r
Twijnder's Manufacturen
A.s. emigranten bekwamen zich in de
landbouw op Texel
Op reis
Het Jeugdverhaal „De avonturen van Bim en Bam'
Personeel Dertig Polders ging met de
„Neli Anna" het land door
De consul van Nieuw-Zeeland en de
emigratie-attaché van de Australische
ambassade hebben dezer dagen een tocht
over Texel gemaakt om een der om-
sdhoJiingskampen voor adspirant-emi-
granten te inspecteren. Als gids fun
geerde de heer J. C. Slikker, die namens
het Bureau Oogstvoorziemng de leiding
heeft over deze omscholingscursussen.
In Nederland worden op het ogenblik
ruim 300 mensen omgeschoold tot land
bouwer. Deze opleiding geschiedt in
kampen, waar 20 of 30 man tegelijk ver
blijven. Ieder van hen is individueel bij
het boerenbedrijf werkzaam.
Op Texel, in Anna Paulowna, Benne-
kom en de Biesbos, Groningen en Tiel
zijn reeds van deze kampen opgericht.
Later zullen ook Walcheren en Limburg
voor een dergelijk omscholingscentrum
in aanmerking komen.
Vorig jaar is, op initiatief van de heer
H. A. Luijk van het Commissariaat voor
de Emigratie in de Beemster een proef-
kamp geopend, waar 17 adspirant-emi-
granten voor de landbouw zijn opgeleid.
Deze proefneming is een succes gewor
den. Het Commissariaat voor de Emigra
tie heeft het Bureau Oogstvoorziemng.
geadviseerd het aantel deelnemers dit
jaar op te voeren tot ongeveer 500.
Nederland telt ongeveer 50,000 boeren
voor wie geen land meer beschikbaar is.
Een eenvoudig sommetje leert, dat dit
aantal steeds groeit. Bovendien is het
percentage ongeschoolde en verkeerd ge
schoolde arbeiders zeer groot.
„Mijn zoon zal later verder komen",
denkt de vader, die zijn hele leven hard
gewerkt heeft op het land. „Zijn zoon
gaat naar de Mulo of naar de HBS
Maar in feite komt het er vaak op neer,
dat de zoon naar een middelmatige kan
toorbaan „afzakt".
Velen van deze ongeschoolde of ver
keerd geschoolde jongeren willen emi
greren.
Moderne bedrijven
Op Texel verblijven vnl. aanstaande
emigranten voor Nieuw-Zeeland en Au
stralië. Een eindje uit Den Burg werkt
Jan Beers uit Amsterdam. Hij is een
toekomstig Nieuw-Zeelander en druk
bezig met de vlasoogst als wij hem ko
men opzoeken. Tussen het als neger
hutten opgetaste vlas, voeren de Austra
lische consul en hij een gesprek in vlot
Engels. Het blijkt dat Jan Beers na z'n
mulo-opleiding de landbouwschool m
Deventer heeft bezocht. Hij werkt hier al
sinds April. Het bevalt hem best, maar
hij maakt zich een beetje ongerust over
het feit, dat ze hem nog maar steeds met
vertellen wanneer hij nu kan emigre
ren. Maar de consul kan meedelen dat,
als het Bureau Oogstvoorziemng en de
boer waar de jongens werken met een
gunstige verklaring afkomen, allen die
er sinds April zitten no? dit jaar kunnen
gaan!
We gaan verder. Voorbij De Cocks-
dorp klimt Arie Lems, een Apeldoorner,
van zijn reusachtige combine, waar het
gerst de ene kant als plant in en aan de
andere kant kant en klaar in zakken uit
komt. De oogst is maar schraal, na de
stormnacht waarin de dijk doorbrak en
het zoute water de grond bedierf
Hij veegt zijn handen goed af aan zijn
overall voor hij de heer Cliffe van zijn
werk vertelt.
