VAL DA TWEEDE BLAD TEXELSE COURANT Wie verre reizen doet Ledenvergadering Katholieke Arbeidersbeweging V Kindje verkouden? Maandagavond Postzegelruilbeurs Het Nederlandsche JKoode Kruis Contact met Texelaars in West-Australië Familie Mechielsen is daar best tevreden Brandends pijn - vanuit de maag tot hoog ln Uw keel? ZATERDAG 24 OCTOBER 1953 De heer Th. Windt is thans districtsbe^tuurder van de Nederlandse R.K. Bond van Transportarbeiders. In 1943 had hij die functie nog niet: hij was toen een jonge man van 17 jaar, in het bezit van een Mulo-diploma en kon zich dus ver dienstelijk maken op een of ander kantoor of zo. De bezetters hadden echter een andere, in hun ogen nuttiger betrekking voor hem. Hun aanbieding ge schiedde in de beruchte vorm van razzia's en ook de jeugdige Theodorus werd in de kraag gepakt. Al zeer spoedig daarop had u hem ergens in Berlijn kunnen ontmoeten, als arbeider in dienst van de O.T., die zijn burgerpakje als „Liebcsgabe" aan de Duitsers uitdeelde en hemzelf in speciale O.T.-kleding stak. Theo werd, ofschoon hij geen uitgesproken joods uiterlijk bezit, met een joden ster gedecoreerd, welke hij naderhand toch maar heimelijk verwijderde. Die Berlijnse tijd duurde 6 weken, lang genoeg om te constateren, dat de sprietjes tussen de stenen daar toch ook niet je dat waren voor menselijke con sumptie! De heer Th. Windt wij hebben dat op de Dinsdagavond in Hotel De Zwaan gehouden ledenvergadering van de Katholieke Arbeidersbeweging, af deling Texel kunnen horen heeft tus sen 1943 en 1946 een heel stuk van de wereld gezien, echter niet het prettigste deel en ook niet onder de prettigste om standigheden: ruim twee oorlogsjaren zat hij achter het ijzeren gordijn. Wie verre reizen doet, zeker, en vooral als die reizen gedwongen zijn, als de mens in een wereld belandt, welke hem het praedicaat mens on/thoudt:: Nee, prettig is het niet, aldus spreker, om al die herinneringen wakker te roe pen en levendig te houden door de vele causerieën voor de K.A.B. en andere organisaties, maar hij beschouwt het ge ven van zijn relaas inzake zijn weder waardigheden in genoemde periode als een plicht. „Zijn persoonlijke belevenissen in Rusland". Een onderwerp, dat wel trek ken zou, dacht het bestuur van de K.A. B. en toen de voorzitter, de heer P. Smit, de avond dan ook opende, kon hij een flink bezette zaal welkom heten. Het speet hem, dat de geestelijke advi seur door ongesteldheid verstek moest laten gaan. „Van Berlijn naar Riga en toen al dieper Rusland in. Toen de trein stopte gingen we twee dagen lang te voet tot we het Ilmenmeer bereikten Daar eist de O.T. ons wederom op ten behoeve van de aanleg van een weg, dwars door een moeras. De weg was nauwelijks klaar of hij moest weer grondig worden vernield wegens de opmars der Russen. Erg jammer voor die weg, want hij had zweet gekost een ontzaglijke hitte kan daar bij zomerdag heersen en displezier aan de venijnige muskieten Daarop naar andere gebieden in Rus land om loopgraven aan te leggen tus sen de beide linies in. Tegen Kerstmis 1944 werden ze ingesloten in Kurland de Oostzee in de rug en het Russische front in het vizier. Negen maanden lang bleven ze in die hachelijke positie tot Mei 1945 de vrede bracht! Alom werden de proclamaties aangeplakt, vermelden de het einde van Hitler, de capitulatie. Het Kurlandleger echter zou tot het bittere einde blijven doorvechten na 4 dagen'gaven ook deze Duitsers er ech ter de brui aan. Vrede en vrijheid? Sta lin beloofde, dat wie kon