Oosterend in actie voor eigen haven De heer P. Bakker, Dijkgraaf Dertig Gem. Polders, op 66-jarige leeftijd overleden Afd. De Cocksdorp kwam Mosselvisserij der V.V.V. Texel bijeen Eind vorige eeuw: Na een kortstondige ziekte is de heer P. Bakker Azn., Dijkgraaf van het Wa terschap De Dertig Gemeenschappelijke Polders Zaterdag in de ouderdom van bijna 67 jaar overleden. Zijn heengaan betekent een groot ver lies voor ons eiland, waar De Dertig Polders, een belangrijk deel van Texel vormend, in hem een bekwaam en voor uitstrevend Dijkgraaf bezaten. Op 17 Januari 1946 werd de heer Bakker voor het eerst tot Dijkgraaf be noemd, waarna in December jl. zijn her benoeming plaats had. Voor hij deze functie aanvaardde, maakte de heer Bakker reeds sinds 1934 deel uit van het Dagelijks Bestuur van De Dertig Polders: op 19 December van dat jaar werd hij namelijk gekozen tot Heemraad, nadat hij vanaf 14 Januari 1922 als Hoofdingeland zijn beste krach ten aan dit waterschap had gegeven. De foto brengt een belangrijke datum in de herinnering: de dag waarop H. M. de Koningin naar Texel kwam (Febr. 1953) om de gevolgen van de dijk doorbraak en de vele andere ernstige beschadigingen aan de dijken in ogen schouw te nemen. De heer Bakker was ter begroeting aanwezig, toen H.M. Oudeschild arriveerde. Op de foto ziet U de heer Bakker links van H.M. de Ko ningin. De ongekend hevige storm van Febr. 1953 bracht grote schade toe; ook aan de dijk van de Dertig Polders. Verbete ring van de zeewering was een der zorgen van het Waterschap. Naast de zeewering had de wegenverbetering de grote aandacht: na de oorlog verkeerden de wegen in zeer slechte toestand er grote bedragen zijn dan ook uitgetrok ken voor het herstel. Tijdens het voor zitterschap van de heer Bakker zijn na genoeg alle bestaande geasfalteerde we gen aangelegd, 't Waterschap bezit mo menteel rond 60 km geasfalteerde we gen. Zijn vooruitstrevendheid toonde de heer Bakker ook bij de beslissing inzake de stichting der gemalen en zo kon den in 1940, zowel het gemaal van De Schans als dat van Dijkmanshuizen in werking worden gesteld. Behalve Dijkgraaf van de Dertig Polders vervulde de heer Bakker enige jaren de functie van voorzitter van polder Het Burger Nieuwland, terWijl hij ook enige tijd bestuurslid van de Stichting Lager Landbouwonderwijs op Texel is geweest. Op 25 Februari zou de heer Bakker zijn 67ste jaar hebben bereikt. Het be richt van zijn plotseling heengaan ij door allen, die met hem samengewerkt hebben, met leedwezen vernomen: de GOED NIEUWS VOOR DEN HOORN Op 10 Februari a.s. zal door B. en W. de bouw van een lagere school annex kleuterschool te Den Hoorn worden aan besteed. (Zie adv.) ALS OOK DE NOORDELIJKE ZEEGATEN AFGESLOTEN ZIJN De uitvoering van het Delta-plan zal het landverkeer in het Zuidwesten van Nederland aanmerkelijk verbeteren en intensiever doen worden. Er dient voor gezorgd te worden, dat de scheepvaart zo weinig mogelijk hinderpalen in de weg wordt gelegd. De landaanwinning heeft slechts een geringe omvang. Van veel meer belang voor land- en tuin bouw is de vorming van een zoetwater bassin, al zal het Zeeuwse meer niet groot zijn. Het Delta-plan kan in 16 a 1" jaar zijn uitgevoerd. Dit deelde Prof. Ir. J. T. Thijsse, di recteur van het Waterloopkundig Labo ratorium te Delft, mede op de Voorlich tingsdag, die de Nederlandse Tuinbouw- raad Donderdag 20 Januari heeft geor ganiseerd in de Dierentuin te Den Haag. Het IJsselmeer en het te vormen Zeeuwse meer zullen echter niet geheel in de behoefte aan zoetwater kunnen voorzien. Dit zal pas het geval zijn als