Arie Lems is naar de HBS gegaan en
zat waarschijnlijk nu op een groot kan
toor als hij in de oorlogsjaren niet was
ondergedoken in Drente. «Daar moest hij
aanpakken om de kost te verdienen en
daar leerde hij het boerenbedrijf kennen
en waarderen. Zijn zwager werkt in Mel
bourne.
„Aan het eind van het jaar hoop ik
ook te gaan en natuurlijk, mijn verloof
de gaat mee". Dat bezorgt hem een
goedkeurende knik van de heer Cliffe,
want toch altijd nog is Australië een
land van mannen, letterlijk en figuur
lijk.
Vrouwen zijn er veel te weinig. Maar
op onze vraag of er dan geen kampen no
dig zijn die meisjes tot toekomstige
vrouwen-van-farmers opleiden, zegt de
consul dat hij daar weinig voor voelt.
„Het gaat wel vanzelf, als ze hun man
maar volgen.
Arie Lems maakt zich zorgen over zijn
Engels, maar hij kan zich toch uitste
kend verstaanbaar maken. „Het Engels
is daar de enige taal die je hoeft te ken
nen. Anders sprekende landen zijn toch
onbereikbaar verweg. Maar als je geen
Engels spreekt vindt je niemand die je
kan helpen, waarschuwt de heer Cliffe
nog.
We trekken dwars door het kleine
„Australië", zoals de consul de glooien
de weilanden met zijn grazende schapen
vindt, naar het kamn, dat bij de vuurto
ren is gevestigd.
Terwijl de toekomstige emigranten af
wassen en wachten op hun avondlessen,
vertelt Jan Terborch ons iets van zijn
kampervaringen. Hij komt uit Amster
dam en hoopt in November zijn broer,
die al farmer is in Canada, te gaan as
sisteren Een zware opleiding, vindt hij.
Vijftig werkuren per week zijn geen
uitzondering. Maar de geest in het kamp
is uitstekend. „Bovendien kan je beter
nu hard werken, dan zal het je later niet
afvallen. Als je het nu niet kunt, dan ga
je er tenminste tijdig vanaf en dat is
veel waard.
De Texelse boeren zijn zeer tevreden
over de jongens. Hun medewerking is
natuurlijk belangrijk, want het gaat er
om dat de adspiranten zoveel mogelijk
leren. De lonen bedragen 50 procent van
wat de gewone landarbeider verdient. Al
zullen ze in het begin de boer misschien
meer tot last dan tot hulp zijn, aan de
andere kant is toch gebleken dat de
vooropleiding die zij genoten hebben,
van heel veel belang is voor de econo
mische kant van het bedrijf.
„We kunnen nog eens met ze praten"
is het oordeel van de boeren, die van tijd
tot tijd een rapport uitbrengen bij het
Bureau Oogstvoorziemng.
Als de lessen beginnen, keren we weer
terug van het emigrantenkamp, waar
een stel flinke kerels een stevig funda
ment bouwt voor een vaak toch zo onge
wisse toekomst.
dan Uw spoorkaartje ge- ("TY
haaldbijde V.V.V.„Texel"
HET VERVOEREN VAN RUNDEREN
IN VERBAND MET DE MOND- EN
KLAUWZEERBESTRIJDING
Met ingang van 1 September zal een
nieuwe regeling gelden ten aanzien van
het vervoer van runderen in verband
met de bestrijding van het mond- en
klauwzeer.
Het vervoer van een rund, dat ouder
is dan twee maanden, naar een markt,
tentoonstelling, verkoping of soortgelij
ke verzamelplaats van vee is slechts
toegestaan indien de vervoerder in het
bezit is van een verklaring, afgegeven
namens een erkende Provinciale Ge
zondheidsdienst voor Dieren, waaruit
blijkt, dat het rund ten minste 14 dagen
en uiterlijk 6 maanden geleden tegen
mond- en klauwzeer is geënt en afkom
stig uit een geent rundveebeslag. In alle
overige gevallen is het vervoer van een
rund, dat ouder is dan 2 maanden,
slechts toegestaan als de vervoerder in
het bezit kan worden gesteld van een
verklaring door een gezondheidsdienst,
waaruit blijkt, dat het rund ten minste
14 dagen geleden tegen mond- en 'klauw
zeer is geënt en afkomstig is uit een ge-
ent rundveebeslag.