aantonen, dat hij niet „fout" was peweest en uit een bevriend land afkomstig was geen haar gekrenkt zou worden. „Iedereen begeve zich op de grote wegen naar het zui den" aldus de proclamatie. Wie niet meeliep of in andere richting trok werd neergelegd Na 2 dagen tippelen kwamen ze in een concentratiekamp met 200,000 man. Er was eten noch drinken. Hier door ontstonden enorme vechtpartijen onderling, waarbij de Hollanders die veel van de Duitsers hadden geleerd de boventoon voerden. Op zekere dag werden we met 50 man in een wagon gestopt, welke stevig dichtgegrendeld werd. Enfin, Amster dam zou nu niet meer zo lang uit het gezicht blijven, maar wij kwamen na een treinreis van 12 dagen weer zon der eten of drinken in de buurt van Moskou terecht, waar wij opnieuw aan het wenk werden gezet. Vaklieden wa ren nogal in tel, die kregen betrekke lijk voldoende te eten en dus meldde ;k mij prompt als allround metselaar! In Orel brachten wij de barre winter door: het vroor er 40-45 graden, tientallen gingen daar het hoekje om, mede door tekort aan voedsel. Het was steeds de kunst om niet helemaal aan het einde van de rij op de slaap,,zaal" te liggen, want die vroren subiet het eerst dood In Januari 1946 gingen we weer op reis, nu in een wagon, die met geslo ten werd. Via Hongarije, Roemenië en nogmaals door Hongarije naar Oosten rijk waar een Hollandse missie ons ont ving. Via Zwitserland, Duitsland en België naar Eindhoven, waar men over prachtige karthoteken beschikte, waar uit kon blijken hoe je geweest was, goed of fout. Van de 20 man werden er 17 opgeborgen. Eind Juni kwam ik weer in mijn geboortestad Amsterdam aan. Toen beleefde ik de ergste nacht van mijn leven: overal had ik de communistische leuzen gezien Kiest Wagenaar, kiest Zeegers. Als je gezien hebt wat de ar beider in de Sovjet-Unie te verduren heeft en dan ontdekt dat ze hier die troep wilde binnenhalenIk zag hierin een verraad, bewust saboteren van arbeider tegen arbeider, een be wust willen binnenhalen van dat waar van de arbeider de betekenis niet eens kende. Dat was voor ons, die zoveel hadden gezien een verschrikkelijke er varing. Een onzer, die dit niet kon ver kroppen, raakte zover heen, dat hij in een inrichting voor geesteszieken te recht kwam Ik spreek hier en overal uit de vaste overtuiging, dat men niet ergens tegen moet zijn, maar zich ac tief te werpen heeft in de strijd tegen het communisme en daarbij heb ik al aardige successen geboekt. (Slot volgt). Dan rug, keel en borstje Inwrijven met w De gezellige avonden van huiselijke, intieme sfeer zijn weer in zicht en on tegenzeggelijk lenen ze zich bij uitstek tot het „postzegelen". Na de dagelijkse arbeid zijn daar dan weer onze albums en zegels, catalogus en maandblad, die weer rust en ont spanning geven. Iedere verzamelaar zal trachten zijn doubletten in nieuwe aan winsten voor zijn verzameling om te zetten. Om een ieder hiervoor ruim schoots gelegenheid te geven, worden er de komende winter wederom ruilavon- den georganiseerd. Het stemt de organi satoren tot grote voldoening, dat voor deze avonden steeds grotere belangstel ling blijkt te bestaan. Door deze groeien de interesse wordt het bestuur in de ge legenheid gesteld deze avonden aan trekkelijker te maken. Maandag 26 October a.s. zal voor dit seizoen de eerste ruilbeurs worden ge houden in Hotel De Graaf. Er wordt ge rekend o™ een flinke opkomst. Er zal o.a. worden nagegaan of er onder de le den eventueel voldoende belangstelling bestaat om zichtzendingen onder