichzelf niets bijzonders want het komt wel meer voor dat vreemdelingen mee- redzen in de karavaan. Maar die man heeft een touw om zijn nek en is aan de simbek, waaronder de bagage opgetast ligt, vastgebonden. Ik roep de mannen toe, wat dat te beduiden heeft, maar mijn stem gaat verloren in de regen, die van elke kano een eigen wereld gemaakt heeft. Enfin, ik zal vanavond wel onder zoeken wat er aan de hand is. „Er is een gevangene", zegt de kara vaanleider en toont me een uiterst schichtige, niet geheel normaal uitziende jonge neger. „Wat gevangene?" vraag ik. „Ik heb hem gisteren gevangen", zegt de karavaanleider. „We zoeken hem al twee jaar". Ik begin iets te begrijpen. De kara vaanleider, die de Franse regering mij ter beschikking heeft gesteld is eigen lijk een garde. Hij heeft een gevangene gemaakt in de uitoefening van zijn ambt. Wat heeft de man gedaan? vraag ik. „Hij heeft geen belasting betaald over drie jaar", zegt de garde. „Hij leeft in de dorpen langs de rivier, nu eens hier dan weer daar, Ik ben hem al eens wezen zoeken, maar heb hem toen niet kunnen vinden. Gisteren zag ik hem in een dorp, toen ik met de vleeskano naar uw kamp kwam". Aha, ik begrijp het. Hij is met het vleesconvooi meegekomen. „Heeft hij nog meer uitgevoerd? Ge stolen?" vraag ik. „Nee, alleen geen belasting betaald". De jonge neger, die aan een boom vastgebonden zit, is ontzettend schuw wanneer ik hem nader en lijkt m zijn reacties meer een dier dan een mens. Hij is bijna geheel naakt en klappertandt; waarschijnlijk is hij slaapziek, waarop ook zijn opvallende magerheid wijst. Ik maak het touw van zijn nek los. breng hem in mijn bladerhut, die inmiddels is opgericht en geef hem tabak, die hij gretig aanneemt. Hij durft me niet aan te zien. Ik ga op een boomwortel naast hem zitten en klop hem op zijn schou der. De jongen huivert en kijkt schuw rond. „Ik wil je niets doen, kerel, wees niet zo bang". „Ik moet hem meenemen", zegt de garde, „want hij heeft verzet gepleegd toen een dorpshoofd hem in hechtenis wilde nemen, verleden jaar." „In mijn karavaan wordt geen mens gebonden", zeg ik Ruzie tussen de dragers en de garde: de gevangene is gevluchtIk zoek mijn hut op. Met woest geweld gutst de regen neer over ons kamp. Mijn gedachten zijn bij de vluchteling. Ik zie hem in mijn verbeelding in het donker schuilen aan de voet van een boom. Hij rilt van de koorts. Bij het eer ste daglicht staat hij op, waadt het ene moeras na het andere door, wondt zijn voeten aan bastdorens. De derde, vierde dag zijn z'n krachten door honger en vermoeienis uitgeput. Hij struikelt tel kens, valt. bezeert zich Voortdurend zoekt hij voedsel, vindt wat gistende vruchten, verder niets, niets. Een vogel vliedt voor hem uit. Voorzichtig tracht hij het dier te grijpen, tevergeefs. Tegen de middag vindt hij wat rupsen, die hij gulzig verslindt. Hij dreigt ineen te zakken en gaat zitten, staat weer op, valt voorover in een poel, waadt uitge put naar de oever. Hijgend probeert hij zich aan een tak op te hijsen. Tevergeefs. Zijn gewonde handen zijn ontstoken en verstijfd. Zijn ogen vallen dicht. Reute lend klemt hij zich aan de tak vast en probeert opnieuw uit het water vrij te komen. Dan breekt de tak en met een doffe plof stort hij achterover in de mod der. die zich