ook de Noordelijke zeegaten afgesloten zullen zijn en een Waddenmeer is ont staan. Reeds vroeger heeft men aan af sluiting van deze zeegaten gedacht, doch toen was de techniek nog niet ver ge noeg. Thans - aldus spreker - is het technisch mogelijk en economisch ver antwoord. Het Waddenmeer zal met zoetwater gevuld moeten worden door het water van de Rijn naar het Noorden te stuwen. Dit zal eerst mogelijk zijn, nadat de Waal gekanaliseerd zal zijn. Uit de dan bestaande bestaande bas sins, t.w. het Zeeuwse meer, IJsselmeer en Waddenmeer zal het zoete water ge bracht moeten worden naar plaatsen waar land- en tuinbouw het nodig heb ben. De bestaande waterwegen zijn daartoe evenwel onvoldoende, zodat op dit gebied voorzieningen moeten wor den getroffen. heer Bakker toch onderscheidde zich als een man, wiens helder oordeel, wiens zakelijke manier van handelen en de kalmte en bezadigdheid, welke zijn op treden kenmerkte, algemeen respect en achting inboezemden. Het verlies treft ten aanzien van de Texelse belangen in de eerste plaats De Dertig Polders, die in hem een Dijkgraaf bezaten, die getoond heeft zich ten alle tijde volkomen bewust te zijn van de grote verantwoordelijkheid, welke deze positie met zich brengt. Het zal moeilijk zijn een opvolger met gelijke bekwaam heden te vinden. DE WAAL ZORGT VOOR EEN DORPSHUIS Dank zij de vrijwillige medewerking van de bevolking, zal De Waal binnen kort een dorpshuis rijk zijn. De oude school had tot voor kort geen bestem ming gevonden. Op initiatief van het hoofd der school, de heer G. Snoeij, wordt thans druk gewerkt om het oude gebouw als dorpshuis in te richten. In de avonduren en vrije Zaterdag middagen heerst er een grote bedrijvig heid. Er wordt gesloopt, getimmerd en geschilderd en als alles naar wens gaat, wordt in Februari het dorpshuis, waar aan ook verschillende vakmensen belan geloos meewerken, geopend. De toneelgroep repeteert flink en zal de eerste opvoering in eigen huis geven van het blijspel „De Emigrant", ge schreven door het hoofd der school. Voor De Waal zal het bezit van een dorpshuis een grote vooruitgang zijn en wij hopen, dat het verenigingsleven zal opbloeien. NAAR DE CURSUS Werd de eerste lesavond in het Dorps huis te Den Burg bijgewoond door 45 bromfietsrijders, Maandagavond was het aantal belangstellenden uitgegroeid tot over de honderd. Het is verheugend, dat voor dit onderwerp zoveel belangstel ling bestaat. Nieuwe cursisten kunnen voor Den Burg niet meer worden aangenomen, wel nog voor Oosterend, waar Donder dagavond a.s. de tweede lesavond zal worden gegeven. Het ligt in de bedoeling om nog dit seizoen ook voor De Cocksdorp, Den Hoorn en Oudeschild een bromfietscur sus te organiseren. Wie hieraan wensen deel te nemen, gelieven dit omgaand per briefkaart op te geven aan de Groeps commandant van de Rijkspolitie, p.a. Dr Jac. P. Thijssestraat, Den Burg. Bij deze aanmelding gaarne naam en adres. Vrijdagavond werd in Theehuis v.h. „De Molen" de ledenvergadering gehouden van de afdeling De Cocksdorp der WV Texel. Na opening door de voorzitter, de heer J. Kikkert, werd een bestuursver kiezing gehouden. Mevr. Boon-Verberg en de heer C. A. Hapke, die aftraden maar zich herkiesbaar stelden, ^werden bij de eerste stemming herkozen. De heer E. Hooijberg, die zijn functie als bestuurslid neerlegde, werd opgevolgd door de heer Jb van Heerwaarden. Aan gezien de heer E. Hooijberg voor deze afdeling tevens zitting heeft in het Hoofdbestuur en zich daarvoor evenmin herkiesbaar zal stellen, 'moést uit de le den een nieuwe afgevaardigde worden benoemd. In deze functie