de verzamelaars te laten circuleren. Dit in het bijzonder voor die verzamelaars, die over weinig of geen ruilmateriaal be schikken en menen dat er voor hen op de ruilbeurs niet veel te halen is. Texel se phüatelisten die zich nog niet ails lid hebben opgegeven, kunnen dit alsnog doen bij de heer H. Gomes, Zwaanstraat 7, Den Burg en verder op de ruilavond. C. B. ESPERANTO GEDENKBANK TER ERE VAN DR ZAMENHOF Ter gelegenheid van het 50-jarig be staan van de Esperantogroep te Edin burgh (Engeland) werd een bank met bronzen gedenkplaat ter ere van Dr L. L. Zamenihof, de schepper van het Es peranto, overgedragen aan het gemeen tebestuur van de stad Edinburgh. De bank heeft een plaats gekregen op het trottoir van de Prinses Street, de hoofd straat van Edinburgh. DE KALKTOESTAND VAN ONZE CULTUURGRONDEN Met grote zorg gaan de landbouwla- boratoria voort de toestand van onze cultuurgronden nauwkeurig te bepalen. Men vergelijkt de situaties van diver se jaren, bepaalt voor- en achteruitgang en dient met de verkregen gegevens de voorlichting. Jaarlijks worden grond monsters onderzocht op hun kalkgehal te. Voortdurend blijkt, dat de helft van onze zand- dal- en veengronden niet voldoen aan de eisen die men ten aan zien van het kalkgehalte mag stellen. Tot welke grote productieverliezen deze ongunstige toestand aanleiding moest geven tonen al te vaak de proef velden aan. Een ander gebrek, dat zich gedurende de laatste 10 jaren voordoet is de behoefte aan magnesia. Terecht kent men daarom bizondere waarde toe aan kaLkmeststoffen, die magnesiumgehalte bezitten. De wijze waarop de aanwezige stoffen tot een meststof zijn gebonden, is ook van belang; zo kent men bv. magnesia-poe- derkalk, waarin de kalk in twee verbin- dingsvormen aanwezig is: als kalkhy- draat en als koolzure kalk. Deze vorm van samenstelling is voor de kalktoestand van de grond hierom zo belangrijk, omdat zij een volledige wer king verzekert en de meststof voor zwa re en lichtere gronden geschikt maakt; een fijne kalkmeststof zal de gewenste aanpassing van de zuurgraad zeer be vorderen. Het duidelijkst zal men echter de ver betering in de opbrengst kunnen con stateren. ZON, MAAN EN HOOG WATER De zon komt 24 Oct. op om 7,22; on der om 5,26. Maan: 29 Oct. L.K., 6 Nov. N.M. Hoog water ter rede van Texel: 24 Oct. 10,16 en 10,20. 25 Oct. 11,03 en 11,07. 26 Oct. 11,48 en 11,54. 27 Oct. 12,31 en 28 Oct. 0,51 en 1,22. 29 Oct. 1,50 en 2,11. 30 Oct. 2,50 en 3,09. Aan het strand is het ongeveer een uui eerder hoog water. Wij kennen allen het werk van Het Nederlandsche Roode Kruis. Het stond klaar bij het eerste alarm, toen het zee water westelijk N.-Brabant, de Zeeuw se en de Z.-Hollandse eilanden over stroomde. Het biedt thans in samenwer king met de Rode Kruisverenigingen uit andere landen weer hulp bij de huizen bouw in het watersnoodgebied, en ver strekt textiel en landbouwwerktuigen. En pas hebben wij weer gezien, dat Het Ned. Roode Kruis als éen van de eer sten de slachtoffers van de aardbevin gen op de Griekse eilanden te hulp kon snellen. Dat kon omdat het paraat was en daarom wil Het Ned. Roode Kruis ook steeds paraat blijven. Het is bij de watersnood wel heel dui delijk gebleken hoe dringend noodzake lijk de zgn. rampendepöts van Het Ned. Roode Kruis zijn. De bedden, dekens, la kens en slopen, die daarin waren opge slagen, hebben uitstekend dienst gedaan. Wij hebben ook gezien in Grieken land is datzelfde óók gebleken dat men voor een snelle hulpverlening heli copters nodig heeft. Om