zuigend en borrelend om hem sluit. Alleen de loerende ogen van 'n gevlekte boskat hebben van uit het ge bladerte zijn laatste val gezien „Hij zal verrotten als een dode anti loop" had de garde gezegd Ik huiver. Buiten ruist eindeloos de regen over het bos en dof rolt de donder over de wijde, zwarte Sanga. Nee, men heeft hem mmmer terug ge zien. Het bos, de verraderlijkste vijand van de mens in Afrika, heeft zich van hem meester gemaakt en alleen de grote Houtvester der wildernis weet, waar op de jongste dag zijn vermolmd gebeente zal herrijzen. ccmw q jjheck H De Cocksdorp, 26 Dec. 1902. He dennacht is de dijk bij de Kleine Sluf ter doorgebroken. In weerwil van alle inspanning kon men niet beletten, dat de zware golven den dijk braken, zoodat het water met kracht binnenstroomde. Adv. in de krant van 8 Januari 1903. Aanbesteding Woensdag 14 Januari, 's morgens 10,30 bij Doolhof, het maken van nieuwe TUINWALLEN. Januari 1903 Donderdagavond hield in het hotel „de Lindeboom" de schietvereeniging alhier een wedstrijd. De deelnemers werden naar hunne ge oefendheid in het schieten verdeeld in 2 series: Voor de le serie (de 9 beste schut ters), was de uitslag: 1. zilv. medaille, de heer Wagemaker, 2. barometer, de heer Jn. Dekker Jr., 3. tabakspijp, de heer Jac. Rijk Jr., 4. tabakskistje, de heer M. Plaatsman. Voor de 2e serie (de 10 minder goede schutters) was de uitslag: 1. bronzen medaille, de heer P. Dros Azn., 2. inkt- stel, de heer J. Mak, 3. tabakspijp, de heer D. Geus en 4. veldfles, de heer M. L:\ngeveld Sr.. troostprijs, postzegeldoos je. de heer M. Kuiper. Adv. in de krant van 11 Januari 1903. Prijscourant Bieren uit de bottelarij ..De Valk", Waal. Oud Bruin f 0,05; La ger (le kw.) f 0.06; Oud-Hollandsoh f 0.07Stout (extra) f 0,13 Alles per Vz fl.Aanbevelend A P. Eelman. N.B. Stout uitsluitend le kwaliteit, 2e kwaliteit wordt door mij niet gebotteld PLUIMVEEHOUDERS Voor de leden der P.T.V. en de A.N. P.V. wordt op 15 Jan. a.s. een belangrij ke filmavond gehouden in Hotel De Lin deboom, of Hotel Texel. Spreker is de heer Vergaay, over de opfok van de kui kens. Gelegenheid tot het stellen van vragen, die met de opfok in verband staan. Om een overzicht van het aantal bezoekers te kunnen verkrijgen, is het gewenst dat men zich ten spoedigste op geeft, ten kantore der PTV, bij de Op haaldienst of Schilderend 90, Den Burg. Hiervoor is gelegenheid tot 10 Jan. 1953. De toegang tot deze avond is kosteloos. Vanaf de andere kant van de evenaar, Wensen Gebr. Bakker en verloofde, Ook families Mechielsen en Wassenaar, Leen. Kaan en Van der Veen, Veel heil en zegen in het nieuwe jaar. Wij wonen allen in Geelong, En zijn gelukkig, oud en jong, Wij leven allen met u mee, Of er waterleiding komt, ja of nee. Met dit is het nog droef gesteld Naar de Tesselaar ons vertelt. Deze krant brengt keer op keer, Onsin gedachten op het Boltje weer. Doet ons dwalen over duin en strand Van het prachtige Vogelland. Wij denken nog steeds aan Jan, Piet of Maat, Of, hoe het met de buren gaat. En vragen ons af, of ze in de Raad Elkander nog in de haren zitten, Omdat de lantaarnpaal er nog'niet staat. Dan lees je hier in een Raadsverslag Over het fietsen van het duin, Wat vroeger niét en nu wél mag. Maar met het nieuwe jaar zouden we zeggen, Moeten