werd benoemd mevr. De Braven-Jorna. Vervolgens gaf de directeur, de heer J. C. Quint, een overzicht over het af gelopen seizoen en een indruk van de (slot) De heer Egas: Ik geloof, dat het goed is om, hangen de de afsluitingsplannen, de zaak niet te forceren. Niettemin zou ik willen op merken, dat de mosselvisserij op de Waddenzee steeds toeneemt en dat men niet kan voorbijzien, dat, waar de mos selvisserij met succes wordt bedreven door de vissers uit het zuiden, de vis sers, die op de Waddenzee werken en die door deze mosselvisserij hun moge lijkheden enigermate beperkt zien, grote belangstelling voor deze zaak hebben. Zonder daaraan toe te geven, meen ik, dat het gehele vraagstuk van de verde ling van de mosselgronden en alles, wat daarmee samenhangt, mede in het ka der van de komende afsluiting uitdruk kelijk goed zal moeten worden bekeken. Ik geloof, dat er ten aanzien van een beperkte groep vissers rond de Wadden zee aanleiding zou zijn, te overwegen, ook hun enige mogelijkheden op dit terrein te geven. Gaarne sluit ik mij aan bij de leden, die hebben gepleit voor een omvangrij ke controle op de vaartuigen, gebruikt bij de mosselvisserij op de Waddenzee. Ik heb de indruk, dat dit wel nodig is. De heer Lemaire: Een grote kwestie met betrekking tot de toekomst van onze visserij betreft de mossel- en oesterteelt in de Zeeuwse en Zuidhollandse wateren, die met vernie tiging bedreigd wordt door de plannen tot het afsluiten van de zeegaten. De belangen, die hierbij op het spel staan, betreffen niet alleen de bedrijven, maar raken de economische situatie van de betrokken gebieden als geheel genomen. De kwestie heeft dus vergaande socio logische gevolgen. De Deltacommissie heeft zich bereid getoond alle aandacht te besteden aan de mogelijkheden, de oester- en mosselcultuur te behouden. Maar hiermede zullen de verdergaande economische en sociologische consequen ties - gesteld, dat de mogelijkheden tot behoud van de oestercultuur worden gevonden - nimmer vermeden kunnen worden. Ik weet, dat het praematuur is, deze zaak grondig te behandelen; de behan deling van de z.g. Deltaplannen zal moeten worden afgewacht; ik weet ook, dat uiteindelijk alle nadruk zal moeten vallen op de waterstaatkundige argu menten en daarom de Minister van Ver keer en Waterstaat het eerst geroepen is voor de gedachtenwisseling met de Kamer. Dit alles neemt evenwel niet weg, dat het tot de zorg van de Minister aan de Regeringstafel behoort reeds in dit stadium van studie inzake de Delta plannen te overwegen in hoeverre de belangen van de mossel- en oestercul- tuur in de Zeeuwse wateren gewicht in de schaal leggen. Dit leidt er m.i. toe, dat de aandacht gevestigd moet worden verwachtingen en plannen ten aanzien van het komende seizoen. In de rondvraag werd ter sprake bracht, dat in verschillende bladen de stand van zaken t.o.v. het overstro mingsgevaar overdreven waren voorge steld. i(*) De directeur merkte op, dat overdreven persberichten inderdaad het gevaar met zich kunnen brengen, dat het publiek een onjuiste indruk krijgt van de werkelijke stand van zaken en daardoor de vacantie-plannen ongunstig kunnen worden beïnvloed t.a.v. Texel als vacantieoord, doch het grote aantal ■aanvragen van de laatste weken bewijst wel, dat deze vrees niet gerechtvaar digd schijnt te zijn en bovendien merkte spreker op, dat aan de andere kant de publicaties over de vuurtoren er stellig toe zouden leiden, dat velen komend seizoen expres- eerwkijkje bij de vuur toren willëri'g'Jah nemen. Opnieuw werd aan het bestuur ver zocht bij de N.V. TESO een betere ver binding