Rundveebeslagen, welke vóór 1 Jan.
1953 zijn geënt tegen mond- en klauw
zeer, dienen vóór 1 Sept. 1953 in hun
geheel opnieuw te worden geënt. Zij
worden dan tot 15 April 1954 be
schouwd als geent rundveebeslag. Uit
een en ander blijkt voorts, dat voor ver
voer van runderen afkomstig van
veebeslagen, die in de periode van 1
Januari tot 15 AdfU 1953 zijn geënt
naar markten, tentoonstellingen, verko
pingen of soortgelijke verzamelplaatsen
van vee, individuele herinenting vereist
is, als de enting van het rundveebeslag
in zijn geheel op het tijdstip van vervoer
langer dan 6 maanden geleden heeft
plaats gehad.
Ontheffingen van de regeling kunnen
worden aangevraagd bij de districts-.'n-
specteurs van de Veeartsenijkundige
Diensten bij de dierenartsen. Overigens
is de nieuwe regeling gelijk aan die,
welke sedert 30 Januari 1953 gold en
die thans wordt ingetrokken.
Alle dieren gaan vandaag
een picnic houden, dat heb
ben Bim en Bam bedacht,
omdat het zulk heerlijk zo
merweer is. Alle lekkere
dingen die ze van plan zijn
bij de picnic te eten, zoals
slaatjes en flesjes limona
de, worden in de buidel
gepakt van Beppie Kange-
roe. En daar gaat het he
le stel. Bim zit prinsheer
lijk boven op de rug van
Jumbo en Bam heeft ach
ter z'n fiets een klein wa
gentje vastgemaakt en
daar zit meneer Schildpad
in, want die kan niet zo
hard vooruit komen Ein
delijk zijn ze op de plaats
van bestemming en zullen
ze de voorraad gaan uit
pakken. Maar oh, wat erg,
Beppie Kangeroe heeft na
tuurlijk weer veel te veel
gehopst onderweg en nu
zijn ze alles kwijt. Ja, en nu
móéten ze wel gaan zoeken
natuurlijk; het is jammer
van al die lekkere dingen,
i
kwA-1
Cop.r.gM P tB Bo« 6 Copcnhoacn
door J. van der Slikke
(Slot)
want tegen de tijd dat alles thuis maar op en wachten
gevonden is, zijn ze thuis. maar tot het weer eens
Dag picnic, we eten het nu mooi weer is.
Op weg naar Tiel voeren we midden
op de Waal, de grootste rivier van ons
land met zijn drukke vaart. Machtige
Rijnschepen van 1000-2000 ton kwamen
hier in lange rijen voorbij, zelfs zagen
we nog een raderboot die moeizaam de
Waal op kwam stomen. Stroomafwaarts
naar Tiel was maar 'n rukje en spoedig
zagen we de nieuwe binnensluizen van
het Amsterdam-Rijnkanaal, waar we dan
ook al gauw binnen waren. Zulke bouw
werken van beton hadden we van dicht
bij nog nooit gezien. Spoedig waren ver-
scheidenen van ons aan de wal, wat nog
een hele klim was, want het schip jag
9 meter beneden de begane grond. We
mochten alles bekijken tot de machine
kamer toe. Machtige machines en inge
wikkelde schakelborden. Deze sluis, de
Prins Bernhardsluis, is 360 m. lang, 18
meter breed en 14 meter diep, met een
verval van 2 meter, de gewapend be
tonnen bodem van deze sluis is 3,5 me
ter dik, de sluisdeur, welke omhoog ge
schoven wordt, is 190 ton zwaar, maar
als een veertje wordt deze omhoog ge
haald. Het schutten duurt hier een
kwartier, in die tijd was er 13 miilioen
liter water de sluis uitgelopen en lagen
we 2 meter dieper.