jullie het geschil maar bij gaan leggen. Hier zeggen ze: That's not good! En doen zoals het wezen moet. Alles valt ons hier nogal mee, En we hebben gelukkig geen last van heimwee. Want daarvoor hebben wij hier geen tijd En hebben van 't emigreren nog steeds geen spijt. Het tegendeel is waar, goeie Texelaar! Wij vinden het wat fijn Om Nieuw-Australiër te zijn! Ook wij leven hier bij de zee Al neemt een haai je soms een eindje op sleeptouw mee We maken het allen in Australië goed En proberen met de meeste spoed Wat pondjes bij elkaar le garen En dat gaat heus niet zonder blaren. En al vliegen er veel duiven rond, Gebraden komen ze niet in je mond. Op de eerste dag van het nieuwe jaar Zijn onze gedachten bij jullie daar, Zoals het hoort voor een echte Tesselaar! Jullie wonen op een klein eiland Wij op een groot. Van hier de beste wensen En van ons uit Geelong een stevige poot! EEN HIJ EN EEN ZIJ GINGEN SPAREN. Eerste B.N.G.-woning in N.-Holland geopend Wij willen u iets vertellen van een hij en een zij uit Sint Pancras in Noord-Hol land. Hij heet Pieter, zij Jacoba en bei den leerden elkaar lange tijd geleden kennen Uit de kennismaking groeide waarde ring en uit die waardering liefde, zodat dit hele verhaal dus eigenlijk niet de moeite van het vertellen waard zou zijn, wanneer er aan deze liefde niet iets bijzonders was verbonden. En daarover willen wij u iets vertel len. Heus, het is de moeite van het ver tellen waard, dat zeggen niet alleen wij, doch dat zullen Pieter en Jacoba vol mondig beamen. Want wanneer u dit leest, zijn zij getrouwd en wonen boven dien in een eigen huis dn Sint Pancras, een huis, waarvan zij altijd hebben ge droomd en welke droom nu bewaarheid is geworden U kunt zich ongetwijfeld voorstellen, dat het een mooie droom geweest is: een eigen huis met een tuintje, geen moei lijkheden met de huisbaas, omdat die er met is, kamers, die volkomen naar eigen smaak zijn ingericht, kortom: een lucht kasteel, dat todh geen luchtkasteel blijkt te zijn. Het huis staat nl. in Sint Pan cras, aan de Benedenweg 53 en het is onlangs officieel geopend in tegen woordigheid van verschillende provinci ale en gemeentelijke autoriteiten. Misschien komt bij u nu de gedachte op, dat die Pieter en Jacoba belangrijke mensen moeten zijn, omdat zoveel auto riteiten de openingsplechtigheid van hun huis bijwoonden. Niets is minder waar! Zij beiden zijn gewone, eenvoudige men sen, zoals u en ik, die hard werken voor hun dagelijks brood en net als ieder an der hun zorgen hebben en tijden van vreugde en blijdschap kennen Eigen lijk heel normaal dus en helemaal niet belangrijk om over te praten, zou men zo zeggen En toch, toch is het die moeite waard! We zeggen het nogmaals. Want wanneer Pieter en Jacoba enige tijd geleden met op een lumineuze gedachte waren ge komen, dan hadden ze hoogstwaarschijn lijk nu nog zonder woning gezeten en was hun droompaleis gelijk een kaarten huisje ingestort En dat is niet zo prettig, wanneer men van elkaar houdt en graag trouwen wil. Sparen voor een eigen huis. We zullen u eens vertellen, hoe alles in zijn werk is gegaan. Misschien kunt u er uw voordeel mee doen, net als Pieter en Jacoba. Het was het vorig jaar, dat Pieter voor het eerst hoorde van de interge meentelijke Bouwkas, de N.V. Bouwkas