met achter te raken en om zo spoedig mogelijk "Cveer geheel paraat te zijn wil Het Ned. Roo de Kruis nog 40 a 50 rampendepöts in richten en, als het even kan, wil het ook nog een helicopter en parachutes kopen. Hulp aan mensen in nood kan nooit te vroeg komen! Voor al deze din gen is natuurlijk zeer veel geld nodig, maar als de verkoop van de postzegels en de briefkaarten meevalt, dan kan dat geld misschien uit de baten bij elkaar komen. Eens in de vijf jaar. Vroeger is in Nederland slechts één keer een serie postzegels ten bate van Het Nederlandsche Roode Kruis uitge geven. Dat was in 1927. Nu zal de PTT echter eens in de vijf jaar ten bate van deze instelling speciale zegels met toe slag verkopen. Dit is wel een zeer be langrijke beslissing, want in de regel zijn de Rode Kruiszegels alleen uitgege ven in tijden van oorlog of bij rampen. De eerste zegels ten bate van het Rode Kruis dateren uit de Wereldoorlog van 1914-1918. Abbessinie gaf in 1936 Rode Kruispostzegels uit, Spanje in 1938, Fin land in 1939. Weldadigheidszegels sinds 1897 Weldadigheidspostzegels werden het eerst uitgegeven in 1897, en wel door de posterijen van Engeland, Nieuw Zuid- Wales en Victoria. Dat was toen ter ge legenheid van het 60-jarig regeringsju bileum van koningin Victorie. De En gelse zegels waren toeslagzegels zonder frankeerwaarde. De opbrengst van de laatsten was bestemd voor de bouw van een tbc-sanatorum in Victoria. Rusland volgde in 1905 voor het eerst dit voor beeld. De Amsterdamse Vereniging tot be strijding der tuberculose deed in 1906 het voorstel in Nederland weldadig heidszegels te doen uitgeven. Ten bate van deze vereniging kwamen toen ze gels met het dubbele van de nominale waarde uit, die van 21 Dec.-3 Jan. 1907 verkrijgbaar waren. Prof. A. J. der Kin deren maakte het speciale ontwerp. Frankrijk nummer ccn. Frankrijk gaf het eerst een officiële zegel ten bate van het Rode Kruis uit. In September 1914 lieten de Franse pos terijen op de zegels van 10 centimes met de beeltenis van een zaaister, een rood kruis en de aanduiding van de toeslag- waarde (5 centimes) drukken. Kort daarna kwam een nieuwe zegel uit met dezelfde zaaister, doch met een niéuwe tekst. Frankrijk heeft gedurende de 2 wereldoorlogen in totaal zes zegels ten bate van zijn Rode Kruis uitgegeven. Op de speciale zegels kwamen nog niet di rect voorstellingen voor, die betrekking hadden op het werk van het Rode Kruis. Een van de mooiste zegels is de Spaan se zegel van 1938. Hierop ziet men een Rode Kruis-hel- per en een helpster, die een gewonde wegdragen. Op de speciale zegels ko men verder veelvuldig de portretten van Henni Dunant, de stichter van het Rode Kruis, van Florence Nightingale en van Clara Barton, de oprichtster van het Amerikaanse Rode Kruis voor. Ontwerp van jonge kunstenaars De Nederlandse serie van 1927 is uit gegeven ter gelegenheid van het 60-ja- rig bestaan van Het Ned. Roode Kruis. De vijf zegels droegen portretten van Koning Willem III, Koningin Emma, Koningin Wilhelmina en Prins Hen drik. De ontwerpen waren van Mevr. Reitsma-Valenca en mej. Debora Duy- vis. Lion Cachet ontwierp de vijfde ze gel in deze serie, die een symbolische voorstelling droeg. Het zegelbeeld van een serie uit 1949 ten bate van het Nederlandsche Roode Kruis, de Stichting Nederland Helot In- dië en de Niwin, naar een ontwerp van Ghristiaan de Maar, vertoont een blan ke en een bruine hand, die naar een zon nebloem reiken. De huidige serie bestaat uit vijf ze gels. De waarden zijn 