Oosterend in actie voor
eigen haven
De heer P. Bakker, Dijkgraaf Dertig Gem.
Polders, op 66-jarige leeftijd overleden
Afd. De Cocksdorp
kwam
Mosselvisserij
der V.V.V. Texel
bijeen
Eind vorige eeuw:
Na een kortstondige ziekte is de heer
P. Bakker Azn., Dijkgraaf van het Wa
terschap De Dertig Gemeenschappelijke
Polders Zaterdag in de ouderdom van
bijna 67 jaar overleden.
Zijn heengaan betekent een groot ver
lies voor ons eiland, waar De Dertig
Polders, een belangrijk deel van Texel
vormend, in hem een bekwaam en voor
uitstrevend Dijkgraaf bezaten.
Op 17 Januari 1946 werd de heer
Bakker voor het eerst tot Dijkgraaf be
noemd, waarna in December jl. zijn her
benoeming plaats had.
Voor hij deze functie aanvaardde,
maakte de heer Bakker reeds sinds 1934
deel uit van het Dagelijks Bestuur van
De Dertig Polders: op 19 December van
dat jaar werd hij namelijk gekozen tot
Heemraad, nadat hij vanaf 14 Januari
1922 als Hoofdingeland zijn beste krach
ten aan dit waterschap had gegeven.
De foto brengt een belangrijke datum
in de herinnering: de dag waarop H.
M. de Koningin naar Texel kwam
(Febr. 1953) om de gevolgen van de dijk
doorbraak en de vele andere ernstige
beschadigingen aan de dijken in ogen
schouw te nemen. De heer Bakker was
ter begroeting aanwezig, toen H.M.
Oudeschild arriveerde. Op de foto ziet U
de heer Bakker links van H.M. de Ko
ningin.
De ongekend hevige storm van Febr.
1953 bracht grote schade toe; ook aan
de dijk van de Dertig Polders. Verbete
ring van de zeewering was een der
zorgen van het Waterschap. Naast de
zeewering had de wegenverbetering de
grote aandacht: na de oorlog verkeerden
de wegen in zeer slechte toestand er
grote bedragen zijn dan ook uitgetrok
ken voor het herstel. Tijdens het voor
zitterschap van de heer Bakker zijn na
genoeg alle bestaande geasfalteerde we
gen aangelegd, 't Waterschap bezit mo
menteel rond 60 km geasfalteerde we
gen. Zijn vooruitstrevendheid toonde de
heer Bakker ook bij de beslissing inzake
de stichting der gemalen en zo kon
den in 1940, zowel het gemaal van De
Schans als dat van Dijkmanshuizen in
werking worden gesteld.
Behalve Dijkgraaf van de Dertig
Polders vervulde de heer Bakker enige
jaren de functie van voorzitter van
polder Het Burger Nieuwland, terWijl
hij ook enige tijd bestuurslid van de
Stichting Lager Landbouwonderwijs op
Texel is geweest.
Op 25 Februari zou de heer Bakker
zijn 67ste jaar hebben bereikt. Het be
richt van zijn plotseling heengaan ij
door allen, die met hem samengewerkt
hebben, met leedwezen vernomen: de
GOED NIEUWS VOOR DEN HOORN
Op 10 Februari a.s. zal door B. en W.
de bouw van een lagere school annex
kleuterschool te Den Hoorn worden aan
besteed. (Zie adv.)
ALS OOK DE NOORDELIJKE
ZEEGATEN AFGESLOTEN ZIJN
De uitvoering van het Delta-plan zal
het landverkeer in het Zuidwesten van
Nederland aanmerkelijk verbeteren en
intensiever doen worden. Er dient voor
gezorgd te worden, dat de scheepvaart
zo weinig mogelijk hinderpalen in de
weg wordt gelegd. De landaanwinning
heeft slechts een geringe omvang. Van
veel meer belang voor land- en tuin
bouw is de vorming van een zoetwater
bassin, al zal het Zeeuwse meer niet
groot zijn. Het Delta-plan kan in 16 a
1" jaar zijn uitgevoerd.
Dit deelde Prof. Ir. J. T. Thijsse, di
recteur van het Waterloopkundig Labo
ratorium te Delft, mede op de Voorlich
tingsdag, die de Nederlandse Tuinbouw-
raad Donderdag 20 Januari heeft geor
ganiseerd in de Dierentuin te Den Haag.