Noord Nederlandse Gemeenten. Hij vroeg zich af, wat dat wel was, dus ging hij op informatie uit en kreeg een heleboel inlichtingen Hierover ging hij eens na denken met als resultaat, dat hij zich enige tijd later, nl. op 1 Januari 1952 aanmeldde als spaarder voor een eigen huis bij B.N.G. Ruim een maand later „Je kunt wel bij ons sla pen", zeggen Bim en Bam goedig tegen het luipaard, dat een beetje lang op visi te is gebleven. Het luipaard gaat onder het bed van Bim en Bam slapen. Bam windt de wekker op en al vlug daarna slapen zij al len heel vast. 's Morgens loopt de wekker af, maar Bim en Bam horen niets, zij slapen rustig verder. Maar het luipaard wordt wakker, het staat op, gaapt en rekt zich uit, zodat het bed omkantelt. Dat maakt Bim en Bam wakker en dat is maar goed ook, want anders waren ze nog in geen uren opgestaan! 6 Copcnhogcn opyright P I 8 B koos hij zich het ype woning en wj een maandje later vroeg hij de Rijfc premie aan. Hij had een eigen kapitaj tje, de Bouwkas vulde het ontbreken aan en ziedaar: de woning stond er bijna, op papier althans. De uitvoering van de plannen liet i echter ook niet lang meer op zich wac ten. Op»5 Juli van dit jaar werd met werkzaamheden begonnen en thans de woning klaar, kant en klaar! Het jo ge paar is er in getrokken, waarmee 1 eerste Bouwkashuis in Noordholland ij woond is. Anderen zullen echter spoedig volgi Ruim 80 gemeentebesturen in N.-HÜ land hebben zich reeds bij de gemeen* lijke Bouwkas aangesloten, terwijl een honderdtal spaarders reeds een v ning in aanbouw is. Voorwaar een ken, dat de Bouwkas belangrijk we verricht, niet alleen in Noordhollar doen in practisch geheel Nederland. B. G. telt in totaal nl. al zo'n 5000 deeln mers, van wie bijna 2000 reeds een eig r] huis hebben. Die hebben dus, net ÏL Pieter en Jacoba. hun dromen tastba uit realiteit zien worden. En daarnaar streeft de intergemeenl ga lijke Bouwkas! DIENSTREGELING N.V. T.E.S.O. De re ?re ingaande 5 October 1952 t.m. 16 Mei Op werkdagen: Van Texel: 5,30; 7,50; 11,45; 14,50; 17, Van Den Helder: 6,40; 10,30; 13, 16,20 nZa. 19,35; 16,30 Za. Op Zon- en alg. erkende chr. feestf Van Texel: 7,50; 11,45; 18,00 Van Den Helder: 10,30, 13,25; 19,35 nZa is niet op Zaterdag. Za is alléén op Zaterdag. FORD BRENGT SLEUTELKETTINGKALENDER 19! rï j d 3 FORD 19 5 3 50 JAAR WfR£LDOROANlSATft «AAftt 9?U:2J W iitojiïjuru nu 2i KISVIRVERKM Wanneer men als zakenman bij jaarwisseling iets weet te bedenken, men als „goodwill-present" aan zijn kl; ten of kennissen wil aanbieden en dl niet zo algemeen is, ligt men altijd streepje voor. Een aardig voorbeeld van een dergfl^ lijke voor Nederland originele vondt ligt voor ons op de redactietafel. Het een Ford sleutelkettingkalender, die vol 1953 'via de Ford dealers-organisati door de N.V. Nederlandse Ford Autf|e mobiel Fabriek te Amsterdam aan hajy relaties als een aardige attentie woiw^ aangeboden. In de houder kan men per kwarta een nieuw kalenderblaadje schuiven, d e' naast het kalendarium ruimte biedt va [e 't bijhouden van de kilometerstand, d ta voor olieverversen en doorsmeren. I Ford Dealers zorgen er voor, dat elke maanden een nieuw kalendarium wor )e toegezonden. Een attentie dus, die pa in het principe van Ford: „The custom is King". Het Nieuwjaarssouvenir wor