met De Cocksdorp te bepleiten. Naar aanleiding van opmerkingen, wel ke hem daarover hadden bereikt, vroeg de voorzitter of het wenselijk geacht werd het verkeersbureau naar het cen trum van het dorp te verplaatsen. Het bleek evenwel dat de meerderheid der vergadering zich uitsprak voor de hand having van de bestaande standplaats bij het Theehuis. Inderdaad schijnen de merkwaar digste berichten te zijn verspreid. Een weekblad meldde, dat er jammer ge noeg foutieve berichten waren afge drukt, maar dat „op Texel alleen maai de Eendrachtpolder overstroomde". Een dagblad had zijn correspondent reeds de situatie waarin de Ruige Dijk verkeert aan een onderzoek laten onderwerpen. „Door konijnenholen verzwakt", had hij bericht. En verder: „de gevolgen waren niet te overzien geweest, als de dijk van de Eendrachtpolder was doorgebroken". Ja, zulke berichten doen Texel geen goed. op een bepaald aspect, de kwestie met name of een waterstaatkundige oplos sing mogelijk is, waardoor de bedoelde oester- en mosselcultuur, daar waar zij bestaat en bloeit, kan worden behouden. Door die vraag van aanpassing van de Deltaplannen aan de visserij belangen reeds nu aan de orde te stellen, kan - onverschillig de uitkomsten van de vraagstelling - bij de beslissing over die plannen verzekerd zijn, dat ook ge noemd aspect t.a.v. de visserij ampel is overwogen. Over de mosselcultuur sprekend, Mijnheer de Voorzitter, wil ik de aan dacht van de Minister vestigen op de aan de Kamercommissie voor de Visse rij gerichte brief van de Vissers-Vere niging „Yerseke" d.d. 20 November jl., waardoor voor de Kamer de vraag rijst of ter bestrijding van het kwaad van de mosselparasiet in de Waddenzee de Visserij-inspectie aldaar wel voldoende intensief kan zijn; zij wordt slechts uit geoefend met twee schepen, waarvan wellicht één zal uitvallen. Ik kan dit geen prettige situatie vinden. De heer Mansholt, Minister van Land bouw, Visserij en Voedselvoorziening: Er is uitvoerig gesproken over de mosselkwekerij op de Wadden en de moeilijkheden van de mosselvisserij, vooral ook met het oog op de toekomst in Zeeland. Er wordt een goed toezicht gehouden op de mosselkwekerij op de Wadden. Het is mij niet bekend, dat hier grote fricties zijn. Ik zal mij daar van echter op de hoogte stellen. Indien de geachte afgevaardigde de heer Van der Zaal meent, dat de inspectie op de Wadden en het toezicht op de mossel kwekerij onvoldoende kunnen worden uitgeoefend door gebrek aan controle- vaartuigen, dan geloof ik, dat hij daar in gelijk heeft. Het is inderdaad zo, dat Het middelste pand,| waarin thans de krui-| denierszaak van del heer E. Medema isf gevestigd, Kerkplein| 16, Oosterend, droeg een halve eeuw leden de naam „Het Wapen van Texel' Men kon daar een borrel kopen en te vens was er een flin ke danszaal. In Oos- terend vertelde men ons, dat een gods dienstonderwijzer de heer van Zweden - de jeugd in diverse verenigingen wist te organiseren en hun andere ontspanningjT bood, waardoor Oos terend geen twee ca fe's meer 'n bloeiend bedrijf kon verzeke ren. „Het Wapen van Texel" verdween Op 31 Mei 1892 nam de Vereniging ter bevordering van de Nederl. Visserij 'n motie aan, waarin zij de wenselijkheid van een haven bij Oosterend betoogde. Dit gaf de Oosterender en Ooster vissers natuurlijk weer nieuwe moed, maar hun niet alleen: Op 5 Aug. 1892 besloot de raad met algemene stemmen pogin gen aan te wenden tot het verkrijgen van een rijkshaven te Oosterend en dat de gemeente Texel voor dit doel zou bijdragen de som van f 10.000, Bij de behandeling van de Staatsbe- zoekschrift tot