Het IJsselmeer en het te vormen
Zeeuwse meer zullen echter niet geheel
in de behoefte aan zoetwater kunnen
voorzien. Dit zal pas het geval zijn als
ook de Noordelijke zeegaten afgesloten
zullen zijn en een Waddenmeer is ont
staan. Reeds vroeger heeft men aan af
sluiting van deze zeegaten gedacht, doch
toen was de techniek nog niet ver ge
noeg. Thans - aldus spreker - is het
technisch mogelijk en economisch ver
antwoord. Het Waddenmeer zal met
zoetwater gevuld moeten worden door
het water van de Rijn naar het Noorden
te stuwen. Dit zal eerst mogelijk zijn,
nadat de Waal gekanaliseerd zal zijn.
Uit de dan bestaande bestaande bas
sins, t.w. het Zeeuwse meer, IJsselmeer
en Waddenmeer zal het zoete water ge
bracht moeten worden naar plaatsen
waar land- en tuinbouw het nodig heb
ben. De bestaande waterwegen zijn
daartoe evenwel onvoldoende, zodat op
dit gebied voorzieningen moeten wor
den getroffen.
heer Bakker toch onderscheidde zich als
een man, wiens helder oordeel, wiens
zakelijke manier van handelen en de
kalmte en bezadigdheid, welke zijn op
treden kenmerkte, algemeen respect en
achting inboezemden.
Het verlies treft ten aanzien van de
Texelse belangen in de eerste plaats De
Dertig Polders, die in hem een Dijkgraaf
bezaten, die getoond heeft zich ten alle
tijde volkomen bewust te zijn van de
grote verantwoordelijkheid, welke deze
positie met zich brengt. Het zal moeilijk
zijn een opvolger met gelijke bekwaam
heden te vinden.
DE WAAL ZORGT VOOR EEN
DORPSHUIS
Dank zij de vrijwillige medewerking
van de bevolking, zal De Waal binnen
kort een dorpshuis rijk zijn. De oude
school had tot voor kort geen bestem
ming gevonden. Op initiatief van het
hoofd der school, de heer G. Snoeij,
wordt thans druk gewerkt om het oude
gebouw als dorpshuis in te richten.
In de avonduren en vrije Zaterdag
middagen heerst er een grote bedrijvig
heid. Er wordt gesloopt, getimmerd en
geschilderd en als alles naar wens gaat,
wordt in Februari het dorpshuis, waar
aan ook verschillende vakmensen belan
geloos meewerken, geopend.
De toneelgroep repeteert flink en zal
de eerste opvoering in eigen huis geven
van het blijspel „De Emigrant", ge
schreven door het hoofd der school.
Voor De Waal zal het bezit van een
dorpshuis een grote vooruitgang zijn en
wij hopen, dat het verenigingsleven zal
opbloeien.
NAAR DE CURSUS
Werd de eerste lesavond in het Dorps
huis te Den Burg bijgewoond door 45
bromfietsrijders, Maandagavond was het
aantal belangstellenden uitgegroeid tot
over de honderd. Het is verheugend, dat
voor dit onderwerp zoveel belangstel
ling bestaat.
Nieuwe cursisten kunnen voor Den
Burg niet meer worden aangenomen,
wel nog voor Oosterend, waar Donder
dagavond a.s. de tweede lesavond zal
worden gegeven.
Het ligt in de bedoeling om nog dit
seizoen ook voor De Cocksdorp, Den
Hoorn en Oudeschild een bromfietscur
sus te organiseren. Wie hieraan wensen
deel te nemen, gelieven dit omgaand per
briefkaart op te geven aan de Groeps
commandant van de Rijkspolitie, p.a. Dr
Jac. P. Thijssestraat, Den Burg. Bij deze
aanmelding gaarne naam en adres.
Vrijdagavond werd in Theehuis v.h. „De
Molen" de ledenvergadering gehouden
van de afdeling De Cocksdorp der WV
Texel. Na opening door de voorzitter, de
heer J. Kikkert, werd een bestuursver
kiezing gehouden. Mevr. Boon-Verberg
en de heer C. A. Hapke, die aftraden
maar zich herkiesbaar stelden, ^werden
bij de eerste stemming herkozen. De
heer E. Hooijberg, die zijn functie als
bestuurslid neerlegde, werd opgevolgd
door de heer Jb van Heerwaarden. Aan
gezien de heer E. Hooijberg voor deze
afdeling tevens zitting heeft in het
Hoofdbestuur en zich daarvoor evenmin
herkiesbaar zal stellen, 'moést uit de le
den een nieuwe afgevaardigde worden
benoemd. In deze functie werd benoemd
mevr. De Braven-Jorna.
