22 Januari spreekt
Dr Paul Juliën
de Afrika-reiziger
voor het Nut
<Scu Ita I
Een stevige poot
Het Jeugdverhaal „De avonturen van Bim en Bam"
Het Mysterie
Dames! Vooral nn
WEK DE GAL
IN UW LEVER OP
„ER IS EEN GEVANGENE", zegt de
karavaanleider en toont me een uiterst
schichtige, niet geheel normaal uitzien
de jonge neger". Aldus lezen we ergens
in het boek „Kampvuren langs de eve
naar" door de Afrika-reiziger Paul Ju-
lien, die Donderdag 22 Januari een be
zoek aan ons eiland zal brengen om op
uitnodiging van liet Nut een causerie te
houden. Daarvoor zal stellig grote be
langstelling bestaan, evenals voor zijn
boeken, die verscheidene herdrukken
mochten beleven.
Uit „Kampvuren langs de evenaar"
laten wij hieronder een stukje volgen,
dat weer een fragment is van hoofdstuk
IV „De geschiedenis van een gevangene'
Opeens zie ik iets waarop ik blijf tu
ren; voor in de eerste kano zit een man,
een jongen nog bijna, van misschien
twintig jaar die ik niet ken. Dat is op
zichzelf niets bijzonders want het komt
wel meer voor dat vreemdelingen mee-
redzen in de karavaan. Maar die man
heeft een touw om zijn nek en is aan de
simbek, waaronder de bagage opgetast
ligt, vastgebonden. Ik roep de mannen
toe, wat dat te beduiden heeft, maar
mijn stem gaat verloren in de regen, die
van elke kano een eigen wereld gemaakt
heeft. Enfin, ik zal vanavond wel onder
zoeken wat er aan de hand is.
„Er is een gevangene", zegt de kara
vaanleider en toont me een uiterst
schichtige, niet geheel normaal uitziende
jonge neger.
„Wat gevangene?" vraag ik.
„Ik heb hem gisteren gevangen", zegt
de karavaanleider. „We zoeken hem al
twee jaar".
Ik begin iets te begrijpen. De kara
vaanleider, die de Franse regering mij
ter beschikking heeft gesteld is eigen
lijk een garde. Hij heeft een gevangene
gemaakt in de uitoefening van zijn
ambt.
Wat heeft de man gedaan? vraag
ik.
„Hij heeft geen belasting betaald
over drie jaar", zegt de garde.
„Hij leeft in de dorpen langs de rivier,
nu eens hier dan weer daar, Ik ben hem
al eens wezen zoeken, maar heb hem toen
niet kunnen vinden. Gisteren zag ik hem
in een dorp, toen ik met de vleeskano
naar uw kamp kwam".
Aha, ik begrijp het. Hij is met het
vleesconvooi meegekomen.
„Heeft hij nog meer uitgevoerd? Ge
stolen?" vraag ik.
„Nee, alleen geen belasting betaald".
De jonge neger, die aan een boom
vastgebonden zit, is ontzettend schuw
wanneer ik hem nader en lijkt m zijn
reacties meer een dier dan een mens. Hij
is bijna geheel naakt en klappertandt;
waarschijnlijk is hij slaapziek, waarop
ook zijn opvallende magerheid wijst. Ik
maak het touw van zijn nek los. breng
hem in mijn bladerhut, die inmiddels is
opgericht en geef hem tabak, die hij
gretig aanneemt. Hij durft me niet aan
te zien. Ik ga op een boomwortel naast
hem zitten en klop hem op zijn schou
der. De jongen huivert en kijkt schuw
rond.
„Ik wil je niets doen, kerel, wees niet
zo bang".
„Ik moet hem meenemen", zegt de
garde, „want hij heeft verzet gepleegd
toen een dorpshoofd hem in hechtenis
wilde nemen, verleden jaar."
„In mijn karavaan wordt geen mens
gebonden", zeg ik
Ruzie tussen de dragers en de garde:
de gevangene is gevluchtIk zoek
mijn hut op. Met woest geweld gutst de
regen neer over ons kamp.
Mijn gedachten zijn bij de vluchteling.