de Koningin-Regentes om steun voor de tot standkoming van groting 1893 verklaarde de minister van W. H. en N. echter geen aanleiding te zien de aanleg van een haven bij Ooster end te bevorderen. Wat zullen ze in Oosterend op die Minister hebben afge geven. C. Mossel en P. Burger trekken er op uit en bezoeken zomer 1894 ver schillende autoriteiten te Den Haag, Haarlem en Amsterdam. Van vele zijden is medewerking te verwachten. „De aanhouder wint" zo redeneert men hoopvol. Op 12 Oct. 1894 deelt de voorzitter de raad mede, dat de minister de aanleg-- kosten voor een haven te Oosterend op f 175.000,schat. Wanneer de gemeente daarvan f 15.000,betaalt en de pro vincie f 25.000,is het aandeel voor het Rijk zelf nog te groot. Bij gunstiger voorstel scheen Zijne Excellentie echter niet ongenegen hulp te verlenen. Demp de put 25 Maart 1895 meldt de Oosterender correspondent van ons blad: „De noodzakelijkheid tot het aanleg gen van een haven bij de Oostkaap is wederom gebleken. Enige tjalken en blazerschuiten lagen vertuid achter Oost en Nieuweschild, doch door de storm sloeg een schuit van haar ankers. Kordate vissers zeilden het vaartuig achterna en wisten het te behouden. Moge de regering toch de put dempen alvorens het kalf, of misschien wel de koe verdrinkt. In de. op 21 Mei 1895 gehouden, ver gadering van de afd. Oosterend op Texel van de Ver. tot bevordering van de Ned. Visserij werd medegedeeld, dat de heren Mossel en Brouwer op audiën tie waren geweest bij de Minister van Watei-staat. De Minister, aldus de mede deling, heeft aan de Prov. Staten van NH aangeboden de helft der begrotings som tot aanleg ener haven bij de Kaap op de Staatsbegroting te willen plaatsen onder voorwaarde, dat de Prov. Staten het resterende gedeelte zullen beschik baar stellen. Deze tijding, zo staat er, werd met blijdschap vernomen. Nog werd medegedeeld, dat thans ook op den steun gerekend mag worden van het Dijkbestuur. Na voorlezing van een re quest, dat de Minister zal worden aan geboden, werd de vergadering besloten. Ook in de Raad van 27 Juni 1895 kwam het plan haven Oosterend weer ter sprake. Nu deed het bestuur der Ver. tot Bev. der Ned. Visserij, afdeling de zozeer gewenste vissershaven t,e Oos terend. Wéér mis 8 November 1895 namen de Prov. Staten een voor Oosterend zwart be sluit: Het verzoek tot ondersteuning van de provincie voor de aanleg van de haven werd nl. afgewezen. Inmiddels werd door enige leden van de Tweede Kamer opnieuw aangedrongen op het maken van de haven. ALS HET ALARMSIGNAAL WEERKLINKT Volgens de bestaande artikelen 200 e.v. van de „Algemene Politieverorde ning der gemeente Texel" kunnen de mannelijke inwoners der gemeente tus sen de 18- en 50-jarige leeftijd onder paeqr tijdelijk worden opgeroepen tot doen van persoonlijke diensten: 1. ter voorkoming en blussing van brand; 2. ter beproeving van brandblusmid- delen. Aldus schrijven B. en W. aan de Raad. Zij vervolgen: Het komt ons voor, dat, deze artikelen niet meer op'de huidige tijd zijn afge stemd. Voor een doelmatige brandbe strijding is het beschikbaar zijn van een groot aantal mensen in de huidige tijds omstandigheden niet meêr:,.in die mate van belang, als zulks in vroeger jaren - bij een gebrekkiger inrichting van de 'brandweer - het geval was.. Veeleer valt thans de nadruk op de aanwezigheid van doeltreffend brand- weermaterieel, te bedienen door goed igéoefende brandweerkernen. De door U vastgestelde verordening, betreffende de organisatie en het beheer -van de gemeentelijke brandweer, be oogt ter zake minimum-eisen te stellen, waardoor de aanwezigheid