2 cent (plus 3 cent toeslag), 6 (plus 4), 7 (plus 5), 10 (plus 5) en 25 (plus 8) cent. De eerste en de laatste zijn ontworpen door P. Wetse- laar. Zij vertonen een schild met rood kruis en Rode-Kruisvlaggen. De andere zegels zijn ontworpen door F. Montens, evenals Wetselaar, 'n ionge kunstenaar. Zij vervulden hun eerste opdracht voor een zegelontwerp. De kleuren van de zegels zijn resp. sepia, donker violet grijs-groen, groenrood en staalblauw. „Toen wij weggingen van Texel gaf een nicht aan de kinderen elk een si naasappel. Dat vonden ze geweldig, want dat kon er bij ons nooit af, hoor. En nou vragen ze elke dag: „mom, what for fruit heb je?". Mevrouw Meohielsen- Verstegen zwijgt en kijkt met een kin derlijk gelukkige glimlach naar de volle schaal met Australische citroenen op het Hollandse dressoirtje. En het wordt even heel stil in het kleine, povere hok je van asbest, hout en glas, dat nu nog haar huis is. „Steek die sigaar toch op, man. Ik heb 'm er expres voor gekocht", zegt landarbeider Damstra uit Marrum stun telig en hij houdt ons een Hollandse si gaar voor, die hem 43 centen heeft ge kost in de winkel in Perth. „Zie je, dat is nou voor 't eerst in m'n leven, dat ik zo maar een sigaar kan weggeven". Eerste tijd hard werken! Twee opmerkingen van twee verschil lende emigranten, die wij tijdens ons korte verblijf in West-Australië en zijn hoofdstad Perth ontmoetten. Twee heel eenvoudige bewijzen van materiële vooruitgang, die onmiddellijk al na een eerste kennismaking met leven en wer ken van de bijna 10,000 Nederlanders in deze geweldig grote en dunbevolkte staat het duizendkoppige probleem van de emigratie onweerstaanbaar oproepen. Want zijn dit nu twee voorbeelden van wat de deskundigen geslaagde emigran ten noemen, omdat zij zelif zo zonder enige grootspraak hun materiële voor uitgang kunnen constateren in van die kleine dingen uit 't dagelijks leven? Ja, menen zij zelf Ja, zegt ook de emigra tie-ambtenaar in Perth en hij belast dit probleem, dat reeds bij de allereerste confrontatie zo bijzonder -ingewikkeld en uiterst teer blijkt te zijn met de fraai klinkende slagzin „Er zijn hier geen mislukte emigranten, hoogstens mislukte mensen". Uit de eerste gesprekken is ons ech ter gebleken, dat men de zaak zeker niet zo simpel stellen mag. Tienduizenden Nederlanders wonen in West-Australië, dat ruim 80 maal Nederland is, dat slechts 600,000 inwoners heeft, van wie meer dan de helft in het uitgestrekte bungalowstadje Perth woont en dat daar in het uiterste Westen ligt, afgeslo ten van de rest van de „oommonwealth" door de ontzagwekkende woestijnen. In derdaad moeten er slechts weinigen zijn onder die Nederlanders, die hier even als de Duitse, Italiaanse, Hongaarse, Slavische en Poolse emigranten „new Australians" heten (doch samen met de Duitsers ongetwijfeld de beste naam hebben), die niet wekelijks het benodig de aantal Australische ponden verdienen om op behoorlijke wijze zich te kunnen voeden en kleden. Maar zijn zij daarom zonder meer geslaagden te noemen? Waarlijk niet en zij zelf zijn de eersten cm dat met merkwaardig veel nadruk te vertellen. Kan men de moeder mislukt noemen, die zeven maanden met vier kinderen in een heel kleine caravan heeft moeten wonen? Die elke avond haar kinderen in boven elkaar gestapelde beiden zag klauteren, het gordijn dichttrok en dan heel stil op enkele centimeters afstand van die slaapetage aan tafel ging zitten, terwijl haar man eigens in de wilde bu9h, honderden mijlen verderop, zware, moeilijke