Vervolgens gaf de directeur, de heer
J. C. Quint, een overzicht over het af
gelopen seizoen en een indruk van de
(slot)
De heer Egas:
Ik geloof, dat het goed is om, hangen
de de afsluitingsplannen, de zaak niet
te forceren. Niettemin zou ik willen op
merken, dat de mosselvisserij op de
Waddenzee steeds toeneemt en dat men
niet kan voorbijzien, dat, waar de mos
selvisserij met succes wordt bedreven
door de vissers uit het zuiden, de vis
sers, die op de Waddenzee werken en
die door deze mosselvisserij hun moge
lijkheden enigermate beperkt zien, grote
belangstelling voor deze zaak hebben.
Zonder daaraan toe te geven, meen ik,
dat het gehele vraagstuk van de verde
ling van de mosselgronden en alles, wat
daarmee samenhangt, mede in het ka
der van de komende afsluiting uitdruk
kelijk goed zal moeten worden bekeken.
Ik geloof, dat er ten aanzien van een
beperkte groep vissers rond de Wadden
zee aanleiding zou zijn, te overwegen,
ook hun enige mogelijkheden op dit
terrein te geven.
Gaarne sluit ik mij aan bij de leden,
die hebben gepleit voor een omvangrij
ke controle op de vaartuigen, gebruikt
bij de mosselvisserij op de Waddenzee.
Ik heb de indruk, dat dit wel nodig is.
De heer Lemaire:
Een grote kwestie met betrekking tot
de toekomst van onze visserij betreft de
mossel- en oesterteelt in de Zeeuwse en
Zuidhollandse wateren, die met vernie
tiging bedreigd wordt door de plannen
tot het afsluiten van de zeegaten. De
belangen, die hierbij op het spel staan,
betreffen niet alleen de bedrijven, maar
raken de economische situatie van de
betrokken gebieden als geheel genomen.
De kwestie heeft dus vergaande socio
logische gevolgen. De Deltacommissie
heeft zich bereid getoond alle aandacht
te besteden aan de mogelijkheden, de
oester- en mosselcultuur te behouden.
Maar hiermede zullen de verdergaande
economische en sociologische consequen
ties - gesteld, dat de mogelijkheden tot
behoud van de oestercultuur worden
gevonden - nimmer vermeden kunnen
worden.
Ik weet, dat het praematuur is, deze
zaak grondig te behandelen; de behan
deling van de z.g. Deltaplannen zal
moeten worden afgewacht; ik weet ook,
dat uiteindelijk alle nadruk zal moeten
vallen op de waterstaatkundige argu
menten en daarom de Minister van Ver
keer en Waterstaat het eerst geroepen
is voor de gedachtenwisseling met de
Kamer. Dit alles neemt evenwel niet
weg, dat het tot de zorg van de Minister
aan de Regeringstafel behoort reeds in
dit stadium van studie inzake de Delta
plannen te overwegen in hoeverre de
belangen van de mossel- en oestercul-
tuur in de Zeeuwse wateren gewicht in
de schaal leggen. Dit leidt er m.i. toe,
dat de aandacht gevestigd moet worden
verwachtingen en plannen ten aanzien
van het komende seizoen.
In de rondvraag werd ter sprake
bracht, dat in verschillende bladen de
stand van zaken t.o.v. het overstro
mingsgevaar overdreven waren voorge
steld. i(*) De directeur merkte op, dat
overdreven persberichten inderdaad het
gevaar met zich kunnen brengen, dat
het publiek een onjuiste indruk krijgt
van de werkelijke stand van zaken en
daardoor de vacantie-plannen ongunstig
kunnen worden beïnvloed t.a.v. Texel
als vacantieoord, doch het grote aantal
■aanvragen van de laatste weken bewijst
wel, dat deze vrees niet gerechtvaar
digd schijnt te zijn en bovendien merkte
spreker op, dat aan de andere kant de
publicaties over de vuurtoren er stellig
toe zouden leiden, dat velen komend
seizoen expres- eerwkijkje bij de vuur
toren willëri'g'Jah nemen.