Ik zie hem in mijn verbeelding in het
donker schuilen aan de voet van een
boom. Hij rilt van de koorts. Bij het eer
ste daglicht staat hij op, waadt het ene
moeras na het andere door, wondt zijn
voeten aan bastdorens. De derde, vierde
dag zijn z'n krachten door honger en
vermoeienis uitgeput. Hij struikelt tel
kens, valt. bezeert zich Voortdurend
zoekt hij voedsel, vindt wat gistende
vruchten, verder niets, niets. Een vogel
vliedt voor hem uit. Voorzichtig tracht
hij het dier te grijpen, tevergeefs. Tegen
de middag vindt hij wat rupsen, die hij
gulzig verslindt. Hij dreigt ineen te
zakken en gaat zitten, staat weer op,
valt voorover in een poel, waadt uitge
put naar de oever. Hijgend probeert hij
zich aan een tak op te hijsen. Tevergeefs.
Zijn gewonde handen zijn ontstoken en
verstijfd. Zijn ogen vallen dicht. Reute
lend klemt hij zich aan de tak vast en
probeert opnieuw uit het water vrij te
komen. Dan breekt de tak en met een
doffe plof stort hij achterover in de mod
der. die zich zuigend en borrelend om
hem sluit. Alleen de loerende ogen van 'n
gevlekte boskat hebben van uit het ge
bladerte zijn laatste val gezien
„Hij zal verrotten als een dode anti
loop" had de garde gezegd
Ik huiver.
Buiten ruist eindeloos de regen over
het bos en dof rolt de donder over de
wijde, zwarte Sanga.
Nee, men heeft hem mmmer terug ge
zien. Het bos, de verraderlijkste vijand
van de mens in Afrika, heeft zich van
hem meester gemaakt en alleen de grote
Houtvester der wildernis weet, waar op
de jongste dag zijn vermolmd gebeente
zal herrijzen.
ccmw q
jjheck
H
De Cocksdorp, 26 Dec. 1902. He
dennacht is de dijk bij de Kleine Sluf
ter doorgebroken. In weerwil van alle
inspanning kon men niet beletten, dat de
zware golven den dijk braken, zoodat het
water met kracht binnenstroomde.
Adv. in de krant van 8 Januari 1903.
Aanbesteding Woensdag 14 Januari, 's
morgens 10,30 bij Doolhof, het maken
van nieuwe TUINWALLEN.
Januari 1903 Donderdagavond
hield in het hotel „de Lindeboom" de
schietvereeniging alhier een wedstrijd.
De deelnemers werden naar hunne ge
oefendheid in het schieten verdeeld in 2
series: Voor de le serie (de 9 beste schut
ters), was de uitslag: 1. zilv. medaille,
de heer Wagemaker, 2. barometer, de
heer Jn. Dekker Jr., 3. tabakspijp, de
heer Jac. Rijk Jr., 4. tabakskistje, de
heer M. Plaatsman.
Voor de 2e serie (de 10 minder goede
schutters) was de uitslag: 1. bronzen
medaille, de heer P. Dros Azn., 2. inkt-
stel, de heer J. Mak, 3. tabakspijp, de
heer D. Geus en 4. veldfles, de heer M.
L:\ngeveld Sr.. troostprijs, postzegeldoos
je. de heer M. Kuiper.
Adv. in de krant van 11 Januari 1903.
Prijscourant Bieren uit de bottelarij
..De Valk", Waal. Oud Bruin f 0,05; La
ger (le kw.) f 0.06; Oud-Hollandsoh
f 0.07Stout (extra) f 0,13 Alles per Vz
fl.Aanbevelend A P. Eelman. N.B. Stout
uitsluitend le kwaliteit, 2e kwaliteit
wordt door mij niet gebotteld
PLUIMVEEHOUDERS
Voor de leden der P.T.V. en de A.N.
P.V. wordt op 15 Jan. a.s. een belangrij
ke filmavond gehouden in Hotel De Lin
deboom, of Hotel Texel. Spreker is de
heer Vergaay, over de opfok van de kui
kens. Gelegenheid tot het stellen van
vragen, die met de opfok in verband
staan. Om een overzicht van het aantal
bezoekers te kunnen verkrijgen, is het
gewenst dat men zich ten spoedigste op
geeft, ten kantore der PTV, bij de Op
haaldienst of Schilderend 90, Den Burg.
Hiervoor is gelegenheid tot 10 Jan. 1953.
De toegang tot deze avond is kosteloos.
Vanaf de andere kant van de evenaar,
Wensen Gebr. Bakker en verloofde,
Ook families Mechielsen en Wassenaar,
Leen. Kaan en Van der Veen,
Veel heil en zegen in het nieuwe jaar.