dagen maakte om toch maar ponden te verdienen, die nodig zijn om uit dat bittere bestaan vandaan omhoog te komen? Ja, kan men zo'n moeder mis lukt noemen, wanneer zij op een gege ven cgenblik niet meer op kan tegen het heimwee, de ontberingen, het brute le ven, de vreemde omgeving, de eenzaam heid en dan terug wil naar Nederland? Mevrouw Mechielsen is nu een jaar daar in Queenspaik bij Perth en zij heeft het volgehouden. Zij woont met haar vier kinderen van 13, 10 8 en 7 jaar in het begin van een eigen huis, dat haar man die ver weg in de bush als bouwvakar beider 125 gulden per 5 dagen verdient, in zijn vrije tijd bouwt. De tijd van de caravan is vergeten en het stille eiland Texel, waar zij geboren werd, trouwde en kinderen kreeg, lijkt nog maar een droom. Nog nooit was zij van haar ei land weggeweest toen zij ruim een jaar geleden met man en kinderen op de boot stapte. Een trein had ze nog nooit ge zien (,,cn nou stap ik zo maar in dc trein naar Perth, dat vind ik het won derlijkste van alles") en nu zit zij hier weer op een eiland. Maar dat is dan bij na 8 millioen vierkante km. groot en wordt bevolkt door zo'n 8 millioen Au straliërs en meer dan 115 millioen scha pen. „Mijn man was op Texel truck chauf feur en verdiende 52 gulden per week. Dat was een goeie betrekking, maar we kwamen nooit vooruit. Geen cent hiel den we over. Ach, toen dachten we dat het hier beter zou zijn en hoewel het le ven hier duurder is schieten we lang zaam op. De eerste tijd was vreselijk, maar wat zijn zes maanden op een men senleven? Wij zullen ons hele leven nog wel hard moeten werken, maar onze kinderen, die krijgen het beter, meneer. Da's vast". Buiten speelt haar oudste zoon Ko met Pepie Glorie, jongste kleuter van de emigrantenburen. Hij is op de Austra- lisohe school, mag van vader voor mar conist gaan leren en vermengt zijn zan gerig Noordhollands al met Engelse woorden. „Ja, d'r staan hier puur wat hokken, hoor", zegt hij en geeft daarbij een treffende beschrijving van deze emigrantenbuurt. Een paar jaar geleden moeten hier nog de palmen gestaan heb ben, kropen de slangen door het taaie gras en vertrapten de kangeroes bij het vallen van de avond de duizenden bloe men, die in de lente dit wonderlijke Bij geëmigreerde Texelaars Zijn eerste van een reeks ar tikelen over Australië wijdde een verslaggever van het dag blad „Trouw' aan zijn ontmoe ting met de familie J. Mechiel sen-Verstegen, die vorig jaar van Texel zijn geëmigreerd en daar, blijkens deze bijdrage, goed boe ren. Wij vonden het interessant genoeg om in zijn geheel over te nemen, zonder commentaar, of schoon daar wel enige aanleiding toe bestaat! land tot een sprookje maken. Nu is de bush opgegaan in allemaal lapjes vlakke grond en op al die „lots" staat dan zo'n hok. Bij sommigen een vervallen hut of schuur, bij anderen, zoals bij Mechielsen het begin van een echt huis. Van de kinderbijslag betaalde moeder Mechielsen het lapje grond af^en in middels werd elke cent opzij gelegd voor bouwmaterialen. Want dat is hier de weg van de doorsnee-emigrant. Hij werkt, werkt en werkt. Hij rookt niet, ontzegt zich alles, om zo spoedig moge lijk met een handboek naast zich te kun nen beginnen aan de bouw van een ei gen huis. Door de ontstellende woning nood is dat vooral hier in West-Austra lië, waar voor met-kieskeurige mensen werk in overvloed is, het grootste be- ginprobleem. Samen met twee vrienden zette va der Mechielsen dit eerste stuk van zijn woning op. Het is klein en benauwd, geen