Opnieuw werd aan het bestuur ver
zocht bij de N.V. TESO een betere ver
binding met De Cocksdorp te bepleiten.
Naar aanleiding van opmerkingen, wel
ke hem daarover hadden bereikt, vroeg
de voorzitter of het wenselijk geacht
werd het verkeersbureau naar het cen
trum van het dorp te verplaatsen. Het
bleek evenwel dat de meerderheid der
vergadering zich uitsprak voor de hand
having van de bestaande standplaats bij
het Theehuis.
Inderdaad schijnen de merkwaar
digste berichten te zijn verspreid. Een
weekblad meldde, dat er jammer ge
noeg foutieve berichten waren afge
drukt, maar dat „op Texel alleen maai
de Eendrachtpolder overstroomde". Een
dagblad had zijn correspondent reeds de
situatie waarin de Ruige Dijk verkeert
aan een onderzoek laten onderwerpen.
„Door konijnenholen verzwakt", had hij
bericht. En verder: „de gevolgen waren
niet te overzien geweest, als de dijk van
de Eendrachtpolder was doorgebroken".
Ja, zulke berichten doen Texel geen
goed.
op een bepaald aspect, de kwestie met
name of een waterstaatkundige oplos
sing mogelijk is, waardoor de bedoelde
oester- en mosselcultuur, daar waar zij
bestaat en bloeit, kan worden behouden.
Door die vraag van aanpassing van de
Deltaplannen aan de visserij belangen
reeds nu aan de orde te stellen, kan -
onverschillig de uitkomsten van de
vraagstelling - bij de beslissing over die
plannen verzekerd zijn, dat ook ge
noemd aspect t.a.v. de visserij ampel is
overwogen.
Over de mosselcultuur sprekend,
Mijnheer de Voorzitter, wil ik de aan
dacht van de Minister vestigen op de
aan de Kamercommissie voor de Visse
rij gerichte brief van de Vissers-Vere
niging „Yerseke" d.d. 20 November jl.,
waardoor voor de Kamer de vraag rijst
of ter bestrijding van het kwaad van
de mosselparasiet in de Waddenzee de
Visserij-inspectie aldaar wel voldoende
intensief kan zijn; zij wordt slechts uit
geoefend met twee schepen, waarvan
wellicht één zal uitvallen. Ik kan dit
geen prettige situatie vinden.
De heer Mansholt, Minister van Land
bouw, Visserij en Voedselvoorziening:
Er is uitvoerig gesproken over de
mosselkwekerij op de Wadden en de
moeilijkheden van de mosselvisserij,
vooral ook met het oog op de toekomst
in Zeeland. Er wordt een goed toezicht
gehouden op de mosselkwekerij op de
Wadden. Het is mij niet bekend, dat
hier grote fricties zijn. Ik zal mij daar
van echter op de hoogte stellen. Indien
de geachte afgevaardigde de heer Van
der Zaal meent, dat de inspectie op de
Wadden en het toezicht op de mossel
kwekerij onvoldoende kunnen worden
uitgeoefend door gebrek aan controle-
vaartuigen, dan geloof ik, dat hij daar
in gelijk heeft. Het is inderdaad zo, dat
Het middelste pand,|
waarin thans de krui-|
denierszaak van del
heer E. Medema isf
gevestigd, Kerkplein|
16, Oosterend, droeg
een halve eeuw
leden de naam „Het
Wapen van Texel'
Men kon daar een
borrel kopen en te
vens was er een flin
ke danszaal. In Oos-
terend vertelde men
ons, dat een gods
dienstonderwijzer
de heer van Zweden
- de jeugd in diverse
verenigingen wist te
organiseren en hun
andere ontspanningjT
bood, waardoor Oos
terend geen twee ca
fe's meer 'n bloeiend
bedrijf kon verzeke
ren. „Het Wapen van
Texel" verdween
Op 31 Mei 1892 nam de Vereniging ter bevordering van de Nederl. Visserij 'n
motie aan, waarin zij de wenselijkheid van een haven bij Oosterend betoogde.