Wij wonen allen in Geelong,
En zijn gelukkig, oud en jong,
Wij leven allen met u mee,
Of er waterleiding komt, ja of nee.
Met dit is het nog droef gesteld
Naar de Tesselaar ons vertelt.
Deze krant brengt keer op keer,
Onsin gedachten op het Boltje weer.
Doet ons dwalen over duin en strand
Van het prachtige Vogelland.
Wij denken nog steeds aan Jan, Piet of
Maat,
Of, hoe het met de buren gaat.
En vragen ons af, of ze in de Raad
Elkander nog in de haren zitten,
Omdat de lantaarnpaal er nog'niet staat.
Dan lees je hier in een Raadsverslag
Over het fietsen van het duin,
Wat vroeger niét en nu wél mag.
Maar met het nieuwe jaar zouden we
zeggen,
Moeten jullie het geschil maar bij gaan
leggen.
Hier zeggen ze: That's not good!
En doen zoals het wezen moet.
Alles valt ons hier nogal mee,
En we hebben gelukkig geen last van
heimwee.
Want daarvoor hebben wij hier geen tijd
En hebben van 't emigreren nog steeds
geen spijt.
Het tegendeel is waar, goeie Texelaar!
Wij vinden het wat fijn
Om Nieuw-Australiër te zijn!
Ook wij leven hier bij de zee
Al neemt een haai je soms een eindje
op sleeptouw mee
We maken het allen in Australië goed
En proberen met de meeste spoed
Wat pondjes bij elkaar le garen
En dat gaat heus niet zonder blaren.
En al vliegen er veel duiven rond,
Gebraden komen ze niet in je mond.
Op de eerste dag van het nieuwe jaar
Zijn onze gedachten bij jullie daar,
Zoals het hoort voor een echte Tesselaar!
Jullie wonen op een klein eiland
Wij op een groot.
Van hier de beste wensen
En van ons uit Geelong een stevige
poot!
EEN HIJ EN EEN ZIJ GINGEN
SPAREN.
Eerste B.N.G.-woning in N.-Holland
geopend
Wij willen u iets vertellen van een hij
en een zij uit Sint Pancras in Noord-Hol
land. Hij heet Pieter, zij Jacoba en bei
den leerden elkaar lange tijd geleden
kennen
Uit de kennismaking groeide waarde
ring en uit die waardering liefde, zodat
dit hele verhaal dus eigenlijk niet de
moeite van het vertellen waard zou
zijn, wanneer er aan deze liefde niet iets
bijzonders was verbonden.
En daarover willen wij u iets vertel
len.
Heus, het is de moeite van het ver
tellen waard, dat zeggen niet alleen wij,
doch dat zullen Pieter en Jacoba vol
mondig beamen. Want wanneer u dit
leest, zijn zij getrouwd en wonen boven
dien in een eigen huis dn Sint Pancras,
een huis, waarvan zij altijd hebben ge
droomd en welke droom nu bewaarheid
is geworden
U kunt zich ongetwijfeld voorstellen,
dat het een mooie droom geweest is: een
eigen huis met een tuintje, geen moei
lijkheden met de huisbaas, omdat die er
met is, kamers, die volkomen naar eigen
smaak zijn ingericht, kortom: een lucht
kasteel, dat todh geen luchtkasteel blijkt
te zijn. Het huis staat nl. in Sint Pan
cras, aan de Benedenweg 53 en het is
onlangs officieel geopend in tegen
woordigheid van verschillende provinci
ale en gemeentelijke autoriteiten.
Misschien komt bij u nu de gedachte
op, dat die Pieter en Jacoba belangrijke
mensen moeten zijn, omdat zoveel auto
riteiten de openingsplechtigheid van hun
huis bijwoonden. Niets is minder waar!
Zij beiden zijn gewone, eenvoudige men
sen, zoals u en ik, die hard werken voor
hun dagelijks brood en net als ieder an
der hun zorgen hebben en tijden van
vreugde en blijdschap kennen Eigen
lijk heel normaal dus en helemaal niet
belangrijk om over te praten, zou men
zo zeggen
En toch, toch is het die moeite waard!