van een goed uitgeruste en goed geoefende brandweer gewaarborgd wordt. Waar bovendien de praktijk uitwijst, dat bij brand meer vrijwillige krachten beschikbaar zijn - dan meestal gewenst en noodzakelijk is - bestaat naar de me ning van ons College niet langer be hoefte aan deze bedoelde bepalingen. Wel zouden wij de mogelijkheid tot het bevorderen van persoonlijke dien sten willen handhaven voor overstro ming of overstromingsgevaar; het hand haven der orde; het wegruimen van Oosterend, het aanbod tot het leveren j SQeeuw en het bestrijden van gladheid van het benodigde terrein, waarbij zij zich evenwel van de toegezegde f 5000,- wilde zien ontslagen. Aug. 1895 richtte de Ver. ter Bevor dering van de Ned. Visserij een ver- de huur van een der schepen afloopt. Wïi hebben dringend een tweede schip nodig. Ik hoop nog in de loop van 1955 in de gelegenheid -te zijn gelden aan te vragen voor de bouw van of eventueel voor de huur, hoewel dit moeilijk is, van een tweede schip voor de Wadden, omdat ook wij er van overtuigd zijn, dat vooral een goede controle en inspectie en een goed onderzoek van belang zijn voor de visserij in het noorden Geen roofbouw Een volqende vraag van de geachte afgevaardigde (Van der Zwaag) heeft betrekking op de Zeeuwse mosselzaad vissers. Er is door hem voor gepleit er goed op toe te zien, dat geen roofbouw op de wadden wordt gepleegd en dat niet wordt toegestaan, dat er te veel wordt gevist. Hierop is reeds toezicht en wij hopen dit in de toekomst te kunnen intensiveren, als onze inspectie beter daartoe zal zijn uitgerust. Aan het vraagstuk, wat in ver band met de afsluiting van de zee-ar- men voor de oestervissers gedaan kan worden, wordt veel aandacht geschon ken. Hieromtrent is er een goed over leg met het Departement van Verkeer en Waterstaat, dat nagaat welke moge lijkheden er nog zijn en wat men in de toekomst nog zal kunnen doen voor dè mossel- en oestervissers. Wij zullen het resultaat van dit onderzoek moeten af wachten. op wegen. De eerste mogelijkheid achten wij zelfs van zeer veel belang Voor de dijk- beveiliging. In verband hiermede zijn de bepalingen aan de huidige tijdsom standigheden aangepast en is ook de vordering van de diensten van inwoners van een door burgemeester en wethou ders aan te wijzen gedeelte van de ge meente mogelijk gemaakt. Uitdrukkelijk zouden wij thans in de betreffende bepalingen willen doen uit komen, dat de betreffende bevoegdheid van het gemeentebestuur een aanvullen de bevoegdheid is, waarvan eerst ge bruik gemaakt zal worden, nadat is ge bleken, dat de aan de waterschappen c.q. Rijkswaterstaat ter beschikking staande krachten ontoereikend zijn. Bij aanneming-van dit voorstel zal ai'- tikel 200 der Politieverordening als volgt luiden: „Ieder mannelijk inwoner der ge meente Texel, of van een door burge meester en wethouders aangewezen ge deelte der gemeente Texel, tussen de 18- en 50-jarige leeftijd .kan tijdelijk worden opgeroepen, lot het doen van persoonlijke diensten: 1. bij overstroming of bij dreigend gevaar hiervoor of bij stormramp; V tér handhaving der orde, wanneer die op ernstige wijze wordt verstoord; 3. voor het wegruimen van sneeuw en liet bestrijden van gladheid op wegen". Deze diensten behoeven niet langer te worden verricht dan acht uren in het etmaal. Onder wegen worden in dit hoofdstuk verstaan, alle voor de openbare dienst bestemde wegen, straten, pleinen, gan gen en stegen, alsmede de daarin gele gen of daarbij behorende bruggen, on verschillig wie daarvan eigenaar is.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1955 | | pagina 2