aangeboden in een keurig doosje, m het opschrift: „1903-1953 Ford 50 ja wereldorganisatie". .de >i< FEUILLETON van de Blauwe Tram door T. LODEW1JK 17.) Inspecteur, zei Jodhem, de kans aangrijpend om óók wat te zeggen, ge loof me, ik heb geen dwaasheden uitge haald. Ik heb m'n best gedaan zo gere serveerd mogelijk te blijven, maar juf frouw Terweeghen is zelf zo vlot en vrij in de omgang dat ze er zich niets van aantrekt. Zeis in staat je, terwijl je haar bekeurt, aan je neus te trekken. Ik zie. dat je haar kent, lachte de inspecteur, maar haar vader niet. Die oude heer kan het je geweldig lastig maken, Verkruysen. Hij is bij de burge meester om zo te zeggen kind aan huis. zoals je weet, en met die heren kun je beter goeie vrienden blijven. Wat moet ik dan doen, inspecteur? Ik kan je niet anders raden, dan die juffrouw Marja als lucht te behan delen Ik zal het proberen. En als het je niet lukt, zie je over plaatsing te krijgen. Nu was Jochem toch werkelijk ge schrokken. Is het zo erg? Ik geloof, dat het voor jullie alle bei het beste zou zijn, meende de inspec teur bedachtzaam Kleine oorzaken, grote gevolgen. Jochem stond op. Ik dank u in ieder geval, dat u me gewaarschuwd hebt, zei hij eenvoudig, en ik zou niet graag wil len, dat juffrouw Terweeghen door mij thuis moeilijkheden kreeg. Daarom zal ik doen wat u zegt. De inspecteur liet hem uit. In de gang legde hij Jochem de hand op de schou der. Geloof me, Verkruysen, en ik zeg dit niet als je chef.rijk en arm ont moeten elkaar zelden. Ik vrees, dat jij een van dié serieuze mensen bent, bij wie het meteen alles is of niets. Ik acht je er des te meer om. maar moet je toch waarschuwen. Grijp niet te hoog, jon gen. Toen stond Jochem weer buiten. De laatste woorden van zijn chef vervolg den hem op de weg naar huis, klonken hem nog in de oren, toen hij vruchteloos probeerde in slaap te vallen. IX. In een verre van stralend humeur kwam Jochem de volgende morgen op het bureau. Landerig groette hij zijn collega's en wierp, als naar gewoonte, 'n blik in het register om te zien of er tij dens zijn afwezigheid nog bijzondere voorvallen hadden plaats gehad. Hij floot zachtjes tussen de tanden, toen hij het rapport van de nachtdienst leis: „1,45 Politie Sassenheim opgebeld met het verzoek soeciaal acht te geven op verdachte personen in verband met een overval op bestelauto nabij Klinken bergerviaduct. Heb je 't gelezen? vroeg Brinkman min of meer overbodig. D'r zit al een uur lang een inspecteur van de Rijks recherche bij de baas. Op hetzelfde ogenblik ging de tele- Hamea-Gelei voor Uw handen foon. De wachthebbende agent nam de hoorn op. Ja, nét binnen gekomen, inspec teur, zei hij en, de hoorn weer neerleg gend, tot Jochem: de baas moet je heb ben. Toen Jochem het bureau van zijn chef binnenkwam, trof hij daar een on bekende aan: 'n met meer jonge man met borstelige wenkbrauwen, een enigszins vooruitstekende onderlip, onderzoeken^ de grijze ogen, uit een kromme pijp gro te rookwolken blazend. Dit is inspecteur Bakker van de Rijksrecherche, introduceerde de in specteur de vreemdeling. Meneer Bak ker, dit is de hulpagent Verkruysen, die in deze zaak nogal actief is geweest en u misschien dingen kan vertellen, die ik zelf wellicht over het hoofd heb gezien. Hij wenkte Jochem naar