We zeggen het nogmaals. Want wanneer
Pieter en Jacoba enige tijd geleden met
op een lumineuze gedachte waren ge
komen, dan hadden ze hoogstwaarschijn
lijk nu nog zonder woning gezeten en
was hun droompaleis gelijk een kaarten
huisje ingestort
En dat is niet zo prettig, wanneer men
van elkaar houdt en graag trouwen wil.
Sparen voor een eigen huis.
We zullen u eens vertellen, hoe alles
in zijn werk is gegaan. Misschien kunt u
er uw voordeel mee doen, net als Pieter
en Jacoba.
Het was het vorig jaar, dat Pieter
voor het eerst hoorde van de interge
meentelijke Bouwkas, de N.V. Bouwkas
Noord Nederlandse Gemeenten. Hij vroeg
zich af, wat dat wel was, dus ging hij
op informatie uit en kreeg een heleboel
inlichtingen Hierover ging hij eens na
denken met als resultaat, dat hij zich
enige tijd later, nl. op 1 Januari 1952
aanmeldde als spaarder voor een eigen
huis bij B.N.G. Ruim een maand later
„Je kunt wel bij ons sla
pen", zeggen Bim en Bam
goedig tegen het luipaard,
dat een beetje lang op visi
te is gebleven. Het luipaard
gaat onder het bed van
Bim en Bam slapen. Bam
windt de wekker op en al
vlug daarna slapen zij al
len heel vast. 's Morgens
loopt de wekker af, maar
Bim en Bam horen niets,
zij slapen rustig verder.
Maar het luipaard wordt
wakker, het staat op, gaapt
en rekt zich uit, zodat het
bed omkantelt. Dat maakt
Bim en Bam wakker en
dat is maar goed ook, want
anders waren ze nog in
geen uren opgestaan!
6 Copcnhogcn
opyright P I 8 B
koos hij zich het ype woning en wj
een maandje later vroeg hij de Rijfc
premie aan. Hij had een eigen kapitaj
tje, de Bouwkas vulde het ontbreken
aan en ziedaar: de woning stond er
bijna, op papier althans.
De uitvoering van de plannen liet i
echter ook niet lang meer op zich wac
ten. Op»5 Juli van dit jaar werd met
werkzaamheden begonnen en thans
de woning klaar, kant en klaar! Het jo
ge paar is er in getrokken, waarmee 1
eerste Bouwkashuis in Noordholland ij
woond is.
Anderen zullen echter spoedig volgi
Ruim 80 gemeentebesturen in N.-HÜ
land hebben zich reeds bij de gemeen*
lijke Bouwkas aangesloten, terwijl
een honderdtal spaarders reeds een v
ning in aanbouw is. Voorwaar een
ken, dat de Bouwkas belangrijk we
verricht, niet alleen in Noordhollar
doen in practisch geheel Nederland. B.
G. telt in totaal nl. al zo'n 5000 deeln
mers, van wie bijna 2000 reeds een eig r]
huis hebben. Die hebben dus, net ÏL
Pieter en Jacoba. hun dromen tastba uit
realiteit zien worden.
En daarnaar streeft de intergemeenl ga
lijke Bouwkas!
DIENSTREGELING N.V. T.E.S.O.
De
re
?re
ingaande 5 October 1952 t.m. 16 Mei
Op werkdagen:
Van Texel: 5,30; 7,50; 11,45; 14,50; 17,
Van Den Helder: 6,40; 10,30; 13,
16,20 nZa. 19,35; 16,30 Za.
Op Zon- en alg. erkende chr. feestf
Van Texel: 7,50; 11,45; 18,00
Van Den Helder: 10,30, 13,25; 19,35
nZa is niet op Zaterdag.
Za is alléén op Zaterdag.
FORD BRENGT
SLEUTELKETTINGKALENDER 19! rï
j d
3 FORD 19 5 3
50 JAAR
WfR£LDOROANlSATft
«AAftt
9?U:2J W
iitojiïjuru
nu 2i
KISVIRVERKM
Wanneer men als zakenman bij
jaarwisseling iets weet te bedenken,
men als „goodwill-present" aan zijn kl;
ten of kennissen wil aanbieden en dl
niet zo algemeen is, ligt men altijd
streepje voor.
Een aardig voorbeeld van een dergfl^
lijke voor Nederland originele vondt
ligt voor ons op de redactietafel. Het
een Ford sleutelkettingkalender, die vol
1953 'via de Ford dealers-organisati
door de N.V. Nederlandse Ford Autf|e
mobiel Fabriek te Amsterdam aan hajy
relaties als een aardige attentie woiw^
aangeboden.