wonder, want zal het slechts de serre zijn van de bungalow, die hier het meest voorkomende woningtype is. Naar onze smaak weinig solide: het keiharde rode Jarrahout, asbest, glas en zink zijn de materialen. Doch het verrukkelijke klimaat het is nu lente laat ciit toe. „Het heeft van de winter wel eens ingeregend, maar nou ja Zodra we geld hebben gaan we weer verder en koud is het hier nooit. Alleen 's avonds maak ten we de kachel aan", zegt mevrouw Meahielsen in haar kleine woonkamer tje. ..We zijn met 150 gulden begonnen en nou hebben we al dit. Ik had op Texel een mooi huis, maar hier ben ik veel gelukkiger mee". Rustig en zelfverzekerd is deze vrouw in dit vreemde land. Een half jaar heeft zij gewerkt om wat van de taal te leren, 's Zondags gaat ze 's morgens naar de Reformed Church en luistert naar de Nederlandse preek van Ds Van Wilgen burg. Maar 's middags zit zij tussen de Australiërs in de Congregational Church en volgt met een Nederlandse bijbel voor zich de dienst. „De eerste keer ver stond ik alleen „amen", glimlacht zij verlegen, „maar zoals alles hier, gaat het steeds beter". Ja, beter, omdat zij en haar man de kracht hebben gehad en nog steeds heb ben om dit ondraaglijk harde leven in een overigens angstig zorgeloos land vol te houden. Zij heeft de primitieve cara van geestelijk overleefd en is nu al blij met dat benauwde stukje huis, dat zij haar eigendom mag noemen. Alles, maar dan ook alles heeft zij zich moeten ont zeggen cm zever te komen en dat iS waarlijk nog niet bijster ver. Dat weet zij ook wel, deze nuchtere Hollandse vrouw. Maar nog iarenlang zal zij zich alles blijven ontzeggen om dat huis ge reed te krijgen. Om het ingericht te krijgen, de studie van haar kinderen te betalen en dan.... Wij weten daar nu nog geen antwoord op. Alle antwoorden lijken trouwens in hoge mate afhankelijk van individuele omstandigheden Emigratie is niet, zo als sommigen menen, een massaproduc tie van landverhuizers. Dat heeft een eerste ontmoeting met het wijde land rond de Swanrivier, zo genoemd door de Nederlandse ontdekker Willem de Vla- mingh, vanwege de nu bijna geheel ver dwenen zwarte zwanen, ons wel ge leerd. HET TERSCIIELLINGER TONEELLEVEN Een bewoner van Terschelling schreef in de Harlinger Crt. o.a.: Het lijkt mij niet ondiensiig op te merken, dat de toneelvoorstellingen be ter tot hun recht zouden komen, indien dc vertolking der stukken niet steeds Hoor dezelfde personen plaats had. Ook le leiding moet niet steeds in dezelfde handen. Zij worde ook eens aan andoren toevertrouwd, waardoor wordt bereikt, dat het kleine vriendenkringetje wordt doorbroken. Het is niet prettig, zoals bv. in de afgelopen winter geschiedde in „Ons Huis", dat in drie toneelavonden steeds weer dezelfde personen optraden. Ook wat de verdeling der hoofdrollen betreft, dient voor afwisseling te wor den gezorgd. Zou het werkelijk niet mo gelijk zijn het zo te regelen, dat één persoon voor een bepaalde uitvoering werd gekozen en verder niet werd las tig gevallen? Het zou ook voor het ge zin goed zijn, wanneer de man of de vrouw niet steeds uithuizig is. Een of twee Rennies blussen die pijn dadelijk! Een kwestie van een of twee minuten. Houdt altijd een paar Rennies bij de hand. Ze zijn stuk voor stuk hy giënisch verpakt en water of wat ook komt er niet aan te pas. Gewoon laten smelten op de tong en.ze zijn nog smakelijk ook. BIJ KEELPIJN PASTI LLE S DE°I AOHtI VALDAMILD

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1953 | | pagina 4