Toen voeren we het nieuwe kanaal
in wat ook voor de schipper de eerste
keer was. Hier was het niet zo druk als
op de rivier en rustig ging het op
Utrecht aan. Het landschap was hier
heel anders, vlak land met reusachtige
boomgaarden. Bij Amsterdam werd de
vaart drukker en in de Amsterdamse ha
vens was het heel druk. Een mooi ge
zicht met al die grote zeeschepen en
dokken. Het weer was nu even beter en
allen waren aan dek. Met dit snelle
sahip waren we al gauw de Amsterdam
se haven uit. Te Zaandam moesten we
schutten, wat nogal wat inhield, daar er
iets onklaar was aan de sluis. Daarom
gingen er hier enkelen aan de wal. Ein
delijk waren we er doorheen en besloot
de schipper naar Wormerveer te gaan
om daar te overnachten. Maar daar wa
ren we nog met, want voor een spoor
brug in de lijn Zaandam-Purmerend
moesten we weer wachten en wel een
uur lang! Het bleek dat verderop een
trein stond waar iets aan mankeerde.
Het begon al te schemeren en het ge
duld raakte op en daarom besloot Koop
man om zijn trompet te nemen en eiste
in naam van Oranje de brug te openen.
Dit hielp want een ogenblik daarna wa
ren we er doorheen. Nu was het maar
een rukje meer naar Wormerveer, waar
we zouden meren, maar door de duister
nis was dit nog niet zo gemakkelijk. We
hadden hier nog een leuke ontmoeting,
want laat nu collega Zijm daar aan de
wal lopen. Dat gaf even stof tot praten.
Nadat enkelen de wal waren opgegaan,
was de dag weer zo wat om. De stem
ming bleek prima. De thuisblijvers had
den een aardigheidje verzonnen om de
laatkomers te onthalen met een pop in
het bed. Gerard liep het eerst in de val,
maar de anderen kregen ook hun beurt.
Zo brak dan de laatste dag aan en om
kwart voor zes Zaterdagmorgen was al
les al op en stond Simon Zijm al aan de
kant met 3 van zijn kinderen, die het
laatste eind met ons mee naar Texel
wilden varen, om half 7 voeren we af
en na het ontbijt was ieder al druk in de
weer met inpakken, want de schipner
verwachtte, dat we zo wat om 1 uur in
de haven van Oudeschdd konden aanko
men. In Allernaar moesten we weer een
uur wachten voor een spoorbrug. Kio-
bus vond dat dit nu maar uit moest zijn
en dat Kees Vinke hierheen moest met
de dragline om de brug een paar meter
te verhogen, dan kunnen we er voor
taan zo maar onderdoor. Vlak voor Den
Helder werd er geblazen voor het gall-
genmaal, de laatste keer eten aan boord,
we lieten het er met minder goed om
smaken, want alles ging schoon op.
Toen hadden we inmiddels de sluis be
reikt en waren we na een kwartier in
de buitenhaven van Den Helder. Op het
Marsdiep was het heel mooi, er stond 'n
beetje deining, wat we de hele reis nog
niet hadden meegemaakt, maar toen we
voorbij het Horntje waren was dat ook
weer over. Zo bereikten we dan om pilm.