In de houder kan men per kwarta
een nieuw kalenderblaadje schuiven, d e'
naast het kalendarium ruimte biedt va [e
't bijhouden van de kilometerstand, d
ta voor olieverversen en doorsmeren. I
Ford Dealers zorgen er voor, dat elke
maanden een nieuw kalendarium wor )e
toegezonden. Een attentie dus, die pa
in het principe van Ford: „The custom
is King". Het Nieuwjaarssouvenir wor
aangeboden in een keurig doosje, m
het opschrift: „1903-1953 Ford 50 ja
wereldorganisatie".
.de
>i<
FEUILLETON
van de Blauwe Tram
door T. LODEW1JK
17.) Inspecteur, zei Jodhem, de kans
aangrijpend om óók wat te zeggen, ge
loof me, ik heb geen dwaasheden uitge
haald. Ik heb m'n best gedaan zo gere
serveerd mogelijk te blijven, maar juf
frouw Terweeghen is zelf zo vlot en vrij
in de omgang dat ze er zich niets van
aantrekt. Zeis in staat je, terwijl je haar
bekeurt, aan je neus te trekken.
Ik zie. dat je haar kent, lachte de
inspecteur, maar haar vader niet. Die
oude heer kan het je geweldig lastig
maken, Verkruysen. Hij is bij de burge
meester om zo te zeggen kind aan huis.
zoals je weet, en met die heren kun je
beter goeie vrienden blijven.
Wat moet ik dan doen, inspecteur?
Ik kan je niet anders raden, dan
die juffrouw Marja als lucht te behan
delen
Ik zal het proberen.
En als het je niet lukt, zie je over
plaatsing te krijgen.
Nu was Jochem toch werkelijk ge
schrokken. Is het zo erg?
Ik geloof, dat het voor jullie alle
bei het beste zou zijn, meende de inspec
teur bedachtzaam Kleine oorzaken,
grote gevolgen.
Jochem stond op. Ik dank u in ieder
geval, dat u me gewaarschuwd hebt, zei
hij eenvoudig, en ik zou niet graag wil
len, dat juffrouw Terweeghen door mij
thuis moeilijkheden kreeg. Daarom zal
ik doen wat u zegt.
De inspecteur liet hem uit. In de gang
legde hij Jochem de hand op de schou
der. Geloof me, Verkruysen, en ik zeg
dit niet als je chef.rijk en arm ont
moeten elkaar zelden. Ik vrees, dat jij
een van dié serieuze mensen bent, bij
wie het meteen alles is of niets. Ik acht
je er des te meer om. maar moet je toch
waarschuwen. Grijp niet te hoog, jon
gen.
Toen stond Jochem weer buiten. De
laatste woorden van zijn chef vervolg
den hem op de weg naar huis, klonken
hem nog in de oren, toen hij vruchteloos
probeerde in slaap te vallen.
IX.
In een verre van stralend humeur
kwam Jochem de volgende morgen op
het bureau. Landerig groette hij zijn
collega's en wierp, als naar gewoonte, 'n
blik in het register om te zien of er tij
dens zijn afwezigheid nog bijzondere
voorvallen hadden plaats gehad.
Hij floot zachtjes tussen de tanden,
toen hij het rapport van de nachtdienst
leis: „1,45 Politie Sassenheim opgebeld
met het verzoek soeciaal acht te geven
op verdachte personen in verband met
een overval op bestelauto nabij Klinken
bergerviaduct.
Heb je 't gelezen? vroeg Brinkman
min of meer overbodig. D'r zit al een
uur lang een inspecteur van de Rijks
recherche bij de baas.
Op hetzelfde ogenblik ging de tele-
Hamea-Gelei voor Uw handen
foon. De wachthebbende agent nam de
hoorn op.
Ja, nét binnen gekomen, inspec
teur, zei hij en, de hoorn weer neerleg
gend, tot Jochem: de baas moet je heb
ben.
Toen Jochem het bureau van zijn
chef binnenkwam, trof hij daar een on
bekende aan: 'n met meer jonge man met
borstelige wenkbrauwen, een enigszins
vooruitstekende onderlip, onderzoeken^
de grijze ogen, uit een kromme pijp gro
te rookwolken blazend.