een stoel en vertelde, dat de Rijksrecherche opmerk zaam was geworden op de overvallen, die de laatste tijd in de Bloembollen streek hadden plaats gehad. Men had in Amsterdam het denkbeeld opgevat, een speciale ambtenaar met het onderzoek te belasten. Begrijp me goed, viel de heer Bak ker de inspecteur in de rede, dit is geen achteruitzetting van het Lisser politie corps of welk corps ook. Maar u weet zo goed als ik, dat in zulke zaken, het plaatselijk politiecorps een te stroef wer kend apparaat is, vooral wanneer de misdaden zich over meer gemeenten uitstrekken. Ik begrijp het, antwoordde inspec teur Vallentgoed. En ik voel me heus niet op mijn tenen getrapt. We merken best, dat je aan zo'n zaak eigenlijk uit sluitend bezig moest kunnen zijn en u weet hoe dat gaat, wanneer je tegelijk met honderd andere dingen je moet be moeien Ik ben blij, dat u zich speciaal op deze zaak toelegt. Wat mij betreft, kunt u rekenen op alle medewerking. Dat vind ik prettig, zei de Amster dammer met onverwachte hartelijkheid, er is vaak zoveel beroepsnaijver en ik merk wel eens dat mijn plaatselijke col lega's het als een soort brevet-van-on- vermogen zien, wanneer wij ons met de zaak gaan bemoeien. Maar als ik mij met vergis, inspecteur, betreft het hier een zaak die belangrijk genoeg is, dat wij er onze aandacht aan wijden, en uw colle ga van Sassenheim was het daarover ge heel met me eens. (Wordt vervolgd.) U zult 's morgens „kiplekker" uit bed springen Elke dag moet Uw lever een Uter gal 'n uw ln.g9~, wanden doen stromen, anders verteert uw voedsel ntet. het bederft. U raakt verstopt, wordt humeu1» en loom. Neem de plantaardige CARTER S M. VERPILLETJES om die Uter gal op te wekken en uw spijsvertering en stoelgang op natuurlijke yv2® regelen.Een plantaardig zacht middeltt®n om de gal te doen stromen.ElstCarter sLeverplUetjes KATHOLIEKE KERK LIJST ran de parochie St. Martinus Oudeschil Zaterdag 6-7 biechtgel., om 7 u met acte v. toewijding tot het Onbevl* Hart van Maria. Zondag 4 Jan.: om 7, gelezen H Mis, om 9 u, communieuitn ken en om 10 u. de Hoogmis, 's Av. 7 ui lof t.e.v. de Allerheiligste Naam Dn dag: feest van Driekoningen, om 7,30 zongen H. Mis. Deze week alleen Zat' dag zeven uur roz. St. Marthaverenigu Donderdag half 3: Cathrien Maas Maartje Bakker. In de week zijn de g>ëe lezen H Missen om half acht ge AMERIKAANSE FILMMAN OVER re ESPERANTO v In een gesprek met mevrouw Patric n De Cleene, uit Nieuw-Zeeland, die da middel van Esperanto een wereldre 4 maakte, en daarbij in twee jaar 29 lai k den bezocht, liet de heer Jack Warnt lu productiechef van de grote filmonderrr rning Warner Brothers te Los Ange>*n<- (Amerika) zich als volgt uit over djjji noodzaak om het Esperanto als intern* tionale taal in de Ver. Naties te gebni ken: „Niemand zou als afgevaardigde b de V N. of bij andere internationale eenkomsten moeten worden benoein die niet te voren de neutrale internatï nale taal Esperanto had geleerd. Esp ranto is de enige neutrale, wetenscha! pelijk uitgedachte taal, die in de pr* tijk door zeer vele mensen in alle land® wordt gebruikt. Welk een ontzaggelijk waarde aan tijd en geld zou worden b*;9 spaard, indien deze taal bij de V.N. to worden ingevoerd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1953 | | pagina 4