half drie de haven van Oudesohild, waar
we met veel geiuich werden binnenge
haald. Ieder van ons was blij weer be
kende gezichten te zien. Toen we aan
de wal lagen, stonden daar ook onze
dijkgraaf en de jonge baas Van der Pijl,
om ons te begroeten, wat door ons op
hoge prijs werd gesteld. Hieruit bleek
weer hoezeer ze met ons mee hebben
geleefd in deze week. Hierop werd nog
een groepsfoto gemaakt, waarna de oud
ste met de jongste opvarende werd ge
nomen, nl. de schipper met de baby van
Kobus en Anneke De schipper dankte
de dijkgraaf en de heer Van der Pijl
voor hun belangstelling en medewer
king, wat door ons met 'n applausje werd
ondersteund. Verder gaf hij een kort
verslag van hetgeen we deze week had
den meegemaakt en overhandigde te
vens de Deventerkoeken die we voor
hen hadden meegenomen. Ook de dijk
graaf sprak een enkel woord. Hij dank
te de heer Dekker voor het beschikbaar
stellen van zijn schip. Verder sprak hij
er zijn tevredenheid over uit, dat amb
tenaren en personeel in zulk een goede
verstandhouding leven en dat het moge
lijk is zoiets tot stand te brengen. Hier
na richtte de heer Ellen nog een woord
van dank aan de schipper en de dijk
graaf. Tevens bood hij hier het souve
nir aan dat we in Valkenburg voor de
heer Van der Piil hadden gekocht. Hij
was zeer verrast en met hartelijke woor
den werd het dan ook in dank aanvaard.
Daarna namen we allen persoonlijk
afscheid van onze schipper en zijn knecht
Harm, die ons zulk een mooie week had
den bezorgd. Zichtbaar ontroerd bleef
hij alleen achter en zochten wij allen
onze huizen weer op.
Zo is dan deze reis weer achter de rug
en ik mag wel zeggen, dat dank zij aller
medewerking, deze reis goed is geslaagd.
Ik geloof dat ieder van ons zoiets nog
eens <*aarne over zal doen. Mogelijk kan
dat nog wel eens, want de schipper
heeft nu al beloofd om het volgend jaar
bij leven en welzijn naar België te gaan,
maar een jaar duurt lang en daarin kan
veel gebeuren. Laten wij als personeel
der 30 Polders in het komende jaar to
nen, dat we dankbaar zijn voor hetgeen
we tijdens de afgelopen reis hebben ge
noten. v. d. S.
Pijn hier - scheuten daar
en stramheid in lijf en leden
al die vormen van Rheumatische onge
makken kunt U met Krusahen te lijf.
Berust er met in. 't Wordt wel erger, niet
beter. Begin morgen radicaal met Kru-
schen. Tienduizenden vonden en vinden
bij Kruschen baat en verlichting ie
dere dag weer. Waarom zoudt U dan
weerloos verder lijden. Neem ook Kru
schen de kleine dagelijkse dosis en
ondervindt zelf het heilzaam effect.
PLEIDOOI VOOR DE TOMAAT
Dat tomaten zo gezond zijn, wist u
misschien al lang. Er zijn echter duizen
den huisvrouwen, die nog niet van het
nut van tomaten eten doordrongen zijn
en hun tanden nooit met graagte dn zo'n
lekkere vrucht gezet hebben. Voor dié
huisvrouwen schrijven we: „eet toch to
maten; eet vaak tomaten". Niet alleen
hun gehalte aan vitaminen en voedings-
zouten pleit in him voordeel: ze zijn ook
zo gemakkelijk schoon en klaar te ma
ken en lenen zich voor het bereiden van
talrijke aardige gerechten. Hun gezellige
rode kleur staat er borg voor, dat elke
tomatenschotel een prettig en fris aan
zien krijgt.
Wanneer en hoe worden tomaten ge
schild?
Voor een verzorgd uiterlijk van een
sla, stoofschotel of groentensoep ver
dient het aanbeveling de tomaten te
schillen. Dit is niet nodig, wanneer een
tomatensoep of -saus na het koken ge
zeefd wordt: de schillen blijven dan im
mers in de zeef achter.