Dit is inspecteur Bakker van de
Rijksrecherche, introduceerde de in
specteur de vreemdeling. Meneer Bak
ker, dit is de hulpagent Verkruysen, die
in deze zaak nogal actief is geweest en u
misschien dingen kan vertellen, die ik
zelf wellicht over het hoofd heb gezien.
Hij wenkte Jochem naar een stoel en
vertelde, dat de Rijksrecherche opmerk
zaam was geworden op de overvallen,
die de laatste tijd in de Bloembollen
streek hadden plaats gehad. Men had in
Amsterdam het denkbeeld opgevat, een
speciale ambtenaar met het onderzoek te
belasten.
Begrijp me goed, viel de heer Bak
ker de inspecteur in de rede, dit is geen
achteruitzetting van het Lisser politie
corps of welk corps ook. Maar u weet zo
goed als ik, dat in zulke zaken, het
plaatselijk politiecorps een te stroef wer
kend apparaat is, vooral wanneer de
misdaden zich over meer gemeenten
uitstrekken.
Ik begrijp het, antwoordde inspec
teur Vallentgoed. En ik voel me heus
niet op mijn tenen getrapt. We merken
best, dat je aan zo'n zaak eigenlijk uit
sluitend bezig moest kunnen zijn en u
weet hoe dat gaat, wanneer je tegelijk
met honderd andere dingen je moet be
moeien Ik ben blij, dat u zich speciaal
op deze zaak toelegt. Wat mij betreft,
kunt u rekenen op alle medewerking.
Dat vind ik prettig, zei de Amster
dammer met onverwachte hartelijkheid,
er is vaak zoveel beroepsnaijver en ik
merk wel eens dat mijn plaatselijke col
lega's het als een soort brevet-van-on-
vermogen zien, wanneer wij ons met de
zaak gaan bemoeien. Maar als ik mij met
vergis, inspecteur, betreft het hier een
zaak die belangrijk genoeg is, dat wij er
onze aandacht aan wijden, en uw colle
ga van Sassenheim was het daarover ge
heel met me eens.
(Wordt vervolgd.)
U zult 's morgens „kiplekker"
uit bed springen
Elke dag moet Uw lever een Uter gal 'n uw ln.g9~,
wanden doen stromen, anders verteert uw voedsel
ntet. het bederft. U raakt verstopt, wordt humeu1»
en loom. Neem de plantaardige CARTER S M.
VERPILLETJES om die Uter gal op te wekken en
uw spijsvertering en stoelgang op natuurlijke yv2®
regelen.Een plantaardig zacht middeltt®n
om de gal te doen stromen.ElstCarter sLeverplUetjes
KATHOLIEKE KERK LIJST
ran de parochie St. Martinus Oudeschil
Zaterdag 6-7 biechtgel., om 7 u
met acte v. toewijding tot het Onbevl*
Hart van Maria. Zondag 4 Jan.: om 7,
gelezen H Mis, om 9 u, communieuitn
ken en om 10 u. de Hoogmis, 's Av. 7 ui
lof t.e.v. de Allerheiligste Naam Dn
dag: feest van Driekoningen, om 7,30
zongen H. Mis. Deze week alleen Zat'
dag zeven uur roz. St. Marthaverenigu
Donderdag half 3: Cathrien Maas
Maartje Bakker. In de week zijn de g>ëe
lezen H Missen om half acht
ge
AMERIKAANSE FILMMAN OVER re
ESPERANTO v
In een gesprek met mevrouw Patric n
De Cleene, uit Nieuw-Zeeland, die da
middel van Esperanto een wereldre 4
maakte, en daarbij in twee jaar 29 lai k
den bezocht, liet de heer Jack Warnt lu
productiechef van de grote filmonderrr
rning Warner Brothers te Los Ange>*n<-
(Amerika) zich als volgt uit over djjji
noodzaak om het Esperanto als intern*
tionale taal in de Ver. Naties te gebni
ken: „Niemand zou als afgevaardigde b
de V N. of bij andere internationale
eenkomsten moeten worden benoein
die niet te voren de neutrale internatï
nale taal Esperanto had geleerd. Esp
ranto is de enige neutrale, wetenscha!
pelijk uitgedachte taal, die in de pr*
tijk door zeer vele mensen in alle land®
wordt gebruikt. Welk een ontzaggelijk
waarde aan tijd en geld zou worden b*;9
spaard, indien deze taal bij de V.N. to
worden ingevoerd.