Dit gaf de Oosterender en Ooster vissers natuurlijk weer nieuwe moed, maar
hun niet alleen: Op 5 Aug. 1892 besloot de raad met algemene stemmen pogin
gen aan te wenden tot het verkrijgen van een rijkshaven te Oosterend en dat
de gemeente Texel voor dit doel zou bijdragen de som van f 10.000,
Bij de behandeling van de Staatsbe- zoekschrift tot de Koningin-Regentes
om steun voor de tot standkoming van
groting 1893 verklaarde de minister van
W. H. en N. echter geen aanleiding te
zien de aanleg van een haven bij Ooster
end te bevorderen. Wat zullen ze in
Oosterend op die Minister hebben afge
geven. C. Mossel en P. Burger trekken
er op uit en bezoeken zomer 1894 ver
schillende autoriteiten te Den Haag,
Haarlem en Amsterdam. Van vele zijden
is medewerking te verwachten. „De
aanhouder wint" zo redeneert men
hoopvol.
Op 12 Oct. 1894 deelt de voorzitter de
raad mede, dat de minister de aanleg--
kosten voor een haven te Oosterend op
f 175.000,schat. Wanneer de gemeente
daarvan f 15.000,betaalt en de pro
vincie f 25.000,is het aandeel voor
het Rijk zelf nog te groot. Bij gunstiger
voorstel scheen Zijne Excellentie echter
niet ongenegen hulp te verlenen.
Demp de put
25 Maart 1895 meldt de Oosterender
correspondent van ons blad:
„De noodzakelijkheid tot het aanleg
gen van een haven bij de Oostkaap is
wederom gebleken. Enige tjalken en
blazerschuiten lagen vertuid achter
Oost en Nieuweschild, doch door de
storm sloeg een schuit van haar ankers.
Kordate vissers zeilden het vaartuig
achterna en wisten het te behouden.
Moge de regering toch de put dempen
alvorens het kalf, of misschien wel de
koe verdrinkt.
In de. op 21 Mei 1895 gehouden, ver
gadering van de afd. Oosterend op
Texel van de Ver. tot bevordering van
de Ned. Visserij werd medegedeeld, dat
de heren Mossel en Brouwer op audiën
tie waren geweest bij de Minister van
Watei-staat. De Minister, aldus de mede
deling, heeft aan de Prov. Staten van
NH aangeboden de helft der begrotings
som tot aanleg ener haven bij de Kaap
op de Staatsbegroting te willen plaatsen
onder voorwaarde, dat de Prov. Staten
het resterende gedeelte zullen beschik
baar stellen. Deze tijding, zo staat er,
werd met blijdschap vernomen. Nog
werd medegedeeld, dat thans ook op den
steun gerekend mag worden van het
Dijkbestuur. Na voorlezing van een re
quest, dat de Minister zal worden aan
geboden, werd de vergadering besloten.
Ook in de Raad van 27 Juni 1895
kwam het plan haven Oosterend weer
ter sprake. Nu deed het bestuur der
Ver. tot Bev. der Ned. Visserij, afdeling
de zozeer gewenste vissershaven t,e Oos
terend.
Wéér mis
8 November 1895 namen de Prov.
Staten een voor Oosterend zwart be
sluit: Het verzoek tot ondersteuning
van de provincie voor de aanleg van de
haven werd nl. afgewezen. Inmiddels
werd door enige leden van de Tweede
Kamer opnieuw aangedrongen op het
maken van de haven.
ALS HET ALARMSIGNAAL
WEERKLINKT
Volgens de bestaande artikelen 200
e.v. van de „Algemene Politieverorde
ning der gemeente Texel" kunnen de
mannelijke inwoners der gemeente tus
sen de 18- en 50-jarige leeftijd onder
paeqr tijdelijk worden opgeroepen tot
doen van persoonlijke diensten:
1. ter voorkoming en blussing van
brand;
2. ter beproeving van brandblusmid-
delen. Aldus schrijven B. en W. aan de
Raad. Zij vervolgen:
Het komt ons voor, dat, deze artikelen
niet meer op'de huidige tijd zijn afge
stemd. Voor een doelmatige brandbe
strijding is het beschikbaar zijn van een
groot aantal mensen in de huidige tijds
omstandigheden niet meêr:,.in die mate
van belang, als zulks in vroeger jaren -
bij een gebrekkiger inrichting van de
'brandweer - het geval was..
Veeleer valt thans de nadruk op de
aanwezigheid van doeltreffend brand-
weermaterieel, te bedienen door goed
igéoefende brandweerkernen.