We schillen de tomaten na ze óf in
heet water gedomoeld, óf in een felle
vlam gehouden te hebben tot de schil
barst.
door T. LODEWIJK
31.) In ieder geval meiken we best,
dat ze hier zit. Want wij zitten nog wel
niet in de damesconfectie, maar in het
kleinvaik en in de stoffen, de lingerie en
zo kunnen we best merken, dat er een
eindje verderop een concurrent zit. En
daarom dacht ik zo: wij moesten daar
ook mee beginnen
Zo zo antwoordde de oude heer
opgewekt: dus jij gaat het uitvechten
met Rudi Taal. Vertel me eens Rolf,
waarom ben jij toch zo gebeten op die
roodharige juffrouw?
Lk op haar gebeten? Ze is mijn
concurrent
Jawel.... maar je bent zo venij
nig. Ik vind je zo weinig sportief. Het
lijkt wel of je het als een persoonlijke
belediging beschouwt, dat zij je concur
rent is.
Roif Twijnders zweeg en keek wenk
brauwfronsend voor zich uit. Waarom
moest zijn vader nu over Rudi Taal be
ginnen, juist nu hij met zichzelf had uit
gemaakt, dat ze voor hem had afgedaan?
Lange tijd had hij gehoopt, dat eens de
barrière, die hen van elkaar scheidde,
gesloopt zou worden. En bij dat gesprek
in haar winkel, toen ze opeens zo ver
trouwelijk geworden waren, had hij
heel zeker geweten: zó kon het zijn tus
sen hen en zo moest het ook worden.
Maar toen was ze omgedraaid, grillig
en h">orihart!,g. 7.o had hem honend de
deur gewezen. Hij bedacht: toen al had
ze met Lastman samen gedaan. Ze had
dus al die tijd comedie gespeeld, hem
willen uithoren misschien of hij Last
man verdacht Zij, die hij altijd had
aangezien voor rond en eerlijk, ondanks
al haar lastige eigenschappen, die hem
meer vertederd dan geeggerd hadden.
En nu roerde zijn vader die pijnlijke
plek aan.
Juffrouw Taal laat me zo koud als
ijs zei hij iets te onverschillig.
Zijn vader zag hem aan en glimlachte.
Wat zit u nu te lachen zei Rolf
zijns ondanks eveneens lachend U
hebt een gezicht als een samenzweer
der. U denkt toch niet.
Jongen begon de oude heer
je moeder heb je nooit goed gekend,
maar voor mij was ze alles op aarde. Ik
heb haar achterna gelopen tot de rook
uit m'n schoenzolen sloeg. En ze wou ine
met. Ze was net zo'n eigenwijs kittig
persoontje als die kleine rossige, die
Rudi Taal. En ik herinner me nog hoe
ik mezelf vertelde, dat die Rietje Meu-
lenaars me niets, maar dan ook niets
schelen kon, dat ze naar de pomp kon
lopen, dat ze me koud liet als ijs.
Waarom vertelt u me dat? infor
meerde Rolf achterdochtig.
Och, zo maar, het schoot me op
eens te binnen antwoordde z'jn vader
en weer was die eigenaardige trek up
zijn gezicht.
Ik vertrouw u voor geen cent
constateerde Rolf
Misschien heb je daar wel gelijk
aan was het lachende antwoord.
Wat broedt u uit, vader7
Wil je het werkelijk weten?
Ja.
Ik denk, dat jij een oogje had op
Rudi Taal en dat ze niet te genaken
was. En dat je dat zó dwars zit, dat ze
je nu zo koud laat als ijs. Zoals je zegt.
Rolf zat een ogenoiik verslagen En
dan had hij nog wel eens gedacht, dat
de oude heer de laatste tijd een beetje
suffig werd. Plotseling nam hij een ce
stui t.
Vader zei hij u hebt gelijk.
Ik mocht Rudi Taal graag. Erg graag.
Ik heb haar gesproken, in Amsterdam.
En hier. Ik ben bij haar in de zaak ge
weest. Kom maar kijken, zei ze. U weet
wat er tussen zat
Ja, dat weet ik. Ik, of liever wat ik
gedaan heb, stond je in de weg. Wat ik
heb gedaan, daarvoor hoef ik me niet te
schamen, maar wel heb ik soijt, dat ie
mand er de dupe van geworden is, al
was dat met mijn bedoeling. Maar zou
juffrouw Taal daar werkelijk altijd ver
bitterd over blijven?