De door U vastgestelde verordening,
betreffende de organisatie en het beheer
-van de gemeentelijke brandweer, be
oogt ter zake minimum-eisen te stellen,
waardoor de aanwezigheid van een goed
uitgeruste en goed geoefende brandweer
gewaarborgd wordt.
Waar bovendien de praktijk uitwijst,
dat bij brand meer vrijwillige krachten
beschikbaar zijn - dan meestal gewenst
en noodzakelijk is - bestaat naar de me
ning van ons College niet langer be
hoefte aan deze bedoelde bepalingen.
Wel zouden wij de mogelijkheid tot
het bevorderen van persoonlijke dien
sten willen handhaven voor overstro
ming of overstromingsgevaar; het hand
haven der orde; het wegruimen van
Oosterend, het aanbod tot het leveren j SQeeuw en het bestrijden van gladheid
van het benodigde terrein, waarbij zij
zich evenwel van de toegezegde f 5000,-
wilde zien ontslagen.
Aug. 1895 richtte de Ver. ter Bevor
dering van de Ned. Visserij een ver-
de huur van een der schepen afloopt.
Wïi hebben dringend een tweede schip
nodig. Ik hoop nog in de loop van 1955
in de gelegenheid -te zijn gelden aan te
vragen voor de bouw van of eventueel
voor de huur, hoewel dit moeilijk is,
van een tweede schip voor de Wadden,
omdat ook wij er van overtuigd zijn, dat
vooral een goede controle en inspectie
en een goed onderzoek van belang zijn
voor de visserij in het noorden
Geen roofbouw
Een volqende vraag van de geachte
afgevaardigde (Van der Zwaag) heeft
betrekking op de Zeeuwse mosselzaad
vissers. Er is door hem voor gepleit er
goed op toe te zien, dat geen roofbouw
op de wadden wordt gepleegd en dat
niet wordt toegestaan, dat er te veel
wordt gevist. Hierop is reeds toezicht en
wij hopen dit in de toekomst te kunnen
intensiveren, als onze inspectie beter
daartoe zal zijn uitgerust.
Aan het vraagstuk, wat in ver
band met de afsluiting van de zee-ar-
men voor de oestervissers gedaan kan
worden, wordt veel aandacht geschon
ken. Hieromtrent is er een goed over
leg met het Departement van Verkeer
en Waterstaat, dat nagaat welke moge
lijkheden er nog zijn en wat men in de
toekomst nog zal kunnen doen voor dè
mossel- en oestervissers. Wij zullen het
resultaat van dit onderzoek moeten af
wachten.
op wegen.
De eerste mogelijkheid achten wij
zelfs van zeer veel belang Voor de dijk-
beveiliging. In verband hiermede zijn
de bepalingen aan de huidige tijdsom
standigheden aangepast en is ook de
vordering van de diensten van inwoners
van een door burgemeester en wethou
ders aan te wijzen gedeelte van de ge
meente mogelijk gemaakt.
Uitdrukkelijk zouden wij thans in de
betreffende bepalingen willen doen uit
komen, dat de betreffende bevoegdheid
van het gemeentebestuur een aanvullen
de bevoegdheid is, waarvan eerst ge
bruik gemaakt zal worden, nadat is ge
bleken, dat de aan de waterschappen
c.q. Rijkswaterstaat ter beschikking
staande krachten ontoereikend zijn.
Bij aanneming-van dit voorstel zal ai'-
tikel 200 der Politieverordening als
volgt luiden:
„Ieder mannelijk inwoner der ge
meente Texel, of van een door burge
meester en wethouders aangewezen ge
deelte der gemeente Texel, tussen de
18- en 50-jarige leeftijd .kan tijdelijk
worden opgeroepen, lot het doen van
persoonlijke diensten:
1. bij overstroming of bij dreigend
gevaar hiervoor of bij stormramp;
V tér handhaving der orde, wanneer
die op ernstige wijze wordt verstoord;
3. voor het wegruimen van sneeuw en
liet bestrijden van gladheid op wegen".
Deze diensten behoeven niet langer
te worden verricht dan acht uren in het
etmaal.
Onder wegen worden in dit hoofdstuk
verstaan, alle voor de openbare dienst
bestemde wegen, straten, pleinen, gan
gen en stegen, alsmede de daarin gele
gen of daarbij behorende bruggen, on
verschillig wie daarvan eigenaar is.