Soms dacht ik bekende Rolf, dat
ze alle moeite deed om haar haat in
stand te houden, uit vrees, dat ze zou
capituleren. Ik dacht, dat ze een te groot
hart had, om om zulk een reden hatelijk
en vijandig te blijven. Maar sinds ik
persoonlijk tot de overtuiging kwam,
dat ze met Lastman samenspande, sinds
ik ze zelf in Amsterdam betrapte, heb
ik gemerkt, dat ik me in haar vergist
heb. Ze is precies als Lastman, die ze de
bons gegeven heeft. Het doel heiligt de
middelen Die vrouw gaat over lijken
Nou, nou meesmuilde de oude
heer dat is me nogal wat.
Het lijkt wel of u het voor haar zit
op te nemen!
Nou ja.zei de ander weer.
In ieder geval, vader, ik wil m'n
tanden eens laten zien.
Je hebt nog een goed gebit con
stateerde zijn vader.
Jakkes, vader, kunt u nog niet een
ogenblikje ernstig zijn? Wat bezielt jou?
Ik wil die juffrouw Taal laten
merken, dat Twijnders niet ingeslapen
is. Ik wil haar de duimschroeven eens
aanzetten.
En de geschiedenis zich laten her
halen: de zaak Taal wéér eens door
Twijnders in de grond geboord?
Waarom niet? Haar tante was oud,
maar zij is jong. En ik zal m'n toevlucht
niet nemen tot haar valse practijken!
Jongen, jongen, wat ben je heet ge
bakerd. Ik voel er niets voor, dat jij zo
fel met die juffrouw Taal gaat concur
reren, er op of er onder. Dat is nooit
goed voor een zaak.
Vader, geloof me.
En daarenboven wil ik het niet
U wilt het met? En waarom?
Omdat mijn geld in die zaak zit.
De oude heer had het zo droogjes ge
zegd alsof hij constateerde, dat het mooi
weer was, en beijverde zich toen om het
puntje van z'n sigaar te knippen. Maar
onder die bezigheid gluurde hij naar
zijn zoon, die hem zat aan te staren als
was de hele zaak van Twijnders boven
hem ingestort.
Omdat. haperde hij.
Je bent toch met doof?
Nee, maar ik ben zeker gek. Ver
stond ik u goed, vader, hebt u, uw geld
in die zaak van ehvan haar gesto
ken?
Ja, dat zei ik je toch? De oude
heer hield aandachtig het vlammetje
voor de sigaar en pufte met kennelijk
genot de rook uit.
Toe vader smeekte Rolf zit u
zich toch niet zo aan te stellen. U zit me
opzettelijk te
Treiteren.
Ja, daar lijkt het wel op.
Wel nee jongen, ik heb alleen maar
een beetje plezier. En zoveel heb ik dat
met de laatste tijd.
Nee stemde Rolf toe, een beetje
vertederd. Maar tegelijk vlamde de
toornige verwondering weer op.
Vader, toe hul u niet in raadselen.
Wat hebt u met die juffrouw Taal?
Ik heb haar het geld voorgeschoten
dat ze Lastman terug moest betalen.
Achtduizend gulden. En je snapt toch
zeker wel, dat ik jou niet toesta, die
zaak te ruineren voor ik m'n achtdui
zend piek terug heb. De ogen van de
oude heer lachten vroljjk over de ver
baasde verwondering van de zoon.
Maar vader, hoe is dat mogelijk?
Ik kan me begrijpen, dat je vraagt.
Om mezelf te bevredigen. Om iets goed
te maken. Om vrede te stichten tussen
onze zaak en die wraakzuchtige juffer,
die vuur spuwde wanneer ze de naam
Twijnders hoorde.
(Wordt vervolgd).